Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 107/2022 du 15 septembre 2022 Numéro du rôle : 7649 En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 65/1 de la loi du 16 mars 1968 « relative à la police de la circulation routière », posées par le Tribunal La Cour constitutionnelle, composée de la juge J. Moerman, faisant fonction de présidente, du pr(...)"
Extrait de l'arrêt n° 107/2022 du 15 septembre 2022 Numéro du rôle : 7649 En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 65/1 de la loi du 16 mars 1968 « relative à la police de la circulation routière », posées par le Tribunal La Cour constitutionnelle, composée de la juge J. Moerman, faisant fonction de présidente, du pr(...) Uittreksel uit arrest nr. 107/2022 van 15 september 2022 Rolnummer 7649 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 65/1 van de wet van 16 maart 1968 « betreffende de politie over het wegverkeer », gesteld door de Politierechtbank Oost-Vlaa Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit rechter J. Moerman, waarnemend voorzitter, voorzitter P(...)
COUR CONSTITUTIONNELLE GRONDWETTELIJK HOF
Extrait de l'arrêt n° 107/2022 du 15 septembre 2022 Uittreksel uit arrest nr. 107/2022 van 15 september 2022
Numéro du rôle : 7649 Rolnummer 7649
En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 65/1 de In zake : de prejudiciële vragen over artikel 65/1 van de wet van 16
la loi du 16 mars 1968 « relative à la police de la circulation maart 1968 « betreffende de politie over het wegverkeer », gesteld
routière », posées par le Tribunal de police de Flandre orientale, door de Politierechtbank Oost-Vlaanderen, afdeling Sint-Niklaas.
division de Saint-Nicolas.
La Cour constitutionnelle, Het Grondwettelijk Hof,
composée de la juge J. Moerman, faisant fonction de présidente, du samengesteld uit rechter J. Moerman, waarnemend voorzitter, voorzitter
président P. Nihoul, des juges T. Giet, D. Pieters, E. Bribosia et W. P. Nihoul, de rechters T. Giet, D. Pieters, E. Bribosia en W.
Verrijdt, et, conformément à l'article 60bis de la loi spéciale du 6 Verrijdt, en, overeenkomstig artikel 60bis van de bijzondere wet van 6
janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, du juge émérite J.-P. januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, emeritus rechter J.-P.
Moerman, assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par la juge J. Moerman, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder
Moerman, voorzitterschap van rechter J. Moerman,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet des questions préjudicielles et procédure I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging
Par jugement du 4 octobre 2021, dont l'expédition est parvenue au Bij vonnis van 4 oktober 2021, waarvan de expeditie ter griffie van
greffe de la Cour le 12 octobre 2021, le Tribunal de police de Flandre het Hof is ingekomen op 12 oktober 2021, heeft de Politierechtbank
orientale, division de Saint-Nicolas, a posé les questions Oost-Vlaanderen, afdeling Sint-Niklaas, de volgende prejudiciële
préjudicielles suivantes : vragen gesteld :
« 1. L'article 65/1 de la loi du 16 mars 1968 relative à la police de « 1. Schendt artikel 65/1 van de Wet van 16 maart 1968 betreffende de
la circulation routière viole-t-il les dispositions consacrant les politie over het wegverkeer, de bepalingen over de fundamentele
droits et libertés fondamentaux, garantis par le titre II de la rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet, (met
Constitution (notamment les articles 10, 11 et 13 de la Constitution) name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 EVRM,
et l'article 6, paragraphe 1, de la Convention européenne des droits in de interpretatie dat deze bepaling de rechter bij een
de l'homme, dans l'interprétation selon laquelle, dans le cadre d'une beroepsprocedure tegen een bevel tot betalen niet toelaat te
procédure de recours contre un ordre de paiement, cette disposition ne onderzoeken of de redelijke termijn in strafzaken werd nageleefd,
permet pas au juge d'examiner si le délai raisonnable en matière alsook de rechter niet in de mogelijkheid verkeert om een eventuele
pénale a été respecté ou de remédier à un éventuel dépassement du overschrijding van de redelijke termijn te remediëren conform artikel
délai raisonnable conformément à l'article 21ter du titre préliminaire
du Code de procédure pénale ? 21ter VTSv. ?
2. L'article 65/1 de la loi du 16 mars 1968 relative à la police de la 2. Schendt artikel 65/1 van de Wet van 16 maart 1968 betreffende de
circulation routière viole-t-il les dispositions consacrant les droits politie over het wegverkeer, de bepalingen over de fundamentele
et libertés fondamentaux, garantis par le titre II de la Constitution rechten en vrijheden gewaarborgd in titel II van de Grondwet, (met
(notamment les articles 10, 11 et 13 de la Constitution) et l'article name de artikelen 10, 11 en 13 van de Grondwet) én artikel 6.1 EVRM,
6, paragraphe 1, de la Convention européenne des droits de l'homme, in de interpretatie dat deze bepaling de rechter niet toelaat om bij
dans l'interprétation selon laquelle, dans le cadre d'un recours een beroep tegen een bevel tot betalen de sanctie te individualiseren
contre un ordre de paiement, cette disposition ne permet pas au juge in functie van de concrete omstandigheden waarin de feiten werden
d'individualiser la sanction en fonction des circonstances concrètes gepleegd of in functie van de persoonlijke omstandigheden van de
dans lesquelles les faits ont été commis ou en fonction des
circonstances personnelles du contrevenant ? ». overtreder ? ».
(...) (...)
III. En droit III. In rechte
(...) (...)
B.1. Le juge a quo demande à la Cour si l'article 65/1, § 2, de la loi B.1. De verwijzende rechter wenst van het Hof te vernemen of artikel
du 16 mars 1968 « relative à la police de la circulation routière » 65/1, § 2, van de wet van 16 maart 1968 « betreffende de politie over
(ci-après : la loi du 16 mars 1968) viole les articles 10, 11 et 13 de het wegverkeer » (hierna : de Wegverkeerswet) de artikelen 10, 11 en
la Constitution et l'article 6, paragraphe 1, de la Convention 13 van de Grondwet en artikel 6, lid 1, van het Europees Verdrag voor
européenne des droits de l'homme, dans l'interprétation selon laquelle de rechten van de mens schendt, in de interpretatie dat die bepaling
cette disposition ne permet pas au juge qui doit statuer sur un de rechter die moet oordelen over een beroep tegen een bevel tot
recours contre un ordre de paiement, d'une part, d'examiner si le betalen, niet toelaat, enerzijds, te onderzoeken of de redelijke
délai raisonnable en matière pénale a été respecté et, en cas de termijn in strafzaken in acht werd genomen en, in geval van een
dépassement de ce délai, d'appliquer l'article 21ter du titre overschrijding van die termijn, toepassing te maken van artikel 21ter
préliminaire du Code de procédure pénale (première question van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering (eerste
préjudicielle) et, d'autre part, d'individualiser la sanction en prejudiciële vraag) en, anderzijds, de sanctie te individualiseren
fonction des circonstances concrètes de la cause (seconde question naar gelang van de concrete omstandigheden van de zaak (tweede
préjudicielle). prejudiciële vraag).
B.2.1. Avant son remplacement par l'article 29, 2°, de la loi du 28 B.2.1. Vóór de vervanging ervan bij artikel 29, 2°, van de wet van 28
novembre 2021 « visant à rendre la justice plus humaine, plus rapide november 2021 « om justitie menselijker, sneller en straffer te maken
et plus ferme » (ci-après : la loi du 28 novembre 2021), l'article » (hierna : de wet van 28 november 2021), bepaalde artikel 65/1, § 2,
65/1, § 2, de la loi relative à la police de la circulation routière
disposait : van de Wegverkeerswet :
« Le contrevenant ou son avocat peut, dans les trente jours suivant le « De overtreder of diens advocaat kan binnen de dertig dagen volgend
jour de la réception de l'ordre de paiement, introduire un recours op de dag van ontvangst van het bevel tot betalen beroep aantekenen
contre l'ordre de paiement auprès du tribunal de police compétent. Le bij de bevoegde politierechtbank. Het beroep wordt ingesteld bij een
recours est introduit par requête déposée au greffe du tribunal de police compétent ou par envoi recommandé ou par courrier électronique, adressés au greffe. Dans ces derniers cas, la date d'envoi de l'envoi recommandé ou du courrier électronique a valeur de date d'introduction de la requête. L'envoi recommandé est réputé avoir été envoyé le troisième jour ouvrable précédant sa réception au greffe. Cette requête est motivée et contient élection de domicile en Belgique, si le requérant n'y a pas son domicile. La requête mentionne, à peine d'irrecevabilité, le numéro du procès-verbal ou le numéro de système. La requête est inscrite dans le registre prévu à cet effet. La prescription de l'action publique est suspendue à partir de la date de l'introduction de la requête jusqu'au jour du jugement définitif. Le contrevenant est convoqué par le greffier, par pli judiciaire ou par envoi recommandé, dans les trente jours de l'inscription de la requête au registre, à comparaître à l'audience fixée par le juge. Le greffier adresse au ministère public la copie de la requête et lui indique la date d'audience. Le greffier communique sans délai au procureur du Roi la décision définitive statuant sur la recevabilité du recours. Si le recours est déclaré recevable, l'ordre de paiement est réputé non avenu ». verzoekschrift dat neergelegd wordt op de griffie van de bevoegde politierechtbank of bij een aangetekende zending of via elektronische post die aan de griffie worden verzonden. In die laatste gevallen geldt de datum van verzending van de aangetekende zending of van de elektronische post als datum waarop het verzoekschrift werd ingediend. De aangetekende zending wordt geacht te zijn verzonden de derde werkdag voor de ontvangst ervan op de griffie. Het verzoekschrift wordt met redenen omkleed en houdt keuze van woonplaats in België in, indien de verzoeker er zijn woonplaats niet heeft. Op straffe van onontvankelijkheid vermeldt het verzoekschrift het nummer van het proces-verbaal of het systeemnummer. Het verzoekschrift wordt ingeschreven in het daartoe bestemde register. De verjaring van de strafvordering wordt geschorst vanaf de dag dat het verzoekschrift wordt ingediend, tot de dag van het definitieve vonnis. De overtreder wordt binnen een termijn van dertig dagen vanaf de inschrijving in het daartoe bestemde register door de griffier per gerechtsbrief of per aangetekende zending opgeroepen om te verschijnen op de zitting die de rechter bepaalt. De griffier zendt een kopie van het verzoekschrift over aan de procureur des Konings en deelt hem de datum van de zitting mee. De griffier deelt onverwijld de definitieve beslissing inzake de ontvankelijkheid van het beroep mee aan de procureur des Konings. Indien het beroep ontvankelijk wordt verklaard, wordt het bevel tot betalen als niet bestaande beschouwd ».
B.2.2. Depuis son remplacement par l'article 29, 2°, de la loi du 28 B.2.2. Sinds de vervanging ervan bij artikel 29, 2°, van de wet van 28
novembre 2021, l'article 65/1, § 2, de la loi du 16 mars 1968 dispose : november 2021, bepaalt artikel 65/1, § 2, van de Wegverkeerswet :
« Celui qui a reçu l'ordre de paiement ou son avocat peut, dans les « De persoon die het bevel tot betalen heeft ontvangen of diens
trente jours suivant le jour de la réception de celui-ci, introduire advocaat kan binnen dertig dagen volgend op de dag van ontvangst van
un recours contre l'ordre de paiement auprès du tribunal de police het bevel tot betalen beroep aantekenen bij de politierechtbank
compétent selon le lieu de l'infraction. Le recours est introduit par bevoegd volgens de plaats van de overtreding. Het beroep wordt
requête déposée au greffe du tribunal de police compétent ou par envoi ingesteld bij een verzoekschrift dat neergelegd wordt op de griffie
recommandé ou par courrier électronique, adressés au greffe. Dans ces van de bevoegde politierechtbank of bij een aangetekende zending of
derniers cas, la date d'envoi de l'envoi recommandé ou du courrier via elektronische post die aan de griffie worden verzonden. In die
électronique a valeur de date d'introduction de la requête. L'envoi laatste gevallen geldt de datum van verzending van de aangetekende
zending of van de elektronische post als datum waarop het
recommandé est réputé avoir été envoyé le troisième jour ouvrable verzoekschrift werd ingediend. De aangetekende zending wordt geacht te
précédant sa réception au greffe. zijn verzonden de derde werkdag voor de ontvangst ervan op de griffie.
La requête mentionne, à peine de nullité : Op straffe van nietigheid vermeldt het verzoekschrift :
1° le nom, le prénom et le domicile de la partie qui introduit le 1° de naam, de voornaam en de woonplaats van de partij die beroep
recours; aantekent;
2° le numéro du procès-verbal ou le numéro de système, mentionné sur 2° het nummer van het proces-verbaal of het systeemnummer dat wordt
l'ordre de paiement; 3° qu'il s'agit d'un recours contre un ordre de paiement; 4° les motifs du recours. Cette requête contient élection de domicile en Belgique, si le requérant n'y a pas son domicile. La requête est inscrite dans le registre prévu à cet effet. La prescription de l'action publique est suspendue à partir de la date de l'introduction de la requête jusqu'au jour du jugement définitif. Le requérant est convoqué par le greffier, par pli judiciaire, par envoi recommandé ou conformément à l'article 32ter du Code judiciaire, dans les trente jours de l'inscription de la requête au registre, à comparaître à l'audience fixée par le juge. Le greffier adresse au ministère public la copie de la requête et lui indique la date d'audience. Par le recours, la chambre pénale du Tribunal de police est saisie de l'intégralité de la cause et examine préalablement la recevabilité du recours. Si le recours est déclaré recevable, l'ordre de paiement est réputé non avenu. Le tribunal examine au fond les infractions qui fondent l'ordre de paiement et, si celles-ci s'avèrent établies, fait application de la loi pénale. vermeld op het bevel tot betalen; 3° dat het om een beroep tegen het bevel tot betalen gaat; 4° de redenen van het beroep. Het verzoekschrift houdt keuze van woonplaats in België in, indien de verzoeker er zijn woonplaats niet heeft. Het verzoekschrift wordt ingeschreven in het daartoe bestemde register. De verjaring van de strafvordering wordt geschorst vanaf de dag dat het verzoekschrift wordt ingediend, tot de dag van het definitieve vonnis. De verzoeker wordt binnen een termijn van dertig dagen vanaf de inschrijving in het daartoe bestemde register door de griffier per gerechtsbrief, per aangetekende zending of overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek opgeroepen om te verschijnen op de zitting die de rechter bepaalt. De griffier zendt een kopie van het verzoekschrift over aan de procureur des Konings en deelt hem de datum van de zitting mee. Het beroep maakt de zaak in zijn geheel aanhangig voor de strafrechtelijke kamer van de politierechtbank die eerst de ontvankelijkheid van het beroep beoordeelt. Indien het beroep ontvankelijk wordt verklaard, wordt het bevel tot betalen als niet bestaande beschouwd. De rechtbank beoordeelt de overtredingen die aan de grondslag liggen van het bevel tot betalen, ten gronde en maakt, indien deze bewezen worden verklaard, toepassing van de strafwet.
La personne condamnée par défaut peut former opposition au jugement De bij verstek veroordeelde kan tegen het vonnis in verzet komen
conformément à la procédure visée à l'article 187 du Code overeenkomstig de procedure bedoeld in artikel 187 van het Wetboek van
d'instruction criminelle. strafvordering.
Le jugement rendu par le tribunal de la police est susceptible d'appel Tegen de beslissing van de politierechtbank kan hoger beroep worden
selon des dispositions prévues par le Code d'instruction criminelle ». ingesteld volgens de bepalingen opgenomen in het Wetboek van strafvordering ».
B.3.1. A l'origine, l'ordre de paiement a été instauré par la loi du B.3.1. Het bevel tot betalen is initieel ingevoerd bij de wet van 22
22 avril 2012 « visant à instaurer l'ordre de paiement pour les april 2012 « betreffende de invoering van het bevel tot betalen na
infractions à la législation sur la circulation routière » (ci-après : inbreuken op de wetgeving inzake het wegverkeer » (hierna : de wet van
la loi du 22 avril 2012) et visait à « éviter que des amendes restent 22 april 2012) en had tot doel « te voorkomen dat boetes onbetaald
impayées et à soulager les parquets de police » (Doc. parl, Chambre, zouden blijven en de politieparketten te ontlasten » (Parl. St.,
2011-2012, DOC 53-2074/002, p. 3) : Kamer, 2011-2012, DOC 53-2074/002, p. 3) :
« L'ordre de paiement est intercalé après la perception immédiate et « Het bevel tot betalen wordt na de onmiddellijke inning en eventueel
éventuellement la transaction et avant la citation devant le tribunal de minnelijke schikking en vóór de dagvaarding voor de
de police, sans que le contrevenant ne perde le moindre droit ni que politierechtbank geschoven zonder dat de overtreder enig recht
les compétences du tribunal soient réduites » (ibid.). verliest of de bevoegdheden van de rechtbank worden ingekort »
Les travaux préparatoires de la loi-programme du 25 décembre 2016, qui (ibid.). De parlementaire voorbereiding van de programmawet van 25 december
a remplacé l'article 65/1, inséré par la loi du 22 avril 2012, 2016, die het bij de wet van 22 april 2012 in de Wegverkeerswet
exposent : ingevoegde artikel 65/1 heeft vervangen, vermeldt :
« [C']est la dernière étape dans la procédure de l'extinction « Het [...] is de laatste stap in de procedure van een eventueel
éventuelle de l'action publique moyennant le paiement d'une somme » verval van de strafvordering tegen betaling van een som » (Parl. St.,
(Doc. parl., Chambre, 2016-2017, DOC 54-2208/001, p. 28). Kamer, 2016-2017, DOC 54-2208/001, p. 28).
B.3.2. L'économie de procédure constituait donc l'une des raisons de B.3.2. De proceseconomie vormde aldus één van de redenen tot het
l'introduction de l'ordre de paiement dans la loi du 16 mars 1968. Le invoeren van het bevel tot betalen in de Wegverkeerswet. De overtreder
contrevenant qui ne paie pas et qui n'accepte pas une proposition de die niet betaalt en niet ingaat op een voorstel tot minnelijke
transaction reçoit un ordre de paiement exécutoire de plein droit, ce schikking, ontvangt een van rechtswege uitvoerbaar bevel tot betalen,
qui signifie que le procureur du Roi ne doit pas s'adresser au juge waardoor de procureur des Konings geen beroep moet doen op de
pénal pour contraindre le contrevenant au paiement effectif. strafrechter om de overtreder tot effectieve betaling te dwingen.
L'ordre de paiement constitue en principe le cinquième rappel pour Het bevel tot betalen is in beginsel de vijfde aanmaning tot betalen.
payer. Ainsi, « le contrevenant reçoit une perception immédiate, un « De overtreder krijgt namelijk een onmiddellijke inning, een rappel
rappel, une proposition de transaction et de nouveau un rappel avant daarvan, een minnelijke schikking en opnieuw een rappel alvorens er
que l'ordre de paiement soit promulgué » (Doc. parl., Chambre, een bevel tot betalen wordt uitgevaardigd » (Parl. St., Kamer,
2016-2017, DOC 54-2208/001, p. 29). Le requérant a donc déjà eu, à 2016-2017, DOC 54-2208/001, p. 29). De verzoeker heeft derhalve reeds
plusieurs reprises, la possibilité de mettre un terme à l'action op verschillende ogenblikken de kans gehad de strafvordering te doen
publique en payant l'amende routière. vervallen door het betalen van de verkeersboete.
B.4.1. L'ordre de paiement peut faire l'objet d'un recours devant le B.4.1. Tegen het bevel tot betalen kan beroep worden aangetekend bij
tribunal de police. En cas de recours, tant le contrevenant que le de politierechtbank. In geval van een beroep worden zowel de
procureur du Roi sont informés de la date d'audience. overtreder als de procureur des Konings in kennis gebracht van de
B.4.2. En ce qui concerne le pouvoir d'appréciation du tribunal de zittingsdatum. B.4.2. Met betrekking tot de beoordelingsbevoegdheid van de
police, le juge a quo constate que l'article 65/1, § 2, de la loi du politierechtbank stelt de verwijzende rechter vast dat artikel 65/1, §
16 mars 1968 - dans la version antérieure à son remplacement par la 2, van de Wegverkeerswet - in de versie vóór de vervanging ervan bij
loi du 28 novembre 2021 - dispose uniquement que « si le recours est de wet van 28 november 2021 - uitsluitend bepaalt dat « indien het
déclaré recevable, l'ordre de paiement est réputé non avenu » (article beroep ontvankelijk wordt verklaard, [...] het bevel tot betalen als
65/1, § 2, dernier alinéa). niet bestaande [wordt] beschouwd » (artikel 65/1, § 2, laatste lid).
B.4.3. Le juge a quo constate également que le texte de la loi a donné B.4.3. De verwijzende rechter stelt eveneens vast dat de wettekst
lieu à des interprétations divergentes dans la jurisprudence des heeft geleid tot uiteenlopende interpretaties in de rechtspraak van de
tribunaux de police et des tribunaux correctionnels et que la Cour de politie- en correctionele rechtbanken, en dat het Hof van Cassatie
cassation a jugé par la suite, par un arrêt du 1er juin 2021 : vervolgens, bij een arrest van 1 juni 2021, heeft geoordeeld :
« 3. Bien que le système de l'ordre de paiement entende contribuer à « 3. Hoewel de regeling van het bevel tot betalen beoogt bij te dragen
l'application de la législation sur la circulation routière, il ne tot de handhaving van de verkeerswetgeving, strekt ze niet tot het
tend pas à infliger une peine au sens de l'article 1er du Code pénal, opleggen van een straf in de zin van artikel 1 Strafwetboek, maar
mais uniquement à créer un titre exécutoire. La décision d'imposer un uitsluitend tot het creëren van een uitvoerbare titel. Door het
ordre de paiement et de suivre la procédure y relative ne met pas uitvaardigen van een bevel tot betalen en de daarop volgende procedure
l'action publique en mouvement et la procédure de réclamation contenue wordt de strafvordering niet in werking gesteld en de in artikel 65/1,
dans l'article 65/1, § 2, de la loi du 16 mars 1968 ne saurait dès § 2, Wegverkeerswet uitgewerkte bezwaarprocedure kan er dan ook niet
lors avoir pour conséquence que le tribunal de police ou, en degré toe leiden dat de politierechtbank of in hoger beroep de correctionele
d'appel, le tribunal correctionnel prenne connaissance de l'action rechtbank kennis neemt van de strafvordering voor de feiten die
publique pour les faits pour lesquels l'ordre de paiement a été aanleiding hebben gegeven tot het uitvaardigen van het bevel tot
imposé. La circonstance qu'un ordre de paiement exécutoire peut betalen. Het gegeven dat een uitvoerbaar bevel tot betalen een straf
constituer une peine au sens de l'article 6 de la Convention kan zijn in de zin van artikel 6 EVRM of dat indien de fod Financiën
européenne des droits de l'homme ou que, si le SPF Finances ne peut
pas procéder dans les trois ans au recouvrement de l'ordre de paiement niet binnen de drie jaar tot invorderen van het uitvoerbaar verklaard
déclaré exécutoire, le ministère public peut, conformément à l'article bevel tot betaling kan overgaan, het openbaar ministerie
65/1, § 10, de la loi du 16 mars 1968, suspendre le droit de conduire overeenkomstig artikel 65/1, § 10, Wegverkeerswet het recht tot sturen
du contrevenant n'y change rien. van de overtreder kan schorsen, doet daaraan geen afbreuk.
4. Il découle des objectifs du système élaboré par l'article 65/1 de 4. Uit de doelstellingen van de door artikel 65/1 Wegverkeerswet
la loi du 16 mars 1968 et des travaux préparatoires de cette uitgewerkte regeling en de wetsgeschiedenis ervan waarin wordt
disposition, qui font apparaître que le tribunal de police examine le aangegeven dat de politierechtbank het beroep ten gronde behandelt,
recours quant au fond, qu'indépendamment de ce que prévoient les volgt dat, ongeacht wat in het zesde en zevende lid van artikel 65/1,
alinéas 6 et 7 de l'article 65/1, § 2, de la loi du 16 mars 1968, le § 2, Wegverkeerswet is geschreven, de politierechtbank en in hoger
tribunal de police et, en degré d'appel, le tribunal correctionnel beroep de correctionele rechtbank ingeval van een door artikel 65, §
doivent, dans le cadre d'un recours introduit sur la base de l'article
65, § 2, de la loi du 16 mars 1968, examiner : 2, Wegverkeerswet ingesteld beroep moeten onderzoeken of :
- si le recours introduit par voie de requête satisfait aux conditions - het bij verzoekschrift ingesteld beroep voldoet aan de in artikel
de délai et de forme contenues dans l'article 65, § 1er, alinéas 1er 65, § 1, eerste en tweede lid, Wegverkeerswet bepaalde tijds- en
et 2, de la loi du 16 mars 1968; vormvoorwaarden;
- si les conditions contenues dans l'article 65/1, § 1er, de la loi du - de in artikel 65/1, § 1, Wegverkeerswet bedoelde voorwaarden voor
16 mars 1968 concernant l'imposition de l'ordre de paiement et sa het uitvaardigen van het bevel tot betalen en de kennisgeving ervan
notification sont réunies; - s'il est établi que la personne à laquelle l'ordre de paiement a été imposé a commis les faits sur la base desquels l'ordre a été imposé, ce qui suppose qu'il convient d'examiner si les éléments constitutifs de l'infraction sont réunis, si ces faits peuvent être imputés à la personne considérée comme le contrevenant et si la somme pour laquelle le ministère public a imposé l'ordre de paiement est légale. 5. Il appartient au juge de décider, à la lumière de cet examen, si le recours de la personne à laquelle l'ordre de paiement a été imposé : - est irrecevable, ce qui a pour effet que, dès que la décision du juge est définitive, l'ordre de paiement devient exécutoire; - est recevable mais non fondé, ce qui a également pour effet que, dès que la décision du juge est définitive, l'ordre de paiement devient exécutoire; zijn verenigd; - wel vaststaat dat de persoon tegen wie het bevel tot betalen is uitgevaardigd de feiten op grond waarvan dit bevel is uitgevaardigd heeft gepleegd, wat veronderstelt dat wordt nagegaan of de voor de overtreding vereiste bestanddelen zijn verenigd, of die feiten aan de als overtreder aangemerkte persoon kunnen worden toegerekend en of de som waarvoor het openbaar ministerie het bevel tot betalen heeft uitgevaardigd wettig is. 5. Het staat aan de rechter om in het licht van dit onderzoek te beslissen of het beroep van de persoon tegen wie het bevel tot betalen is uitgevaardigd : - onontvankelijk is, wat ertoe leidt dat eens de beslissing van de rechter definitief is het bevel tot betalen uitvoerbaar wordt; - ontvankelijk maar ongegrond is, wat er eveneens toe leidt dat eens de beslissing van de rechter definitief is het bevel tot betalen uitvoerbaar wordt;
- est recevable et fondé, ce qui a pour effet que l'ordre de paiement - ontvankelijk en gegrond is, wat als gevolg heeft dat het bevel tot
doit être réputé non avenu. Il appartient dans ce cas au ministère betaling als niet bestaande moet worden beschouwd. Het is dan aan het
public d'examiner si, pour les faits pour lesquels l'ordre de paiement openbaar ministerie om te oordelen of voor de feiten waarvoor het
a été imposé, à la lumière de la décision du juge, l'action publique bevel tot betalen werd uitgevaardigd in het licht van de door de
peut encore être enclenchée et il appartient ensuite au juge pénal rechter gemaakte beoordeling de strafvordering alsnog kan worden
saisi le cas échéant de cette action publique de statuer à cet égard. ingesteld en vervolgens aan de strafrechter bij wie die strafvordering
desgevallend aanhangig wordt gemaakt om daarover te beslissen.
6. Le fait d'admettre, sur la base d'une lecture littérale de 6. Aannemen, op basis van een letterlijke lezing van artikel 65/1, §
l'article 65/1, § 2, alinéas 6 et 7, de la loi du 16 mars 1968, que le 2, zesde en zevende lid, Wegverkeerswet, dat de rechter zijn onderzoek
juge doit limiter son examen du recours visé par l'article 65/1, § 2, van het door artikel 65/1, § 2, eerste en tweede lid, Wegverkeerswet
alinéas 1er et 2, de la loi du 16 mars 1968 à l'examen de la bedoelde beroep moet beperken tot een onderzoek naar de
ontvankelijkheid van dit beroep en dat elke ontvankelijkverklaring van
recevabilité de ce recours et que toute déclaration de recevabilité een dergelijk beroep automatisch tot gevolg heeft dat het bevel tot
d'un tel recours a automatiquement pour effet que l'ordre de paiement betalen niet bestaande wordt, is niet alleen strijdig met de
est non avenu est non seulement contraire à la genèse de ce système, wetsgeschiedenis van de regeling, maar zou aan deze regeling elke zin
mais le priverait en outre de sens. Un recours recevable qui, selon la ontnemen. Een ontvankelijk beroep dat volgens de wil van de wetgever
volonté du législateur, doit être motivé suffirait, indépendamment des met redenen omkleed moet zijn, zou volstaan en dit ongeacht op welke
motifs sur lesquels il repose, pour priver l'ordre de paiement de tout gronden het is gesteund, om aan het bevel tot betalen elke uitwerking
effet. Telle ne saurait avoir été l'intention du législateur » te ontzeggen. Dat kan onmogelijk de bedoeling van de wetgever zijn
(traduction libre) (Cass., 1er juin 2021, P.21.0325.N. Dans un sens geweest » (Cass., 1 juni 2021, P.21.0325.N. In soortgelijke zin :
similaire : Cass., 22 juin 2021, P.21.0478.N). Cass., 22 juni 2021, P.21.0478.N).
B.4.4. Le juge a quo déduit de la jurisprudence précitée de la Cour de B.4.4. Uit de voormelde rechtspraak van het Hof van Cassatie leidt de
cassation qu'un recours dirigé contre un ordre de paiement ne met pas verwijzende rechter af dat een beroep tegen een bevel tot betalen niet
l'action publique en mouvement et que le juge qui doit statuer sur ce leidt tot het in werking stellen van de strafvordering en dat de
rechter die moet oordelen over dat beroep niet bevoegd is om te
recours n'est pas compétent pour examiner si le délai raisonnable en onderzoeken of de redelijke termijn in strafzaken in acht is genomen,
matière pénale a été respecté, pour remédier à un éventuel dépassement om een eventuele overschrijding van die termijn, overeenkomstig
de ce délai, conformément à l'article 21ter du titre préliminaire du artikel 21ter van de voorafgaande titel van het Wetboek van
Code de procédure pénale, et pour individualiser la « sanction » en strafvordering, te remediëren en om de « sanctie » te individualiseren
fonction des circonstances concrètes de la cause. naar gelang van de concrete omstandigheden van de zaak.
B.5.1. Comme il est dit en B.2.2, l'article 65/1, § 2, de la loi du 16 B.5.1. Zoals is vermeld in B.2.2, werd artikel 65/1, § 2, van de
mars 1968 a été remplacé par l'article 29, 2°, de la loi du 28 Wegverkeerswet vervangen bij artikel 29, 2°, van de wet van 28
novembre 2021. november 2021.
Les travaux préparatoires de cette loi mentionnent : De parlementaire voorbereiding van die wet vermeldt :
« Les modifications apportées à l'article 65/1 de la loi du 16 mars « De wijzigingen aan artikel 65/1 van de wet van 16 maart 1968
1968 relative à la police de la circulation routière, visent betreffende de politie over het wegverkeer, beogen in de eerste plaats
principalement à rationaliser la procédure de recours contre l'ordre de beroepsprocedure bij het bevel tot betalen te stroomlijnen en een
de paiement et à clarifier un certain nombre de points. aantal zaken te verduidelijken.
Avec l'utilisation croissante de l'ordre de paiement, et par Nu het bevel tot betalen steeds meer wordt gebruikt, en er dus ook
conséquent des recours contre celle-ci, il est apparu en pratique que meer en meer beroep tegen wordt aangetekend, bleek in de praktijk dat
certaines dispositions de la loi n'étaient pas aussi claires et ça sommige bepalingen in de wet niet zo duidelijk waren, wat leidt tot
conduit à des controverses dans la jurisprudence et à l'insécurité juridique. controverse in de rechtspraak en tot rechtsonzekerheid.
[...] [...]
Il est maintenant explicitement prévu que la chambre pénale du Er wordt nu uitdrukkelijk bepaald dat de strafrechtelijke kamer van de
Tribunal de police est compétente afin d'éviter toute confusion avec politierechtbank bevoegd is om verwarring te vermijden met de
la compétence du Tribunal de police en tant que juridiction civile en bevoegdheid van de politierechtbank als burgerlijke rechter met
ce qui concerne les recours contre les sanctions administratives betrekking tot het beroep tegen de gemeentelijke administratieve
communales. sancties.
Dans le § 2, alinéa 7, la phrase 'si le recours est déclaré recevable, De zin in het huidige § 2, 7e lid, ' indien het beroep ontvankelijk
l'ordre de paiement est considéré comme inexistant' est interprétée wordt verklaard, wordt het bevel tot betalen als niet bestaande
par de nombreux juges comme leur imposant de ne juger que sur la beschouwd ' interpreteren veel rechters in de zin dat ze enkel over de
recevabilité et non sur le fond de l'affaire. Si le recours est ontvankelijkheid en niet over de grond van de zaak moeten oordelen.
recevable, le dossier est alors renvoyé au ministère public afin qu'il Bij een ontvankelijk beroep wordt het dossier dan terug gestuurd naar
prenne une décision (citation ou classement sans suite). Toutefois, il het Openbaar Ministerie om een beslissing te nemen (dagvaarding of
est prévu que le même jugement statue à la fois sur la recevabilité et seponering). Het is echter de bedoeling dat in hetzelfde vonnis zowel
sur le fond. Il convient donc de prévoir explicitement que le juge est over de ontvankelijkheid als ten gronde wordt geoordeeld. Er wordt dan
également compétent pour statuer directement sur le fond de l'affaire ook uitdrukkelijk bepaald dat de rechter ook bevoegd is om direct over
» (Doc. parl., Chambre, 2020-2021, DOC 55-2175/001, pp. 31-32). de grond van de zaak te oordelen » (Parl. St., Kamer, 2020-2021, DOC 55-2175/001, pp. 31-32).
B.5.2. En vertu de l'article 65/1, § 2, alinéa 7, de la loi du 16 mars B.5.2. Volgens artikel 65/1, § 2, zevende lid, van de Wegverkeerswet,
1968, tel qu'il a été remplacé par l'article 29, 2°, de la loi du 28 zoals vervangen bij artikel 29, 2°, van de wet van 28 november 2021,
novembre 2021, par le recours dirigé contre l'ordre de paiement, « la maakt het beroep tegen het bevel tot betalen « de zaak in zijn geheel
chambre pénale du Tribunal de police est saisie de l'intégralité de la aanhangig voor de strafrechtelijke kamer van de politierechtbank die
cause et examine préalablement la recevabilité du recours ». eerst de ontvankelijkheid van het beroep beoordeelt ».
Volgens het achtste lid van die bepaling wordt het bevel tot betalen
Selon l'alinéa 8 de cette disposition, l'ordre de paiement est réputé als niet bestaande beschouwd indien het beroep ontvankelijk wordt
non avenu si le recours est déclaré recevable et le tribunal « examine verklaard en beoordeelt de rechtbank « de overtredingen die aan de
au fond les infractions qui fondent l'ordre de paiement et, si grondslag liggen van het bevel tot betalen, ten gronde en maakt,
celles-ci s'avèrent établies, fait application de la loi pénale ». indien deze bewezen worden verklaard, toepassing van de strafwet ».
B.6.1. L'article 29, 2°, de la loi du 28 novembre 2021, qui remplace B.6.1. Artikel 29, 2°, van de wet van 28 november 2021, dat artikel
l'article 65/1, § 2, de la loi du 16 mars 1968 est, à défaut de 65/1, § 2, van de Wegverkeerswet vervangt, is bij gebrek aan
dispositions contraires, entré en vigueur le 10 décembre 2021, soit le andersluidende bepalingen in werking getreden op 10 december 2021,
dixième jour suivant la publication de la loi du 28 novembre 2021 au zijnde de tiende dag na de bekendmaking van de wet van 28 november
Moniteur belge. 2021 in het Belgisch Staatsblad.
B.6.2. Conformément à l'article 3 du Code judiciaire, les lois B.6.2. Overeenkomstig artikel 3 van het Gerechtelijk Wetboek zijn de
d'organisation judiciaire, de compétence et de procédure sont wetten op de rechterlijke organisatie, de bevoegdheid en de
applicables aux procès en cours sans dessaisissement cependant de la rechtspleging van toepassing op de hangende rechtsgedingen, zonder dat
die worden onttrokken aan de instantie van het gerecht waarvoor zij op
juridiction qui, à son degré, en avait été valablement saisie et sauf geldige wijze aanhangig zijn, en behoudens de uitzonderingen bij de
les exceptions prévues par la loi. wet bepaald.
B.7. Etant donné que le jugement par lequel le juge a quo a posé les B.7. Daar het vonnis waarmee de verwijzende rechter de onderhavige
actuelles questions préjudicielles date du 4 octobre 2021, ce juge n'a pas pu tenir compte de la modification précitée de la disposition en cause. Pour cette raison, il y a lieu de renvoyer l'affaire au juge a quo pour qu'il décide, compte tenu de ce qui précède, si les questions préjudicielles appellent encore une réponse. Par ces motifs, la Cour renvoie l'affaire au juge a quo. Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, prejudiciële vragen heeft gesteld, dateert van 4 oktober 2021, heeft die rechter geen rekening kunnen houden met de voormelde wijziging van de in het geding zijnde bepaling. Om die reden past het de zaak terug te zenden naar de verwijzende rechter opdat hij, rekening houdend met het voorgaande, oordeelt of de prejudiciële vragen nog een antwoord behoeven. Om die redenen, het Hof zendt de zaak terug naar de verwijzende rechter. Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof,
la Cour constitutionnelle, le 15 septembre 2022. op 15 september 2022.
Le greffier, De griffier,
P.-Y. Dutilleux P.-Y. Dutilleux
La présidente f.f., De wnd. voorzitter,
J. Moerman J. Moerman
^