← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 83/2020 du 4 juin 2020 Numéros du rôle : 7383, 7384 et 7385 En
cause : les questions préjudicielles concernant l'article 7 de l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020 «
portant des dispositions diverses relatives à la procédu La
Cour constitutionnelle, chambre restreinte, composée du président F. Daoût et des juges-rappo(...)"
Extrait de l'arrêt n° 83/2020 du 4 juin 2020 Numéros du rôle : 7383, 7384 et 7385 En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 7 de l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020 « portant des dispositions diverses relatives à la procédu La Cour constitutionnelle, chambre restreinte, composée du président F. Daoût et des juges-rappo(...) | Uittreksel uit arrest nr. 83/2020 van 4 juni 2020 Rolnummers 7383, 7384 en 7385 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020 « houdende diverse bepalingen inzake strafprocedure en ui Het Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, samengesteld uit voorzitter F. Daoût en de rechters-vers(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 83/2020 du 4 juin 2020 | Uittreksel uit arrest nr. 83/2020 van 4 juni 2020 |
Numéros du rôle : 7383, 7384 et 7385 | Rolnummers 7383, 7384 en 7385 |
En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 7 de | In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 7 van het |
l'arrêté royal n° 3 du 9 avril 2020 « portant des dispositions | koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020 « houdende diverse |
diverses relatives à la procédure pénale et à l'exécution des peines | bepalingen inzake strafprocedure en uitvoering van straffen en |
et des mesures prévues dans le cadre de la lutte contre la propagation | maatregelen in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het |
du coronavirus COVID-19 », posées par la chambre des référés du | coronavirus COVID-19 », gesteld door de kamer in kort geding van de |
Tribunal de première instance du Luxembourg, division Marche-en-Famenne. | Rechtbank van eerste aanleg Luxemburg, afdeling Marche-en-Famenne. |
La Cour constitutionnelle, chambre restreinte, | Het Grondwettelijk Hof, beperkte kamer, |
composée du président F. Daoût et des juges-rapporteurs M. Pâques et | samengesteld uit voorzitter F. Daoût en de rechters-verslaggevers M. |
Y. Kherbache, assistée du greffier F. Meersschaut, | Pâques en Y. Kherbache, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Par trois ordonnances du 20 avril 2020, dont les expéditions sont | Bij drie beschikkingen van 20 april 2020, waarvan de expedities ter |
parvenues au greffe de la Cour le 27 avril 2020, la chambre des | griffie van het Hof zijn ingekomen op 27 april 2020, heeft de kamer in |
référés du Tribunal de première instance du Luxembourg, division | kort geding van de Rechtbank van eerste aanleg Luxemburg, afdeling |
Marche-en-Famenne, a posé la question préjudicielle suivante : | Marche-en-Famenne, de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« En excluant d'office certaines personnes condamnées et en ne | « Schendt artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 3 van 9 april 2020 |
prévoyant pas ainsi pour tout condamné appartenant au groupe risque de | niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met |
personnes vulnérables au développement de symptômes graves du | artikel 23 van de Grondwet, door bepaalde veroordeelde personen |
ambtshalve uit te sluiten en door aldus niet voor elke veroordeelde | |
coronavirus Covid-19, cette possibilité d'octroi d'interruption de | die behoort tot de risicogroep van personen die kwetsbaar zijn voor |
peine moyennant le respect de conditions, l'article 7 de l'arrêté | het ontwikkelen van ernstige symptomen door het coronavirus COVID-19, |
royal n° 3 du 9 avril 2020 ne viole-t-il pas les articles 10 et 11 de | te voorzien in die mogelijkheid tot toekenning van strafonderbreking |
la Constitution combinés avec l'article 23 de la Constitution ? ». | mits voorwaarden worden nageleefd ? ». |
Le 29 avril 2020, en application de l'article 71, alinéa 1er, de la | Op 29 april 2020 hebben de rechters-verslaggevers M. Pâques en Y. |
Kherbache, met toepassing van artikel 71, eerste lid, van de | |
loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle, les | bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, de |
juges-rapporteurs M. Pâques et Y. Kherbache ont informé le président | voorzitter ervan in kennis gesteld dat zij ertoe zouden kunnen worden |
qu'ils pourraient être amenés à proposer à la Cour, siégeant en | gebracht aan het Hof, zitting houdende in beperkte kamer, voor te |
chambre restreinte, de rendre un arrêt constatant que les questions | stellen een arrest te wijzen waarin wordt vastgesteld dat de |
préjudicielles ne relèvent manifestement pas de la compétence de la | prejudiciële vragen klaarblijkelijk niet tot de bevoegdheid van het |
Cour. | Hof behoren. |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1.1. En vertu de l'article 142, alinéa 2, de la Constitution et de | B.1.1. Krachtens artikel 142, tweede lid, van de Grondwet en artikel |
l'article 26, § 1er, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour | 26, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
constitutionnelle, la Cour est compétente pour statuer, à titre | Grondwettelijk Hof is het Hof bevoegd om bij wijze van prejudiciële |
préjudiciel, sur les questions relatives à la violation par une loi, | beslissing uitspraak te doen op vragen omtrent de schending, door een |
un décret ou une règle visée à l'article 134 de la Constitution, des | wet, een decreet of een in artikel 134 van de Grondwet bedoelde regel, |
règles qui sont établies par la Constitution ou en vertu de celle-ci | van de regels die door of krachtens de Grondwet zijn vastgesteld voor |
pour déterminer les compétences respectives de l'Etat, des communautés | het bepalen van de onderscheiden bevoegdheid van de Staat, de |
et des régions, des articles du titre II (« Des Belges et de leurs | gemeenschappen en de gewesten, van de artikelen van titel II (« De |
droits ») et des articles 143, § 1er, 170, 172 et 191 de la | Belgen en hun rechten ») en van de artikelen 143, § 1, 170, 172 en 191 |
Constitution. | van de Grondwet. |
B.1.2. Ni l'article 26, § 1er, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | B.1.2. Noch artikel 26, § 1, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 |
sur la Cour constitutionnelle, adoptée en exécution de l'article 142 | op het Grondwettelijk Hof, genomen ter uitvoering van artikel 142 van |
de la Constitution, ni aucune autre disposition constitutionnelle ou | de Grondwet, noch enige andere grondwets- of wetsbepaling verlenen aan |
législative ne confèrent à la Cour le pouvoir de statuer, à titre | het Hof de bevoegdheid om, bij wijze van prejudiciële beslissing, |
préjudiciel, sur la compatibilité des dispositions d'un arrêté royal, | uitspraak te doen over de bestaanbaarheid van de bepalingen van een |
fût-il adopté en vertu d'une loi accordant au Roi des pouvoirs | koninklijk besluit, zij het aangenomen krachtens een wet waarbij aan |
spéciaux, avec les articles du titre II (« Des Belges et de leurs | de Koning bijzondere machten worden toegekend, met de artikelen van |
droits »). | titel II (« De Belgen en hun rechten »). |
B.1.3. Ce n'est que lorsqu'un arrêté royal fait l'objet d'une | B.1.3. Het is pas wanneer een koninklijk besluit het voorwerp uitmaakt |
confirmation législative qu'il devient lui-même, dès la date de | van een wettelijke bekrachtiging dat het zelf, vanaf de datum van |
l'entrée en vigueur de la loi de confirmation, une norme législative. | inwerkingtreding van de bekrachtigingswet, een wetskrachtige norm |
La Cour est alors compétente pour contrôler si la loi de confirmation, | wordt. Het Hof is dan bevoegd om te toetsen of de bekrachtigingswet, |
qui s'est approprié les dispositions de l'arrêté royal, ne viole pas | die de bepalingen van het koninklijk besluit heeft overgenomen, niet |
une des dispositions constitutionnelles dont elle doit assurer le | een van de grondwetsbepalingen schendt waarvan het de inachtneming |
respect. | dient te verzekeren. |
B.2. L'article 7 de l'arrêté royal n° 3 « portant des dispositions | B.2. Artikel 7 van het koninklijk besluit nr. 3 « houdende diverse |
diverses relatives a la procédure pénale et a l'exécution des peines | bepalingen inzake strafprocedure en uitvoering van straffen en |
et des mesures prévues dans le cadre de la lutte contre la propagation | maatregelen in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het |
du coronavirus COVID-19 », dispose : | coronavirus COVID-19 » bepaalt : |
« L'interruption de l'exécution de la peine peut être octroyée par le | « De onderbreking van de strafuitvoering kan worden toegekend door de |
directeur au condamne qui répond aux conditions suivantes : | directeur aan de veroordeelde die voldoet aan de volgende voorwaarden |
- le condamné a déjà bénéficié, dans les six derniers mois, d'au moins | : - de veroordeelde heeft de afgelopen zes maanden minstens één goed |
un conge pénitentiaire de trente-six heures tel que visé à l'article 6 | verlopen penitentiair verlof bedoeld in artikel 6 of artikel 59 van de |
ou a l'article 59 de la loi du 17 mai 2006 relative au statut | wet van 17 mei 2006 betreffende de externe rechtspositie van de |
juridique externe des personnes condamnées à une peine privative de | veroordeelden tot een vrijheidsstraf en de aan het slachtoffer |
liberté et aux droits reconnus à la victime dans le cadre des | |
modalités d'exécution de la peine qui s'est bien déroulé, ou il | toegekende rechten in het raam van de strafuitvoeringsmodaliteiten van |
exécute sa peine sous forme de détention limitée telle que visée à | minstens zesendertig uren genoten of voert zijn straf uit onder de |
l'article 21 de la même loi pourvu qu'il jouisse déjà de congé | modaliteit van beperkte detentie bedoeld in artikel 21 van dezelfde |
pénitentiaire dans ce cadre, ou il appartient au groupe risque des | wet mits hij in dat kader reeds genoot van penitentiair verlof; of |
personnes vulnérables au développement de symptômes graves du | behoort tot de risicogroep van personen die kwetsbaar zijn voor het |
coronavirus COVID-19; | ontwikkelen van ernstige symptomen door het coronavirus COVID-19; |
- le condamné dispose d'une adresse fixe; | - de veroordeelde beschikt over een vast adres; |
- il n'existe pas, dans le chef du condamné, de contre-indications; | - er bestaan in hoofde van de veroordeelde geen tegenaanwijzingen; |
ces contre-indications portent sur le risque que le condamné se | deze tegenaanwijzingen hebben betrekking op het gevaar dat de |
soustraie a l'exécution de sa peine, sur le risque qu'il commette des | veroordeelde zich aan de uitvoering van zijn straf zou onttrekken, op |
infractions graves pendant l'interruption de l'exécution de la peine, | het risico dat hij tijdens de onderbreking van de strafuitvoering |
ernstige strafbare feiten zou plegen, op het risico dat hij de | |
sur le risque qu'il importune les victimes ou sur le risque qu'il ne | slachtoffers zou verontrusten of op het risico dat hij zich niet zal |
se conforme pas aux mesures imposées par le gouvernement dans le cadre | houden aan de maatregelen opgelegd door de overheid in het kader van |
de la lutte contre la propagation du coronavirus COVID-19; | de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19; |
- il n'y a, au moment de la décision d'octroi de l'interruption de | - er zijn op het ogenblik van de beslissing tot toekenning van de |
l'exécution de la peine, aucune indication que le condamné causera des | onderbreking van de strafuitvoering geen aanwijzingen dat de |
problèmes de sante aux personnes chez qui il séjournera; | veroordeelde gezondheidsproblemen zal teweegbrengen bij de personen |
bij wie hij zal verblijven; | |
- le condamné marque son accord par écrit avec l'interruption de | - de veroordeelde stemt schriftelijk in met de onderbreking van de |
l'exécution de la peine et les conditions générales qui y sont attachées. | strafuitvoering en met de daaraan verbonden algemene voorwaarden. |
Les condamnés suivants sont exclus de l'interruption de l'exécution de | De volgende veroordeelden zijn uitgesloten van de onderbreking van de |
la peine : | strafuitvoering : |
- les condamnés qui subissent une ou plusieurs peines privatives de | - de veroordeelden die één of meerdere vrijheidsbenemende straffen |
liberté dont le total s'élève a plus de 10 ans; | ondergaan waarvan het totaal meer dan 10 jaar bedraagt; |
- les condamnés qui subissent une ou plusieurs peine(s) | - de veroordeelden die één of meerdere gevangenisstraffen ondergaan |
d'emprisonnement pour des faits visés aux Livre II, Titre Iter du Code | voor de feiten vermeld in Boek II, Titel Iter van het Strafwetboek; |
pénal; - les condamnés qui subissent une ou plusieurs peine(s) | - de veroordeelden die één of meerdere gevangenisstraffen ondergaan |
d'emprisonnement pour des faits visés aux articles 371/1 a 378bis du | voor de feiten vermeld in de artikelen 371/1 tot 378bis van het |
Code pénal ». | Strafwetboek ». |
B.3. L'arrêté royal n° 3 précité a été pris sur la base des articles 2 | B.3. Het voormelde koninklijk besluit nr. 3 is genomen op grond van de |
et 5 de la loi du 27 mars 2020 « habilitant le Roi à prendre des | artikelen 2 en 5 van de wet van 27 maart 2020 « die machtiging |
verleent aan de Koning om maatregelen te nemen in de strijd tegen de | |
mesures de lutte contre la propagation du coronavirus COVID-19 (II) ». | verspreiding van het coronavirus COVID-19 (II) ». Het is niet |
Il n'est pas confirmé par le législateur. | bekrachtigd door de wetgever. |
B.4. La question préjudicielle ne relève donc manifestement pas de la | B.4. De prejudiciële vraag behoort dus klaarblijkelijk niet tot de |
compétence de la Cour. | bevoegdheid van het Hof. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour, chambre restreinte, | het Hof, beperkte kamer, |
statuant a l'unanimité des voix, | met eenparigheid van stemmen uitspraak doende, |
constate que la Cour n'est pas compétente pour répondre aux questions | stelt vast dat het Hof niet bevoegd is om de prejudiciële vragen te |
préjudicielles. | beantwoorden. |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément a l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 4 juin 2020. | op 4 juni 2020. |
Le greffier, Le président, | De griffier, De voorzitter, |
F. Meerschaut F. Daoût | F. Meersschaut F. Daoût |