← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 170/2023 du 14 décembre 2023 Numéro du rôle : 7841 En cause
: le recours en annulation des articles 28 et 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 « portant des
dispositions fiscales diverses », introduit par Sylvia Ab La Cour constitutionnelle, composée
des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges T. Gie(...)"
| Extrait de l'arrêt n° 170/2023 du 14 décembre 2023 Numéro du rôle : 7841 En cause : le recours en annulation des articles 28 et 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 « portant des dispositions fiscales diverses », introduit par Sylvia Ab La Cour constitutionnelle, composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges T. Gie(...) | Uittreksel uit arrest nr. 170/2023 van 14 december 2023 Rolnummer 7841 In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 28 en 60, vierde lid, van de wet van 21 januari 2022 « houdende diverse fiscale bepalingen », ingesteld door Sylvia Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de rechters(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Extrait de l'arrêt n° 170/2023 du 14 décembre 2023 | Uittreksel uit arrest nr. 170/2023 van 14 december 2023 |
| Numéro du rôle : 7841 | Rolnummer 7841 |
| En cause : le recours en annulation des articles 28 et 60, alinéa 4, | In zake : het beroep tot vernietiging van de artikelen 28 en 60, |
| de la loi du 21 janvier 2022 « portant des dispositions fiscales | vierde lid, van de wet van 21 januari 2022 « houdende diverse fiscale |
| diverses », introduit par Sylvia Abels et autres. | bepalingen », ingesteld door Sylvia Abels en anderen. |
| La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
| composée des présidents L. Lavrysen et P. Nihoul, et des juges T. | samengesteld uit de voorzitters L. Lavrysen en P. Nihoul, en de |
| Giet, J. Moerman, M. Pâques, D. Pieters et E. Bribosia, assistée du | rechters T. Giet, J. Moerman, M. Pâques, D. Pieters en E. Bribosia, |
| greffier F. Meersschaut, présidée par le président L. Lavrysen, | bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter L. Lavrysen, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet du recours et procédure | I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging |
| Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 23 | Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 23 juli 2022 |
| juillet 2022 et parvenue au greffe le 26 juillet 2022, un recours en | ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 26 juli |
| annulation des articles 28 et 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier | 2022, is beroep tot vernietiging ingesteld van de artikelen 28 en 60, |
| 2022 « portant des dispositions fiscales diverses », (publiée au | vierde lid, van de wet van 21 januari 2022 « houdende diverse fiscale |
| Moniteur belge du 28 janvier 2022, erratum au Moniteur belge du 7 mars | bepalingen » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 28 januari |
| 2022) a été introduit par Sylvia Abels, Claudia De Vlieger, Johannes | 2022, erratum in het Belgisch Staatsblad van 7 maart 2022) door Sylvia |
| Engels, Dick Galle, Marcel Gielis, Jozef Gorissen, Johannes | Abels, Claudia De Vlieger, Johannes Engels, Dick Galle, Marcel Gielis, |
| Groeneveld, Ernest Groensmit, Richard Nibbrig, Andreas Hendriks, Frank | Jozef Gorissen, Johannes Groeneveld, Ernest Groensmit, Richard |
| Hiemstra, Gerlach Hofmann, Gijsbreght Jansen, Herman Lauwerysen, | Nibbrig, Andreas Hendriks, Frank Hiemstra, Gerlach Hofmann, Gijsbreght |
| Johann Lebacq, Sioe Liem, Albert Lippens, Johan Muys, Martine | Jansen, Herman Lauwerysen, Johann Lebacq, Sioe Liem, Albert Lippens, |
| Peetermans, Jozef Pelgrims, Maria Philips, Paul Put, Anton Renting, | Johan Muys, Martine Peetermans, Jozef Pelgrims, Maria Philips, Paul |
| Noebar Sipaan, Jozef Sleeckx, Franciscus Sweerts, Joseph Van | Put, Anton Renting, Noebar Sipaan, Jozef Sleeckx, Franciscus Sweerts, |
| Dierendonck, Matheus Van Hugten, Johannes Van Laarhoven, Aart | Joseph Van Dierendonck, Matheus Van Hugten, Johannes Van Laarhoven, |
| Vrijlandt, Agnes Jonkman et Dionys Willems, assistés et représentés | Aart Vrijlandt, Agnes Jonkman en Dionys Willems, bijgestaan en |
| par Me C. Hendrickx, avocat au barreau de Bruxelles. | vertegenwoordigd door Mr. C. Hendrickx, advocaat bij de balie te Brussel. |
| (...) | (...) |
| II. En droit | II. In rechte |
| (...) | (...) |
| Quant aux dispositions attaquées | Ten aanzien van de bestreden bepalingen |
| B.1.1. Les parties requérantes sont toutes des résidents belges qui | B.1.1. De verzoekende partijen zijn allen Belgische rijksinwoners die |
| perçoivent une pension complémentaire constituée au cours de leur | een aanvullend pensioen ontvangen dat werd opgebouwd tijdens hun |
| occupation aux Pays-Bas chez un employeur néerlandais. Le régime | tewerkstelling, in Nederland, voor een Nederlandse werkgever. De |
| fiscal applicable aux pensions complémentaires qui leur sont versées | fiscale regeling van toepassing op aan hen uitgekeerde aanvullende |
| pensioenen wordt bepaald, enerzijds, door het Wetboek van de | |
| est déterminé, d'une part, par le Code des impôts sur les revenus 1992 | inkomstenbelastingen 1992 (hierna : het WIB 1992) en, anderzijds, door |
| (ci-après : le CIR 1992) et, d'autre part, par la Convention du 5 juin | het Verdrag van 5 juni 2001 tussen het Koninkrijk België en het |
| 2001 entre le Royaume de Belgique et le Royaume des Pays-Bas tendant à | Koninkrijk der Nederlanden tot het vermijden van dubbele belasting en |
| éviter la double imposition et à prévenir l'évasion fiscale en matière | tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen |
| d'impôts sur le revenu et sur la fortune (ci-après : la Convention | naar het inkomen en naar het vermogen (hierna : het |
| belgo-néerlandaise préventive de la double imposition). | Belgisch-Nederlands Dubbelbelastingverdrag). |
| B.1.2. L'article 39, § 2, 2°, a), du CIR 1992, avant sa modification | B.1.2. Artikel 39, § 2, 2°, a), van het WIB 1992, vóór de wijziging |
| par l'article 77 de la loi du 28 avril 2003 « relative aux pensions | ervan bij artikel 77 van de wet van 28 april 2003 « betreffende de |
| complémentaires et au régime fiscal de celles-ci et de certains | aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en |
| avantages complémentaires en matière de sécurité sociale » (ci-après : | van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid » (hierna : |
| la loi du 28 avril 2003), dispose que les pensions sont exonérées de | de wet van 28 april 2003), bepaalt dat pensioenen vrijgesteld zijn van |
| l'impôt sur les revenus dans l'éventualité où elles résultent d'un | inkomstenbelastingen indien zij voortkomen uit een individueel |
| contrat individuel d'assurance-vie et qu'aucune réduction d'impôt n'a | levensverzekeringscontract en er voordien geen belastingvermindering |
| été accordée antérieurement. Le raisonnement sous-jacent est que | |
| lorsque les cotisations qui ont donné lieu à une telle pension ont été | werd verleend. De onderliggende redenering is dat wanneer de bijdragen |
| taxées, elles ne sont pas imposées au titre de revenus au moment du | die hebben geleid tot een dergelijk pensioen belast werden, zij bij de |
| versement de la prestation (CJCE, 28 janvier 1992, C-204/90, H.-M. | uitkering niet als inkomsten worden belast (HvJ, 28 januari 1992, |
| Bachmann, ECLI:EU:C:1992:35, points 21 et 22). | C-204/90, H.-M. Bachmann, ECLI:EU:C:1992:35, punten 21 en 22). |
| B.1.3. Selon la jurisprudence constante de la Cour de cassation, qui | B.1.3. Volgens de vaste rechtspraak van het Hof van Cassatie, dat zich |
| se fonde à cet égard sur la circulaire Ci.RH.241/240.482 du 31 mars | daarbij baseert op de circulaire Ci.RH.241/240.482 van 31 maart 1969, |
| 1969, le régime fiscal des allocations d'une pension constituée aux | moet de fiscale regeling voor de uitkeringen van in Nederland |
| Pays-Bas doit être déterminé en identifiant d'abord le traitement | opgebouwde pensioen worden bepaald door eerst te bepalen hoe de |
| fiscal des cotisations, si elles avaient été imposées en Belgique. Les | bijdragen fiscaal waren behandeld, indien zij in België waren belast. |
| pensions ainsi constituées sont considérées comme « résultant d'un | De aldus opgebouwde pensioenen worden beschouwd als « voortkomend uit |
| contrat d'assurance-vie individuel » lorsqu'au moment de leur | een individueel levensverzekeringscontract », wanneer de |
| paiement, les cotisations patronales sont versées au seul bénéfice | werkgeversbijdragen in het definitief en uitsluitend voordeel van de |
| werknemer zijn op het ogenblik dat zij worden gestort - volgens het | |
| définitif du travailleur, c'est-à-dire selon le critère des « droits | zogenaamde criterium van de definitief verworven rechten (zie onder |
| définitivement acquis » (voy. entre autres Cass., 11 avril 2002, | andere Cass., 11 april 2002, F.00.0078.N, |
| F.00.0078.N, ECLI:BE:CASS:2002:ARR.20020411.26; 12 novembre 2009, | ECLI:BE:CASS:2002:ARR.20020411.26; 12 november 2009, |
| F.08.0019.N, ECLI:BE:CASS:2009:ARR.20091112.16; 14 janvier 2011, | F.08.0019.N, ECLI:BE:CASS:2009:ARR.20091112.16; 14 januari 2011, |
| F.09.0105.N, ECLI:BE:CASS:2011:ARR.20110114.2). Concernant la | F.09.0105.N, ECLI:BE:CASS:2011:ARR.20110114.2). Met betrekking tot de |
| situation spécifique des pensions complémentaires constituées aux | specifieke situatie van aanvullende pensioenen die werden opgebouwd in |
| Pays-Bas, les cotisations étaient soumises à l'époque au régime | Nederland, werden die bijdragen op dat moment onderworpen aan het |
| d'imposition néerlandais, de sorte que, naturellement, aucune | Nederlandse belastingstelsel, waardoor er in België uiteraard geen |
| exonération au sens de l'article 39, § 2, 2°, a), du CIR 1992 n'a été | vrijstelling is toegepast in de zin van artikel 39, § 2, 2°, a), van |
| effectuée en Belgique. Par conséquent, les pensions complémentaires | het WIB 1992. Aanvullende pensioenen, opgebouwd in Nederland maar |
| constituées aux Pays-Bas mais versées en Belgique qui satisfont au | uitgekeerd in België, die aan het criterium van de definitief |
| critère des droits définitivement acquis sont exonérées de l'impôt sur | verworven rechten voldoen, worden bijgevolg vrijgesteld van de |
| les revenus. | inkomstenbelastingen. |
| B.1.4. Cependant, l'article 77 de la loi du 28 avril 2003 a complété | B.1.4. Bij artikel 77 van de wet van 28 april 2003 werd artikel 39, § |
| l'article 39, § 2, 2°, du CIR 1992 par l'ajout d'un littera d), qui a | 2, 2°, van het WIB 1992 echter aangevuld met een d), waardoor |
| pour effet que les pensions résultant d'un contrat individuel | pensioenen voortkomend uit een individueel levensverzekeringscontract |
| d'assurance-vie ne relèvent pas de l'exonération lorsqu'elles sont | niet onder de vrijstelling vallen, wanneer zij geheel of gedeeltelijk |
| constituées en tout ou en partie au moyen de cotisations patronales ou | zijn gevormd door middel van werkgeversbijdragen of bijdragen van de |
| de cotisations de l'entreprise. Cette condition supplémentaire était | onderneming. Die bijkomende voorwaarde was de tegenhanger van de |
| le pendant de l'exonération d'impôt introduite par la même loi du 28 | belastingvrijstelling die bij dezelfde wet van 28 april 2003 werd |
| avril 2003 dans l'article 38 du CIR 1992, en ce qui concerne les | ingevoerd in artikel 38 van het WIB 1992, voor de voordelen die voor |
| avantages résultant, pour les travailleurs qui recueillent des | de werknemers die in artikel 30, 1°, van het WIB 1992 bedoelde |
| rémunérations visées à l'article 30, 1°, du CIR 1992, du paiement de | bezoldigingen verkrijgen, voortvloeien uit de betaling van |
| cotisations et de primes patronales visées à l'article 52, 3°, b), du | werkgeversbijdragen en -premies als bedoeld in artikel 52, 3°, b), van |
| CIR 1992, à condition, lorsqu'il s'agit d'un engagement individuel, | het WIB 1992 op voorwaarde, wanneer het een individuele toezegging |
| qu'il existe aussi auprès de l'employeur un engagement collectif | betreft, dat bij de werkgever ook een collectieve toezegging bestaat |
| accessible aux travailleurs ou à une catégorie spécifique de ceux-ci | die voor de werknemers of een bijzondere categorie ervan op eenzelfde |
| de manière identique et non discriminatoire. | en niet-discriminerende wijze toegankelijk is. |
| Selon la jurisprudence de la Cour de cassation, il résulte de la | Volgens de rechtspraak van het Hof van Cassatie volgt uit de samenhang |
| connexité de l'article 34, § 1er, 2°, b), du CIR 1992 avec l'article | van artikel 34, § 1, 2°, b), van het WIB 1992 met artikel 38, § 1, |
| 38, § 1er, 18°, et avec l'article 39, § 2, 2°, du même Code que le | 18°, en met artikel 39, § 2, 2°, van hetzelfde Wetboek dat de |
| versement d'une pension ou rente de pension qui est fondée sur un | uitkering van een pensioen of een pensioenrente die steunt op een vóór |
| engagement conclu avant le 1er janvier 2004 et qui est constituée en | 1 januari 2004 gedane toezegging en die geheel of gedeeltelijk is |
| tout ou en partie au moyen de cotisations patronales versées à partir | gevormd door middel van een sinds 1 januari 2004 betaalde |
| du 1er janvier 2004 est imposable au taux progressif dans la mesure où | werkgeversbijdrage, progressief belastbaar is in zoverre dat pensioen |
| cette pension est constituée par des cotisations patronales payées à | is gevormd door sinds 1 januari 2004 betaalde werkgeversbijdragen (zie |
| partir du 1er janvier 2004 (voy. entre autres Cass., 21 septembre | onder andere Cass., 21 september 2018, F.15.0150.N, |
| 2018, F.15.0150.N, ECLI:BE:CASS:2018:ARR.20180921.3; 27 janvier 2023, | ECLI:BE:CASS:2018:ARR.20180921.3; 27 januari 2023, F.21.0075.N, |
| F.21.0075.N, ECLI:BE:CASS:2023:ARR.20230127.1N.9). Cela étant, | ECLI:BE:CASS:2023:ARR.20230127.1N.9). De fiscale administratie is het |
| l'administration fiscale est invariablement en désaccord avec cette | echter consequent oneens met die rechtspraak en is van oordeel dat ook |
| jurisprudence et estime que les allocations basées sur des cotisations | uitkeringen die gebaseerd zijn op bijdragen die vóór 1 januari 2004 |
| versées avant le 1er janvier 2004 doivent, elles aussi, être imposées | werden gestort, moeten worden belast volgens het progressief tarief |
| au taux progressif (réponse du 21 avril 2021 à la question n° 275, | (antwoord van 21 april 2021 op vraag nr. 275, Bulletin van Vragen en |
| Bulletin des questions et réponses écrites, Chambre, 2020-2021, n° 48, pp. 159 et 160). | Antwoorden, Kamer, 2020-2021, nr. 48, pp. 159 en 160). |
| B.1.5. La question de savoir si une pension ainsi constituée est | B.1.5. De vraag of een pensioen dat aldus is samengesteld geheel of |
| intégralement ou partiellement imposée au taux progressif a son | gedeeltelijk progressief wordt belast, speelt een rol in het kader van |
| importance dans le cadre de l'application de la Convention | |
| belgo-néerlandaise préventive de la double imposition. L'article 18, | de toepassing van het Belgisch-Nederlands Dubbelbelastingverdrag. |
| paragraphe 1, a), de cette Convention prévoit une imposition dans | Artikel 18, lid 1, a), van dat Verdrag voorziet in een |
| l'Etat de résidence pour les pensions et autres rémunérations | woonstaatheffing voor pensioenen en andere soortgelijke beloningen |
| similaires payées à un résident d'un Etat contractant au titre d'un | betaald aan een inwoner van een verdragsluitende Staat ter zake van |
| emploi antérieur ainsi que pour les rentes et allocations - | een vroegere dienstbetrekking alsmede voor lijfrenten en uitkeringen - |
| périodiques ou non - provenant de l'épargne-pension, de fonds de | al dan niet periodiek - uit pensioensparen, pensioenfondsen en |
| pension et d'assurances de groupe. | groepsverzekeringen. |
| Le paragraphe 2 contient une exception à cette règle et octroie | Lid 2 bevat een uitzondering op die regel en kent ook aan de |
| également à l'Etat de la source, c'est-à-dire l'Etat d'où proviennent | bronstaat, zijnde de Staat waarvan voormelde inkomensbestanddelen |
| les éléments de revenu précités, un droit d'imposer les éléments de | afkomstig zijn, een recht van belastingheffing op voormelde |
| revenu précités si et pour autant que les conditions cumulatives | inkomensbestanddelen toe indien en voor zover aan bepaalde |
| suivantes soient réunies : | voorwaarden, die cumulatief zijn, is voldaan, namelijk : |
| - la constitution des revenus en question a bénéficié, dans l'Etat de | - de opbouw van de betrokken inkomsten werd in de bronstaat « fiscaal |
| la source, d'« avantages fiscaux », ce qui implique que le droit à la | gefacilieerd », wat inhoudt dat de aanspraak op het pensioen in de |
| pension dans l'Etat de la source a été constitué en exemption d'impôt | bronstaat vrij van belasting is opgebouwd of de bijdragen in |
| ou que les cotisations ont fait l'objet d'avantages fiscaux dans | aanmerking zijn gekomen voor fiscale voordelen in de bronstaat; |
| l'Etat de la source; | - de betrokken inkomsten worden in de woonstaat van de genieter niet |
| belast tegen het algemeen van toepassing zijnde tarief voor | |
| - les revenus en question ne sont pas taxés, dans l'Etat de résidence | beroepsinkomsten uit niet-zelfstandige beroepswerkzaamheden, of het |
| du bénéficiaire, au taux d'imposition généralement applicable aux | brutobedrag van de betrokken inkomsten wordt in die woonstaat voor |
| revenus de professions non-indépendantes, ou moins de 90 % du montant | minder dan 90 pct. in de belastingheffing betrokken; |
| brut des revenus en question est soumis à l'impôt dans l'Etat de | |
| résidence; - le montant brut total des revenus en question excède, au cours de | - het totale brutobedrag van de betrokken inkomsten overstijgt in het |
| l'année civile, un montant de 25 000 euros. | kalenderjaar een bedrag van 25 000 euro. |
| B.1.6. Il ressort de la requête et du mémoire des parties requérantes, | B.1.6. Uit het verzoekschrift en de memorie van de verzoekende |
| et en particulier du troisième moyen, que les cotisations qui ont été | partijen, en in het bijzonder uit het derde middel, blijkt dat de |
| versées avant 2004 dans le cadre de leur pension complémentaire aux | bijdragen die vóór 2004 in Nederland werden gestort in het kader van |
| Pays-Bas ont à l'époque bénéficié d'avantages fiscaux aux Pays-Bas. | hun aanvullend pensioen, op dat moment in Nederland fiscaal |
| Selon les parties requérantes, les allocations résultant de ces | gefaciliteerd werden. De uitkeringen op basis van die pensioenen |
| pensions satisfont en effet à la condition prévue à l'article 18, | voldoen volgens hen immers aan de voorwaarde onder artikel 18, lid 2, |
| paragraphe 2, a), de la Convention belgo-néerlandaise préventive de la | a), van het Belgisch-Nederlands Dubbelbelastingverdrag. De vraag of |
| double imposition. La question de savoir si ces allocations sont | |
| imposées ou non au taux progressif en Belgique (la condition prévue à | die uitkeringen, in België, al dan niet progressief worden belast (de |
| l'article 18, paragraphe 2, b)) est donc essentielle pour déterminer | voorwaarde onder artikel 18, lid 2, b)), is dus essentieel bij het |
| la compétence d'imposition. De même qu'est pertinente la question de | bepalen van de heffingsbevoegdheid. De vraag of de uitkeringen al dan |
| savoir si les allocations sont imposées intégralement ou non au taux | niet in hun geheel progressief worden belast, is eveneens relevant, |
| progressif, dès lors que l'administration néerlandaise, ainsi qu'une | aangezien de Nederlandse administratie, alsook sommige Nederlandse |
| certaine jurisprudence néerlandaise, interprète l'article 18, | rechtspraak, artikel 18, lid 2, van het Belgisch-Nederlands |
| paragraphe 2, de la Convention précitée en ce sens que, lorsque les | Dubbelbelastingverdrag zo interpreteert dat, wanneer aan de |
| conditions sont remplies, la compétence d'imposition revient à l'Etat | voorwaarden is voldaan, de heffingsbevoegdheid voor het gehele |
| de la source pour l'intégralité de la pension (Gerechtshof | pensioen wordt overgedragen aan de bronstaat (Gerechtshof |
| `s-Hertogenbosch, 1er février 2023, nos 21/00618, 21/00619 et | `s-Hertogenbosch, 1 februari 2023, nrs. 21/00618, 21/00619 en |
| 21/00621, ECLI:NL:GHSHE:2023:466). | 21/00621, ECLI:NL:GHSHE:2023:466). |
| B.1.7. Les parties requérantes demandent l'annulation des articles 28 | B.1.7. De verzoekende partijen vorderen de vernietiging van de |
| et 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 « portant des | artikelen 28 en 60, vierde lid, van de wet van 21 januari 2022 « |
| dispositions fiscales diverses » (ci-après : la loi du 21 janvier | houdende diverse fiscale bepalingen » (hierna : de wet van 21 januari |
| 2022). L'article 28 de cette loi complète l'article 39, § 2, du CIR | 2022). Artikel 28 van de wet van 21 januari 2022 vult artikel 39, § 2, |
| 1992 par un deuxième et un troisième alinéa : | van het WIB 1992 aan met een tweede en derde lid : |
| « Les revenus visés à l'alinéa 1er, 2°, ne comprennent pas les revenus | « De in het eerste lid, 2°, bedoelde inkomsten omvatten niet, |
| qui résultent de pensions, de pensions complémentaires, de capitaux, | inkomsten die voortkomen uit pensioenen, aanvullende pensioenen, |
| de rentes et de valeurs de rachat, qui sont constitués dans le cadre | kapitalen, renten en afkoopwaarden, die zijn opgebouwd in het kader |
| d'un régime de pension, étranger ou non, que l'affilié ait ou non | van een al dan niet buitenlands pensioenstelsel, ongeacht of de |
| aangeslotene al dan niet individueel is toegetreden tot het | |
| accédé individuellement au régime de pension et que la constitution de | pensioenstelsel en ongeacht of de opbouw van het pensioen, het |
| la pension, des capitaux ou des rentes ait lieu ou non au profit | kapitaal of de rente al dan niet in het definitief en uitsluitend |
| permanent et exclusif de l'affilié. | voordeel van de aangeslotene gebeurt. |
| Pour l'application du présent article, on entend par régime de | Voor de toepassing van dit artikel wordt onder pensioenstelsel |
| pension, un engagement collectif de pension d'un employeur pour lequel | verstaan, een collectieve pensioentoezegging van een werkgever |
| des fonds sont collectés et gérés dans un organisme de pension ou un | waarvoor bij een pensioeninstelling of bij een intern pensioenfonds |
| fonds de pension interne pour ou par les employeurs pour le compte | voor of door werkgevers ten behoeve van ten minste twee aangesloten |
| d'au moins deux travailleurs affiliés, anciens travailleurs ou leurs | werknemers, vroegere werknemers of hun rechtverkrijgenden gelden |
| ayants droit, en vue de la distribution d'une pension, d'un capital ou | worden bijeengebracht en beheerd met het oog op de uitkering van een |
| d'une rente, et qui est régi par un régime applicable de façon commune | pensioen, een kapitaal of een rente, en die beheerst wordt door een |
| reglement dat gemeenschappelijk van toepassing is op alle | |
| à tous les travailleurs affiliés et, le cas échéant, à leurs ayants | aangeslotenen en desgevallend hun rechtverkrijgenden, al dan niet |
| droit, répartis ou non en différentes catégories ». | opgedeeld in verschillende categorieën ». |
| L'article 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 dispose : | Artikel 60, vierde lid, van de wet van 21 januari 2022 bepaalt : |
| « L'article 28 est applicable à partir de l'exercice d'imposition 2022 ». B.1.8. Il ressort des travaux préparatoires que ces dispositions s'inscrivent dans le cadre de la question, exposée en B.1.1 à B.1.6, relative au caractère imposable des pensions complémentaires étrangères, et en particulier des pensions qui ont été constituées aux Pays-Bas : « Cette disposition ne fait que clarifier les incohérences entre les régimes de pension étrangers et nationaux, ce qui entraîne une perte de recettes fiscales pour l'étranger. Il est inutile de préciser qu'il n'est pas toujours simple d'appliquer les règles fiscales belges aux régimes de pension étrangers. Dans la pratique, cela a mené à différentes interprétations et incertitudes. Le risque s'accroît que l'imposition des pensions complémentaires belges soit remise en question étant donné que les pensions étrangères, qui sont constituées pratiquement de la même manière, sont traitées différemment. La même chose vaut pour les pensions des organisations internationales. Il s'agit des conséquences d'une | « Artikel 28 is van toepassing vanaf aanslagjaar 2022 ». B.1.8. Uit de parlementaire voorbereiding blijkt dat die bepalingen passen in het kader van de in B.1.1 tot B.1.6 uiteengezette kwestie van de belastbaarheid van de buitenlandse aanvullende pensioenen, en in het bijzonder pensioenen die in Nederland werden opgebouwd : « Deze bepaling brengt enkel duidelijkheid over de ongerijmdheden tussen buitenlandse en binnenlandse pensioenstelsels met het verlies van belastinggelden aan het buitenland tot gevolg. Het hoeft geen betoog dat het niet altijd eenvoudig is om de Belgische fiscale regels toe te passen op buitenlandse pensioenregelingen. Dit heeft in de praktijk tot verschillende interpretaties en onduidelijkheden geleid. Het risico groeit dat de belastingheffing op Belgische aanvullende pensioenen in vraag wordt gesteld omdat buitenlandse pensioenen die op nagenoeg dezelfde manier zijn opgebouwd, verschillend worden behandeld. Hetzelfde geldt voor pensioenen uit internationale organisaties. Dit zijn allemaal gevolgen van een interpretatie die de wetgever nooit met artikel 39, § 2, 2°, |
| interprétation de l'article 39, § 2, 2°, CIR 92 que le législateur n'a | WIB 92 beoogde. |
| jamais souhaitée. | |
| L'exemple le plus connu de la problématique précitée est le traitement | Het meeste gekende voorbeeld van de bovengenoemde problematiek is de |
| fiscal des pensions d'un employeur néerlandaises qui sont octroyées à | fiscale behandeling van de Nederlandse werkgeverspensioenen die worden |
| des Néerlandais venus habiter en Belgique ou à des Belges qui ont | uitgekeerd aan Nederlanders die in België zijn komen wonen of aan |
| travaillé aux Pays-Bas et y ont constitué une pension complémentaire. | Belgen die in Nederland hebben gewerkt en daar een aanvullend pensioen |
| La jurisprudence considère structurellement que les régimes de pension | hebben opgebouwd. De rechtspraak gaat er structureel van uit dat pensioenstelsels met |
| à caractère individuel [lire : collectif] sont des assurances-vie qui | een collectief karakter individuele levensverzekeringen zijn die |
| tombent sous l'exception de l'article 39, § 2, 2°, CIR 92. Cependant, | vallen onder de uitzondering van artikel 39, § 2, 2°, WIB 92. Deze |
| ces pensions collectives sont des pensions complémentaires régulées | collectieve pensioenen zijn evenwel aanvullende pensioenen die |
| par exemple par CCT, sont l'objet de grèves et sont soumises à des | bijvoorbeeld worden gereguleerd door CAO's, zijn het voorwerp van |
| règlements qui valent pour tous les travailleurs d'une entreprise. | stakingen en zijn onderworpen aan reglementen die voor alle werknemers |
| L'idée que des pensions collectives doivent être fiscalement | van een bedrijf gelden. De idee dat collectieve pensioenen als fiscaal |
| considérées comme ` individuelles ' car la personne adhère au régime | ` geïndividualiseerd ' zouden moeten beschouwd worden doordat de |
| en tant qu'individu, va à l'encontre du principe selon lequel le droit | persoon als individu toetrad tot het stelsel, strijdt met het principe |
| fiscal respecte le droit commun, à moins qu'il n'y déroge. Et il n'est | dat het fiscaal recht het algemeen recht volgt, tenzij het ervan |
| pas question ici d'une dérogation. En d'autres termes, l'intention ici | afwijkt. En van een afwijking is hier geen sprake. Met andere woorden |
| n'est pas de catégoriser des pensions étrangères du deuxième pilier en | is het niet de bedoeling om tweedepijlerpensioenen uit het buitenland |
| tant que pensions du troisième pilier. Ces dernières n'ayant en effet | te categoriseren als een derdepijlerpensioen. Die laatste heeft immers |
| pas de rapport avec l'employeur ou avec un caractère collectif. Le | niets te maken met de werkgever of met een collectief karakter. Dit |
| présent article a comme but de préciser que l'exception de l'article | artikel heeft als doel om te verduidelijken dat de uitzondering van |
| 39, § 2, 2°, CIR 92 ne peut causer aucune discrimination sur base de l'origine étrangère ou belge : lorsque les principes de la pension du deuxième pilier sont respectés, les règles qui valent pour ce deuxième pilier seront applicables de la même façon aux sommes en question, indépendamment de savoir si elles sont d'origine étrangère ou belge. Les revenus des fonds de pension collectifs ont toujours été imposables en tant que pension complémentaire au sens de l'article 34, CIR 92. D'un point de vue du droit commun, une distinction nette est faite entre les engagements de pension individuels et collectifs. Il ne convient pas de qualifier fiscalement des pensions collectives étrangères en tant qu'assurances-vie individuelles, cela supposerait une dérogation fiscale, alors que la loi ne le prescrit pas. Entre-temps, cette problématique continue de se propager. En plus des pensions complémentaires d'autres pays, les pensions des institutions internationales avec lesquelles la Belgique a un accord de siège sont | artikel 39, § 2, 2°, WIB 92 géén discriminatie kan veroorzaken op grond van de buitenlandse, dan wel Belgische oorsprong : wanneer aan de principes van het tweedepijlerpensioen is voldaan, zullen de regels die voor die tweede pijler gelden, gelijkelijk van toepassing zijn op de kwestieuze sommen, ongeacht of zij van buitenlandse of Belgische oorsprong zijn. Inkomsten uit collectieve pensioenfondsen zijn steeds belastbaar geweest als een aanvullend pensioen in de zin van artikel 34 WIB 92. Algemeenrechtelijk wordt er een duidelijk onderscheid gemaakt tussen individuele en collectieve pensioentoezeggingen. Buitenlandse collectieve pensioenen horen fiscaal niet als individuele levensverzekeringen te worden gekwalificeerd, daarmee zou een fiscale afwijking worden verondersteld, hoewel de wet ze niet voorschrijft. Deze problematiek breidt zich ondertussen verder uit. Naast aanvullende pensioenen uit andere landen, worden pensioenen afkomstig uit de internationale instellingen waar België een zetelakkoord mee |
| exonérées. Ces derniers fonds de pension (comme l'United Nations Joint | heeft, vrijgesteld. Deze laatste pensioenfondsen (zoals de United |
| Staff Pension Fund, pour lequel aucun impôt interne sur le revenu | Nations Joint Staff Pension Fund, waar zelfs geen interne |
| n'est même prélevé sur le revenu) ont eux-mêmes plus le caractère | inkomstenbelasting op het inkomen wordt geheven) hebben zelfs meer het |
| d'une pension légale (c.-à-d. du premier pilier) que du deuxième | karakter van een wettelijk pensioen (d.i. de eerste pijler) dan van |
| pilier, car ils remplacent la pension légale d'un pays. Cette piste | een tweede pijler, daar ze het wettelijk pensioen van een land |
| n'est plus justifiable vis-à-vis des contribuables qui travaillent | vervangen. Deze piste is ook niet meer te verantwoorden tegenover |
| et/ou entreprennent ici, et qui constituent une pension ici et paient | belastingplichtigen die hier werken en/of ondernemen en hier een |
| des impôts dessus. Ils sont en effet désavantagés, ce qui rend notre | pensioen opbouwen en daarop belastingen betalen. Zij worden immers |
| économie belge [moins] attractive pour les travailleurs, ce qui | benadeeld, waardoor onze Belgische economie minder aantrekkelijk is |
| n'était pas du tout l'objectif. | voor werknemers, iets wat allerminst de bedoeling was. |
| Au moyen du présent projet, la discussion et problématique d'inégalité | Middels dit ontwerp wordt bovenstaande discussie en problematiek van |
| fiscale et d'insécurité juridique susvisée est désormais | fiscale oneerlijkheid en rechtsonzekerheid naar de toekomst toe |
| définitivement réglée. Il est explicitement prévu que les pensions | definitief uit de weg geruimd. Er wordt uitdrukkelijk uiteengezet dat |
| provenant d'un engagement collectif de pension d'un employeur pour | pensioenen, afkomstig uit een collectieve pensioentoezegging van een |
| lequel des fonds sont collectés et gérés dans un organisme de pension | werkgever waarvoor bij een externe pensioeninstelling of bij een |
| ou un fonds de pension interne pour ou par les employeurs pour le | intern pensioenfonds ten behoeve van ten minste twee aangeslotenen of |
| compte d'au moins deux affiliés ou leurs ayants droit, en vue de la | hun rechtverkrijgenden gelden worden bijeengebracht en beheerd met het |
| distribution d'une pension, d'un capital ou d'une rente, et qui est | oog op de uitkering van een pensioen, een kapitaal of een rente, en |
| régi par un régime applicable de façon commune à tous les affiliés et, | die beheerst wordt door een reglement dat gemeenschappelijk van |
| le cas échéant, à leurs ayants droit, répartis ou non en différentes catégories, ne tombent pas sous l'application de l'article 39, § 2, 2°, CIR 92 car elles ne peuvent jamais être constitutives d'une assurance-vie individuelle. Naturellement, le présent article n'a pas pour conséquence que, par le biais de la présente disposition nationale, il soit porté d'une quelconque façon atteinte au principe repris dans les conventions préventives de la double imposition, selon lequel le pouvoir d'imposition incombe à un seul des pays contractants dans des situations transfrontalières. Conformément à la hiérarchie des normes juridiques, la présente disposition ne porte pas préjudice à l'application de ces conventions ni au principe que la double imposition éventuelle est rendue impossible en vertu de ces | toepassing is op alle aangeslotenen en desgevallend hun rechtverkrijgenden, al dan niet opgedeeld in verschillende categorieën in zijn geheel, niet valt onder de toepassing van artikel 39, § 2, 2°, WIB 92, omdat zij nooit een individuele levensverzekering kunnen zijn. Dit artikel heeft niet tot gevolg dat er op enigerlei wijze via onderhavige nationale bepaling afbreuk zou worden gedaan aan het principe in verdragen tot vermijding van dubbele belasting dat het heffingsrecht in grensoverschrijdende situaties slechts aan één van de verdragslanden toekomt. Conform de hiërarchie van de rechtsnormen raakt deze bepaling niet aan de toepassing van deze verdragen en van het principe dat eventuele dubbele belasting ingevolge die verdragen |
| conventions » (Doc. parl., Chambre, 2021-2022, DOC 55-2351/003, pp. | wordt onmogelijk gemaakt » (Parl. St., Kamer, 2021-2022, DOC |
| 9-11). | 55-2351/003, pp. 9-11). |
| Quant au fond | Ten gronde |
| En ce qui concerne le premier moyen | Wat betreft het eerste middel |
| B.2.1. Le premier moyen est pris de la violation, par les articles 28 | B.2.1. Het eerste middel is afgeleid uit de schending, door de |
| et 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022, des articles 10 et 11 | artikelen 28 en 60, vierde lid, van de wet van 21 januari 2022, van de |
| de la Constitution, lus en combinaison avec le principe de la | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met het |
| non-rétroactivité des lois, avec le principe de la sécurité juridique | beginsel van de niet-retroactiviteit van de wetten, met het |
| et avec l'article 2 de l'ancien Code civil, en ce que l'article 60, | rechtszekerheidsbeginsel en met artikel 2 van het oud Burgerlijk |
| alinéa 4, dispose que l'article 28 est applicable à partir de | Wetboek, doordat artikel 60, vierde lid, bepaalt dat artikel 28 in |
| l'exercice d'imposition 2022, alors que la loi du 21 janvier 2022 n'a été publiée au Moniteur belge que le 28 janvier 2022. B.2.2. Une règle de droit fiscal ne peut être qualifiée de rétroactive que si elle s'applique à des faits, actes et situations qui étaient définitifs au moment où elle est entrée en vigueur. En matière d'impôts sur les revenus, la dette d'impôt naît définitivement à la date de clôture de la période au cours de laquelle les revenus qui constituent la base d'imposition ont été acquis, c'est-à-dire la période imposable. Par conséquent, toutes les modifications qui ont été apportées aux dispositions régissant l'impôt sur les revenus avant la fin de la période imposable peuvent être appliquées sans qu'elles puissent être réputées avoir un effet rétroactif. | werking treedt vanaf aanslagjaar 2022, terwijl de wet van 21 januari 2022 pas op 28 januari 2022 in het Belgisch Staatsblad werd gepubliceerd. B.2.2. Een fiscaalrechtelijke regel kan slechts als retroactief worden gekwalificeerd wanneer hij van toepassing is op feiten, handelingen en toestanden die definitief waren voltrokken op het ogenblik dat hij in werking is getreden. Inzake inkomstenbelastingen ontstaat de belastingschuld definitief op de datum van afsluiting van de periode waarin de inkomsten verworven zijn die de belastingbasis uitmaken, de zogenaamde belastbare periode. Bijgevolg kunnen alle wijzigingen die vóór het einde van het belastbare tijdperk in de inkomstenbelastingen werden ingevoerd, worden toegepast zonder dat zij geacht kunnen worden een retroactief karakter te hebben. |
| B.2.3. La loi du 21 janvier 2022 a été publiée au Moniteur belge du 28 | B.2.3. De wet van 21 januari 2022 is bekendgemaakt in het Belgisch |
| janvier 2022. | |
| Il s'ensuit qu'en rendant l'article 28 applicable à partir de | Staatsblad van 28 januari 2022. |
| l'exercice d'imposition 2022, soit après la fin de la période imposable relative aux revenus de 2021, l'article 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 règle des situations fiscales dont les conditions de taxation pouvaient être considérées comme définitivement déterminées. Le Conseil des ministres le confirme dans ses mémoires. B.2.4. La rétroactivité de dispositions législatives, qui est de nature à créer une insécurité juridique, ne peut se justifier que par des circonstances particulières, notamment lorsqu'elle est nécessaire pour réaliser un objectif d'intérêt général. B.2.5. La rétroactivité de l'article 28 de la loi du 21 janvier 2022 n'est pas justifiée dans les travaux préparatoires. Il semble au | Daaruit volgt dat artikel 60, vierde lid, van de wet van 21 januari 2022, door artikel 28, vanaf het aanslagjaar 2022, dus na het einde van de belastbare periode voor de inkomsten van 2021, van toepassing te maken, fiscale situaties regelt waarvan de voorwaarden voor belastingheffing konden worden beschouwd als zijnde definitief vastgelegd. Dit wordt bevestigd door de Ministerraad in zijn memories. B.2.4. De terugwerkende kracht van wetsbepalingen, die van die aard is dat zij rechtsonzekerheid in het leven kan roepen, kan enkel worden verantwoord op grond van bijzondere omstandigheden, inzonderheid wanneer zij onontbeerlijk is voor de verwezenlijking van een doelstelling van algemeen belang. B.2.5. De terugwerkende kracht van artikel 28 van de wet van 21 januari 2022 wordt nergens verantwoord in de parlementaire voorbereiding. Integendeel lijkt uit die parlementaire voorbereiding |
| contraire pouvoir être déduit de ces travaux que le législateur | te kunnen worden afgeleid dat de wetgever uitdrukkelijk geen |
| n'envisageait expressément aucune rétroactivité : | terugwerkende kracht voor ogen had : |
| « Le nouveau régime relatif aux pensions étrangères et aux pensions | « Het nieuwe systeem betreffende buitenlandse pensioenen en pensioenen |
| des organisations internationales, inséré par l'article 24/1, est | afkomstig uit internationale instellingen, dat ingevoegd wordt via |
| applicable à partir de l'exercice d'imposition 2022. | artikel 24/1, is van toepassing vanaf het aanslagjaar 2022. |
| Désormais, la qualification dans les faits de tels fonds de pension | Naar de toekomst toe is het feitelijk kwalificeren van dergelijke |
| collectifs en tant qu'assurances-vie individuelles au sens de | collectieve pensioenfondsen als [...] individuele levensverzekeringen |
| l'article 39, § 2, 2°, CIR 92, est illégale. | in de zin van artikel 39, § 2, 2°, WIB 92 onwettig. |
| En outre, l'Etat belge reste lié par les clauses de taxation effective | Daarnaast blijft de Belgische staat gebonden door de |
| dans les conventions préventives de la double imposition. Si la | terugkeerbepalingen in de dubbelbelastingverdragen. Indien het |
| pension n'est pas suffisamment imposée en droit belge, les autorités | pensioen niet afdoende belast wordt in Belgisch recht, kunnen |
| étrangères peuvent, le cas échéant, exercer leurs droits d'imposition | buitenlandse mogendheden desgevallend hun heffingsrechten uitoefenen |
| aux conditions prévues » (ibid., p. 45). | onder de juiste voorwaarden » (ibid., p. 45). |
| Ainsi, l'article 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 porte | Aldus doet artikel 60 van de wet van 21 januari 2022, zonder dat |
| atteinte, sans qu'il puisse exister une justification raisonnable, à | daarvoor enige redelijke verantwoording kan bestaan, afbreuk aan de |
| la garantie de sécurité juridique. | waarborg van rechtszekerheid. |
| La justification apportée dans le mémoire du Conseil des ministres, | De verantwoording in de memorie van de Ministerraad, volgens welke de |
| selon laquelle la rétroactivité serait absolument nécessaire pour | retroactiviteit absoluut noodzakelijk zou zijn om een eerlijke |
| réaliser une fiscalité équitable et pour mettre fin à une | fiscaliteit te verwezenlijken en om een einde te maken aan rechtspraak |
| jurisprudence qui compromettrait la sécurité juridique, ne permet pas | die tot rechtsonzekerheid leidt, leidt niet tot een andere conclusie. |
| d'aboutir à une autre conclusion. | |
| Le premier moyen est fondé. | Het eerste middel is gegrond. |
| B.2.6. L'article 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 doit être | B.2.6. Artikel 60, vierde lid, van de wet van 21 januari 2022 dient te |
| annulé. | worden vernietigd. |
| En ce qui concerne le deuxième moyen | Wat betreft het tweede middel |
| B.3.1. Le deuxième moyen est pris de la violation, par l'article 28 de | B.3.1. Het tweede middel is afgeleid uit de schending, door artikel 28 |
| la loi du 21 janvier 2022, des articles 10 et 11 de la Constitution, | van de wet van 21 januari 2022, van de artikelen 10 en 11 van de |
| lus en combinaison avec le principe de la non-rétroactivité des lois, | Grondwet, in samenhang gelezen met het beginsel van de |
| avec le principe de la sécurité juridique et avec l'article 1er du | niet-retroactiviteit van de wetten, met het rechtszekerheidsbeginsel |
| Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de | en met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees |
| l'homme (ci-après : le Premier Protocole additionnel). Les parties | Verdrag voor de rechten van de mens (hierna : het Eerste Aanvullend |
| requérantes reprochent à la disposition attaquée d'entraîner une | Protocol). De verzoekende partijen klagen aan dat de bestreden |
| double imposition. | bepaling leidt tot een dubbele belasting. |
| B.3.2. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas | B.3.2. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet |
| qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de | uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen |
| personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et | wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium |
| qu'elle soit raisonnablement justifiée. | berust en het redelijk verantwoord is. |
| L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant | Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld |
| compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la | rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel |
| nature des principes en cause; le principe d'égalité et de non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but visé. B.3.3. L'article 1er du Premier Protocole additionnel dispose : « Toute personne physique ou morale a droit au respect de ses biens. Nul ne peut être privé de sa propriété que pour cause d'utilité publique et dans les conditions prévues par la loi et les principes généraux du droit international. Les dispositions précédentes ne portent pas atteinte au droit que possèdent les Etats de mettre en vigueur les lois qu'ils jugent nécessaires pour réglementer l'usage des biens conformément à l'intérêt général ou pour assurer le paiement des impôts ou d'autres contributions ou des amendes ». B.3.4. L'article 1er du Premier Protocole additionnel offre une protection non seulement contre une expropriation ou une privation de propriété (premier alinéa, seconde phrase) mais également contre toute ingérence dans le droit au respect des biens (premier alinéa, première phrase). Un impôt ou une autre contribution ou amende constituent, en principe, une ingérence dans le droit au respect des biens. B.3.5. L'article 1er, second alinéa, du Premier Protocole additionnel dispose que la protection du droit de propriété « ne [porte] pas atteinte au droit que possèdent les Etats de mettre en vigueur les lois qu'ils jugent nécessaires pour réglementer l'usage des biens conformément à l'intérêt général ou pour assurer le paiement des impôts ou d'autres contributions ou des amendes ». Selon la Cour européenne des droits de l'homme, l'article 1er, deuxième alinéa, du Premier Protocole additionnel doit être interprété à la lumière de la première phrase du premier alinéa. L'ingérence dans le droit au respect des biens n'est compatible avec ce droit que si elle est raisonnablement proportionnée au but poursuivi, c'est-à-dire si elle ne rompt pas le juste équilibre entre les exigences de | en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. B.3.3. Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bepaalt : « Alle natuurlijke of rechtspersonen hebben recht op het ongestoord genot van hun eigendom. Niemand zal van zijn eigendom worden beroofd behalve in het algemeen belang en met inachtneming van de voorwaarden neergelegd in de wet en in de algemene beginselen van het internationaal recht. De voorgaande bepalingen zullen echter op geen enkele wijze het recht aantasten dat een Staat heeft om die wetten toe te passen welke hij noodzakelijk oordeelt om toezicht uit te oefenen op het gebruik van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang of om de betaling van belastingen of andere heffingen en boeten te verzekeren ». B.3.4. Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol biedt niet alleen bescherming tegen een onteigening of een eigendomsberoving (eerste alinea, tweede zin), maar ook tegen elke verstoring van het genot van eigendom (eerste alinea, eerste zin). Een belasting of een andere heffing of boete houdt in beginsel een inmenging in het recht op ongestoord genot van de eigendom in. B.3.5. Artikel 1, tweede alinea, van het Eerste Aanvullend Protocol vermeldt dat de bescherming van het eigendomsrecht « echter op geen enkele wijze het recht [aantast] dat een Staat heeft om die wetten toe te passen welke hij noodzakelijk oordeelt om toezicht uit te oefenen op het gebruik van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang of om de betaling van belastingen of andere heffingen en boeten te verzekeren ». Volgens het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dient artikel 1, tweede alinea, van het Eerste Aanvullend Protocol te worden geïnterpreteerd in het licht van de eerste zin van de eerste alinea. De inmenging in het recht op het ongestoord genot van de eigendom is enkel verenigbaar met dat recht indien ze een redelijk verband van evenredigheid heeft tot het nagestreefde doel, dit wil zeggen indien ze het billijke evenwicht tussen de vereisten van het algemeen belang |
| l'intérêt général et celles de la protection de ce droit (CEDH, 23 | en die van de bescherming van dat recht niet verbreekt (EHRM, 23 |
| février 1995, Gasus Dosier- und Fördertechnik c. Pays-Bas, | februari 1995, Gasus Dosier- und Fördertechnik t. Nederland, |
| ECLI:CE:ECHR:1995:0223JUD001537589, § 62; 16 avril 2002, S.A. | ECLI:CE:ECHR:1995:0223JUD001537589, § 62; 16 april 2002, S.A. |
| Dangeville c. France, ECLI:CE:ECHR:2002:0416JUD003667797). | Dangeville t. Frankrijk, ECLI:CE:ECHR:2002:0416JUD003667797). |
| B.4.1. En ce qu'il est fondé sur la thèse des parties requérantes | B.4.1. In zoverre het tweede middel gebaseerd is op de stelling van de |
| selon laquelle l'article 28 revêt de facto un effet rétroactif, le | verzoekers dat artikel 28 de facto retroactieve werking bezit, kan het |
| deuxième moyen ne peut être accueilli. La disposition attaquée n'a pas | niet worden aangenomen. De bestreden bepaling heeft ook geen invloed |
| non plus d'incidence sur les litiges pendants, en particulier à la | op hangende rechtsgedingen, in het bijzonder in het licht van de |
| lumière de l'annulation de l'article 60, alinéa 4, de la loi du 21 | vernietiging van artikel 60, vierde lid, van de wet van 21 januari |
| janvier 2022. Les réclamations pendantes doivent être traitées | 2022. Hangende bezwaren moeten worden afgehandeld overeenkomstig de |
| conformément aux règles qui étaient applicables au cours de l'exercice | regelgeving die van toepassing was tijdens het desbetreffende |
| fiscal concerné. | heffingsjaar. |
| B.4.2. En réalité, le moyen critique l'absence de dispositions | B.4.2. In werkelijkheid wordt in het middel een gebrek aan |
| transitoires pour les prestations périodiques qui sont déjà en cours, | overgangsbepalingen aangeklaagd voor de reeds lopende periodieke |
| dans la mesure où celles-ci résultent de cotisations versées avant le | uitkeringen, in zoverre die gebaseerd zijn op bijdragen die werden |
| 1er janvier 2004. Ces prestations, qui étaient soumises ces dernières | gestort vóór 1 januari 2004. Die uitkeringen, die de voorbije jaren in |
| années à une imposition avantageuse en Belgique, sont imposées au taux | België fiscaal gunstig werden belast, worden vanaf het aanslagjaar |
| progressif à partir de l'exercice d'imposition 2023. | 2023 belast tegen progressieve belastingtarieven. |
| B.4.3. Si l'autorité estime qu'un changement de politique s'impose | B.4.3. Indien de overheid een beleidswijziging dringend noodzakelijk |
| d'urgence, elle peut décider de lui donner un effet immédiat et elle | acht, vermag zij te oordelen dat die beleidswijziging met |
| n'est en principe pas obligée de prévoir un régime transitoire. Tout | onmiddellijke ingang moet worden doorgevoerd en is zij in beginsel |
| changement de politique destiné à faire face à une nécessité urgente | niet verplicht in een overgangsmaatregel te voorzien. Elke dringende |
| beleidswijziging zou onmogelijk zijn indien zou worden aangenomen dat | |
| deviendrait impossible si l'on considérait que les articles 10 et 11 | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet vereisen dat het vroegere |
| de la Constitution exigent que le régime antérieur soit maintenu | stelsel gedurende een bepaalde periode alsnog moet worden gehandhaafd |
| pendant une période déterminée ou que les dispositions | of dat voormelde grondwetsbepalingen zouden zijn geschonden, om de |
| constitutionnelles précitées seraient violées par cela seul que ce | enkele reden dat die wijziging de berekeningen in de war zouden sturen |
| changement déjouerait les calculs de ceux qui se sont fiés à la | van diegenen die op de vroegere situatie zijn voortgegaan. |
| situation ancienne. B.4.4. Ni le fait que certains contribuables aient pu espérer | B.4.4. Noch het feit dat sommige belastingplichtigen vermochten te |
| bénéficier pour une durée indéterminée de l'avantage que confère la | hopen voor onbepaalde duur het voordeel van de kwalificatie als |
| qualification en tant qu'assurance-vie individuelle, ni l'existence de | individuele levensverzekering te genieten, noch het bestaan van |
| litiges pendants n'ont en soi pour effet que le législateur serait | hangende rechtsgedingen hebben op zich tot gevolg dat de wetgever in |
| dans l'impossibilité de protéger les intérêts des finances publiques | de onmogelijkheid zou zijn om de belangen van de overheidsfinanciën te |
| et de remédier à une situation d'insécurité juridique. | beschermen en om een toestand van rechtsonzekerheid te verhelpen. |
| Il ressort des travaux préparatoires cités en B.1.8 que la disposition | Uit de in B.1.8 vermelde parlementaire voorbereiding blijkt dat met de |
| attaquée a pour objectif d'éviter que les pensions collectives | bestreden bepaling beoogd werd te vermijden dat Nederlandse |
| néerlandaises soient qualifiées d'assurances-vie individuelles sur la | collectieve pensioenen, op basis van de toepassing van een circulaire |
| base de l'application d'une circulaire de 1969. Lorsque le législateur | uit 1969, als individuele levensverzekeringen worden gekwalificeerd. |
| constate que la qualification de certaines constructions en matière de | Wanneer de wetgever vaststelt dat de kwalificatie van bepaalde in de |
| pension, collectives en pratique, aboutit, sur la base du critère des | praktijk collectieve pensioenconstructies op basis van het criterium |
| droits définitivement acquis, à ce que ces pensions bénéficient, dans | van de definitief verworven rechten ertoe leidt dat die pensioenen, op |
| les faits, d'une double non-imposition en vertu de l'exonération | grond van de vrijstelling voor individuele levensverzekeringen, in de |
| prévue pour les assurances-vie individuelles, alors que l'objectif de | praktijk een dubbele niet-belasting genieten, terwijl de doelstelling |
| cette exonération consiste justement à garantir que les pensions | van die vrijstelling er net in bestaat te waarborgen dat pensioenen |
| fassent l'objet d'un avantage fiscal au moment soit du versement des | ofwel op het moment van storting van de bijdragen, ofwel op het moment |
| cotisations soit du versement des prestations, il n'est pas | van de uitkeringen worden gefaciliteerd, is het niet onredelijk te |
| déraisonnable de considérer que le critère précité n'est pas adéquat | oordelen dat het voormelde criterium niet geschikt is voor het |
| pour atteindre cet objectif. Il en va tout particulièrement ainsi au | bereiken van die doelstelling. Dit geldt in het bijzonder in het licht |
| regard du constat selon lequel l'utilisation du critère des droits | van de vaststelling dat het gebruik van het criterium van de |
| définitivement acquis, bien qu'il fasse l'objet en soi d'une | definitief verworven rechten, hoewel het op zich het voorwerp uitmaakt |
| jurisprudence constante, est tout de même source d'insécurité | van zeer constante rechtspraak, in de praktijk alsnog tot |
| juridique en pratique, du fait que les effets concrets de son | rechtsonzekerheid leidt, doordat de concrete gevolgen van die |
| application sur chaque système de retraite étranger pris isolément | toepassing voor elk afzonderlijk buitenlands pensioenstelsel |
| sont imprévisibles. | onvoorspelbaar zijn. |
| B.4.5. Ni les articles 10 et 11 de la Constitution, ni l'article 1er | B.4.5. Noch de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, noch artikel 1 van |
| du Premier Protocole additionnel ne comportent une interdiction | het Eerste Aanvullend Protocol bevatten een algemeen verbod op dubbele |
| générale de la double imposition. Par ailleurs, comme il est dit en | belasting. Bovendien, en zoals vermeld in B.1.6, blijkt uit het |
| B.1.6, il ressort de la requête et du mémoire des parties requérantes | verzoekschrift en de memorie van de verzoekende partijen dat de |
| que celles-ci estiment que les cotisations qui ont été payées avant | |
| 2004 aux Pays-Bas remplissent la condition prévue à l'article 18, | bijdragen die vóór 2004 in Nederland werden betaald, volgens hen |
| paragraphe 2, a), de la Convention belgo-néerlandaise préventive de la | voldoen aan de voorwaarde van artikel 18, lid 2, a), van het |
| double imposition, ce qui signifie que ces cotisations ont bénéficié à | Belgisch-Nederlands Dubbelbelastingverdrag, wat inhoudt dat die |
| bijdragen oorspronkelijk fiscaal werden gefaciliteerd. In | |
| l'origine d'avantages fiscaux. Par conséquent, contrairement à ce que | tegenstelling tot wat zij in hun tweede middel beweren, leidt de |
| les parties requérantes soutiennent dans leur deuxième moyen, la | bestreden bepaling bijgevolg niet ertoe dat de logica volgens welke |
| disposition attaquée ne rompt pas la logique selon laquelle les | aanvullende pensioenen ofwel op het moment van de bijdrage, ofwel op |
| pensions complémentaires sont imposées au moment soit du versement des | het moment van de uitkering worden belast, wordt doorbroken. |
| cotisations, soit du versement des prestations. L'objectif du | Integendeel is het net de bedoeling van de wetgever die logica te |
| législateur est précisément de conserver cette logique. Cela ressort | bewaren. Dit blijkt ook uit de parlementaire voorbereiding, waarin |
| également des travaux préparatoires, qui confirment explicitement que | uitdrukkelijk wordt bevestigd dat de bestreden bepaling niet van |
| la disposition attaquée ne s'appliquera pas « si le contribuable | toepassing is « wanneer de belastingplichtige aantoont dat het |
| prouve que la pension complémentaire n'a pas été facilitée sur le plan | aanvullend pensioen op het moment van de opbouw fiscaal |
| fiscal au moment de sa constitution » (Doc. parl., Chambre, 2021-2022, | niet-gefaciliteerd is » (Parl. St., Kamer, 2021-2022, DOC 55-2351/007, |
| DOC 55-2351/007, p. 15). Enfin, au regard et sous réserve de cette | p. 15). In het licht van en onder voorbehoud van die mogelijkheid, kan |
| possibilité, il ne saurait pas non plus être conclu que la disposition | tot slot ook niet worden geconcludeerd dat de bestreden bepaling te |
| attaquée produit, en l'espèce, des effets disproportionnés pour les | dezen onevenredige gevolgen heeft voor de betrokkenen. |
| intéressés. B.4.6. Sur la base des éléments précités, et sous réserve de ce qui | B.4.6. Op grond van de voormelde elementen, en onder voorbehoud van |
| est dit en B.4.5, le deuxième moyen n'est pas fondé. | hetgeen is vermeld in B.4.5, is het tweede middel niet gegrond. |
| En ce qui concerne le troisième moyen | Wat betreft het derde middel |
| B.5.1. Le troisième moyen est pris de la violation, par l'article 28 | B.5.1. Het derde middel is afgeleid uit de schending, door artikel 28 |
| de la loi du 21 janvier 2022, des articles 10 et 11 de la | van de wet van 21 januari 2022, van de artikelen 10 en 11 van de |
| Constitution, lus en combinaison avec le principe de la | Grondwet, in samenhang gelezen met het beginsel van de |
| non-rétroactivité des lois, avec le principe de la sécurité juridique | niet-retroactiviteit van de wetten, met het rechtszekerheidsbeginsel |
| et avec l'article 26 de la Convention de Vienne du 23 mai 1969 sur le | en met artikel 26 van het Verdrag van Wenen van 23 mei 1969 inzake het |
| droit des traités (ci-après : la Convention de Vienne). Selon les | verdragenrecht (hierna : het Verdrag van Wenen). Volgens de |
| parties requérantes, en effet, la disposition attaquée vise à | verzoekende partijen zorgt de bestreden bepaling immers ervoor dat |
| neutraliser l'article 18, paragraphe 2, de la Convention | artikel 18, lid 2, van het Belgisch-Nederlands Dubbelbelastingverdrag |
| belgo-néerlandaise préventive de la double imposition. | buitenspel wordt gezet. |
| B.5.2. Pour les mêmes motifs que ceux qui sont mentionnés en B.4.1 à | B.5.2. Om dezelfde redenen als die vermeld in B.4.1 tot B.4.5, is het |
| B.4.5, le moyen n'est pas fondé en ce qu'il se base sur les effets | middel niet gegrond in zoverre het is gebaseerd op de vermeende |
| prétendument rétroactifs de la disposition attaquée. | retroactieve gevolgen van de bestreden bepaling. |
| B.5.3. L'article 26 de la Convention de Vienne dispose : | B.5.3. Artikel 26 van het Verdrag van Wenen bepaalt : |
| « Tout traité en vigueur lie les parties et doit être exécuté par | « Elk in werking getreden verdrag verbindt de partijen en moet door |
| elles de bonne foi ». | hen te goeder trouw ten uitvoer worden gelegd ». |
| B.5.4. Ainsi qu'il ressort des travaux préparatoires cités en B.1.7, | B.5.4. Zoals blijkt uit de in B.1.7 vermelde parlementaire |
| l'article 28 de la loi du 21 janvier 2022 n'affecte pas l'application | voorbereiding, raakt artikel 28 van de wet van 21 januari 2022 niet |
| de l'article 18, paragraphe 2, de la Convention belgo-néerlandaise | aan de toepassing van artikel 18, lid 2, van het Belgisch-Nederlands |
| préventive de la double imposition, ni le principe selon lequel ces | Dubbelbelastingverdrag, en het principe dat eventuele dubbele |
| conventions rendent impossible toute double imposition éventuelle. | belasting ingevolge die verdragen onmogelijk wordt gemaakt. Zoals het |
| Ainsi que la Cour l'a déjà constaté dans son arrêt n° 20/2004 du 4 | Hof reeds heeft vastgesteld in zijn arrest nr. 20/2004 van 4 februari |
| février 2004 (ECLI:BE:GHCC:2004:ARR.020), par lequel elle a rejeté le | 2004 (ECLI:BE:GHCC:2004:ARR.020), waarin het beroep tot vernietiging |
| recours en annulation de la loi d'assentiment à la Convention | van de wet houdende instemming met het Belgisch-Nederlands |
| belgo-néerlandaise préventive de la double imposition, il ressort de | Dubbelbelastingverdrag werd verworpen, blijkt uit de |
| l'exposé des motifs commun de cette Convention que « l'idée directrice | gemeenschappelijke memorie van toelichting bij het Belgisch-Nederlands |
| [de l'article 18 de la nouvelle convention belgo-néerlandaise] est de | Dubbelbelastingverdrag dat « de leidraad [bij artikel 18 van het |
| garantir un fonctionnement transfrontalier cohérent du système | nieuwe Belgisch-Nederlandse Verdrag] een waarborging [is] van een |
| applicable en matière de pensions et de rentes, qui consiste, d'une | grensoverschrijdende coherente werking van de bij pensioenen en |
| part, à permettre la constitution en exemption d'impôt - via la | lijfrenten gehanteerde systematiek waarin aanspraken op |
| déduction des cotisations - des droits aux pensions ou aux rentes et, | oudedagsvoorzieningen via de aftrek van premies belastingvrij kunnen |
| d'autre part, à imposer les prestations de retraite. A cet égard, la | worden opgebouwd en oudedagsuitkeringen worden belast. In dat verband |
| répartition des pouvoirs d'imposition convenue à l'article 18 permet | is in artikel 18 een zodanige verdeling van heffingsbevoegdheden |
| overeengekomen dat een evenwichtige verhouding wordt gerealiseerd | |
| d'obtenir un équilibre entre les avantages fiscaux accordés lors de la | tussen de fiscale faciliëring bij de opbouw van aanspraken op |
| constitution des droits aux pensions ou rentes et l'imposition des | pensioenen en lijfrenten en de belastingheffing over pensioen- en |
| pensions et rentes ou des capitaux et valeurs de rachat » (Doc. parl., | lijfrente-uitkeringen, dan wel de afkoopsommen daarvan » (Parl. St., |
| Sénat, 2002-2003, n° 2-1293/2, p. 45). Comme cela a déjà été constaté | Senaat, 2002-2003, nr. 2-1293/2, p. 45). Zoals reeds werd vastgesteld |
| en B.4.5, la disposition attaquée s'inscrit précisément dans | in B.4.5, past de bestreden bepaling net in het kader van de |
| l'objectif du législateur de garantir ce lien en matière d'imposition | doelstelling van de wetgever om die verhouding inzake de belasting van |
| des pensions. | pensioenen te waarborgen. |
| B.5.5. Le troisième moyen n'est pas fondé. | B.5.5. Het derde middel is niet gegrond. |
| En ce qui concerne le quatrième moyen | Wat betreft het vierde middel |
| B.6.1. Le quatrième moyen est pris de la violation, par l'article 28 | B.6.1. Het vierde middel is afgeleid uit de schending, door artikel 28 |
| de la loi du 21 janvier 2022, des articles 10, 11 et 172 de la Constitution. Dans la première branche, les parties requérantes reprochent à la disposition attaquée de faire naître une différence de traitement injustifiée entre les personnes qui bénéficient d'une pension complémentaire néerlandaise du deuxième pilier, selon que cette pension a été constituée, ou non, pour le compte d'au moins deux travailleurs affiliés, anciens travailleurs ou leurs ayants droit. Dans la seconde branche, les parties requérantes critiquent le fait que les personnes qui bénéficient d'une allocation versée en vertu d'une pension complémentaire collective néerlandaise sont toutes traitées de manière identique, bien que les pensions issues du « nettopensioenregeling » (régime néerlandais de retraite complémentaire financé par des primes calculées sur une partie du montant net des hauts salaires) relèvent d'une situation fiscale différente. La Cour examine ces deux branches conjointement. | van de wet van 21 januari 2022, van de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet. In een eerste onderdeel klagen de verzoekende partijen aan dat de bestreden bepaling leidt tot een onverantwoord verschil in behandeling tussen personen die een Nederlands aanvullend pensioen van de tweede pijler genieten, naargelang dat pensioen al dan niet ten behoeve van ten minste twee aangesloten werknemers, vroegere werknemers of hun rechtverkrijgenden werd opgebouwd. In het tweede onderdeel klagen de verzoekende partijen aan dat personen die een uitkering genieten op basis van een Nederlands collectief aanvullend pensioen allen identiek worden behandeld, hoewel pensioenen uit een Nederlandse nettopensioenregeling zich in een verschillende fiscale situatie bevinden. Het Hof behandelt beide onderdelen samen. |
| B.6.2. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas | B.6.2. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet |
| qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de | uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen |
| personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et | wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium |
| qu'elle soit raisonnablement justifiée. Ce principe s'oppose, par | berust en het redelijk verantwoord is. Dat beginsel verzet er zich |
| ailleurs, à ce que soient traitées de manière identique, sans | overigens tegen dat categorieën van personen, die zich ten aanzien van |
| qu'apparaisse une justification raisonnable, des catégories de | de betwiste maatregel in wezenlijk verschillende situaties bevinden, |
| personnes se trouvant dans des situations qui, au regard de la mesure | op identieke wijze worden behandeld, zonder dat daarvoor een redelijke |
| critiquée, sont essentiellement différentes. | verantwoording bestaat. |
| L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant | Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld |
| compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la | rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel |
| nature des principes en cause; le principe d'égalité et de | en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van |
| non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas | gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat |
| de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés | geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende |
| et le but visé. | middelen en het beoogde doel. |
| B.6.3. Il ressort des travaux préparatoires qu'à la lumière du constat | B.6.3. Uit de parlementaire voorbereiding blijkt dat de wetgever, in |
| selon lequel le problème d'interprétation concernait principalement | het licht van de vaststelling dat het interpretatieprobleem zich |
| les pensions complémentaires néerlandaises, le législateur s'est fondé | hoofdzakelijk voordeed met betrekking tot Nederlandse aanvullende |
| sur la définition néerlandaise de la notion de « fonds de pension | pensioenen, zich heeft gebaseerd op de Nederlandse definitie van een |
| collectif » : | collectief pensioenfonds : |
| « A la suite de l'avis n° 70 465/3 du Conseil d'Etat, la définition de | « Naar aanleiding van het advies Nr. 70 465/3 van de Raad van State |
| la notion de ` fonds de pension collectif ' fait l'objet d'une | wordt nog dieper ingegaan op de omschrijving van het begrip ` |
| discussion plus approfondie, ainsi que la question du cas où un fonds | collectief pensioenfonds ' en wat er gebeurt als een pensioenfonds |
| de pension retombe sur un seul travailleur[.] | terugvalt op één werknemer. |
| Le problème réside principalement dans la distinction entre les | De problematiek situeert zich voornamelijk in het onderscheid tussen |
| pensions du deuxième et du troisième pilier. La catégorie d'exception | tweede- en derde pijlerpensioenen. De uitzonderingscategorie van |
| de l'article 39, § 2, CIR 92 concernait les pensions du troisième pilier, c'est-à-dire celles constituées de produits bancaires individuels au moyen de capitaux personnels choisis pour la constitution d'une pension individuelle (p. ex., l'assurance-vie individuelle). Les pensions du deuxième pilier sont, elles, constituées dans le cadre des activités professionnelles exercées par un assujetti, telles que l'assurance-groupe collective d'un employeur. Des analyses de cas données par la jurisprudence [ont] permis de qualifier certains régimes de retraite collective étrangers (c.-à-d. pensions du deuxième pilier) d'assurance-vie individuelle et donc de pension du troisième pilier. Ce projet de loi vise à éliminer l'insécurité juridique en précisant ce qui n'est pas une assurance-vie individuelle et donc une pension du troisième pilier. Etant donné que l'intention du législateur est principalement liée aux fonds de pension néerlandais, le projet se fonde sur la définition du | artikel 39, § 2, WIB 92 was er voor derde pijlerpensioenen, d.w.z. met persoonlijk kapitaal individuele bankproducten kiezen voor de individuele pensioenopbouw (vb. : de individuele levensverzekering). Tweede pijlerpensioenen zijn dan pensioenen opgebouwd door de beroepswerkzaamheden van een belastingplichtige, zoals de collectieve groepsverzekering van een werkgever. Feitenanalyses gegeven door de rechtspraak zorgden ervoor dat sommige buitenlandse collectieve pensioenvoorzieningen (dus tweede pijlerpensioenen) werden gekwalificeerd als individuele levensverzekeringen en dus als een derde pijlerpensioen. Dit wetsontwerp wil de rechtsonzekerheid wegwerken door duidelijk te maken wat geen individuele levensverzekering en dus een derde pijlerpensioen is. Omdat de bedoeling van de wetgever voornamelijk te maken heeft met de |
| fonds de pension néerlandais tirée de la loi néerlandaise sur les | Nederlandse pensioenfondsen, baseert het ontwerp zich op de definitie |
| pensions qui stipule qu'un fonds de pension est une fondation ` dans | van het Nederlandse pensioenfonds uit de Nederlandse pensioenwet die |
| laquelle des fonds d'au moins deux participants, d'anciens | stelt dat een pensioenfonds een stichting is ` waarin ten behoeve van |
| participants ou de leurs survivants sont ou ont été collectés et gérés | ten minste twee deelnemers, gewezen deelnemers of hun nabestaanden |
| afin de mettre en oeuvre au moins un régime de pension de base '. Il y | gelden worden of werden bijeengebracht en worden beheerd ter |
| a lieu donc d'entendre ici une police d'assurance qui a été négociée | uitvoering van ten minste een basispensioenregeling '. Men dient hier |
| par un employeur (que ce soit par l'intermédiaire d'un fonds de pension sectoriel) pour ses employés (anciens, présents ou futurs) avec toutes les nuances qui peuvent y être incluses. La définition que le législateur veut introduire ne fait pas de distinction entre les catégories de pensionnés. Dans la pratique, un fonds de pension collectif fait une distinction possible entre les différents types de salariés sur la base de barèmes et autres éléments, mais cela n'affecte pas le caractère collectif du fonds de pension. Dans le cas où un employeur a souscrit une assurance collective et que, dans ce cas spécifique, il n'y a qu'un seul employé, une question de fait doit se poser. L'assurance collective est généralement négociée et conclue pour un groupe de personnes qui travaillent ou ont travaillé dans une entreprise (que ce soit ou non sous certains paramètres [...]). Les personnes qui commencent à travailler dans cette entreprise sont intégrées dans cette assurance. Les fonds de pension sont souvent organisés par secteur ou par groupe d'employeurs pour réaliser des économies d'échelle, de sorte que ce cas spécifique ne se produira pas souvent. Il devrait s'agir d'une assurance-groupe négociée pour les employés via un fonds de pension, dans le cadre de laquelle une assurance serait alors retirée et un seul employé, ancien employé ou partenaire survivant bénéficierait de ce régime de pension. Si une telle situation existait et peut être prouvée en droit, il peut alors parler | dus onder te verstaan, een verzekering onderhandeld door een werkgever (al dan niet via een sectoraal pensioenfonds) voor diens werknemers (vroegere, huidige of toekomstige) en alle nuances die hieronder kunnen vallen. De definitie die de wetgever wil inbrengen, maakt geen onderscheid tussen de categorieën van gepensioneerden. In de praktijk maakt een collectief pensioenfonds een mogelijk onderscheid tussen de verschillende soorten werknemers op basis van barema's en dergelijke meer, maar dit heeft geen invloed op het collectief karakter van het pensioenfonds. In het geval een werkgever een groepsverzekering heeft afgesloten en er in dat specifiek geval slechts één werknemer is, dient een feitenkwestie zich aan. Een groepsverzekering is meestal onderhandeld en afgesloten voor een groep mensen die werken of werkten in een bedrijf (al dan niet onder bepaalde parameters edm.). Mensen die beginnen met werken in dat bedrijf treden als het ware in deze verzekering. Vaak worden pensioenfondsen ook georganiseerd per sector of door groepen werkgevers omwille van schaalvoordelen, zodat dit specifieke geval weinig zal voorkomen. Het zou moeten gaan over een onderhandelde groepsverzekering voor werknemers bij een pensioenfonds waarbij een verzekering vervolgens terug zou vallen en er slechts één enkele werknemer, ex-werknemer of nabestaande geniet van die pensioenregeling. Als een dergelijke situatie zou bestaan en dit in rechte kan worden bewezen, kan er toch |
| d'une police d'assurance-vie individuelle, mais l'exception de | sprake zijn van een individuele levensverzekering, maar treedt de |
| l'article 39, § 2, 2°, d), CIR 92 s'applique pour la constitution au | uitzondering van artikel 39, § 2, 2°, d), WIB 92 voor de opbouw door |
| moyen de cotisations patronales ou de montants de l'entreprise. | middel van werkgeversbijdragen of bijdragen van de onderneming in |
| La proposition parle également d'` anciens travailleurs ou de leurs | werking. Het voorstel spreekt ook van ` vroegere werknemers of hun |
| ayants droit ' Si un employé décède, ses ayants droit auront également | rechtverkrijgenden '. Als een bediende zou sterven, zullen zijn |
| droit au fonds de pension. Le caractère collectif est alors préservé. | rechtverkrijgenden ook rechten hebben op het pensioenfonds. Het |
| collectieve karakter wordt dan bewaard. | |
| Dans le cas très spécifique et exceptionnel où il n'y aurait que deux | In het zeer specifieke en uitzonderlijke geval waar er twee |
| travailleurs, et que l'un de ceux-ci meure sans aucun descendant quel | aangesloten werknemers zouden zijn, één bediende zou sterven en deze |
| qu'il soit, on parlerait de facto d'une assurance-vie individuelle, | geen nabestaanden zou hebben op welke manier dan ook, is er de facto |
| sprake van een individuele levensverzekering, maar speelt ook dan de | |
| mais alors l'exception prévue à l'article 39, § 2, 2°, d), CIR 92 pour | uitzondering voorzien in artikel 39, § 2, 2°, d), WIB 92 voor de |
| la constitution via des cotisations patronales ou des montants de | opbouw door middel van werkgeversbijdragen of bijdragen van de |
| l'entreprise jouerait aussi » (Doc. parl., Chambre, 2021-2022, DOC 55-2351/003, pp. 11 et 12). | onderneming » (Parl. St., Kamer, 2021-2022, DOC 55-2351/003, pp. 11 en 12). |
| B.6.4. Il appartient au législateur de désigner les redevables de | B.6.4. Het komt de wetgever toe de personen aan te wijzen die de door |
| l'impôt qu'il instaure, de même que l'importance de cet impôt. Il | hem ingevoerde belasting verschuldigd zijn, alsook de hoegrootheid |
| dispose en la matière d'une marge d'appréciation étendue. | ervan. Hij beschikt ter zake over een ruime beoordelingsmarge. |
| Lorsque le législateur désigne les redevables de l'impôt, il peut | Wanneer de wetgever de belastingschuldigen aanwijst, kan hij gebruik |
| faire usage de catégories qui, nécessairement, n'appréhendent la | maken van categorieën die, noodzakelijkerwijs, de verscheidenheid van |
| diversité des situations qu'avec un certain degré d'approximation, dès | toestanden slechts met een zekere graad van benadering opvangen, |
| lors qu'il ne peut pas prendre en compte les particularités des divers | aangezien hij geen rekening kan houden met de bijzonderheden van elk |
| cas d'espèce et qu'il peut appréhender leur diversité de manière | gegeven geval en hij de diversiteit ervan benaderend en |
| approximative et simplificatrice. Cela vaut particulièrement lorsque | vereenvoudigend vermag te omschrijven. Dit geldt in het bijzonder |
| le législateur s'efforce de prendre en compte les effets d'une | wanneer de wetgever rekening tracht te houden met de gevolgen van een |
| réglementation étrangère sur laquelle il n'a lui-même aucune | buitenlandse regeling waarop hij zelf geen invloed heeft wat betreft |
| influence, que ce soit sur le contenu ou sur l'évolution. Enfin, il | de invulling noch de evolutie. Tot slot blijkt uit hetgeen reeds is |
| ressort de ce qui a déjà été dit en B.4.6 que la disposition attaquée | vermeld in B.4.6, dat de bestreden bepaling op zich geen onredelijke |
| ne produit en soi pas d'effets déraisonnables pour les intéressés qui | gevolgen teweegbrengt voor de betrokkenen die alsnog zouden worden |
| seraient tout de même imposés. Le fait qu'en raison de l'application | belast. Het feit dat sommige betrokkenen, door de toepassing van de |
| de la disposition attaquée en combinaison avec l'article 18, | bestreden bepaling in combinatie met artikel 18, lid 2, van het |
| paragraphe 2, de la Convention belgo-néerlandaise préventive de la double imposition, certains intéressés sont imposés en Belgique au lieu des Pays-Bas, ne peut pas davantage être considéré comme disproportionné, même si l'on tient compte de la circonstance que la fiscalité belge relative à l'imposition des allocations de pension serait plus lourde que la fiscalité néerlandaise. Le principe d'égalité n'exige pas que, lorsqu'il tient compte de chacune des conventions que la Belgique négocie avec les Etats voisins pour éviter les phénomènes de double imposition, le législateur se préoccupe d'assurer, au cas par cas, aux contribuables le régime qui leur serait à tout moment le plus favorable. B.6.5. Le quatrième moyen n'est pas fondé. Par ces motifs, la Cour | Belgisch-Nederlands Dubbelbelastingverdrag, in België worden belast in plaats van in Nederland, kan evenmin als onevenredig worden beschouwd, zelfs indien rekening wordt gehouden met het gegeven dat de Belgische fiscaliteit ter zake van de belasting van pensioenuitkeringen zwaarder zou zijn dan de Nederlandse. Het gelijkheidsbeginsel vereist niet dat de wetgever, rekening houdend met elk van de overeenkomsten die België met de buurlanden sluit ter voorkoming van dubbele belasting, ernaar streeft geval per geval aan de belastingplichtigen het stelsel te garanderen dat voor hen op elk ogenblik het meest gunstige zou zijn. B.6.5. Het vierde middel is niet gegrond. Om die redenen, het Hof |
| 1. annule l'article 60, alinéa 4, de la loi du 21 janvier 2022 « | 1. vernietigt artikel 60, vierde lid, van de wet van 21 januari 2022 « |
| portant des dispositions fiscales diverses »; | houdende diverse fiscale bepalingen »; |
| 2. sous réserve de ce qui est dit en B.4.5, rejette le recours pour le | 2. onder voorbehoud van hetgeen is vermeld in B.4.5, verwerpt het |
| surplus. | beroep voor het overige. |
| Ainsi rendu en langue néerlandaise, en langue française et en langue | Aldus gewezen in het Nederlands, het Frans en het Duits, |
| allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier | overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op |
| 1989 sur la Cour constitutionnelle, le 14 décembre 2023. | het Grondwettelijk Hof, op 14 december 2023. |
| Le greffier, | De griffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |
| Le président, | De voorzitter, |
| L. Lavrysen | L. Lavrysen |