← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 90/2020 du 18 juin 2020 Numéro du rôle : 7218 En cause : la
question préjudicielle relative aux articles 11 et 12 de la loi du 8 mai 2014 « modifiant le Code civil
en vue d'instaurer l'égalité de l'homme et de la femme d La Cour constitutionnelle, composée des présidents F. Daoût et A. Alen, et des
juges L. Lavrysen(...)"
Extrait de l'arrêt n° 90/2020 du 18 juin 2020 Numéro du rôle : 7218 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 11 et 12 de la loi du 8 mai 2014 « modifiant le Code civil en vue d'instaurer l'égalité de l'homme et de la femme d La Cour constitutionnelle, composée des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges L. Lavrysen(...) | Uittreksel uit arrest nr. 90/2020 van 18 juni 2020 Rolnummer 7218 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 11 en 12 van de wet van 8 mei 2014 « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek met het oog op de invoering van de gelijk Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. L(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 90/2020 du 18 juin 2020 | Uittreksel uit arrest nr. 90/2020 van 18 juni 2020 |
Numéro du rôle : 7218 | Rolnummer 7218 |
En cause : la question préjudicielle relative aux articles 11 et 12 de | In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 11 en 12 van |
la loi du 8 mai 2014 « modifiant le Code civil en vue d'instaurer | de wet van 8 mei 2014 « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek met |
l'égalité de l'homme et de la femme dans le mode de transmission du | het oog op de invoering van de gelijkheid tussen mannen en vrouwen bij |
nom à l'enfant et à l'adopté », posée par le tribunal de la famille du | de wijze van naamsoverdracht aan het kind en aan de geadopteerde », |
Tribunal de première instance de Namur, division Namur. | gesteld door de familierechtbank van de Rechtbank van eerste aanleg |
Namen, afdeling Namen. | |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges L. Lavrysen, | samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. |
J.-P. Moerman, T. Giet, R. Leysen et Y. Kherbache, assistée du | Lavrysen, J.-P. Moerman, T. Giet, R. Leysen en Y. Kherbache, |
greffier F. Meersschaut, présidée par le président F. Daoût, | bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter F. Daoût, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 8 mai 2019, dont l'expédition est parvenue au greffe | Bij vonnis van 8 mei 2019, waarvan de expeditie ter griffie van het |
de la Cour le 21 juin 2019, le tribunal de la famille du Tribunal de | Hof is ingekomen op 21 juni 2019, heeft de familierechtbank van de |
première instance de Namur, division Namur, a posé la question | Rechtbank van eerste aanleg Namen, afdeling Namen, de volgende |
préjudicielle suivante : | prejudiciële vraag gesteld : |
« Les articles 11 et 12 (dispositions transitoires) de la loi du 8 mai | « Schenden de artikelen 11 en 12 (overgangsbepalingen) van de wet van |
2014 ne violent-ils pas notamment les articles 10, 11 et 22bis de la | 8 mei 2014 niet inzonderheid de artikelen 10, 11 en 22bis van de |
Constitution, ainsi que l'article 8 de la CEDH dès lors qu'ils | Grondwet, alsook artikel 8 van het EVRM, aangezien zij de kinderen die |
traitent différemment et donc créent une discrimination sous l'angle | geboren zijn vóór de inwerkingtreding ervan en van wie de afstamming |
du nom patronymique les enfants nés avant son entrée en vigueur et | van vaderszijde na de inwerkingtreding ervan komt vast te staan, |
dont la filiation paternelle est établie après son entrée en vigueur, | verschillend behandelen naargelang zij minderjarig of meerderjarig |
selon qu'ils sont mineurs ou majeurs, seuls les premiers disposant de | zijn, doordat alleen de eerstgenoemden over de mogelijkheid beschikken |
om een dubbele familienaam te dragen, en dus vanuit het oogpunt van de | |
la faculté de porter le double nom de famille ? ». | familienaam een discriminatie doen ontstaan ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. La question préjudicielle porte sur l'article 11 de la loi du 8 | B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 11 van de wet |
mai 2014 « modifiant le Code civil en vue d'instaurer l'égalité de | van 8 mei 2014 « tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek met het oog |
l'homme et de la femme dans le mode de transmission du nom à l'enfant | op de invoering van de gelijkheid tussen mannen en vrouwen bij de |
wijze van naamsoverdracht aan het kind en aan de geadopteerde » | |
et à l'adopté » (ci-après : la loi du 8 mai 2014) et sur l'article 12 | (hierna : de wet van 8 mei 2014) en op artikel 12 van dezelfde wet, |
de la même loi, tel qu'il a été remplacé par l'article 17 de la loi du | zoals vervangen bij artikel 17 van de wet van 18 december 2014 « tot |
18 décembre 2014 « modifiant le Code civil, le code de droit | wijziging van het Burgerlijk Wetboek, het Wetboek van internationaal |
international privé, le Code consulaire, la loi du 5 mai 2014 portant | privaatrecht, het Consulair Wetboek, de wet van 5 mei 2014 houdende de |
établissement de la filiation de la coparente et la loi du 8 mai 2014 | vaststelling van de afstamming van de meemoeder en de wet van 8 mei |
2014 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek met het oog op de | |
modifiant le Code civil en vue d'instaurer l'égalité de l'homme et de | invoering van de gelijkheid tussen mannen en vrouwen bij de wijze van |
la femme dans le mode de transmission du nom à l'enfant et à l'adopté | naamsoverdracht aan het kind en aan de geadopteerde » (hierna : de wet |
» (ci-après : la loi du 18 décembre 2014). | van 18 december 2014). |
B.2.1. L'article 11 de la loi du 8 mai 2014 dispose : | B.2.1. Artikel 11 van de wet van 8 mei 2014 bepaalt : |
« La présente loi s'applique aux enfants nés ou adoptés après son | « Deze wet is van toepassing op kinderen die geboren of geadopteerd |
entrée en vigueur. | zijn na haar inwerkingtreding. |
Toutefois, lorsqu'il existe déjà au moins un enfant dont la filiation | Wanneer er echter reeds ten minste één kind is van wie de afstamming |
est établie à l'égard des mêmes père et mère le jour de l'entrée en | ten aanzien van dezelfde ouders vaststaat op de dag waarop deze wet in |
vigueur de la présente loi, les articles 335, 353-1 à 353-3 et 356-2 | werking treedt, blijven de vroegere artikelen 335, 353-1 tot 353-3 en |
anciens du Code civil demeurent, selon les cas, applicables à la | 356-2 van het Burgerlijk Wetboek, naar gelang van het geval, van |
détermination du nom de l'enfant ou de l'enfant adoptif né ou adopté | toepassing op de vaststelling van de naam van het kind of het adoptief |
après son entrée en vigueur et dont la filiation est établie à l'égard | kind dat is geboren of geadopteerd na de inwerkingtreding ervan en |
des mêmes père et mère ». | wiens afstamming ten aanzien van dezelfde ouders vaststaat ». |
L'article 12 de la même loi dispose : | Artikel 12 van dezelfde wet bepaalt : |
« § 1er. Par dérogation à l'article 11, les parents ou les adoptants | « § 1. In afwijking van artikel 11 kunnen de ouders of adoptanten, bij |
peuvent, par déclaration conjointe ou par déclaration du parent ou de | een gemeenschappelijke verklaring of bij verklaring van de |
l'adoptant survivant de l'enfant en cas de prédécès de l'autre parent | langstlevende ouder of adoptant van het kind, in geval van |
ou adoptant, à l'officier de l'état civil faite avant le 1er juin | vooroverlijden van de andere ouder of adoptant, bij de ambtenaar van |
2015, demander au bénéfice de leurs enfants mineurs communs nés avant | de burgerlijke stand die wordt afgelegd voor 1 juni 2015, ten gunste |
le 1er juin 2014 et sous réserve qu'ils n'aient pas d'enfants majeurs | van hun voor 1 juni 2014 geboren gemeenschappelijke minderjarige |
kinderen en onder voorbehoud dat zij geen gemeenschappelijke | |
communs au jour de la déclaration, de leur attribuer un autre nom | meerderjarige kinderen hebben op de dag waarop zij de verklaring |
afleggen, vragen hen een andere naam toe te kennen die gekozen is in | |
choisi conformément aux dispositions de la présente loi. Le nom choisi | overeenstemming met de bepalingen van deze wet. De gekozen naam wordt |
est attribué à l'ensemble des enfants mineurs communs. | toegekend aan alle gemeenschappelijke minderjarige kinderen. |
§ 2. En cas de naissance ou d'adoption d'un enfant après le 1er juin | § 2. In geval van geboorte of adoptie van een kind na 1 juni 2014 |
2014, la déclaration visée au paragraphe 1er est faite dans l'année | wordt de in paragraaf 1 bedoelde verklaring afgelegd binnen één jaar |
qui suit le jour de l'accouchement ou de l'adoption, si celle-ci a eu | na de dag van de bevalling of van de adoptie, indien deze in België |
lieu en Belgique, ou de l'enregistrement de l'adoption par l'autorité | plaatsvond, of van de registratie van de adoptie door de in artikel |
centrale fédérale visée à l'article 360-1 du Code civil, si celle-ci a | 360-1 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde federale centrale |
été prononcée à l'étranger. | autoriteit, indien deze in het buitenland werd uitgesproken. |
§ 3. En cas d'établissement après le 1er juin 2014 d'un deuxième lien de filiation d'un enfant mineur commun né avant le 1er juin 2014, la déclaration visée au paragraphe 1er est faite dans un délai d'un an à dater de la reconnaissance ou du jour où la décision établissant cette seconde filiation est coulée en force de chose jugée. Le délai d'un an prend cours le jour suivant la notification ou la signification visées aux articles 313, § 3, alinéa 2, 319bis, alinéa 2, 322, alinéa 2, 325/6, alinéa 2, ou 325/8, alinéa 2, du Code civil. | § 3. In geval van vaststelling na 1 juni 2014 van een tweede afstammingsband van een voor 1 juni 2014 geboren gemeenschappelijk minderjarig kind, wordt de in paragraaf 1 bedoelde verklaring afgelegd binnen een termijn van één jaar te rekenen van de dag van de erkenning of van de dag waarop de beslissing die deze tweede afstamming vaststelt in kracht van gewijsde is gegaan. De termijn van één jaar begint te lopen op de dag die volgt op de in de artikelen 313, § 3, tweede lid, 319bis, tweede lid, 322, tweede lid, 325/6, tweede lid, of 325/8, tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek bedoelde kennisgeving of betekening. In geval van wijziging na 1 juni 2014 van de afstamming van een voor 1 |
En cas de modification après le 1er juin 2014 de la filiation d'un | juni 2014 geboren gemeenschappelijk minderjarig kind, als gevolg van |
enfant mineur commun né avant le 1er juin 2014, en suite d'une action | een vordering tot betwisting van de afstamming op grond van de |
en contestation sur la base des articles 312, § 2, 318, §§ 5 et 6, | artikelen 312, § 2, 318, §§ 5 en 6, 325/3, §§ 4 en 5, 325/7, §§ 3 en |
325/3, §§ 4 et 5, 325/7, §§ 3 et 4, ou 330, §§ 3 et 4 du Code civil, | 4, of 330, §§ 3 en 4 van het Burgerlijk Wetboek, neemt de rechter akte |
le juge acte le nouveau nom de l'enfant, choisi, le cas échéant, par | van de nieuwe naam van het kind die in voorkomend geval is gekozen |
les parents selon les règles énoncées aux articles 335, § 1er, ou | door de ouders met inachtneming van de in artikel 335, § 1, of 335ter, |
335ter, § 1er, du Code civil. | § 1, van het Burgerlijk Wetboek vervatte regels. |
§ 4. La déclaration visée au paragraphe 1er est faite à l'officier de | § 4. De in paragraaf 1 bedoelde verklaring wordt afgelegd bij de |
ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente waar het kind is | |
l'état civil de la commune dans laquelle l'enfant est inscrit dans les | ingeschreven in de bevolkingsregisters. Indien het kind is |
registres de la population. Si l'enfant est inscrit dans les registres | ingeschreven in de consulaire bevolkingsregisters die worden bedoeld |
consulaires de la population visés au chapitre 8 du Code consulaire, | in hoofdstuk 8 van het Consulair Wetboek, wordt de verklaring afgelegd |
la déclaration est faite au chef du poste consulaire de carrière où il | bij het hoofd van de consulaire beroepspost waar het ingeschreven is. |
est inscrit. L'officier de l'état civil compétent ou le chef du poste | De bevoegde ambtenaar van de burgerlijke stand of het hoofd van de |
consulaire de carrière établit l'acte de déclaration de choix de nom | consulaire beroepspost maakt de akte van verklaring van naamskeuze op |
ten gevolge van de verklaring en verbindt deze met de akte van | |
suite à la déclaration et l'associe à l'acte de naissance de l'enfant | geboorte van het kind en met de akten van de burgerlijke stand waarop |
et aux actes de l'état civil auxquels il se rapporte ». | ze betrekking heeft ». |
B.2.2. L'article 335, § 3, du Code civil dispose : | B.2.2. Artikel 335, § 3, van het Burgerlijk Wetboek bepaalt : |
« Si la filiation paternelle est établie après la filiation maternelle, aucune modification n'est apportée au nom de l'enfant. Il en va de même si la filiation maternelle est établie après la filiation paternelle. Toutefois, les père et mère ensemble, ou l'un d'eux si l'autre est décédé peuvent déclarer, dans un acte dressé par l'officier de l'état civil, que l'enfant portera soit le nom de la personne à l'égard de laquelle la filiation est établie en second lieu, soit leurs deux noms accolés dans l'ordre choisi par eux dans la limite d'un nom pour chacun d'eux. Cette déclaration est faite dans un délai d'un an à dater de la reconnaissance ou du jour où une décision établissant la filiation paternelle ou maternelle est coulée en force de chose jugée et avant la majorité ou l'émancipation de l'enfant. Le délai d'un an prend cours le jour suivant la notification ou la signification visées aux | « Indien de afstamming van vaderszijde komt vast te staan na de afstamming van moederszijde, blijft de naam van het kind onveranderd. Hetzelfde geldt indien de afstamming van moederszijde komt vast te staan na de afstamming van vaderszijde. Evenwel kunnen de ouders samen, of kan een van hen indien de andere overleden is, in een door de ambtenaar van de burgerlijke stand opgemaakte akte verklaren dat het kind ofwel de naam van de persoon ten aanzien van wie de afstamming als tweede komt vast te staan zal dragen, ofwel één die samengesteld is uit hun twee namen, in de door hen gekozen volgorde met niet meer dan één naam voor elk van hen. Deze verklaring wordt afgelegd binnen een termijn van één jaar te rekenen van de dag van de erkenning of van de dag waarop een beslissing die de afstamming van vaderszijde of van moederszijde vaststelt in kracht van gewijsde is gegaan, en voor de meerderjarigheid of de ontvoogding van het kind. De termijn van één jaar begint te lopen op de dag die volgt op de in de artikelen 313, § |
articles 313, § 3, alinéa 2, 319bis, alinéa 2, ou 322, alinéa 2. | 3, tweede lid, 319bis, tweede lid, of 322, tweede lid, bedoelde |
kennisgeving of betekening. | |
En cas de modification de la filiation paternelle ou maternelle durant | Bij wijziging van de afstamming van vaderszijde of van moederszijde |
la minorité de l'enfant en suite d'une action en contestation sur la | tijdens de minderjarigheid van het kind als gevolg van een vordering |
tot betwisting van de afstamming op grond van de artikelen 312, § 2, | |
base des articles 312, § 2, 318, §§ 5 et 6, ou 330, §§ 3 et 4, le juge | 318, §§ 5 en 6, of 330, §§ 3 en 4, neemt de rechter akte van de nieuwe |
acte le nouveau nom de l'enfant, choisi, le cas échéant, par les | naam van het kind die in voorkomend geval door de ouders is gekozen, |
parents selon les règles énoncées au § 1er ou à l'article 335ter, § 1er. | met inachtneming van de in § 1 of artikel 335ter bedoelde regels. |
L'officier de l'état civil compétent établit l'acte de déclaration de | De bevoegde ambtenaar van de burgerlijke stand maakt de akte van |
verklaring van naamskeuze op ten gevolge van de in het tweede lid | |
choix de nom suite à la déclaration visée à l'alinéa 2 et l'associe à | bedoelde verklaring en verbindt deze met de akte van geboorte van het |
l'acte de naissance de l'enfant et aux actes de l'état civil auxquels | kind en met de akten van de burgerlijke stand waarop ze betrekking |
il se rapporte, ou modifie l'acte de naissance de l'enfant et les | heeft of wijzigt de akte van geboorte van het kind en de akten van de |
actes de l'état civil auxquels il se rapporte suite au jugement visé à | burgerlijke stand waarop ze betrekking heeft ten gevolge van het in |
l'alinéa 4 ». | het vierde lid bedoelde vonnis ». |
B.2.3. L'article 335, § 4, du même Code, tel qu'il a été complété par | B.2.3. Artikel 335, § 4, van hetzelfde Wetboek, zoals het werd |
l'article 114 de la loi du 21 décembre 2018 « portant des dispositions | aangevuld bij artikel 114 van de wet van 21 december 2018 « houdende |
diverses en matière de justice » (ci-après : la loi du 21 décembre | diverse bepalingen betreffende justitie » (hierna : de wet van 21 |
2018), dispose : | december 2018), bepaalt : |
« Si la filiation d'un enfant est modifiée alors que celui-ci a | « Indien de afstamming van een kind wordt gewijzigd wanneer het de |
atteint l'âge de la majorité, aucune modification n'est apportée à son | meerderjarige leeftijd heeft bereikt, wordt er zonder zijn instemming |
nom sans son accord. | geen verandering aan zijn naam aangebracht. |
En cas d'établissement d'un nouveau lien de filiation d'un enfant | Bij vaststelling van een nieuwe afstammingsband van een meerderjarig |
majeur à l'égard du père, de la mère ou de la coparente, à la suite | kind van vaderszijde, van moederszijde of van meemoederszijde als |
d'une action en contestation de la filiation sur base des articles | gevolg van een vordering tot betwisting van de afstamming op grond van |
312, § 2, 318, §§ 5 et 6, ou 330, §§ 3 et 4, le juge acte le nouveau | de artikelen 312, § 2, 318, §§ 5 en 6, of 330, §§ 3 en 4, neemt de |
rechter akte van de nieuwe naam van het kind die laatstgenoemde heeft | |
nom de l'enfant, choisi, le cas échéant, par ce dernier selon les | gekozen in voorkomend geval met inachtneming van de in paragraaf 1 of |
règles énoncées au paragraphe 1er ou à l'article 335ter, § 1er. | in artikel 335ter, § 1, vervatte regels. |
L'officier de l'état civil compétent modifie l'acte de naissance de | De bevoegde ambtenaar van de burgerlijke stand wijzigt de akte van |
l'enfant et les actes de l'état civil auxquels le jugement se | geboorte van het kind en de akten van de burgerlijke stand waarop het |
rapporte, suite au jugement visé à l'alinéa 2 ». | vonnis betrekking heeft, ten gevolge van het in het tweede lid bedoelde vonnis ». |
L'article 335ter, § 3, du même Code, tel qu'il a été complété par | Artikel 335ter, § 3, van hetzelfde Wetboek, zoals het werd aangevuld |
l'article 115 de la loi du 21 décembre 2018, dispose : | bij artikel 115 van de wet van 21 december 2018, bepaalt : |
« Si la filiation d'un enfant est modifiée alors que celui-ci a | « Indien de afstamming van een kind wordt gewijzigd wanneer het de |
atteint l'âge de la majorité, aucune modification n'est apportée à son | meerderjarige leeftijd heeft bereikt, wordt er zonder zijn instemming |
nom sans son accord. | geen verandering aan zijn naam aangebracht. |
En cas d'établissement d'un nouveau lien de filiation d'un enfant | Bij vaststelling van een nieuwe afstammingsband van een meerderjarig |
majeur à l'égard du père, de la mère ou de la coparente, à la suite | kind van vaderszijde, van moederszijde of van meemoederszijde als |
d'une action en contestation de la filiation sur base des articles | gevolg van een vordering tot betwisting van de afstamming op grond van |
312, § 2, 325/3, §§ 4 et 5, 325/7, §§ 3 et 4, ou 330, §§ 3 et 4, le | de artikelen 312, § 2, 325/3, §§ 4 en 5, 325/7, §§ 3 en 4, of 330, §§ |
juge acte le nouveau nom de l'enfant choisi, le cas échéant, par ce | 3 en 4, neemt de rechter akte van de nieuwe naam van het kind die |
dernier selon les règles énoncées au paragraphe 1er ou à l'article | laatstgenoemde in voorkomend geval heeft gekozen met inachtneming van |
335, § 1er. | de in paragraaf 1 of in artikel 335, § 1, vervatte regels. |
L'officier de l'état civil modifie l'acte de naissance de l'enfant et | De bevoegde ambtenaar van de burgerlijke stand wijzigt de akte van |
les actes de l'état civil auxquels le jugement se rapporte, suite au | geboorte van het kind en de akten van de burgerlijke stand waarop het |
vonnis betrekking heeft, ten gevolge van het in het tweede lid | |
jugement visé à l'alinéa 2 ». | bedoelde vonnis ». |
Les articles précités sont entrés en vigueur le 31 mars 2019. | De voormelde artikelen zijn op 31 maart 2019 in werking getreden. |
Aux termes de l'article 116 de la loi du 21 décembre 2018, ces | Luidens artikel 116 van de wet van 21 december 2018 zijn die |
dispositions s'appliquent aux demandes en contestation d'un lien de | bepalingen van toepassing op de vorderingen tot betwisting van een |
filiation qui sont introduites devant le tribunal de la famille ou | afstammingsband die zijn ingediend bij de familierechtbank of bij een |
devant une chambre de la famille de la cour d'appel avant l'entrée en | familiekamer van het hof van beroep vóór de inwerkingtreding van die |
vigueur de cette loi. L'article 335, § 4, du Code civil, tel qu'il a | wet. Artikel 335, § 4, van het Burgerlijk Wetboek, zoals aangevuld |
été complété par l'article 114 de la loi du 21 décembre 2018, renvoie | door artikel 114 van de wet van 21 december 2018, verwijst |
expressément aux actions en contestation diligentées sur la base des | uitdrukkelijk naar de vorderingen tot betwisting die werden ingesteld |
articles 312, § 2, 318, §§ 5 et 6, ou 330, §§ 3 et 4, du Code civil. | op grond van de artikelen 312, § 2, 318, §§ 5 en 6, of 330, §§ 3 en 4, |
B.3. Le juge a quo interroge la Cour sur la compatibilité des articles | van het Burgerlijk Wetboek. B.3. De verwijzende rechter stelt het Hof een vraag over de |
11 et 12, précités, de la loi du 8 mai 2014 avec les articles 10, 11 et 22bis de la Constitution, en ce que ces dispositions créeraient une différence de traitement injustifiée entre, d'une part, l'enfant mineur né avant l'entrée en vigueur de ces dispositions mais dont la filiation paternelle est établie après leur entrée en vigueur, lequel peut porter les noms de sa mère et de son père, et, d'autre part, l'enfant majeur qui, dans les mêmes circonstances, n'a pas cette faculté, les dispositions en cause ne s'appliquant, selon le juge a quo, qu'aux enfants mineurs. B.4. Il ressort des pièces du dossier et de la motivation du jugement que le litige devant le juge a quo concerne un enfant majeur dont la filiation paternelle a été établie à la suite d'une action en réclamation d'état introduite par cet enfant majeur, en application | bestaanbaarheid van de voormelde artikelen 11 en 12 van de wet van 8 mei 2014 met de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet, in zoverre die bepalingen een onverantwoord verschil in behandeling zouden creëren tussen, enerzijds, een minderjarig kind dat geboren is vóór de inwerkingtreding van die bepalingen maar van wie de afstamming van vaderszijde na de inwerkingtreding ervan komt vast te staan, dat de namen van zijn moeder en van zijn vader kan dragen en, anderzijds, een meerderjarig kind dat, in dezelfde omstandigheden, die mogelijkheid niet heeft doordat de in het geding zijnde bepalingen, volgens de verwijzende rechter, alleen op minderjarige kinderen van toepassing zijn. B.4. Uit de stukken van het dossier en uit de motivering van het vonnis blijkt dat het geschil voor de verwijzende rechter betrekking heeft op een meerderjarig kind van wie de afstamming van vaderszijde is komen vast te staan ingevolge een rechtsvordering tot inroeping van staat die door dat meerderjarig kind werd ingesteld met toepassing van |
des articles 322 et 332ter du Code civil. Cet enfant souhaite pouvoir | de artikelen 322 en 332ter van het Burgerlijk Wetboek. Dat kind wenst |
porter dorénavant le nom de son père, accolé à celui de sa mère. | voortaan de naam van haar vader, vermeld naast die van haar moeder, te |
Bien qu'il observe que la loi du 21 décembre 2018 a modifié la loi du | dragen. Hoewel hij opmerkt dat de wet van 21 december 2018 de wet van 8 mei |
8 mai 2014 et qu'elle « rend désormais possible le port du double nom | 2014 heeft gewijzigd en dat zij « het voortaan mogelijk maakt, voor |
een meerderjarig kind, om een dubbele naam te dragen, weliswaar alleen | |
par un enfant majeur, certes dans certaines hypothèses seulement », le | in bepaalde gevallen », is de verwijzende rechter van oordeel dat de |
juge a quo considère que la nouvelle réglementation est « inapplicable | nieuwe regelgeving « te dezen niet van toepassing is (de zaak werd |
en l'espèce (la cause a été introduite le 10 juillet 2018) ». | ingeleid op 10 juli 2018) ». |
B.5. Comme il est dit en B.2.3, les articles 114 et 115 de la loi du | B.5. Zoals in B.2.3 is vermeld, bieden de artikelen 114 en 115 van de |
21 décembre 2018 permettent à l'enfant majeur de changer de nom. Par | wet van 21 december 2018 een meerderjarig kind de mogelijkheid om van |
ailleurs, aux termes de l'article 116 de cette même loi, ces articles | naam te veranderen. Luidens artikel 116 van diezelfde wet zijn die |
sont applicables aux demandes de contestation d'un lien de filiation | artikelen overigens van toepassing op de vorderingen tot betwisting |
qui ont été introduites devant le tribunal de la famille avant | van een afstammingsband die werden ingesteld bij de familierechtbank |
l'entrée en vigueur de cette loi, à savoir le 31 mars 2019. | vóór de inwerkingtreding van die wet, namelijk op 31 maart 2019. |
Le litige porté devant le juge a quo a été introduit le 10 juillet 2018. | Het geschil voor de verwijzende rechter werd ingeleid op 10 juli 2018. |
B.6. Il résulte de ce qui précède que les articles 11 et 12, précités, | B.6. Uit hetgeen voorafgaat volgt dat de voormelde artikelen 11 en 12 |
de la loi du 8 mai 2014 ne peuvent plus être appliqués depuis l'entrée | van de wet van 8 mei 2014 niet meer kunnen worden toegepast sinds de |
en vigueur de la loi du 21 décembre 2018, et que, partant, la question | inwerkingtreding van de wet van 21 december 2018 en dat, bijgevolg, de |
préjudicielle n'est pas utile à la solution du litige. | prejudiciële vraag niet nuttig is voor de oplossing van het geschil. |
Pour le surplus, la Cour ne peut se prononcer ni sur les conditions | Voor het overige vermag het Hof zich niet uit te spreken over de |
d'application, ni sur la constitutionnalité de dispositions | toepassingsvoorwaarden, noch over de grondwettigheid van wetskrachtige |
législatives au sujet desquelles elle n'est pas interrogée. | bepalingen waarover aan het Hof geen vraag is gesteld. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
La question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | De prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 18 juin 2020. | op 18 juni 2020. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
Le président, | De voorzitter, |
F. Daoût | F. Daoût |