Extrait de l'arrêt n° 35/2018 du 22 mars 2018 Numéro du rôle : 6565 En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 479 junctis 483 et 503bis du Code d'inst(...) La Cour constitutionnelle, composée des présidents A. Alen et J. Spreutels, des juges L. Lavryse(...) | Uittreksel uit arrest nr. 35/2018 van 22 maart 2018 Rolnummer 6565 In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 479 junctis 483 en 503bis van het Wetboek van st(...) Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, de rechters L. (...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 35/2018 du 22 mars 2018 | Uittreksel uit arrest nr. 35/2018 van 22 maart 2018 |
(version résultant de l'ordonnance en rectification du 16 mai 2018) | (versie ingevolge de beschikking tot verbetering van 16 mei 2018) |
Numéro du rôle : 6565 | Rolnummer 6565 |
En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 479 | In zake : de prejudiciële vragen betreffende de artikelen 479 junctis |
junctis 483 et 503bis du Code d'instruction criminelle, posées par la | 483 en 503bis van het Wetboek van strafvordering, gesteld door het Hof |
Cour d'appel de Gand. | van Beroep te Gent. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents A. Alen et J. Spreutels, des juges L. | samengesteld uit de voorzitters A. Alen en J. Spreutels, de rechters |
Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, F. Daoût et T. Giet, et, conformément à | L. Lavrysen, T. Merckx-Van Goey, F. Daoût en T. Giet, en, |
l'article 60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour | overeenkomstig artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989 |
constitutionnelle, du président émérite E. De Groot, assistée du | op het Grondwettelijk Hof, emeritus voorzitter E. De Groot, bijgestaan |
greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président émérite E. De | door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van emeritus |
Groot, | voorzitter E. De Groot, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Par arrêt du 15 décembre 2016 en cause du ministère public contre | Bij arrest van 15 december 2016 in zake het openbaar ministerie tegen |
T.B., J.L. et S. D.V., dont l'expédition est parvenue au greffe de la | T.B., J.L. en S. D.V., waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is |
Cour le 23 décembre 2016, la Cour d'appel de Gand a posé les questions | ingekomen op 23 december 2016, heeft het Hof van Beroep te Gent de |
préjudicielles suivantes : | volgende prejudiciële vragen gesteld : |
1. « L'article 479, combiné avec les articles 483 et 503bis, du Code | 1. « Schendt artikel 479 juncto de artikelen 483 en 503bis van het |
d'instruction criminelle, lu en lien avec les articles 127 et 130 de | Wetboek van Strafvordering, in samenhang gelezen met de artikelen 127 |
ce même Code, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, en | en 130 van datzelfde wetboek, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
ce que ces articles ne prévoient pas une procédure de règlement de la | doordat zij voor de inverdenkinggestelde van een misdrijf dat |
procédure pour l'inculpé d'une infraction connexe à une infraction | samenhangend is met een misdrijf gepleegd door een persoon met een van |
commise par une personne ayant l'une des qualités mentionnées à | |
l'article 479 du Code d'instruction criminelle (nonobstant le fait que | de hoedanigheden vermeld in artikel 479 van het Wetboek van |
Strafvordering niet voorzien in een procedure van regeling der | |
l'inculpé n'occupe pas une fonction à laquelle s'applique le privilège | rechtspleging (niettegenstaande die inverdenkinggestelde geen ambt |
vervult waarop het voorrecht van rechtsmacht van toepassing is), | |
de juridiction), alors qu'une telle procédure est prévue pour | terwijl dat wel het geval is voor de inverdenkinggestelde op wie de |
l'inculpé à l'égard duquel s'applique la procédure de droit commun ? »; | gemeenrechtelijke procedure van toepassing is ? »; |
2. « L'article 479, combiné avec les articles 483 et 503bis, du Code | 2. « Schendt artikel 479 juncto de artikelen 483 en 503bis van het |
d'instruction criminelle viole-t-il les articles 10 et 11 de la | Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
doordat zij voor de inverdenkinggestelde van een misdrijf dat | |
samenhangend is met een misdrijf gepleegd door een persoon met een van | |
de hoedanigheden vermeld in artikel 479 van het Wetboek van | |
Constitution, en ce que ces articles ne prévoient pas une ' procédure | Strafvordering niet voorzien in een ' filterprocedure ' (procedure die |
de filtrage ' (procédure qui est comparable au règlement de la | vergelijkbaar is met de regeling der rechtspleging zoals bedoeld in |
procédure visé à l'article 127 du Code d'instruction criminelle) pour | artikel 127 van het Wetboek van Strafvordering), terwijl een |
l'inculpé d'une infraction connexe à une infraction commise par une | dergelijke procedure wel voorzien is voor wat betreft een |
personne ayant l'une des qualités mentionnées à l'article 479 du Code | |
d'instruction criminelle, alors qu'une telle procédure est prévue à | inverdenkinggestelde van een misdrijf dat samenhangend is met een |
l'égard de l'inculpé d'une infraction connexe à une infraction commise | misdrijf gepleegd door een persoon met een van de hoedanigheden |
par une personne ayant l'une des qualités mentionnées à l'article 481 | vermeld in artikel 481 van het Wetboek van Strafvordering, in welk |
du Code d'instruction criminelle, la Cour de cassation devant dans ce | geval er over de aanhangigmaking beslist wordt door het Hof van |
cas se prononcer sur la saisine, conformément à l'article 482 du Code | Cassatie ingevolge artikel 482 van het Wetboek van Strafvordering ? »; |
d'instruction criminelle ? »; | |
3. « L'article 479, combiné avec les articles 483 et 503bis, du Code | 3. « Schendt artikel 479 juncto de artikelen 483 en 503bis van het |
d'instruction criminelle viole-t-il les articles 10 et 11 de la | Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
doordat zij voor de inverdenkinggestelde van een misdrijf dat | |
samenhangend is met een misdrijf gepleegd door een persoon met een van | |
de hoedanigheden vermeld in artikel 479 van het Wetboek van | |
Constitution, en ce que ces articles ne prévoient pas une ' procédure | Strafvordering niet voorzien in een ' filterprocedure ' (procedure die |
de filtrage ' (procédure qui est comparable au règlement de la | vergelijkbaar is met de regeling der rechtspleging zoals bedoeld in |
procédure visé à l'article 127 du Code d'instruction criminelle) pour | artikel 127 van het Wetboek van Strafvordering), terwijl een |
l'inculpé d'une infraction connexe à une infraction commise par une | dergelijke procedure wel voorzien is voor wat betreft de federale |
personne ayant l'une des qualités mentionnées à l'article 479 du Code | |
d'instruction criminelle, alors qu'une telle procédure est prévue à | |
l'égard des ministres fédéraux et des membres d'un gouvernement de | ministers en de leden van een gemeenschaps- of gewestregering en hun |
communauté ou de région et de leurs coauteurs ou complices (article 9, | mededaders en medeplichtigen (artikel 9, 16 en 29 van de wetten van 25 |
16 et 29 des lois du 25 juin 1998 réglant la responsabilité pénale) ? | juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid) ? |
»; | »; |
4. « L'article 479, combiné avec les articles 483 et 503bis, du Code | 4. « Schendt artikel 479 juncto de artikelen 483 en 503bis van het |
d'instruction criminelle viole-t-il les articles 10 et 11 de la | Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
doordat zij voor de vrederechter zoals bedoeld in artikel 479 van het | |
Constitution, en ce que ces articles ne prévoient pas une ' procédure | Wetboek van Strafvordering niet voorzien in een ' filterprocedure ' |
de filtrage ' (procédure qui est comparable au règlement de la | (procedure die vergelijkbaar is met de regeling der rechtspleging |
procédure visé à l'article 127 du Code d'instruction criminelle) pour | zoals bedoeld in artikel 127 van het Wetboek van Strafvordering), |
un juge de paix, visé à l'article 479 du Code d'instruction | terwijl een dergelijke procedure wel voorzien is voor wat betreft een |
criminelle, alors qu'une telle procédure est prévue à l'égard de | inverdenkinggestelde van een misdrijf dat samenhangend is met een |
l'inculpé d'une infraction connexe à une infraction commise par une | misdrijf gepleegd door een persoon met één van de hoedanigheden |
personne ayant l'une des qualités mentionnées à l'article 481 du Code | vermeld in artikel 481 van het Wetboek van Strafvordering, in welk |
d'instruction criminelle, la Cour de cassation devant dans ce cas se | geval er over de aanhangigmaking beslist wordt door het Hof van |
prononcer sur la saisine, conformément à l'article 482 du Code d'instruction criminelle ? ». | Cassatie ingevolge artikel 482 van het Wetboek van Strafvordering ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1.1. Les questions préjudicielles portent sur la compatibilité avec | B.1.1. De prejudiciële vragen hebben betrekking op de bestaanbaarheid |
les articles 10 et 11 de la Constitution de l'article 479 du Code | van artikel 479 van het Wetboek van strafvordering, in samenhang |
d'instruction criminelle, combiné avec les articles 483 et 503bis du | gelezen met de artikelen 483 en 503bis van hetzelfde Wetboek, met de |
même Code. B.1.2. Dans la première question préjudicielle, la Cour est invitée à | |
se prononcer sur la compatibilité de ces dispositions avec les | |
articles 10 et 11 de la Constitution, dans la mesure où elles ne | artikelen 10 en 11 van de Grondwet. B.1.2. In een eerste prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich |
prévoient pas une procédure de règlement de la procédure pour | uit te spreken over de bestaanbaarheid van die bepalingen met de |
artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre zij voor de | |
l'inculpé d'une infraction connexe à une infraction commise par une | inverdenkinggestelde van een misdrijf dat samenhangend is met een |
personne visée par l'article 479 du Code d'instruction criminelle, | misdrijf gepleegd door een in artikel 479 van het Gerechtelijk Wetboek |
beoogde persoon niet voorzien in een regeling van de rechtspleging, | |
alors que l'inculpé qui relève de la procédure de droit commun | terwijl de inverdenkinggestelde die onder de gemeenrechtelijke |
bénéficie d'un règlement de la procédure conformément aux articles 127 | procedure ressorteert wel een regeling van de rechtspleging geniet |
et 130 du Code d'instruction criminelle. | overeenkomstig de artikelen 127 en 130 van het Wetboek van |
B.1.3. Dans les deuxième et quatrième questions préjudicielles, la | strafvordering. B.1.3. In een tweede en een vierde prejudiciële vraag wordt het Hof |
Cour est invitée à se prononcer sur la compatibilité de ces | verzocht zich uit te spreken over de bestaanbaarheid van die |
dispositions avec les articles 10 et 11 de la Constitution, dans la | bepalingen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre zij |
mesure où elles ne prévoient pas une « procédure de filtrage » qui est | voor de inverdenkinggestelde van een misdrijf dat samenhangend is met |
comparable au règlement de la procédure pour l'inculpé d'une | |
infraction connexe à une infraction commise par une personne visée par | |
l'article 479 du Code d'instruction criminelle ainsi que pour un juge | een misdrijf gepleegd door een in artikel 479 van het Gerechtelijk |
de paix mentionné dans cette disposition, alors qu'une telle procédure | Wetboek beoogde persoon alsmede voor een vrederechter zoals vermeld in |
die bepaling niet voorzien in een « filterprocedure » die | |
est prévue à l'article 482 du même Code à l'égard de l'inculpé d'une | vergelijkbaar is met de regeling van de rechtspleging, terwijl voor de |
infraction connexe à une infraction commise par une personne visée par | inverdenkinggestelde van een misdrijf dat samenhangend is met een |
l'article 481 du même Code. | misdrijf gepleegd door een in artikel 481 van hetzelfde Wetboek |
beoogde persoon wel in een dergelijke procedure is voorzien in artikel | |
482 van hetzelfde Wetboek. | |
B.1.4. Enfin, la troisième question préjudicielle vise la différence | B.1.4. In een derde prejudiciële vraag wordt ten slotte het verschil |
de traitement qui est instaurée par les dispositions précitées entre, | in behandeling geviseerd dat door de voormelde bepalingen wordt |
d'une part, l'inculpé d'une infraction connexe à une infraction | ingesteld tussen, enerzijds, de inverdenkinggestelde van een misdrijf |
commise par une personne visée par l'article 479 du Code d'instruction | dat samenhangend is met een misdrijf gepleegd door een in artikel 479 |
van het Gerechtelijk Wetboek beoogde persoon, voor wie niet is | |
criminelle, pour laquelle une « procédure de filtrage » qui est | voorzien in een « filterprocedure » die vergelijkbaar is met de |
comparable au règlement de la procédure n'est pas prévue et, d'autre | regeling van de rechtspleging en, anderzijds, de federale ministers en |
part, les ministres fédéraux et les membres des gouvernements de | de leden van een gemeenschaps- of gewestregering alsook hun mededaders |
communauté ou de région ainsi que leurs coauteurs et complices, pour | en medeplichtigen, voor wie wel in een dergelijke regeling is voorzien |
lesquels un tel règlement est prévu par les articles 9, 16 et 29 des | in de artikelen 9, 16 en 29 van de gewone en de bijzondere wet van 25 |
lois ordinaire et spéciale du 25 juin 1998 réglant la responsabilité | juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid |
pénale des ministres fédéraux, d'une part, et des membres des | van federale ministers, respectievelijk van leden van een |
gouvernements de communauté ou de région, d'autre part. | gemeenschaps- of gewestregering. |
B.2. Les articles 479 à 482bis, 483, 484 et 503bis du Code | B.2. De artikelen 479 tot 482bis, 483, 484 en 503bis van het Wetboek |
d'instruction criminelle, qui font partie du livre II, titre IV (« De | van strafvordering, die deel uitmaken van boek II, titel IV (« Enige |
quelques procédures particulières »), chapitre III (« Des crimes | rechtsplegingen van bijzondere aard »), hoofdstuk III (« Misdaden door |
commis par des juges, hors de leurs fonctions et dans l'exercice de | rechters gepleegd buiten hun ambt en in de uitoefening van hun ambt |
leurs fonctions »), de ce Code, disposent : | »), van dat Wetboek, bepalen : |
« Art. 479.Lorsqu'un juge de paix, un juge au tribunal de police, un |
« Art. 479.Wanneer een vrederechter, een rechter in de |
juge au tribunal de première instance, au tribunal du travail ou au | politierechtbank, een rechter in de rechtbank van eerste aanleg, in de |
tribunal de commerce, un conseiller à la cour d'appel ou à la cour du travail, un conseiller à la Cour de cassation, un magistrat du parquet près un tribunal ou une cour, un référendaire près la Cour de cassation, un membre de la Cour des comptes, un membre du Conseil d'Etat de l'auditorat ou du bureau de coordination près le Conseil d'Etat, un membre de la Cour constitutionnelle, un référendaire près cette Cour, les membres du Conseil du Contentieux des étrangers, un gouverneur de province est prévenu d'avoir commis, hors de ses fonctions, un délit emportant une peine correctionnelle, le procureur général près la cour d'appel le fait citer devant cette cour, qui | arbeidsrechtbank of in de rechtbank van koophandel, een raadsheer in het hof van beroep of in het arbeidshof, een raadsheer in het Hof van Cassatie, een magistraat van het parket bij een rechtbank of een hof, een referendaris bij het Hof van Cassatie, een lid van het Rekenhof, een lid van de Raad van State van het auditoraat of van het coördinatiebureau bij de Raad van State, een lid van het Grondwettelijk Hof, een referendaris bij dat Hof, de leden van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, een provinciegouverneur, ervan beschuldigd wordt buiten zijn ambt een misdrijf gepleegd te hebben dat een correctionele straf meebrengt, laat de procureur-generaal bij het hof van beroep hem dagvaarden voor dat hof, dat uitspraak doet, zonder |
prononce sans qu'il puisse y avoir appel. | dat beroep kan worden ingesteld. |
Art. 480.S'il s'agit d'une infraction punissable d'une peine |
Art. 480.Indien het een misdrijf betreft waarop een criminele straf |
criminelle, le procureur général près la cour d'appel et le premier | is gesteld, wijst de procureur-generaal bij het hof van beroep de |
président de cette cour désigneront, le premier, le magistrat qui | magistraat aan die het ambt van officier van gerechtelijke politie zal |
exercera les fonctions d'officier de police judiciaire; le second, le magistrat qui exercera les fonctions de juge d'instruction. Art. 481.Si c'est un membre de cour d'appel ou un officier exerçant près d'elle le ministère public, qui soit inculpé d'avoir commis un [délit] ou un crime hors de ses fonctions, l'officier qui aura reçu les dénonciations ou les plaintes sera tenu d'en envoyer de suite des copies au Ministre de la justice, sans aucun retard de l'instruction qui sera continuée comme il est précédemment réglé, et il adressera pareillement au Ministre de la justice une copie des pièces. Art. 482.Le Ministre de la Justice transmettra les pièces à la Cour de cassation, qui renverra l'affaire, s'il y a lieu, soit à un tribunal de police correctionnelle, soit à un juge d'instruction, pris l'un et l'autre hors du ressort de la cour à laquelle appartient le membre inculpé. S'il s'agit de prononcer la mise en accusation, le renvoi sera fait à une autre cour d'appel. |
waarnemen en de eerste voorzitter van dat hof de magistraat die het ambt van onderzoeksrechter zal waarnemen. Art. 481.Indien echter een lid van een hof van beroep of een ambtenaar die bij het hof het openbaar ministerie uitoefent, ervan verdacht wordt buiten zijn ambt een wanbedrijf of een misdaad te hebben gepleegd, is de ambtenaar die de aangiften of de klachten ontvangen heeft, gehouden daarvan dadelijk afschriften te doen toekomen aan de minister van Justitie, zonder enige vertraging van het onderzoek, dat voortgezet zal worden zoals in voorgaande bepalingen is geregeld, en hij zal eveneens aan de minister een afschrift zenden van de stukken. Art. 482.De minister van Justitie zendt de stukken door aan het Hof van Cassatie, dat, indien daartoe grond bestaat, de zaak verwijst hetzij naar een correctionele rechtbank, hetzij naar een onderzoeksrechter, de ene zowel als de andere aan te wijzen buiten het rechtsgebied van het hof waartoe het verdachte lid behoort. Indien een inbeschuldigingstelling moet worden uitgesproken, geschiedt de verwijzing naar een ander hof van beroep. |
Art. 482bis.Les coauteurs et les complices de l'infraction pour |
Art. 482bis.De mededaders van en de medeplichtigen aan het misdrijf |
laquelle un fonctionnaire de la qualité exprimée à l'article 479 est | waarvoor de ambtenaar van de hoedanigheid als vermeld in artikel 479 |
poursuivi, et les auteurs des infractions connexes sont poursuivis et | wordt vervolgd en de daders van samenhangende misdrijven worden samen |
jugés en même temps que le fonctionnaire. | met de ambtenaar vervolgd en berecht. |
L'alinéa 1er ne s'applique toutefois pas aux auteurs de crimes et de | Het eerste lid is evenwel niet van toepassing op de daders van |
délits politiques et délits de presse qui sont connexes avec | misdaden en van politieke misdrijven en drukpersmisdrijven die |
l'infraction pour laquelle le fonctionnaire est poursuivi ». | samenhangen met het misdrijf waarvoor de ambtenaar wordt vervolgd ». |
« Art. 483.Lorsqu'un juge de paix, un juge au tribunal de police, un |
« Art. 483.Wanneer een vrederechter, een rechter in de |
juge au tribunal de première instance, au tribunal du travail ou au | politierechtbank, een rechter in de rechtbank van eerste aanleg, in de |
tribunal de commerce, un conseiller à la cour d'appel ou à la cour du travail, un conseiller à la Cour de cassation, un magistrat du parquet près un tribunal ou une cour, un référendaire près la Cour de cassation, un membre de la Cour des comptes, un membre [du] Conseil d'Etat, de l'auditorat ou du bureau [de] coordination près le Conseil d'Etat, un membre de la Cour constitutionnelle, un référendaire près cette Cour, les membres du Conseil du Contentieux des étrangers, un gouverneur de province est prévenu d'avoir commis, dans l'exercice de ses fonctions, un délit emportant une peine correctionnelle, ce délit est poursuivi et jugé comme il est dit à l'article 479. | arbeidsrechtbank of in de rechtbank van koophandel, een raadsheer in het hof van beroep of in het arbeidshof, een raadsheer in het Hof van Cassatie, een magistraat van het parket bij een rechtbank of een hof, een referendaris bij het Hof van Cassatie, een lid van het Rekenhof, een lid van de Raad van State van het auditoraat of van het coördinatiebureau bij de Raad van State, een lid van het Grondwettelijk Hof, een referendaris bij dat Hof, de leden van de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, een provinciegouverneur, ervan beschuldigd wordt in zijn ambt een misdrijf gepleegd te hebben dat een correctionele straf meebrengt, dan wordt dat misdrijf vervolgd en gevonnist zoals in artikel 479 is bepaald. |
Art. 484.Lorsque des fonctionnaires de la qualité exprimée en l'article précédent seront prévenus d'avoir commis un crime, les fonctions ordinairement dévolues au juge d'instruction et au procureur du Roi seront immédiatement remplies par le premier président et le procureur général près la cour d'appel, chacun en ce qui le concerne, ou par tels autres officiers qu'ils auront respectivement et spécialement désignés à cet effet. Jusqu'à la délégation, et dans le cas où il existerait un corps de délit, il pourra être constaté par tout officier de police judiciaire; et pour le surplus de la procédure, on suivra les dispositions |
Art. 484.Wanneer ambtenaren van de hoedanigheid als vermeld in het vorige artikel ervan verdacht worden een misdaad te hebben gepleegd, worden de ambtsverrichtingen die in de regel behoren tot de bevoegdheid van de onderzoeksrechter en van de procureur des Konings, onmiddellijk waargenomen door de eerste voorzitter en de procureur-generaal bij het hof van beroep, ieder wat hem betreft, of door andere ambtenaren die zij onderscheidenlijk en bepaaldelijk daartoe aanwijzen. Totdat die opdracht is gegeven en ingeval er een voorwerp van het misdrijf aanwezig is, kan ieder officier van gerechtelijke politie dit vaststellen; voor de verdere rechtspleging worden de algemene |
générales du présent Code ». | bepalingen van dit wetboek toegepast ». |
« Art. 503bis.Les coauteurs et les complices de l'infraction visée à |
« Art. 503bis.De mededaders van en de medeplichtigen aan het in deze |
la présente section, pour laquelle un fonctionnaire de la qualité | afdeling bedoelde misdrijf waarvoor een ambtenaar van de hoedanigheid |
exprimée à l'article 483 ou un tribunal visé à l'article 485, est | als vermeld in artikel 483 of een in artikel 485 bepaalde rechtbank |
poursuivi, et les auteurs des infractions connexes sont poursuivis et | wordt vervolgd, en de daders van samenhangende misdrijven worden samen |
jugés en même temps que le fonctionnaire ou le tribunal. | met de ambtenaar of de rechtbank vervolgd en berecht. |
L'alinéa 1er ne s'applique toutefois pas aux auteurs de crimes et de | Het eerste lid is evenwel niet van toepassing op de daders van |
délits politiques et délits de presse qui sont connexes avec | misdaden en van politieke misdrijven en drukpersmisdrijven die |
l'infraction pour laquelle le fonctionnaire ou le tribunal est | samenhangen met het misdrijf waarvoor de ambtenaar of de rechtbank |
poursuivi ». | worden vervolgd ». |
B.3.1. Il ressort de l'arrêt de renvoi que le litige pendant devant la | B.3.1. Uit het verwijzingsarrest blijkt dat het voor het verwijzende |
juridiction a quo concerne deux juges de paix, dont l'un revêt | rechtscollege hangende geschil betrekking heeft op twee vrederechters, |
également la qualité de juge suppléant au tribunal de première | van wie één ook de hoedanigheid van plaatsvervangend rechter bij de |
instance, qui sont prévenus d'avoir commis une infraction dans | rechtbank van eerste aanleg heeft, die ervan worden verdacht een |
l'exercice de leurs fonctions, ainsi qu'une personne qui est prévenue | misdrijf in de uitoefening van hun ambt te hebben gepleegd, alsmede op |
d'avoir commis une infraction connexe. | een persoon die ervan wordt verdacht een samenhangend misdrijf te |
hebben gepleegd. | |
La juridiction a quo estime ainsi que le litige en question relève des | Het verwijzende rechtscollege is aldus van oordeel dat het betrokken |
articles 479, 483 et 503bis du Code d'instruction criminelle. La Cour | geschil ressorteert onder de artikelen 479, 483 en 503bis van het |
limite son examen à ces dispositions. | Wetboek van strafvordering. Het Hof beperkt zijn onderzoek tot die |
B.3.2. Les articles 482bis et 503bis du Code d'instruction criminelle | bepalingen. B.3.2. De artikelen 482bis en 503bis van het Wetboek van |
aboutissent à faire application, aux justiciables attraits devant une | strafvordering leiden ertoe dat ten aanzien van de rechtsonderhorigen |
cour d'appel en même temps que les magistrats précités, de l'article | die gelijktijdig met de voormelde magistraten voor een hof van beroep |
479 du même Code et, partant, à les priver d'une procédure de règlement de la procédure ou d'une procédure comparable à celle-ci. Une différence de traitement est ainsi créée entre ces justiciables et les justiciables cités devant le juge que le droit commun de la procédure leur assigne ainsi que les inculpés d'une infraction connexe à une infraction commise par un magistrat d'appel, un ministre fédéral ou un membre d'un gouvernement de communauté ou de région pour lesquels une telle procédure est prévue. B.4. Les articles 9, 16 et 29 de la loi du 25 juin 1998 réglant la responsabilité pénale des ministres, également mentionnés dans les | worden opgeroepen, toepassing wordt gemaakt van artikel 479 van hetzelfde Wetboek, zodat zij verstoken blijven van een procedure voor de regeling van de rechtspleging of een daarmee vergelijkbare procedure. Aldus wordt een verschil in behandeling in het leven geroepen tussen die rechtsonderhorigen en de rechtsonderhorigen die gedagvaard worden voor de rechter die hun door het gemeen recht van de rechtspleging wordt toegewezen alsook de inverdenkinggestelden van een misdrijf dat samenhangt met een misdrijf dat is gepleegd door een magistraat in hoger beroep, een federale minister of een lid van een gemeenschaps- of gewestregering, voor wie in een dergelijke procedure is voorzien. B.4. De eveneens in de prejudiciële vragen vermelde artikelen 9, 16 en 29 van de wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke |
questions préjudicielles, disposent : | verantwoordelijkheid van ministers bepalen : |
« Art. 9.Lorsque le procureur général ne requiert pas d'autres actes |
« Art. 9.Indien de procureur-generaal geen andere |
d'instruction, il requiert le règlement de la procédure devant la chambre de mises en accusation de la cour d'appel compétente, pour autant que la Chambre des représentants ait donné l'autorisation à cette fin ». « Art. 16.Lorsque la chambre des mises en accusation est d'avis que le fait n'est ni un crime, ni un délit, ni une contravention ou qu'il n'existe aucune charge contre l'inculpé, elle déclare qu'il n'y a pas lieu à poursuivre. Elle peut, si nécessaire, ordonner des actes d'instruction complémentaires. Lorsque la chambre des mises en accusation est d'avis qu'il existe des charges suffisantes à l'encontre de l'inculpé, elle le renvoie devant |
onderzoekshandelingen vordert, vordert hij de regeling van de rechtspleging voor de kamer van inbeschuldigingstelling van het bevoegde hof van beroep, indien de Kamer van volksvertegenwoordigers daartoe verlof gegeven heeft ». « Art. 16.Indien de kamer van inbeschuldigingstelling van oordeel is dat het feit noch een misdaad, noch een wanbedrijf, noch een overtreding is of dat er tegen de inverdenkinggestelde generlei bezwaar bestaat, verklaart zij dat er geen reden tot vervolging is. Zij kan, zo nodig, bijkomende onderzoekshandelingen bevelen. Indien de kamer van inbeschuldigingstelling van oordeel is dat er tegen de inverdenkinggestelde voldoende bezwaren bestaan, verwijst ze |
la cour d'appel compétente ». | hem naar het bevoegde hof van beroep ». |
« Art. 29.Les coauteurs et les complices de l'infraction pour |
« Art. 29.De mededaders van en de medeplichtigen aan het misdrijf |
laquelle le ministre est poursuivi et les auteurs des infractions | waarvoor de minister wordt vervolgd en de daders van samenhangende |
connexes sont poursuivis et jugés en même temps que le ministre. | misdrijven, worden samen met de minister vervolgd en berecht. |
L'alinéa précédent ne s'applique toutefois pas aux auteurs de crimes | Het voorgaande lid vindt evenwel geen toepassing op de daders van |
et de délits politiques et délits de presse qui sont connexes avec | misdaden en van politieke misdrijven en drukpersmisdrijven die |
l'infraction pour laquelle le ministre est poursuivi ». | samenhangen met het misdrijf waarvoor de minister wordt vervolgd ». |
Les articles 9, 16 et 29 de la loi spéciale du 25 juin 1998 réglant la | De artikelen 9, 16 en 29 van de bijzondere wet van 25 juni 1998 tot |
responsabilité pénale des membres des gouvernements de communauté ou | regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van leden van |
de région prévoient des règles identiques, étant entendu qu'est prévue | een gemeenschaps- of gewestregering voorzien in identieke regels, met |
une intervention non pas de la Chambre des représentants mais bien du | dien verstande dat niet wordt voorzien in het optreden van de Kamer |
parlement devant lequel le membre concerné est ou était responsable | van volksvertegenwoordigers, maar wel van het Parlement waaraan het |
pour donner l'autorisation de poursuivre. | betrokken lid verantwoording verschuldigd is of was, om het verlof om |
te vervolgen te verlenen. | |
B.5. Les articles 127 et 130 du Code d'instruction criminelle, | B.5. De eveneens in de prejudiciële vragen vermelde artikelen 127 en |
également mentionnés dans les questions préjudicielles, disposent : | 130 van het Wetboek van strafvordering bepalen : |
« Art. 127.§ 1er. Lorsque le juge d'instruction juge son instruction |
« Art. 127.§ 1. Wanneer de onderzoeksrechter oordeelt dat zijn |
terminée, il communique le dossier au procureur du Roi. Si le procureur du Roi ne requiert pas l'accomplissement d'autres devoirs, il prend des réquisitions en vue du règlement de la procédure par la chambre du conseil. § 2. La chambre du conseil fait indiquer, quinze jours au moins d'avance, dans un registre spécial tenu au greffe, les lieu, jour et heure de la comparution. Ce délai est réduit à trois jours lorsqu'un des inculpés est en détention préventive. Le greffier avertit, par télécopie ou par lettre recommandée à la poste, l'inculpé, la partie | onderzoek voltooid is, zendt hij het dossier over aan de procureur des Konings. Indien de procureur des Konings geen andere onderzoekshandelingen vordert, vordert hij de regeling van de rechtspleging door de raadkamer. § 2. De raadkamer laat ten minste vijftien dagen vooraf in een daartoe bestemd register ter griffie melding maken van plaats, dag en uur van verschijning. De termijn wordt teruggebracht tot drie dagen indien een van de inverdenkinggestelden zich in voorlopige hechtenis bevindt. De griffier stelt de inverdenkinggestelde, de burgerlijke partij, degene die een verklaring van benadeelde persoon heeft afgelegd en hun |
civile, celui qui a fait une déclaration de personne lésée et leurs | advocaten in kennis per faxpost of bij een ter post aangetekende brief |
conseils, que le dossier est mis à leur disposition au greffe en | dat het dossier op de griffie in origineel of in kopie ter beschikking |
original ou en copie, qu'ils peuvent en prendre connaissance et en | ligt, dat ze er inzage van kunnen hebben en er kopie van kunnen |
lever copie. § 3. L'inculpé et la partie civile peuvent demander au juge d'instruction, dans le délai fixé au § 2, l'accomplissement d'actes d'instruction complémentaires, conformément à l'article 61quinquies. Dans ce cas, le règlement de la procédure est suspendu. Lorsque la demande a été définitivement traitée, l'affaire est à nouveau fixée devant la chambre du conseil suivant les formes et les délais prévus au § 2. § 4. La chambre du conseil statue sur le rapport du juge d'instruction, le procureur du Roi, la partie civile et l'inculpé entendus. Les parties peuvent se faire assister d'un conseil ou être représentées par lui. La chambre du conseil peut néanmoins ordonner la comparution personnelle des parties, par vidéoconférence ou non lorsque l'inculpé se trouve en détention préventive. Cette ordonnance n'est pas susceptible de recours. L'ordonnance est signifiée à la partie qu'elle concerne à la requête du procureur du Roi et emporte citation à comparaître à la date fixée. Si ladite partie ne comparaît pas, la chambre du conseil statue et l'ordonnance est réputée contradictoire. | opvragen. § 3. Binnen de in § 2 bepaalde termijn kunnen de inverdenkinggestelde en de burgerlijke partij de onderzoeksrechter overeenkomstig artikel 61quinquies verzoeken om bijkomende onderzoekshandelingen te verrichten. In dat geval wordt de regeling van de rechtspleging geschorst. Als het verzoek definitief is behandeld, wordt de zaak opnieuw vastgesteld voor de raadkamer overeenkomstig de in § 2 bepaalde vormen en termijnen. § 4. De raadkamer doet uitspraak op verslag van de onderzoeksrechter na de procureur des Konings, de burgerlijke partij en de inverdenkinggestelde gehoord te hebben. De partijen kunnen bijgestaan of vertegenwoordigd worden door een advocaat. De raadkamer kan evenwel de persoonlijke verschijning van de partijen bevelen. Tegen deze beschikking staat geen rechtsmiddel open. De beschikking wordt betekend aan de desbetreffende partij op vordering van de procureur des Konings en brengt dagvaarding mee om te verschijnen op de vastgestelde datum. Als deze partij niet verschijnt, wordt uitspraak gedaan en geldt de beschikking als op tegenspraak gewezen. |
Lorsque la chambre du conseil tient la cause en délibéré pour | Wanneer de raadkamer de zaak in beraad houdt om haar beschikking uit |
prononcer son ordonnance, elle fixe le jour de cette prononciation ». | te spreken, bepaalt zij de dag voor die uitspraak ». |
« Art. 130.Si la chambre du conseil constate que l'infraction relève |
« Art. 130.Indien de raadkamer vaststelt dat het misdrijf behoort tot |
de la compétence du tribunal correctionnel, l'inculpé est renvoyé | de bevoegdheid van de correctionele rechtbank, wordt de |
inverdenkinggestelde naar deze rechtbank verwezen, dan wel, na het | |
devant ce tribunal ou, après l'instruction judiciaire dans le cas visé | gerechtelijk onderzoek in het geval als bedoeld in artikel 57bis, § 1, |
à l'article 57bis, § 1er, de la loi du 8 avril 1965 relative à la | van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten |
protection de la jeunesse, à la prise en charge des mineurs ayant | laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit |
commis un fait qualifié infraction et à la réparation du dommage causé | hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte |
par ce fait, à la chambre spécifique du tribunal de la jeunesse ». | schade, naar de bijzondere kamer van de jeugdrechtbank ». |
B.6.1. Les articles 479 à 503bis du Code d'instruction criminelle | B.6.1. De artikelen 479 tot 503bis van het Wetboek van strafvordering |
prévoient une procédure dérogeant au droit commun de la procédure | voorzien in een van het gemeen strafprocesrecht afwijkende |
pénale pour les infractions commises par les magistrats et par | rechtspleging voor de misdrijven gepleegd door de magistraten en door |
certains autres titulaires de fonctions publiques. Cette procédure | bepaalde andere ambtsdragers. Die bijzondere rechtspleging die het |
particulière qu'implique le « privilège de juridiction » a été | zogenaamde « voorrecht van rechtsmacht » inhoudt, is ingesteld met het |
instaurée en vue de garantir, à l'égard de ces personnes, une | oog op het verzekeren van een onpartijdige en serene rechtsbedeling |
administration de la justice impartiale et sereine. Les règles | ten aanzien van die personen. De bijzondere regels op het gebied van |
spécifiques d'instruction, de poursuite et de jugement tendent à | onderzoek, vervolging en berechting beogen te vermijden dat, |
éviter, d'une part, que des poursuites téméraires, injustifiées ou | enerzijds, roekeloze, onverantwoorde of tergende vervolgingen jegens |
vexatoires soient intentées contre les personnes concernées et, | de betrokken personen op gang zouden worden gebracht en, anderzijds, |
d'autre part, que ces mêmes personnes soient traitées avec trop de | diezelfde personen hetzij te streng, hetzij met te veel toegevendheid |
sévérité ou trop de clémence. | zouden worden behandeld. |
Le législateur a prévu des dispositions similaires pour les | De wetgever heeft voorzien in soortgelijke bepalingen voor de |
infractions commises par les magistrats en dehors de leurs fonctions | misdrijven begaan door de magistraten buiten de uitoefening van hun |
(articles 479 à 482bis), ainsi que pour les infractions commises dans | ambt (artikelen 479 tot 482bis), als voor de misdrijven begaan in de |
l'exercice de leurs fonctions (articles 483 à 503bis). Le litige dont | uitoefening van hun ambt (artikelen 483 tot 503bis). Het voor het |
est saisie la juridiction a quo concerne cette dernière situation. | verwijzende rechtscollege hangende geschil heeft betrekking op de |
laatstgenoemde situatie. | |
B.6.2. En vertu de l'article 483 du Code d'instruction criminelle, | B.6.2. Krachtens artikel 483 van het Wetboek van strafvordering, in |
combiné avec l'article 479 du même Code, seul le procureur général | samenhang gelezen met artikel 479 van hetzelfde Wetboek, is |
près la cour d'appel est compétent pour mettre l'action publique en | uitsluitend de procureur-generaal bij het hof van beroep bevoegd om de |
mouvement à charge des magistrats visés dans ces dispositions qui sont | strafvordering op gang te brengen lastens de in die bepalingen beoogde |
soupçonnés d'avoir commis un délit ou un crime dans l'exercice de | magistraten die ervan worden verdacht een wanbedrijf of een misdaad te |
leurs fonctions. | hebben gepleegd in de uitoefening van hun ambt. |
Si le procureur général près la cour d'appel estime qu'une mise à | Wanneer de procureur-generaal bij het hof van beroep een gerechtelijk |
l'instruction est souhaitable, il demande au premier président de la | onderzoek wenselijk acht, vordert hij de eerste voorzitter van het hof |
cour d'appel de désigner le magistrat qui exercera les fonctions de | van beroep om de magistraat aan te wijzen die het ambt van |
juge d'instruction (article 484 du Code d'instruction criminelle). | onderzoeksrechter zal uitoefenen (artikel 484 van het Wetboek van |
Bien que l'article 484 concerne uniquement les crimes, la possibilité | strafvordering). Hoewel artikel 484 enkel de misdaden betreft, wordt |
d'instruction pour un délit est admise, aux mêmes conditions (Cass., | aangenomen dat een gerechtelijk onderzoek onder dezelfde voorwaarden |
31 juillet 1882, Pas., 1882, I, 332). Au terme de l'information ou de l'instruction, seul le procureur général décide, sans l'intervention d'une juridiction d'instruction, des suites à réserver à la procédure. Il peut, ce faisant, décider de ne pas poursuivre ou, s'il estime qu'il existe des charges suffisantes, saisir, par citation directe, la cour d'appel, qui statue en premier et dernier ressort. Ce n'est que dans l'hypothèse où le procureur général estime que l'affaire doit être renvoyée devant la cour d'assises qu'il doit, conformément au droit commun, demander le règlement de la procédure par la chambre des | mogelijk is voor een wanbedrijf (Cass., 31 juli 1882, Pas., 1882, I, 332). Na afloop van het opsporings- of gerechtelijk onderzoek beslist uitsluitend de procureur-generaal, zonder tussenkomst van een onderzoeksgerecht, over het gevolg dat aan de procedure moet worden gegeven. Hij kan daarbij een beslissing tot niet-vervolging nemen, dan wel, wanneer hij van mening is dat er voldoende bezwaren bestaan, de zaak bij rechtstreekse dagvaarding bij het hof van beroep aanhangig maken, dat uitspraak doet in eerste en laatste aanleg. Enkel wanneer de procureur-generaal meent dat de zaak moet worden verwezen naar het hof van assisen, dient hij overeenkomstig het gemeen recht de regeling van de rechtspleging door de kamer van inbeschuldigingstelling te |
mises en accusation (articles 217 et suivants du Code d'instruction | vorderen (de artikelen 217 en volgende van het Wetboek van |
criminelle). | strafvordering). |
En vertu de l'article 503bis du Code d'instruction criminelle, les | Krachtens artikel 503bis van het Wetboek van strafvordering worden de |
coauteurs et les complices de l'infraction pour laquelle un magistrat | mededaders en de medeplichtigen aan het misdrijf waarvoor een in |
visé à l'article 483 de ce Code est poursuivi ainsi que les auteurs | artikel 483 van dat Wetboek beoogde magistraat wordt vervolgd alsmede |
d'infractions connexes sont poursuivis et jugés en même temps que ce | de daders van samenhangende misdrijven, samen met die magistraat |
magistrat. Ils sont donc soumis eux aussi à la procédure spéciale, | vervolgd en berecht. Bijgevolg zijn zij eveneens onderworpen aan de |
telle qu'elle est réglée par les dispositions précitées dans le cadre | bijzondere rechtspleging, zoals die in het kader van het stelsel van |
du « privilège de juridiction ». | het « voorrecht van rechtsmacht » is geregeld in de voormelde |
B.6.3. Les articles 481 et 482 du Code d'instruction criminelle | bepalingen. B.6.3. De artikelen 481 en 482 van het Wetboek van strafvordering |
prévoient des garanties supplémentaires à l'égard des magistrats des | voorzien in extra waarborgen voor de magistraten van de hoven van |
cours d'appel. Bien que ces dispositions concernent les infractions | beroep. Ofschoon die bepalingen de misdrijven door de magistraten |
commises par les magistrats en dehors de l'exercice de leurs | gepleegd buiten de uitoefening van hun ambt betreffen, wordt |
fonctions, il est admis que ces dispositions s'appliquent également | aangenomen dat die bepalingen eveneens gelden voor de misdrijven |
aux infractions commises par les magistrats des cours d'appel dans | gepleegd door de magistraten van de hoven van beroep in de uitoefening |
l'exercice de leurs fonctions (Cass., 28 janvier 1946, Pas., 1946, p. 35). | van hun ambt (Cass., 28 januari 1946, Pas., 1946, p. 35). |
L'article 481 du Code d'instruction criminelle prévoit que les | Artikel 481 van het Wetboek van strafvordering bepaalt dat de |
dénonciations ou les plaintes reçues au sujet d'un délit ou d'un crime | aangiften of de klachten die worden ontvangen inzake een wanbedrijf of |
misdaad dat door een magistraat van het hof van beroep zou zijn | |
qui aurait été commis par un magistrat de la cour d'appel sont | gepleegd, dadelijk worden overgezonden aan de minister van Justitie. |
immédiatement transmises au ministre de la Justice. Des copies des | Afschriften van de reeds verrichte onderzoekshandelingen moeten |
actes d'instruction déjà accomplis doivent également être adressées au | eveneens aan de minister worden toegezonden. |
ministre. Celui-ci envoie ensuite les pièces à la Cour de cassation, qui, | Die laatste bezorgt de stukken vervolgens aan het Hof van Cassatie |
statuant en chambre du conseil, décide des suites à réserver à la | dat, uitspraak doende in raadkamer, beslist over het gevolg dat aan de |
procédure (article 482 du Code d'instruction criminelle). Elle peut | procedure moet worden gegeven (artikel 482 van het Wetboek van |
strafvordering). Het kan aldus beslissen dat de zaak niet moet worden | |
donc décider qu'il n'y a pas lieu de renvoyer l'affaire compte tenu de | verwezen gelet op de ontstentenis van een misdrijf of van toereikende |
l'absence d'infraction ou de charges suffisantes (Cass., 5 février | bezwaren (Cass., 5 februari 2002, Arr. Cass., 2002, nr. 88). Het kan |
2002, Pas., 2002, n° 88). Elle peut également décider qu'une | eveneens beslissen dat bijkomend onderzoek noodzakelijk is en de zaak |
instruction complémentaire s'impose et renvoyer l'affaire au premier | verwijzen naar de eerste voorzitter van een ander hof van beroep dan |
président d'une autre cour d'appel que celle du ressort du magistrat | dat van het rechtsgebied van de betrokken magistraat, opdat die een |
concerné afin qu'il désigne un magistrat qui exercera les fonctions de | magistraat aanwijst die het ambt van onderzoeksrechter zal uitoefenen |
juge d'instruction (Cass., 21 juin 1995, Pas., 1995, n° 320). Enfin, | (Cass., 21 juni 1995, Arr. Cass., 1995, nr. 320). Ten slotte kan het |
la Cour de cassation peut encore renvoyer directement l'affaire devant | Hof van Cassatie de zaak rechtstreeks verwijzen naar het hof van |
la cour d'appel d'un ressort différent de celui auquel appartient le | beroep van een ander rechtsgebied dan dat waartoe de betrokken |
magistrat concerné, ou le cas échéant, devant la chambre des mises en | magistraat behoort, of in voorkomend geval, naar de kamer van |
accusation d'une autre cour d'appel si l'affaire est renvoyée à la | inbeschuldigingstelling van een ander hof van beroep wanneer de zaak |
cour d'assises. | wordt verwezen naar het hof van assisen. |
B.7.1. La loi du 25 juin 1998 réglant la responsabilité pénale des | B.7.1. De wet van 25 juni 1998 tot regeling van de strafrechtelijke |
verantwoordelijkheid van ministers en de bijzondere wet van 25 juni | |
ministres et la loi spéciale du 25 juin 1998 réglant la responsabilité | 1998 tot regeling van de strafrechtelijke verantwoordelijkheid van |
pénale des membres des gouvernements de communauté ou de région | leden van een gemeenschaps- of gewestregering (hierna : de gewone en |
(ci-après : les lois ordinaire et spéciale du 25 juin 1998) prévoient | de bijzondere wet van 25 juni 1998) voorzien in een bijzondere |
une procédure particulière pour les infractions commises par les | rechtspleging voor de misdrijven gepleegd door ministers in de |
ministres dans l'exercice de leurs fonctions ou en dehors de | uitoefening van hun ambt dan wel buiten de uitoefening van hun ambt |
l'exercice de leurs fonctions mais jugées au cours de l'exercice de | maar berecht tijdens de uitoefening daarvan. |
leurs fonctions. | |
Lors de l'adoption des règles relatives au « privilège de juridiction | Bij de aanneming van de regels inzake het « voorrecht van rechtsmacht |
» des ministres, le législateur a voulu reprendre le système existant | » van de ministers heeft de wetgever het reeds bestaande stelsel van |
du « privilège de juridiction » des magistrats : | het « voorrecht van rechtsmacht » van de magistraten willen overnemen |
« La pondération des différentes alternatives a abouti à la conclusion | : « Na de afweging van de alternatieven is men tot de conclusie gekomen |
qu'il n'est pas opportun de créer un nouveau régime pour le seul | dat het niet wenselijk is om uitsluitend voor de berechting van |
jugement de ministres. C'est la raison pour laquelle le choix s'est | ministers een nieuw regime in het leven te roepen. Daarom wordt |
porté sur le régime du privilège de juridiction tel qu'il existe | geopteerd voor het regime van voorrecht van rechtsmacht, dat vandaag |
actuellement pour les juges et les autres personnes énumérées [aux | reeds bestaat voor de rechters en andere personen, opgesomd in de |
articles] 479 et suivants du Code d'instruction criminelle, étant | artikelen 479 e.v. van het Wetboek van Strafvordering. De |
donné que la philosophie qui sous-tend ce privilège de juridiction | achterliggende filosofie van een dergelijk voorrecht van rechtsmacht |
paraît parfaitement applicable aux ministres » (Doc. parl., Chambre, | lijkt immers perfect toepasbaar op ministers » (Parl. St., Kamer, |
1997-1998, n° 1258/1, p. 5). | 1997-1998, nr. 1258/1, p. 5). |
« Le régime du privilège de juridiction devient applicable aux | « [Het] regime van het voorrecht van rechtsmacht [wordt] van |
ministres, conformément au système en vigueur pour les magistrats | toepassing op ministers, overeenkomstig de voor magistraten geldende |
(articles 479 et suivants du Code d'instruction criminelle), ce qui | regeling (artikelen 479 en volgende Wetboek van Strafvordering), wat |
signifie que les intéressés seront jugés directement par la cour | erop neerkomt dat de betrokkenen rechtstreeks door het hof van beroep |
d'appel » (Doc. parl., Chambre, 1997-1998, n° 1258/5, p. 6). B.7.2. Bien que le législateur ait donc entendu rapprocher les régimes du « privilège de juridiction » applicables aux magistrats et ministres, il existe des différences substantielles entre les deux régimes en ce qui concerne les règles relatives à l'instruction pénale. Certes, pour les ministres aussi, le procureur général près la cour d'appel est seul compétent pour mettre l'action publique en mouvement, l'instruction est menée par un magistrat qui est désigné par le premier président de la cour d'appel compétente et seule la cour d'appel est compétente pour juger les ministres en premier et dernier ressort (articles 103, alinéa 4, et 125, alinéa 4, de la Constitution | worden berecht » (Parl. St., Kamer, 1997-1998, nr. 1258/5, p. 6). B.7.2. Hoewel de wetgever de stelsels van het « voorrecht van rechtsmacht » die van toepassing zijn op de magistraten en de ministers aldus op elkaar heeft willen afstemmen, bestaan er aanzienlijke verschillen tussen beide stelsels wat de regels inzake het strafrechtelijk onderzoek betreft. Weliswaar wordt ook voor de ministers aan de procureur-generaal bij het hof van beroep de bevoegdheid voorbehouden om de strafvordering op gang te brengen, wordt het gerechtelijk onderzoek gevoerd door een magistraat die wordt aangewezen door de eerste voorzitter van het bevoegde hof van beroep en is uitsluitend dat hof van beroep bevoegd om de ministers in eerste en laatste aanleg te berechten (artikelen 103, vierde lid en 125, vierde lid, van de Grondwet en artikelen 3 en |
et articles 3 et 4 des lois ordinaire et spéciale du 25 juin 1998). | 4 van de gewone en de bijzondere wet van 25 juni 1998). Anders evenwel |
Toutefois, à la différence des magistrats, au terme de l'instruction, | dan voor de magistraten, wordt voor de ministers na het afsluiten van |
il est prévu, pour les ministres, un règlement de la procédure par la | het gerechtelijk onderzoek voorzien in een regeling van de |
chambre des mises en accusation de la cour d'appel compétente, qui | rechtspleging door de kamer van inbeschuldigingstelling van het |
peut décider qu'il n'y a pas lieu à poursuivre, qui peut ordonner des | bevoegde hof van beroep, die kan beslissen dat er geen reden tot |
actes d'instruction complémentaires ou renvoyer l'affaire à la cour | vervolging is, bijkomende onderzoekshandelingen kan bevelen of de zaak |
d'appel compétente (articles 9 et 16 des lois ordinaire et spéciale du | kan verwijzen naar het bevoegde hof van beroep (artikelen 9 en 16 van |
25 juin 1998). Pour le surplus, le procureur général près la cour | de gewone en de bijzondere wet van 25 juni 1998). Voorts dient de |
d'appel doit, tant pour la demande de règlement de la procédure que | procureur-generaal bij het hof van beroep, zowel voor de vordering tot |
pour la citation directe, recevoir l'autorisation préalable du | regeling van de rechtspleging als voor de rechtstreekse dagvaarding, |
parlement devant lequel le ministre doit ou devait se justifier | het voorafgaandelijk verlof te verkrijgen van het parlement waaraan de |
(articles 10, 11 et 13 des lois ordinaire et spéciale du 25 juin | minister verantwoording verschuldigd is of was (artikelen 10, 11 en 13 |
1998). | van de gewone en de bijzondere wet van 25 juni 1998). |
B.7.3. En vertu de l'article 29 des lois ordinaire et spéciale du 25 | B.7.3. Krachtens artikel 29 van de gewone en de bijzondere wet van 25 |
juin 1998, les coauteurs et les complices de l'infraction pour | juni 1998 worden de mededaders van en de medeplichtigen aan het |
laquelle le ministre est poursuivi ainsi que les auteurs d'infractions | misdrijf waarvoor de minister wordt vervolgd alsook de daders van |
connexes sont poursuivis et jugés en même temps que le ministre. | samenhangende misdrijven, samen met de minister vervolgd en berecht. |
B.8.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité des articles 479, | B.8.1. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid van de |
483 et 503bis du Code d'instruction criminelle avec les articles 10 et | artikelen 479, 483 en 503bis van het Wetboek van strafvordering met de |
11 de la Constitution, en ce qu'ils ne prévoient pas pour un magistrat | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre zij voor een in artikel |
visé par l'article 479 du Code d'instruction criminelle autre que ceux | 479 van het Wetboek van strafvordering beoogde magistraat, andere dan |
visés par l'article 481 et un inculpé d'une infraction connexe un | diegene die is bedoeld in artikel 481 en voor een inverdenkinggestelde |
règlement de la procédure ou une procédure de filtrage qui y est | van een samenhangend misdrijf niet voorzien in een regeling van de |
rechtspleging of een daarmee vergelijkbare filterprocedure bij het | |
similaire lors de la conclusion de l'instruction. | afsluiten van het gerechtelijk onderzoek. |
Les questions préjudicielles concernent la différence de traitement | De prejudiciële vragen betreffen het verschil in behandeling dat aldus |
qui est ainsi instaurée avec un inculpé qui relève de la procédure de | wordt ingesteld ten aanzien van een inverdenkinggestelde die |
droit commun, pour lequel le règlement de la procédure est prévu par | ressorteert onder de gemeenrechtelijke procedure, voor wie in een |
l'article 127 du Code d'instruction criminelle (première question), | regeling van de rechtspleging is voorzien in artikel 127 van het |
Wetboek van strafvordering (eerste vraag), met een | |
avec un inculpé d'une infraction connexe à une infraction commise par | inverdenkinggestelde van een misdrijf dat samenhangend is met een |
un magistrat de la cour d'appel visé par l'article 481 du même Code, | misdrijf gepleegd door een in artikel 481 van het Wetboek van |
strafvordering beoogde magistraat van het hof van beroep, voor wie in | |
een filterprocedure met het optreden van het Hof van Cassatie is | |
pour lequel l'article 482 du même Code prévoit une procédure de | voorzien in artikel 482 van hetzelfde Wetboek (tweede en vierde |
filtrage avec intervention de la Cour de cassation (deuxième et | vraag), en met de federale ministers en de leden van een gemeenschaps- |
quatrième questions), et avec les ministres fédéraux et les membres | of gewestregering en hun mededaders en medeplichtigen, voor wie in een |
des gouvernements de communauté ou de région et leurs coauteurs et | |
complices, pour lesquels les articles 9, 16 et 29 des lois ordinaire | filterprocedure is voorzien in de artikelen 9, 16 en 29 van de gewone |
et spéciale du 25 juin 1998 prévoient une procédure de filtrage | en de bijzondere wet van 25 juni 1998 (derde vraag). |
(troisième question). | |
B.8.2. Eu égard à leur connexité, la Cour examine les différentes | B.8.2. Gelet op hun onderlinge samenhang, onderzoekt het Hof de |
questions préjudicielles conjointement. | verschillende prejudiciële vragen samen. |
B.9.1. Il appartient en principe au législateur de décider pour | B.9.1. Het staat in beginsel aan de wetgever te beslissen voor welke |
quelles fonctions publiques il y a lieu de prévoir des règles | openbare ambten regels moeten worden vastgesteld die afwijken van de |
dérogatoires aux règles ordinaires de la procédure pénale afin | gewone regels van de strafrechtspleging teneinde de doelstellingen van |
d'atteindre les objectifs d'intérêt général tels que ceux qui sont | algemeen belang te bereiken zoals die welke in B.6.1 zijn vermeld. |
cités en B.6.1. | |
Le fait que des règles procédurales différentes soient prévues dans le | Het feit dat is voorzien in verschillende procedureregels in het kader |
cadre du régime de « privilège de juridiction » pour les magistrats | van het stelsel van het « voorrecht van rechtsmacht » voor de |
magistraten van de hoven van beroep, voor de overige magistraten | |
des cours d'appel, pour les autres magistrats visés par l'article 479 | bedoeld in artikel 479 van het Wetboek van strafvordering en voor de |
du Code d'instruction criminelle et pour les ministres ne peut être | ministers, houdt op zich geen discriminatie in. |
tenu pour discriminatoire en soi. | |
B.9.2. Il n'est pas davantage discriminatoire en soi que les auteurs | B.9.2. Het houdt op zich evenmin een discriminatie in dat de daders |
d'une infraction connexe à une infraction commise par une personne | van een misdrijf dat samenhangend is met een misdrijf gepleegd door |
visée par l'article 479 du Code d'instruction criminelle soient | een in artikel 479 van het Wetboek van strafvordering beoogde persoon, |
poursuivis et jugés en même temps que cette dernière et selon les | gelijktijdig met laatstgenoemde en volgens dezelfde bijzondere |
mêmes règles de procédure spécifiques. | procedureregels worden vervolgd en berecht. |
A cet égard, la Cour a jugé par son arrêt n° 60/96 du 7 novembre 1996 | In dat verband heeft het Hof, bij zijn arrest nr. 60/96 van 7 november |
: | 1996, geoordeeld : |
« B.8. [...] | « B.8. [...] |
Toutefois, la nécessité d'une bonne administration de la justice | De noodzaak van een goede rechtsbedeling verantwoordt evenwel de |
organisatie van een eenmalig en volledig proces, dat een coherente | |
justifie l'organisation d'un procès unique et complet, qui assure une | beoordeling van de feiten en aansprakelijkheden verzekert. Het is in |
cohérence dans l'appréciation des faits et des responsabilités. Il est | overeenstemming met het grondbeginsel van het tegensprekelijk karakter |
conforme au principe fondamental de la contradiction des débats de | van de debatten dat aan verschillende personen die voor dezelfde |
permettre à plusieurs personnes poursuivies à propos des mêmes faits | feiten worden vervolgd de mogelijkheid wordt geboden voor hetzelfde |
de comparaître devant la même juridiction. A défaut, la multiplicité | rechtscollege te verschijnen. Indien dat niet het geval zou zijn, zou |
des instructions, puis des débats, serait de nature à faire obstacle à | de veelheid van de onderzoeken, en nadien van de debatten, kunnen |
la manifestation de la vérité judiciaire, notamment quant à la | verhinderen dat de gerechtelijke waarheid aan de dag wordt gebracht, |
détermination du rôle respectif des différentes personnes poursuivies. | met name wat de respectieve rol betreft die de verschillende vervolgde |
En outre, les droits de défense tant des personnes mentionnées à | personen hebben gespeeld. Bovendien zouden de rechten van verdediging |
l'article 479 que des autres personnes poursuivies pour les mêmes | van zowel de in artikel 479 vermelde personen als van de andere |
faits pourraient être méconnus si des prévenus devaient se défendre | personen die voor dezelfde feiten worden vervolgd, miskend kunnen zijn |
devant une juridiction alors qu'une autre juridiction aurait déjà | indien beklaagden zich voor een rechtscollege zouden moeten |
statué sur la réalité, l'imputabilité et la qualification pénale des | verdedigen, terwijl een ander rechtscollege reeds over de |
faits qui leur sont reprochés. La nature des principes en cause ne | werkelijkheid, de aanrekenbaarheid en de strafrechtelijke omschrijving |
permet donc pas de considérer la différence de traitement critiquée | van de ten laste gelegde feiten uitspraak zou hebben gedaan. De aard |
van de in het geding zijnde beginselen laat dus niet toe het | |
comme dépourvue de justification ». | bekritiseerde verschil in behandeling als zonder verantwoording te beschouwen ». |
B.9.3. Il y aurait toutefois une discrimination si la différence de | B.9.3. Van discriminatie zou evenwel sprake zijn indien het verschil |
traitement qui découle de l'application de ces règles procédurales | in behandeling dat voortvloeit uit de toepassing van die |
emportait une limitation disproportionnée des droits des personnes | procedureregels een onevenredige beperking van de rechten van de |
concernées à cet égard. | daarbij betrokken personen met zich zou meebrengen. |
B.10.1. L'article 13 de la Constitution implique un droit d'accès au | B.10.1. Artikel 13 van de Grondwet houdt een recht in op toegang tot |
juge compétent. Ce droit est également garanti par l'article 6.1 de la | de bevoegde rechter. Dat recht wordt eveneens gewaarborgd bij artikel |
Convention européenne des droits de l'homme et par un principe général | 6.1 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en bij een |
de droit. | algemeen rechtsbeginsel. |
B.10.2. Comme l'a jugé la Cour européenne des droits de l'homme, le | B.10.2. Zoals het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft |
fait pour les Etats d'accorder généralement des « privilèges de | geoordeeld, vormt het feit dat de Staten doorgaans « voorrechten van |
juridiction » aux magistrats constitue une pratique de longue date, | rechtsmacht » aan de magistraten verlenen, sinds lang een praktijk die |
destinée à assurer le bon fonctionnement de la justice. En ce qui | de goede werking van het gerecht moet verzekeren. Meer in het |
concerne plus particulièrement les règles spécifiques belges en | bijzonder betreffende de specifieke regels in België inzake het |
matière d'instruction, de poursuite et de jugement qu'implique le « | onderzoek, de vervolging en de berechting die het « voorrecht van |
privilège de juridiction », la Cour européenne a souligné que ces | rechtsmacht » impliceert, heeft het Europees Hof onderstreept dat die |
règles visent à éviter, d'une part, que des poursuites téméraires, | regels ertoe strekken te voorkomen dat, enerzijds, roekeloze, |
injustifiées ou vexatoires soient intentées contre les personnes | onverantwoorde of tergende vervolgingen zouden worden ingesteld tegen |
auxquelles ce régime est applicable et, d'autre part, que ces mêmes | de personen op wie die regeling van toepassing is en, anderzijds, |
personnes soient traitées avec trop de sévérité ou trop de clémence. | diezelfde personen te streng of met te veel toegevendheid zouden |
D'après la Cour européenne, de tels objectifs doivent être tenus pour | worden behandeld. Volgens het Europees Hof dienen dergelijke |
légitimes (CEDH, 15 octobre 2003, Ernst et autres c. Belgique, § 50). | doelstellingen legitiem te worden bevonden (EHRM, 15 oktober 2003, |
Ernst en anderen t. België, § 50). | |
La Cour européenne a par ailleurs jugé que le « privilège de | Het Europees Hof heeft overigens geoordeeld dat het « voorrecht van |
juridiction » organisé par les autorités nationales ne viole pas | rechtsmacht » dat door de nationale overheden is geregeld, niet in |
l'article 6 de la Convention européenne pour autant que les droits | strijd is met artikel 6 van het Europees Verdrag op voorwaarde dat de |
garantis, dont est privé le bénéficiaire, soient compensés | gewaarborgde rechten, die de begunstigde worden ontzegd, op redelijke |
raisonnablement par d'autres moyens (CEDH, 15 octobre 2003, Ernst et | wijze worden gecompenseerd door andere middelen (EHRM, 15 oktober |
autres c. Belgique, § 53; 30 avril 2003, Cordova c. Italie, § 65). | 2003, Ernst en anderen t. België, § 53; 30 april 2003, Cordova t. Italië, § 65). |
B.11. Par dérogation à la procédure pénale de droit commun, les | B.11. In afwijking van het gemeen strafprocesrecht voorzien de in het |
dispositions en cause ne prévoient pas, pour les magistrats, | geding zijnde bepalingen voor de magistraten niet in het optreden van |
l'intervention d'une juridiction d'instruction afin de régler la | een onderzoeksgerecht om, bij het afsluiten van het gerechtelijk |
procédure au terme de l'instruction. | onderzoek, de rechtspleging te regelen. |
B.12.1. En ce qui concerne les magistrats des cours d'appel, la Cour a | B.12.1. Ten aanzien van de magistraten van de hoven van beroep heeft |
jugé, par son arrêt n° 131/2016 du 20 octobre 2016 : | het Hof, bij zijn arrest nr. 131/2016 van 20 oktober 2016, geoordeeld : |
« B.10.2. [...] | « B.10.2. [...] |
Le législateur a pu considérer qu'en ce qui concerne les magistrats | De wetgever vermocht ervan uit te gaan dat, wat de magistraten van de |
des cours d'appel, le fait que les fonctions de juge d'instruction | hoven van beroep betreft, voldoende waarborgen worden geboden door het |
soient exercées par un magistrat désigné à cette fin par le premier | feit dat het ambt van onderzoeksrechter wordt uitgeoefend door een |
président de la cour d'appel d'un ressort autre que le leur, le fait | magistraat die daartoe is aangewezen door de eerste voorzitter van het |
qu'ils soient jugés par le plus haut juge du fond qui relève d'un | hof van beroep van een ander rechtsgebied dan het hunne, door het feit |
ressort autre que le leur et l'intervention de la Cour de cassation, | dat zij worden berecht door de hoogste feitenrechter die behoort tot |
qui doit décider des suites qu'il y a lieu de réserver à la procédure, | een ander rechtsgebied dan het hunne, en door de tussenkomst van het |
Hof van Cassatie dat moet beslissen over het gevolg dat aan de | |
offrent des garanties suffisantes. Comme il est dit en B.5.3, la Cour | procedure moet worden gegeven. Zoals is vermeld in B.5.3, kan het Hof |
de cassation, statuant en chambre du conseil, peut décider à cette | van Cassatie, uitspraak doende in raadkamer, daarbij beslissen dat er |
occasion qu'il n'y a pas lieu à poursuivre ou à renvoyer directement | geen reden tot vervolging is, dan wel de zaak rechtstreeks verwijzen |
l'affaire à la cour d'appel si les charges sont suffisantes, ou encore | naar het hof van beroep indien er voldoende bezwaren zijn, of nog, |
à requérir des actes d'instruction complémentaires. | bijkomende onderzoekshandelingen vorderen. |
Les magistrats des cours d'appel ont donc la garantie que la Cour de | Aldus wordt aan de magistraten bij de hoven van beroep de waarborg |
cassation, comme une juridiction d'instruction dans la procédure | geboden dat het Hof van Cassatie, zoals een onderzoeksgerecht in de |
pénale de droit commun, procède au règlement de la procédure et | gemeenrechtelijke strafprocedure, overgaat tot de regeling van de |
examine à cette occasion si les charges sont suffisantes et si la | rechtspleging en daarbij de toereikendheid van de bezwaren en de |
procédure est régulière. B.11.1. Cependant, la procédure dans l'affaire soumise à la juridiction a quo fait apparaître que, lorsque la Cour de cassation a requis des devoirs complémentaires et a, à cette fin, renvoyé l'affaire au premier président d'une cour d'appel autre que celle du ressort du magistrat concerné afin qu'il désigne un magistrat instructeur, le procureur général près cette cour d'appel est réputé compétent pour décider, au terme de l'instruction requise, si l'affaire doit ou non être renvoyée à la juridiction de jugement, sans qu'une nouvelle décision de la Cour de cassation soit requise en la matière. Dès lors, dans la mesure où, au terme de l'instruction requise par la Cour de cassation, il n'y a pas d'intervention d'un organe juridictionnel qui procède, dans le cadre d'une procédure contradictoire, au règlement de la procédure et examine ce faisant si les charges sont suffisantes et si la procédure est régulière, il est porté une atteinte disproportionnée aux droits des magistrats des cours d'appel concernés et de leurs coauteurs et complices. B.11.2. Dans l'interprétation mentionnée en B.11.1, les dispositions | regelmatigheid van de rechtspleging beoordeelt. B.11.1. Uit de rechtspleging in de zaak voor het verwijzende rechtscollege blijkt evenwel dat, wanneer het Hof van Cassatie bijkomend onderzoek heeft gevorderd en de zaak te dien einde heeft verwezen naar de eerste voorzitter van een ander hof van beroep dan dat van het rechtsgebied van de betrokken magistraat opdat die een onderzoeksmagistraat aanwijst, de procureur-generaal bij dat hof van beroep bevoegd wordt geacht om bij het afsluiten van het gevorderde onderzoek te beslissen of de zaak al dan niet naar het vonnisgerecht moet worden verwezen, zonder dat ter zake een nieuwe beslissing van het Hof van Cassatie vereist is. In zoverre er aldus bij het afsluiten van het door het Hof van Cassatie gevorderde onderzoek geen tussenkomst is van een gerechtelijk orgaan dat in het kader van een tegensprekelijke procedure overgaat tot de regeling van de rechtspleging en daarbij de toereikendheid van de bezwaren en de regelmatigheid van de rechtspleging beoordeelt, wordt op onevenredige wijze afbreuk gedaan aan de rechten van de betrokken magistraten bij de hoven van beroep en hun mededaders en medeplichtigen. B.11.2. In de in B.11.1 vermelde interpretatie zijn de in het geding |
en cause ne sont pas compatibles avec les articles 10 et 11 de la | zijnde bepalingen niet bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de |
Constitution et les questions préjudicielles appellent une réponse | Grondwet, en dienen de prejudiciële vragen bevestigend te worden |
affirmative. | beantwoord. |
B.12. Les dispositions en cause peuvent toutefois faire l'objet d'une | B.12. De in het geding zijnde bepalingen kunnen het voorwerp uitmaken |
autre interprétation selon laquelle, au terme de l'instruction requise | van een andere interpretatie volgens welke de zaak, na het beëindigen |
par la Cour de cassation, l'affaire doit être renvoyée à cette Cour, | van het door het Hof van Cassatie gevorderde onderzoek, aan dat Hof |
dont la compétence est, dans cette procédure, comparable à celle d'une juridiction d'instruction et qui procède, dans le cadre d'une procédure contradictoire, au règlement de la procédure et examine à cette occasion si les charges sont suffisantes et si la procédure est régulière. Le magistrat de la cour d'appel poursuivi et ses coauteurs et complices disposent alors de la possibilité de soulever d'éventuelles objections, nullités ou irrégularités et de demander, le cas échéant, à la Cour de cassation de requérir des actes d'instruction complémentaires. Dans cette interprétation, les dispositions en cause sont compatibles | moet worden teruggezonden, waarvan de bevoegdheid in deze procedure vergelijkbaar is met die van een onderzoeksgerecht en dat in het kader van een tegensprekelijke procedure overgaat tot de regeling van de rechtspleging en daarbij de toereikendheid van de bezwaren en de regelmatigheid van de rechtspleging beoordeelt. De vervolgde magistraat bij het hof van beroep en zijn mededaders en medeplichtigen beschikken dus over de mogelijkheid om eventuele bezwaren, nietigheden of onregelmatigheden op te werpen en desgevallend het Hof van Cassatie te verzoeken om bijkomende rechtshandelingen te vorderen. In die interpretatie zijn de in het geding zijnde bepalingen |
avec les articles 10 et 11 de la Constitution et les questions | bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet en dienen de |
préjudicielles appellent une réponse négative ». | prejudiciële vragen ontkennend te worden beantwoord ». |
B.12.2. En ce qui concerne les magistrats visés par l'article 479 du | B.12.2. Wat de in artikel 479 van het Wetboek van strafvordering |
Code d'instruction criminelle autres que ceux visés à l'article 481, | vermelde magistraten andere dan die bedoeld in artikel 481 betreft, |
en confiant les fonctions de juge d'instruction à un magistrat désigné | heeft de wetgever, door het ambt van onderzoeksrechter toe te |
à cette fin par le premier président de la cour d'appel et en | vertrouwen aan een magistraat die daartoe is aangewezen door de eerste |
prévoyant que les magistrats concernés doivent être jugés par le plus | voorzitter van het hof van beroep en door erin te voorzien dat de |
haut juge du fond, le législateur a entendu leur offrir des garanties | betrokken magistraten door de hoogste feitenrechter moeten worden |
déterminées de nature à assurer une administration de la justice | berecht, hun welbepaalde waarborgen willen bieden die een onpartijdige |
impartiale et sereine, conformément à l'objectif mentionné en B.6.1. | en serene rechtsbedeling kunnen verzekeren, overeenkomstig het in |
B.6.1 vermelde doel. | |
B.12.3. Cependant, comme il est dit en B.6.2, le procureur général | B.12.3. Zoals in B.6.2 wordt vermeld, is de procureur-generaal bij het |
près la cour d'appel est seul compétent pour décider, au terme de | hof van beroep evenwel als enige bevoegd om bij het afsluiten van het |
l'instruction requise, si l'affaire doit ou non être renvoyée à la | gevorderde gerechtelijk onderzoek te beslissen of de zaak al dan niet |
juridiction de jugement. Dans la mesure où, au terme de l'instruction, | naar het vonnisgerecht moet worden verwezen. In zoverre er aldus bij |
il n'y a pas, pour les magistrats visés par l'article 479 du Code | het afsluiten van het gerechtelijk onderzoek, voor de in artikel 479 |
van het Wetboek van strafvordering vermelde magistraten andere dan die | |
d'instruction criminelle autres que ceux visés à l'article 481 et les | bedoeld in artikel 481 en de daders van een samenhangend misdrijf, |
auteurs d'une infraction connexe, d'intervention d'une juridiction | geen optreden is van een onderzoeksgerecht dat in het kader van een op |
d'instruction qui procède, dans le cadre d'une procédure | tegenspraak gevoerde procedure overgaat tot de regeling van de |
contradictoire, au règlement de la procédure et examine ce faisant si | rechtspleging en daarbij de toereikendheid van de bezwaren en de |
les charges sont suffisantes et si la procédure est régulière, comme | regelmatigheid van de rechtspleging beoordeelt, zoals dat het geval is |
c'est le cas de la Cour de cassation pour les magistrats des cours | bij het Hof van Cassatie voor de magistraten van de hoven van beroep, |
d'appel, les dispositions en cause portent une atteinte | doen de in het geding zijnde bepalingen op onevenredige wijze afbreuk |
disproportionnée aux droits des personnes concernées. | aan de rechten van de betrokken personen. |
B.12.4. [Les articles 479, 483 et 503bis du Code d'instruction | B.12.4. [De artikelen 479, 483 en 503bis van het Wetboek van |
criminelle] ne sont dès lors pas compatibles avec les articles 10 et | strafvordering] zijn bijgevolg niet bestaanbaar met de artikelen 10 en |
11 de la Constitution. | 11 van de Grondwet. |
B.13. Les questions préjudicielles appellent une réponse affirmative. | B.13. De prejudiciële vragen dienen bevestigend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
[Les articles 479, 483 et 503bis du Code d'instruction criminelle] | [De artikelen 479, 483 en 503bis van het Wetboek van strafvordering] |
violent les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'ils ne | schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij, bij het |
prévoient pas, au terme de l'instruction, l'intervention d'une | afsluiten van het gerechtelijk onderzoek, niet voorzien in het |
juridiction d'instruction qui procède, dans le cadre d'une procédure | optreden van een onderzoeksgerecht dat in het kader van een op |
contradictoire, au règlement de la procédure et examine ce faisant si | tegenspraak gevoerde procedure overgaat tot de regeling van de |
les charges sont suffisantes et si la procédure est régulière. | rechtspleging en daarbij de toereikendheid van de bezwaren en de |
regelmatigheid van de rechtspleging beoordeelt. | |
Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 22 mars 2018. | op 22 maart 2018. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
Le président, | De voorzitter, |
E. De Groot | E. De Groot |
[Texte modifié à la suite de l'ordonnance en rectification du 16 mai | [Gewijzigde tekst ingevolge de beschikking tot verbetering van 16 mei |
2018] | 2018] |