← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 66/2019 du 16 mai 2019 Numéro du rôle : 6722 En cause : la question
préjudicielle relative à l'article 745quinquies, § 3, du Code civil, posée par le Tribunal de
première instance du Hainaut, division Tournai. La composée
des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman,(...)"
| Extrait de l'arrêt n° 66/2019 du 16 mai 2019 Numéro du rôle : 6722 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 745quinquies, § 3, du Code civil, posée par le Tribunal de première instance du Hainaut, division Tournai. La composée des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman,(...) | Uittreksel uit arrest nr. 66/2019 van 16 mei 2019 Rolnummer 6722 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 745quinquies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Henegouwen, afdeling Doornik. Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. L(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Extrait de l'arrêt n° 66/2019 du 16 mai 2019 | Uittreksel uit arrest nr. 66/2019 van 16 mei 2019 |
| Numéro du rôle : 6722 | Rolnummer 6722 |
| En cause : la question préjudicielle relative à l'article | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 745quinquies, § 3, |
| 745quinquies, § 3, du Code civil, posée par le Tribunal de première | van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste |
| instance du Hainaut, division Tournai. | aanleg Henegouwen, afdeling Doornik. |
| La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
| composée des présidents F. Daoût et A. Alen, et des juges L. Lavrysen, | samengesteld uit de voorzitters F. Daoût en A. Alen, en de rechters L. |
| J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. | Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, |
| Nihoul, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman et M. Pâques, assistée du | P. Nihoul, T. Giet, R. Leysen, J. Moerman en M. Pâques, bijgestaan |
| greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président F. Daoût, | door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | F. Daoût, wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
| Par jugement du 4 août 2017 en cause de Marie-Ange Toubeau contre | Bij vonnis van 4 augustus 2017 in zake Marie-Ange Toubeau tegen |
| Dorothée Lepoutre et Cédric Lepoutre, dont l'expédition est parvenue | Dorothée Lepoutre en Cédric Lepoutre, waarvan de expeditie ter griffie |
| au greffe de la Cour le 4 septembre 2017, le Tribunal de première | van het Hof is ingekomen op 4 september 2017, heeft de Rechtbank van |
| instance du Hainaut, division Tournai, a posé la question | eerste aanleg Henegouwen, afdeling Doornik, de volgende prejudiciële |
| préjudicielle suivante : | vraag gesteld : |
| « L'article 745quinquies, § 3 du Code civil viole-t-il les articles 10 | « Schendt artikel 745quinquies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek de |
| et 11 de la Constitution et les articles 8 et 14 de la Convention | artikelen 10 en 11 van de Grondwet en de artikelen 8 en 14 van het |
| Européenne des Droits de l'Homme et des Libertés Fondamentales, ainsi | Europees Verdrag voor de rechten van de mens en de fundamentele |
| que l'article 1er du Protocole additionnel n° 1, en ce qu'il stipule | vrijheden, alsook artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol, in |
| que lorsque la conversion de l'usufruit du conjoint survivant est | zoverre het bepaalt dat, wanneer de omzetting van het vruchtgebruik |
| demandée, en cas de concours du conjoint survivant avec des | van de langstlevende echtgenoot wordt gevorderd, ingeval de |
| descendants d'une précédente relation du défunt, le calcul de la | langstlevende echtgenoot tot de nalatenschap komt met afstammelingen |
| valorisation de l'usufruit doit se faire en tenant compte du fait que | uit een vorige relatie van de overledene, de waardering van het |
| vruchtgebruik dient te worden berekend door rekening te houden met het | |
| le conjoint survivant est censé avoir 20 ans de plus que l'aîné des | feit dat de langstlevende echtgenoot wordt geacht twintig jaar ouder |
| descendants du défunt ? ». | te zijn dan de oudste afstammeling van de overledene ? ». |
| (...) | (...) |
| III. En droit | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| B.1.1. En l'absence de disposition testamentaire, lorsqu'un défunt | B.1.1. Bij gebrek aan een beschikking bij testament, wanneer een |
| overledene afstammelingen achterlaat, verkrijgt zijn langstlevende | |
| laisse des descendants, son conjoint survivant recueille l'usufruit de | echtgenoot het vruchtgebruik van de gehele nalatenschap (artikel |
| toute la succession (article 745bis, § 1er, alinéa 1er, du Code civil, | 745bis, § 1, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek, vervangen bij |
| remplacé par l'article 69 de la loi du 31 mars 1987 « modifiant | artikel 69 van de wet van 31 maart 1987 « tot wijziging van een aantal |
| diverses dispositions légales relatives à la filiation »). | bepalingen betreffende de afstamming »). |
| Nus-propriétaires, les descendants de l'époux prédécédé peuvent | De afstammelingen van de vooroverleden echtgenoot, die blote eigenaars |
| demander la conversion totale ou partielle de l'usufruit du conjoint | zijn, kunnen de volledige of gedeeltelijke omzetting van het |
| survivant, soit en la pleine propriété de biens grevés de l'usufruit, | vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot vragen, hetzij in de |
| volle eigendom van met vruchtgebruik belaste goederen, hetzij in een | |
| soit en une somme, soit en une rente indexée et garantie (article | geldsom, hetzij in een gewaarborgde en geïndexeerde rente (artikel |
| 745quater, § 1er, du Code civil, remplacé par l'article 70 de la loi | 745quater, § 1, van het Burgerlijk Wetboek, vervangen bij artikel 70 |
| du 31 mars 1987). | van de wet van 31 maart 1987). |
| B.1.2. Sauf si l'usufruitier et les nus-propriétaires en conviennent | B.1.2. Tenzij de vruchtgebruiker en de blote eigenaars anders |
| autrement, l'âge de l'usufruitier et son espérance de vie constituent | overeenkomen, vormen de leeftijd van de vruchtgebruiker en zijn |
| levensverwachting parameters waarmee rekening moet worden gehouden bij | |
| des paramètres dont il doit être tenu compte lors de la conversion de | de omzetting van het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot |
| l'usufruit du conjoint survivant (article 745sexies, § 3, du Code | (artikel 745sexies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek). |
| civil). B.2. L'article 745quinquies, § 3, du Code civil, inséré par l'article | B.2. Artikel 745quinquies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek, ingevoegd |
| 8 de la loi du 14 mai 1981 « modifiant les droits successoraux du | bij artikel 8 van de wet van 14 mei 1981 « tot wijziging van het |
| conjoint survivant », puis modifié par l'article 6 de la loi du 28 | erfrecht van de langstlevende echtgenoot », vervolgens gewijzigd bij |
| mars 2007 « modifiant, en ce qui concerne le droit successoral à | artikel 6 van de wet van 28 maart 2007 « tot wijziging, wat de |
| l'égard du cohabitant légal survivant, le Code civil et la loi du 29 | regeling van het erfrecht van de langstlevende wettelijk samenwonende |
| août 1988 relative au régime successoral des exploitations agricoles | betreft, van het Burgerlijk Wetboek en van de wet van 29 augustus 1988 |
| op de erfregeling inzake landbouwbedrijven met het oog op het | |
| en vue d'en promouvoir la continuité », dispose : | bevorderen van de continuïteit », bepaalt : |
| « En cas de concours du conjoint survivant avec des descendants d'une | « Ingeval de langstlevende echtgenoot tot de nalatenschap komt met |
| précédente relation, lorsque la conversion est demandée par l'une des | afstammelingen uit een vorige relatie en de omzetting wordt gevorderd |
| parties, le conjoint survivant est censé avoir au moins vingt ans de | door een van de partijen, wordt de langstlevende echtgenoot geacht ten |
| plus que l'aîné des descendants d'une précédente relation ». | minste twintig jaar ouder te zijn dan de oudste afstammeling uit een vorige relatie ». |
| B.3. Il ressort des motifs de la décision de renvoi que la Cour est | B.3. Uit de motieven van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof |
| invitée à statuer sur la compatibilité de l'article 745quinquies, § 3, | wordt verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van artikel |
| du Code civil avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en | 745quinquies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek met de artikelen 10 en |
| combinaison avec les articles 8 et 14 de la Convention européenne des | 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 8 en 14 van |
| droits de l'homme et avec l'article 1er du Premier Protocole | het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 1 van |
| additionnel à cette Convention. La question préjudicielle porte sur la | het Eerste Aanvullend Protocol bij dat Verdrag. De prejudiciële vraag |
| situation où les enfants majeurs issus d'un précédent mariage | heeft betrekking op de situatie waarin de meerderjarige kinderen uit |
| demandent la conversion de l'usufruit du conjoint survivant qui porte | een vorig huwelijk de omzetting vragen van het vruchtgebruik van de |
| sur des biens autres que l'ancien logement familial et le mobilier | langstlevende echtgenoot dat betrekking heeft op andere goederen dan |
| garnissant ce logement. Le juge a quo souhaite savoir en substance si | de voormalige gezinswoning en het daarin aanwezige huisraad. De |
| la règle du calcul de la valeur de cet usufruit, telle qu'elle est | verwijzende rechter wenst in wezen te vernemen of de regel voor de |
| contenue dans la disposition en cause, porte atteinte au droit du | berekening van de waarde van dat vruchtgebruik, zoals vervat in de in |
| conjoint survivant au respect de la vie familiale née de sa relation avec le défunt et au droit de ce conjoint au respect de ses biens. En effet, cette règle implique que la valeur de cet usufruit diminue si le conjoint survivant n'a pas au moins vingt ans de plus que l'aîné des enfants du défunt. B.4.1. L'article 1er du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme dispose : « Toute personne physique ou morale a droit au respect de ses biens. Nul ne peut être privé de sa propriété que pour cause d'utilité publique et dans les conditions prévues par la loi et les principes généraux du droit international. Les dispositions précédentes ne portent pas atteinte au droit que possèdent les Etats de mettre en vigueur les lois qu'ils jugent nécessaires pour réglementer l'usage des biens conformément à l'intérêt général ou pour assurer le paiement des impôts ou d'autres contributions ou des amendes ». | het geding zijnde bepaling, afbreuk doet aan het recht van de langstlevende echtgenoot op eerbiediging van het gezinsleven dat uit zijn relatie met de overledene is ontstaan en aan het recht van die echtgenoot op het ongestoord genot van zijn eigendom. Die regel houdt immers in dat de waarde van dat vruchtgebruik vermindert indien de langstlevende echtgenoot niet ten minste twintig jaar ouder is dan het oudste kind van de overledene. B.4.1. Artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de rechten van de mens bepaalt : « Alle natuurlijke of rechtspersonen hebben recht op het ongestoord genot van hun eigendom. Niemand zal van zijn eigendom worden beroofd behalve in het algemeen belang en met inachtneming van de voorwaarden neergelegd in de wet en in de algemene beginselen van het internationaal recht. De voorgaande bepalingen zullen echter op geen enkele wijze het recht aantasten dat een Staat heeft om die wetten toe te passen welke hij noodzakelijk oordeelt om toezicht uit te oefenen op het gebruik van eigendom in overeenstemming met het algemeen belang of om de betaling van belastingen of andere heffingen en boeten te verzekeren ». |
| B.4.2. Le droit d'usufruit est un bien au sens de cette disposition | B.4.2. Het recht van vruchtgebruik is eigendom in de zin van die |
| (CEDH, 12 décembre 2002, Wittek c. Allemagne, § § 42-44; 21 décembre | bepaling (EHRM, 12 december 2002, Wittek t. Duitsland, § § 42-44; 21 |
| 2010, Almeida Ferreira et Melo Ferreira c. Portugal, § § 6 et 26-27). | december 2010, Almeida Ferreira en Melo Ferreira t. Portugal, §§ 6 en 26-27). |
| Toute ingérence dans le droit de propriété doit réaliser un juste | Elke inmenging in het eigendomsrecht moet een billijk evenwicht |
| équilibre entre les impératifs de l'intérêt général et ceux de la | vertonen tussen de vereisten van het algemeen belang en die van de |
| protection du droit au respect des biens. Dès lors, il faut qu'existe | bescherming van het recht op het ongestoord genot van de eigendom. Er |
| un rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés | moet derhalve een redelijk verband van evenredigheid bestaan tussen de |
| et le but poursuivi. | aangewende middelen en het nagestreefde doel. |
| B.4.3. En réduisant la valeur de l'usufruit recueilli par le conjoint | B.4.3. Door de waarde te verminderen van het vruchtgebruik dat is |
| survivant qui n'a pas au moins vingt ans de plus que l'aîné des | verkregen door de langstlevende echtgenoot die niet minstens twintig |
| enfants majeurs issus d'un précédent mariage du défunt et qui est | jaar ouder is dan het oudste meerderjarige kind uit een vorig huwelijk |
| placé dans la situation décrite en B.3, la règle énoncée par l'article | van de overledene en die in de in B.3 beschreven situatie wordt |
| 745quinquies, § 3, du Code civil constitue une ingérence dans le droit | geplaatst, vormt de in artikel 745quinquies, § 3, van het Burgerlijk |
| garanti par la disposition conventionnelle précitée. | Wetboek vermelde regel een inmenging in het recht gewaarborgd bij de |
| voormelde verdragsbepaling. | |
| B.4.4. Cette règle, qui attribue un âge fictif au conjoint survivant | B.4.4. Die regel, waarbij een fictieve leeftijd wordt toegekend aan de |
| qui se trouve dans la situation décrite en B.3, a pour but de tenir | langstlevende echtgenoot die zich in de in B.3 beschreven situatie |
| compte de la « faible différence d'âge qui pourrait exister entre le | bevindt, heeft tot doel rekening te houden met het « kleine verschil |
| conjoint [survivant] et des descendants d'un mariage précédent » (Doc. | in leeftijd tussen de [langstlevende] echtgenoot en afstammelingen uit |
| parl., Sénat, 1980-1981, n° 600/2, pp. 22-23) et d'éviter des | een vorig huwelijk » (Parl. St., Senaat, 1980-1981, nr. 600/2, pp. |
| situations injustes en atténuant les conséquences fâcheuses des | 22-23) en onbillijke situaties te voorkomen door de nadelige effecten |
| mariages entre époux dont la différence d'âge est grande | af te zwakken bij huwelijken tussen echtgenoten met een groot |
| lorsqu'existent des enfants d'un précédent mariage (Ann., Sénat, 11 mars 1981, p. 1066). | leeftijdsverschil wanneer kinderen uit een vorig huwelijk aanwezig zijn (Hand., Senaat, 11 maart 1981, p. 1066). |
| Cette règle vise à protéger les enfants issus d'un précédent mariage | Die regel strekt ertoe de kinderen uit een vorig huwelijk van de |
| du prémourant (Doc. parl., Chambre, 1980-1981, n° 797/2, p. 8; Ann., | eerststervende te beschermen (Parl. St., Kamer, 1980-1981, nr. 797/2, |
| Chambre, 5 mai 1981, p. 1833) de l'érosion de la pleine propriété par | p. 8; Hand., Kamer, 5 mei 1981, p. 1833) tegen de uitholling van de |
| capitalisation de l'usufruit, qui résulterait du fait que le deuxième | volle eigendom door kapitalisering van het vruchtgebruik, die zou |
| conjoint pourrait être si jeune que sa durée probable de survie | voortvloeien uit het feit dat de tweede echtgenoot zo jong zou kunnen |
| pourrait être de quarante à cinquante ans, ce qui aurait une très | zijn dat zijn vermoedelijke overlevingsduur 40 tot 50 jaar zou kunnen |
| grande incidence sur la détermination de la valeur de l'usufruit à | bedragen, hetgeen een zeer grote weerslag zou hebben op het bepalen |
| convertir (Ann., Chambre, 5 mai 1981, p. 1833). | van de waarde van het om te zetten vruchtgebruik (Hand., Kamer, 5 mei |
| 1981, p. 1833). | |
| La règle en cause participe de la recherche d'un « équilibre | De in het geding zijnde regel vloeit voort uit het zoeken naar een « |
| indispensable » entre les intérêts du conjoint survivant et ceux des | noodzakelijk evenwicht » tussen de belangen van de langstlevende |
| enfants, étant entendu que tout accroissement des droits de l'un mène | echtgenoot en die van de kinderen, met dien verstande dat elke toename |
| à une diminution des droits de l'autre (Ann., Chambre, 5 mai 1981, p. 1843). B.4.5. Il ressort de ce qui précède que l'ingérence dans le droit de propriété que constitue la disposition en cause réalise un juste équilibre entre les impératifs de l'intérêt général et ceux de la protection du droit au respect des biens du conjoint survivant. B.4.6. La circonstance que l'usufruit du conjoint survivant est, pour la détermination du montant du droit de succession qui est à charge de celui-ci, évalué en tenant compte de son âge réel par application des règles relatives à cet impôt telles qu'elles sont applicables en Région wallonne, ne permet pas de remettre en cause le caractère proportionné de la règle qu'énonce la disposition en cause. B.4.7. La disposition en cause n'est pas incompatible avec les | van de rechten van de ene tot een vermindering van de rechten van de andere leidt (Hand., Kamer, 5 mei 1981, p. 1843). B.4.5. Uit het voorgaande blijkt dat de in het geding zijnde bepaling een inmenging in het eigendomsrecht vormt die een billijk evenwicht vertoont tussen de vereisten van het algemeen belang en die van de bescherming van het recht op het ongestoord genot van de eigendom van de langstlevende echtgenoot. B.4.6. De omstandigheid dat het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot, voor het bepalen van het bedrag van het successierecht dat ten laste van hem is, wordt gewaardeerd door rekening te houden met zijn werkelijke leeftijd met toepassing van de regels betreffende die belasting zoals zij in het Waalse Gewest van toepassing zijn, maakt het niet mogelijk om het evenredige karakter van de regel die in de in het geding zijnde bepaling wordt vermeld, ter discussie te stellen. B.4.7. De in het geding zijnde bepaling is niet onbestaanbaar met de |
| articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 1 |
| l'article 1er du Premier Protocole additionnel à la Convention | van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de |
| européenne des droits de l'homme. | rechten van de mens. |
| B.5.1. L'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme | B.5.1. Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens |
| dispose : | bepaalt : |
| « 1. Toute personne a droit au respect de sa vie [...] familiale | « 1. Eenieder heeft recht op eerbiediging van zijn [...] gezinsleven |
| [...]. | [...]. |
| 2. Il ne peut y avoir ingérence d'une autorité publique dans | 2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan met betrekking |
| l'exercice de ce droit que pour autant que cette ingérence est prévue | tot de uitoefening van dit recht dan voor zover bij de wet is voorzien |
| par la loi et qu'elle constitue une mesure qui, dans une société | en in een democratische samenleving nodig is in het belang van 's |
| démocratique, est nécessaire à la sécurité nationale, à la sûreté | lands veiligheid, de openbare veiligheid, of het economisch welzijn |
| publique, au bien-être économique du pays, à la défense de l'ordre et | van het land, de bescherming van de openbare orde en het voorkomen van |
| à la prévention des infractions pénales, à la protection de la santé | strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, |
| ou de la morale, ou à la protection des droits et libertés d'autrui ». | of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen ». |
| B.5.2. La « vie familiale » englobe des intérêts matériels dont les | B.5.2. Het « gezinsleven » omvat materiële belangen waaronder de |
| successions entre proches parents. Même s'ils s'exercent d'ordinaire à | erfopvolging tussen naaste verwanten. Ook al worden zij gewoonlijk |
| un moment où la vie familiale est dissoute, les droits successoraux | uitgeoefend op een ogenblik dat het gezinsleven ontbonden wordt, toch |
| constituent un élément non négligeable de la vie familiale (CEDH, 13 | vormen de erfrechten een niet te verwaarlozen element van het |
| juin 1979, Marckx c. Belgique, § 52; 22 décembre 2004, Merger et Cros | gezinsleven (EHRM, 13 juni 1979, Marckx t. België, § 52; 22 december |
| c. France, § 46; 1er décembre 2009, Velcea et Mazare c. Roumanie, § | 2004, Merger en Cros t. Frankrijk, § 46; 1 december 2009, Velcea en |
| 125; grande chambre, 2 novembre 2010, Serife Yigit c. Turquie, § 95). | Mazare t. Roemenië, § 125; grote kamer, 2 november 2010, Serife Yigit |
| t. Turkije, § 95). | |
| L'article 745quinquies, § 3, du Code civil a pour effet de réduire la | Artikel 745quinquies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek heeft tot gevolg |
| valeur de l'usufruit recueilli par le conjoint survivant qui n'a pas | dat de waarde wordt verminderd van het vruchtgebruik dat is verkregen |
| au moins vingt ans de plus que l'aîné des enfants majeurs issus d'un | door de langstlevende echtgenoot die niet minstens twintig jaar ouder |
| précédent mariage du défunt et qui est placé dans la situation décrite | is dan het oudste meerderjarige kind uit een vorig huwelijk van de |
| en B.3. | overledene en die zich in de in B.3 beschreven situatie bevindt. |
| B.5.3. Le droit au respect de la vie familiale ne comporte pas un | B.5.3. Het recht op eerbiediging van het gezinsleven bevat geen |
| droit général à une certaine part de la succession des personnes avec | algemeen recht op een zeker deel van de nalatenschap van de personen |
| lesquelles s'est créée cette vie familiale (CEDH, 13 juin 1979, Marckx | met wie dat gezinsleven is opgebouwd (EHRM, 13 juni 1979, Marckx t. |
| c. Belgique, § 52; 22 décembre 2004, Merger et Cros c. France, § 46; 1er | België, § 52; 22 december 2004, Merger en Cros t. Frankrijk, § 46; 1 |
| décembre 2009, Velcea et Mazare c. Roumanie, § 125). | december 2009, Velcea en Mazare t. Roemenië, § 125). |
| Pour les motifs mentionnés en B.4.4, la disposition en cause réalise | Om de redenen die zijn vermeld in B.4.4 vertoont de in het geding |
| un juste équilibre entre les intérêts du conjoint survivant et ceux | zijnde bepaling een billijk evenwicht tussen de belangen van de |
| des enfants. La limitation du droit du conjoint survivant qui découle | langstlevende echtgenoot en die van de kinderen. De beperking van het |
| de la disposition en cause n'est dès lors pas disproportionnée, eu | recht van de langstlevende echtgenoot die uit de in het geding zijnde |
| bepaling voortvloeit, is derhalve niet onevenredig in het licht van de | |
| égard aux objectifs poursuivis par la disposition en cause. | doelstellingen die met de in het geding zijnde bepaling worden |
| B.5.4. La disposition en cause n'est pas incompatible avec les | nagestreefd. B.5.4. De in het geding zijnde bepaling is niet onbestaanbaar met de |
| articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec les | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de |
| articles 8 et 14 de la Convention européenne des droits de l'homme. | artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens. |
| B.6. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.6. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Par ces motifs, | Om die redenen, |
| la Cour | het Hof |
| dit pour droit : | zegt voor recht : |
| L'article 745quinquies, § 3, du Code civil ne viole pas les articles | Artikel 745quinquies, § 3, van het Burgerlijk Wetboek schendt niet de |
| 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec les articles 8 et | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met de |
| 14 de la Convention européenne des droits de l'homme et avec l'article | artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens |
| 1er du Premier Protocole additionnel à cette Convention. | en met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij dat Verdrag. |
| Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
| conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
| la Cour constitutionnelle, le 16 mai 2019. | op 16 mei 2019. |
| Le greffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| Le président, | De voorzitter, |
| F. Daoût | F. Daoût |