← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 99/2022 du 14 juillet 2022 Numéro du rôle : 7776 En cause :
la question préjudicielle relative à l'article 321 de l'ancien Code civil, posée par le tribunal de la
famille du Tribunal de première instance du Hainaut, divi La Cour constitutionnelle, composée
des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, et des juges T. Gie(...)"
Extrait de l'arrêt n° 99/2022 du 14 juillet 2022 Numéro du rôle : 7776 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 321 de l'ancien Code civil, posée par le tribunal de la famille du Tribunal de première instance du Hainaut, divi La Cour constitutionnelle, composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, et des juges T. Gie(...) | Uittreksel uit arrest nr. 99/2022 van 14 juli 2022 Rolnummer 7776 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 321 van het oud Burgerlijk Wetboek, gesteld door de familierechtbank van de Rechtbank van eerste aanleg Henegouwen, afdeling Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de rechters(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 99/2022 du 14 juillet 2022 | Uittreksel uit arrest nr. 99/2022 van 14 juli 2022 |
Numéro du rôle : 7776 | Rolnummer 7776 |
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 321 de | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 321 van het oud |
l'ancien Code civil, posée par le tribunal de la famille du Tribunal | Burgerlijk Wetboek, gesteld door de familierechtbank van de Rechtbank |
de première instance du Hainaut, division de Mons. | van eerste aanleg Henegouwen, afdeling Bergen. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents P. Nihoul et L. Lavrysen, et des juges T. | samengesteld uit de voorzitters P. Nihoul en L. Lavrysen, en de |
Giet, J. Moerman, M. Pâques, D. Pieters et E. Bribosia, assistée du | rechters T. Giet, J. Moerman, M. Pâques, D. Pieters en E. Bribosia, |
greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président P. Nihoul, | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter P. Nihoul, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 2 mars 2022, dont l'expédition est parvenue au greffe | Bij vonnis van 2 maart 2022, waarvan de expeditie ter griffie van het |
de la Cour le 15 mars 2022, le tribunal de la famille du Tribunal de | Hof is ingekomen op 15 maart 2022, heeft de familierechtbank van de |
première instance du Hainaut, division de Mons, a posé la question | Rechtbank van eerste aanleg Henegouwen, afdeling Bergen, de volgende |
préjudicielle suivante : | prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 321 du Code civil viole-t-il les articles 10 et 11 de la | « Schendt artikel 321 van het Burgerlijk Wetboek de artikelen 10 en 11 |
Constitution, combinés aux articles 8 et 14 de la Convention | van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het |
européenne des Droits de l'homme et aux articles 3.1 et 7.1 de la | Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met de artikelen 3, |
Convention de New York relative aux Droits de l'Enfant, en tant que l'article précité prive un enfant né d'une relation faisant apparaître un empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser de la possibilité de faire établir sa filiation paternelle et donc bénéficier que d'un seul lien de filiation, à savoir le lien maternel alors que ses pairs, qu'ils soient issus d'un mariage, d'un concubinage ou d'une relation extraconjugale ne faisant pas apparaître d'empêchement à mariage, voire même d'une relation incestueuse dans certains cas (dont l'obstacle est un lien d'alliance dissous ou dans | lid 1, en 7, lid 1, van het Verdrag van New York inzake de rechten van het kind, in zoverre het voormelde artikel aan een kind dat geboren is uit een relatie waaruit een huwelijksbeletsel blijkt waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen, de mogelijkheid ontzegt om zijn afstamming van vaderszijde te laten vaststellen en dus maar één afstammingsband, namelijk de moederlijke, te genieten, terwijl zijn gelijken, ongeacht of zij geboren zijn uit een huwelijk, een concubinaat of een buitenechtelijke relatie waaruit geen huwelijksbeletsel blijkt, of zelfs uit een incestueuze relatie in bepaalde gevallen (waarvoor de belemmering een ontbonden band van aanverwantschap is of in het geval van de toepassing van het |
le cas de l'application de l'article 325 du Code civil modifié), | gewijzigde artikel 325 van het Burgerlijk Wetboek), ook hun afstamming |
pourront également bénéficier de leur filiation paternelle et donc de | van vaderszijde en dus twee afstammingsbanden zullen kunnen genieten ? ». |
deux liens de filiation ? ». | Op 30 maart 2022 hebben de rechters-verslaggevers E. Bribosia en D. |
Le 30 mars 2022, en application de l'article 72, alinéa 1er, de la loi | Pieters, met toepassing van artikel 72, eerste lid, van de bijzondere |
spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, les | wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, het Hof ervan in |
juges-rapporteurs E. Bribosia et D. Pieters ont informé la Cour qu'ils | kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden gebracht voor te |
pourraient être amenés à proposer de mettre fin à l'examen de | stellen het onderzoek van de zaak af te doen met een arrest gewezen op |
l'affaire par un arrêt rendu sur procédure préliminaire. | voorafgaande rechtspleging. |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. L'article 321 de l'ancien Code civil, tel qu'il est applicable | B.1. Artikel 321 van het oud Burgerlijk Wetboek, zoals van toepassing |
dans l'affaire pendante devant la juridiction a quo, dispose : | in de hangende zaak voor het verwijzende rechtscollege, bepaalt : |
« Le père ne peut reconnaître l'enfant, lorsque la reconnaissance | « De vader kan het kind niet erkennen, wanneer uit die erkenning een |
ferait apparaître entre la mère et lui un empêchement à mariage dont | huwelijksbeletsel zou blijken tussen hem en de moeder waarvoor de |
Koning geen ontheffing kan verlenen tenzij het huwelijk waardoor dat | |
le Roi ne peut dispenser à moins que le mariage qui a fait naître cet | beletsel is ontstaan, nietig werd verklaard of werd ontbonden door |
empêchement ait été annulé ou dissous par décès ou divorce ». | overlijden of door echtscheiding ». |
B.2.1. Les dispositions concernant les empêchements à mariage figurent | B.2.1. De bepalingen betreffende de huwelijksbeletsels zijn opgenomen |
aux articles 161 à 164 de l'ancien Code civil : | in de artikelen 161 tot 164 van het oud Burgerlijk Wetboek : |
« Art. 161.En ligne directe, le mariage est prohibé entre tous les |
« Art. 161.Het huwelijk is verboden tussen alle bloedverwanten in de |
ascendants et descendants et les alliés dans la même ligne. | rechte opgaande en nederdalende lijn en de aanverwanten in dezelfde |
Art. 162.En ligne collatérale, le mariage est prohibé entre frères, |
lijn. Art. 162.In de zijlijn is het huwelijk verboden tussen broers, tussen |
entre soeurs ou entre frère et soeur. | zusters of tussen broer en zuster. |
Art. 163.Le mariage est encore prohibé entre l'oncle et la nièce ou |
Art. 163.Het huwelijk is ook verboden tussen oom en nicht of neef, of |
le neveu, ou entre la tante et la nièce ou le neveu. | tussen tante en nicht of neef. |
Art. 164.Néanmoins, il est loisible au Roi de lever, pour des causes |
Art. 164.Echter kan de Koning, om gewichtige redenen, het in artikel |
graves, la prohibition prévue pour les alliés au sens de l'article 161 et la prohibition portée au précédent article ». B.2.2. Il se déduit de ces dispositions que les empêchements à mariage qui existent, en ligne directe, entre tous les ascendants et descendants et, en ligne collatérale, entre frères, entre soeurs ou entre frère et soeur sont des empêchements absolus. B.3. Il résulte de ces dispositions qu'un enfant issu d'une relation entre des personnes entre lesquelles existe un empêchement absolu à mariage ne peut pas voir sa double filiation établie par la reconnaissance de paternité. La question préjudicielle porte sur la reconnaissance de paternité d'un enfant dont la filiation maternelle est déjà établie et qui, en l'espèce, est né d'une relation entre un demi-frère et une demi-soeur ayant la même mère. B.4. Les empêchements à mariage en ligne directe ou en ligne collatérale se fondent sur l'interdit de l'inceste, fondé lui-même sur des raisons diverses. Une première raison, d'ordre physiologique et eugénique, est le risque accru que les enfants issus de mariages consanguins puissent naître gravement handicapés. Une deuxième raison, de nature éthique ou morale, est d'éviter que des personnes qui font partie d'un même cercle familial n'aient des liens qui pourraient porter atteinte à l'ordre des structures familiales existantes. En outre, à travers l'empêchement à mariage, le législateur veut garantir | 161 bedoelde verbod voor aanverwanten en het in het vorige artikel bevatte verbod opheffen ». B.2.2. Uit die bepalingen kan worden afgeleid dat de huwelijksbeletsels die, in de rechte lijn, tussen alle bloedverwanten in de opgaande en nederdalende lijn en, in de zijlijn, tussen broers, tussen zusters of tussen broer en zuster bestaan, absolute beletsels zijn. B.3. Uit die bepalingen volgt dat voor een kind uit een relatie tussen personen voor wie een absoluut huwelijksbeletsel bestaat, zijn dubbele afstamming niet kan worden vastgesteld door een erkenning van vaderschap. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de erkenning van het vaderschap van een kind wiens afstamming van moederszijde reeds is vastgesteld en dat te dezen geboren is uit een relatie tussen een halfbroer en een halfzus die dezelfde moeder hebben. B.4. De huwelijksbeletsels in de rechte lijn of in de zijlijn zijn gegrond op het verbod van incest, dat zelf steunt op diverse redenen. Een eerste reden, van fysiologische en eugenetische aard, is het verhoogde risico dat de kinderen uit bloedschennige huwelijken met een ernstige handicap kunnen worden geboren. Een tweede reden, van ethische of morele aard, is te voorkomen dat personen die tot eenzelfde familiekring behoren, banden hebben die afbreuk zouden kunnen doen aan de orde van de bestaande familiestructuren. Bovendien beoogt de wetgever door het huwelijksbeletsel de plaats van elke |
la place de chaque génération au sein de la famille. | generatie binnen de familie te waarborgen. |
B.5. La disposition en cause a été insérée dans le Code civil par la | B.5. De in het geding zijnde bepaling is in het Burgerlijk Wetboek |
loi du 31 mars 1987 « modifiant diverses dispositions légales | ingevoegd bij de wet van 31 maart 1987 « tot wijziging van een aantal |
relatives à la filiation ». Bien que dans le projet initial, il était | bepalingen betreffende de afstamming ». Hoewel het oorspronkelijke |
prévu, en vue d'instaurer une « égalité de droit entre tous les | ontwerp erin voorzag, met het oog op « rechtsgelijkheid voor alle |
enfants », de supprimer « l'interdiction d'établir une filiation | kinderen », « het verbod tot vaststelling van de afstamming op grond |
adultérine ou incestueuse » (Doc. parl., Sénat, 1977-1978, n° 305-1, | van overspel of bloedschande » op te heffen (Parl. St., Senaat, |
pp. 3-4), il est apparu lors des discussions en commission | 1977-1978, nr. 305-1, pp. 3-4), is tijdens de bespreking in de |
parlementaire que « la liberté de reconnaissance à l'égard des enfants | parlementaire commissie gebleken dat « de vrijheid van erkenning ten |
nés d'une relation ne pouvant déboucher sur un mariage avait suscité | aanzien van kinderen geboren uit een relatie waarvoor |
de très sérieuses réserves », le législateur ayant considéré que « la | huwelijksbeletselen gelden, op zeer ernstige bezwaren was gestuit », |
question [devait] en effet être posée de savoir si la liberté de | waarbij de wetgever oordeelde dat « de vraag [...] immers [moest] |
reconnaissance sert effectivement l'intérêt de ces enfants » (Doc. | worden gesteld of de vrijheid van erkenning wel degelijk de belangen |
parl., Sénat, 1984-1985, n° 904-2, p. 87). | van deze kinderen dient » (Parl. St., Senaat, 1984-1985, nr. 904-2, p. |
Le législateur a maintenu l'interdiction d'établir une double | 87). De wetgever heeft het verbod op het vaststellen van een dubbele |
filiation dans le chef des enfants issus d'une relation incestueuse, | afstammingsband ten aanzien van kinderen uit een incestueuze relatie |
considérant que « les intérêts de l'enfant [devaient] l'emporter sur | gehandhaafd vanuit de overweging dat « de belangen van het kind alle |
tous les autres intérêts » et qu'en ce qui concerne ces enfants, « on | andere belangen [moesten] primeren » en dat, wat die kinderen betreft, |
peut partir de l'hypothèse qu'une reconnaissance servira rarement | « mag worden uitgegaan van de hypothese dat een erkenning zelden [hun] |
[leurs] intérêts » (ibid., p. 88). | belangen [...] dient » (ibid., p. 88). |
B.6. La question préjudicielle invite la Cour à examiner si l'article | B.6. Met de prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht na te gaan of |
321 de l'ancien Code civil, en ce qu'il interdit l'établissement de la | artikel 321 van het oud Burgerlijk Wetboek, in zoverre het de |
double filiation des enfants issus d'une relation entre des personnes | vaststelling van een dubbele afstammingsband verbiedt ten aanzien van |
qui sont visées par un empêchement absolu à mariage, est compatible | kinderen uit een relatie tussen personen voor wie een absoluut |
avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec | huwelijksbeletsel geldt, bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van |
les articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de l'homme | de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van het |
et avec les articles 3, paragraphe 1, et 7, paragraphe 1, de la | Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met de artikelen 3, |
Convention relative aux droits de l'enfant. | lid 1, en 7, lid 1, van het Verdrag inzake de rechten van het kind. |
Il ressort du jugement de renvoi que la juridiction a quo cherche à | Uit het verwijzingsvonnis blijkt dat het verwijzende rechtscollege |
savoir si la circonstance que le juge saisi d'un litige relatif à | poogt te weten of de omstandigheid dat de rechter bij wie een geschil |
l'établissement de la filiation par reconnaissance de paternité ne | aanhangig is gemaakt met betrekking tot de vaststelling van de |
puisse pas constater que l'établissement ou le maintien de la double | afstamming door erkenning van vaderschap, niet kan constateren dat de |
filiation d'un enfant né d'une relation faisant apparaître un | vaststelling of het behoud van de dubbele afstamming van een kind dat |
empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser correspond à | is geboren uit een relatie waaruit een huwelijksbeletsel blijkt |
l'intérêt supérieur de l'enfant porte une atteinte discriminatoire aux | waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen, overeenstemt met het |
hoger belang van het kind, op discriminerende wijze afbreuk doet aan | |
normes de référence visées par la question préjudicielle. | de in de prejudiciële vraag bedoelde referentienormen. |
La Cour limite son examen à cette hypothèse. | Het Hof beperkt zijn onderzoek tot dat geval. |
B.7.1. L'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme | B.7.1. Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens |
garantit le droit au respect de la vie privée et familiale et son | waarborgt het recht op eerbiediging van het privé- en gezinsleven, en |
article 14 interdit toute discrimination dans la jouissance de ce | artikel 14 ervan verbiedt elke discriminatie bij het genot van dat |
droit. | recht. |
B.7.2. L'article 3, paragraphe 1, de la Convention relative aux droits | B.7.2. Artikel 3, lid 1, van het Verdrag inzake de rechten van het |
de l'enfant dispose : | kind bepaalt : |
« Dans toutes les décisions qui concernent les enfants, qu'elles | « Bij alle maatregelen betreffende kinderen, ongeacht of deze worden |
soient le fait des institutions publiques ou privées de protection | genomen door openbare of particuliere instellingen voor |
sociale, des tribunaux, des autorités administratives ou des organes | maatschappelijk welzijn of door rechterlijke instanties, bestuurlijke |
législatifs, l'intérêt supérieur de l'enfant doit être une | autoriteiten of wetgevende lichamen, vormen de belangen van het kind |
considération primordiale ». | de eerste overweging ». |
L'article 7, paragraphe 1, de la même Convention dispose : | Artikel 7, lid 1, van hetzelfde Verdrag bepaalt : |
« L'enfant est enregistré aussitôt sa naissance et a dès celle-ci le | « Het kind wordt onmiddellijk na de geboorte ingeschreven en heeft |
droit à un nom, le droit d'acquérir une nationalité et, dans la mesure | vanaf de geboorte het recht op een naam, het recht een nationaliteit |
du possible, le droit de connaître ses parents et d'être élevé par eux | te verwerven en, voor zover mogelijk, het recht zijn of haar ouders te |
». | kennen en door hen te worden verzorgd ». |
B.8.1. Ainsi qu'il est rappelé en B.5, le législateur de 1987 est | B.8.1. Zoals vermeld in B.5, is de wetgever van 1987 uitgegaan van de |
parti de l'idée que l'établissement d'une double filiation serait | idee dat het vaststellen van een dubbele afstammingsband over het |
généralement contraire à l'intérêt des enfants issus d'une relation | algemeen zou indruisen tegen het belang van de kinderen die geboren |
incestueuse. Si dans certains cas, il peut être contraire à l'intérêt | zijn uit een incestueuze relatie. Ook al kan het in bepaalde gevallen |
supérieur de l'enfant de voir établie une double filiation qui révèle | strijdig zijn met de belangen van het kind een dubbele afstammingsband |
le caractère incestueux de la relation entre ses parents, l'on ne | te laten vaststellen die het incestueuze karakter van de relatie |
saurait affirmer qu'il en va toujours ainsi, notamment dans les cas | tussen diens ouders onthult, toch kan men niet stellen dat dit steeds |
où, comme en l'espèce, le juge est saisi par le ministère public d'un | het geval is, meer bepaald in de gevallen waarin, zoals te dezen, door |
recours en annulation de la reconnaissance de paternité de l'enfant. | het openbaar ministerie bij de rechter een beroep tot vernietiging van |
Entre autres hypothèses, lorsque les circonstances de sa naissance | de erkenning van het vaderschap wordt ingesteld. Onder andere wanneer |
sont connues de l'enfant et de son entourage, il peut en effet être estimé que les avantages, notamment en termes de sécurité d'existence, qu'il retirera de l'établissement d'un double lien de filiation sont supérieurs aux inconvénients qu'il pourrait subir en conséquence de l'officialisation de la circonstance qu'existe entre ses parents un empêchement absolu à mariage. Il ne peut donc plus être affirmé, à l'heure actuelle, qu'il est toujours de l'intérêt de l'enfant né dans de telles circonstances que sa double filiation ne soit pas établie. En conséquence, en empêchant le juge de constater que l'établissement ou le maintien de la double filiation d'un enfant né d'une relation faisant apparaître un empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser correspond à l'intérêt supérieur de l'enfant, la disposition en cause porte atteinte aux droits des enfants concernés. | het kind en diens omgeving kennis hebben van de omstandigheden van diens geboorte, kan immers worden geoordeeld dat de voordelen, onder meer in termen van bestaanszekerheid, die het zal halen uit de vaststelling van een dubbele afstammingsband, zwaarder doorwegen dan de nadelen die het zou kunnen ondervinden als gevolg van de officiële bekrachtiging van de omstandigheid dat er een absoluut huwelijksbeletsel tussen zijn ouders bestaat. Tegenwoordig kan dus niet meer worden gesteld dat het steeds in het belang is van het kind dat in zulke omstandigheden is geboren, dat zijn dubbele afstammingsband niet wordt vastgesteld. Bijgevolg doet de in het geding zijnde bepaling, doordat zij de rechter verhindert om vast te stellen dat de vaststelling of het behoud van de dubbele afstamming van een kind dat geboren is uit een relatie waaruit een huwelijksbeletsel blijkt waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen, overeenstemt met het hoger belang van het kind, afbreuk aan de rechten van de betrokken kinderen. |
B.8.2. Cette atteinte ne saurait être justifiée par l'objectif | B.8.2. Die aantasting kan niet worden verantwoord door het doel dat |
d'interdire les relations incestueuses entre personnes apparentées. Il | erin bestaat incestueuze relaties tussen verwanten te verbieden. De |
est assurément légitime que le législateur cherche à prévenir ce type | wetgever heeft zeker alle reden om dat type van relaties te voorkomen, |
de relations pour les raisons rappelées en B.4, qui tiennent tant à la | om de in B.4. vermelde motieven, die verband houden met zowel de |
protection de l'ordre des familles et des individus qu'à la protection | bescherming van de orde van families en personen, als de bescherming |
de la société (voy. aussi CEDH, 12 avril 2012, Stübing c. Allemagne, § | van de samenleving (zie ook EHRM, 12 april 2012, Stübing t. Duitsland, |
§ 46 et 65). | § § 46 en 65). |
Toutefois, contrairement à l'empêchement à mariage, l'interdiction | In tegenstelling tot het huwelijksbeletsel is het verbod dat aan de |
faite au juge de prendre en considération l'intérêt supérieur de | rechter wordt opgelegd om rekening te houden met het hoger belang van |
het kind in het kader van het onderzoek van een vordering tot | |
l'enfant dans le cadre de l'examen d'une demande d'annulation de la | vernietiging van de erkenning van het vaderschap, echter geen |
reconnaissance de paternité n'est pas une mesure pertinente pour | pertinente maatregel om die doelstellingen te bereiken, aangezien het |
atteindre ces objectifs dès lors qu'elle ne saurait contribuer à | niet kan bijdragen tot het voorkomen van een situatie die, per |
prévenir une situation qui est, par définition, déjà réalisée. | definitie, reeds is verwezenlijkt. |
B.8.3. En outre, en ce qu'elle préjudicie surtout aux enfants issus de | B.8.3. Bovendien doet zij, in zoverre zij vooral de kinderen uit een |
la relation jugée répréhensible et non aux personnes qui en sont | afkeurenswaardig geachte relatie, en niet de personen die daarvoor |
responsables, elle porte une atteinte disproportionnée au droit des | verantwoordelijk zijn, benadeelt, op onevenredige wijze afbreuk aan |
enfants concernés à bénéficier, si tel est leur intérêt, d'un double | het recht van de betrokken kinderen om, indien dat in hun belang is, |
lien de filiation. | een dubbele afstammingsband te genieten. |
B.9. L'article 321 de l'ancien Code civil n'est pas compatible avec | B.9. Artikel 321 van het oud Burgerlijk Wetboek is niet bestaanbaar |
les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec les | met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de |
articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de l'homme et | artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens |
avec les articles 3, paragraphe 1, et 7, paragraphe 1, de la | en met de artikelen 3, lid 1, en 7, lid 1, van het Verdrag inzake de |
Convention relative aux droits de l'enfant en ce qu'il empêche le juge | rechten van het kind, in zoverre het de rechter bij wie een verzoek |
saisi d'une demande d'annulation de la reconnaissance de paternité de | tot vernietiging van de erkenning van het vaderschap aanhangig is |
rejeter cette demande s'il constate que le maintien de la double | gemaakt, verhindert dat verzoek te verwerpen indien hij vaststelt dat |
filiation d'un enfant né d'une relation faisant apparaître un | het behoud van de dubbele afstamming van een kind dat geboren is uit |
empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser correspond à | een relatie waaruit een huwelijksbeletsel blijkt waarvoor de Koning |
l'intérêt supérieur de l'enfant. | geen ontheffing kan verlenen, overeenstemt met het hoger belang van dat kind. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 321 de l'ancien Code civil viole les articles 10 et 11 de la | Artikel 321 van het oud Burgerlijk Wetboek schendt de artikelen 10 en |
Constitution, lus en combinaison avec les articles 8 et 14 de la | 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van |
Convention européenne des droits de l'homme et avec les articles 3, | het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met de artikelen |
paragraphe 1, et 7, paragraphe 1, de la Convention relative aux droits | 3, lid 1, en 7, lid 1, van het Verdrag inzake de rechten van het kind, |
de l'enfant, en ce qu'il empêche le juge saisi d'une demande | in zoverre het de rechter bij wie een verzoek tot vernietiging van de |
d'annulation de la reconnaissance de paternité de rejeter cette | erkenning van het vaderschap aanhangig is gemaakt, verhindert dat |
demande s'il constate que le maintien de la double filiation d'un | verzoek te verwerpen indien hij vaststelt dat het behoud van de |
enfant né d'une relation faisant apparaître un empêchement à mariage | dubbele afstamming van een kind dat geboren is uit een relatie waaruit |
dont le Roi ne peut dispenser, correspond à l'intérêt supérieur de | een huwelijksbeletsel blijkt waarvoor de Koning geen ontheffing kan |
l'enfant. | verlenen, overeenstemt met het hoger belang van het kind. |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof |
la Cour constitutionnelle, le 14 juillet 2022. | op 14 juli 2022. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
Le président, | De voorzitter, |
P. Nihoul | P. Nihoul |