← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 146/2017 du 21 décembre 2017 Numéro du rôle : 6446 En cause
: la question préjudicielle relative aux articles 31, alinéa 2, 4°, et 32, alinéa 2, 2°, du Code des
impôts sur les revenus 1992, posée par le Tribunal de premi La
Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...)"
Extrait de l'arrêt n° 146/2017 du 21 décembre 2017 Numéro du rôle : 6446 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 31, alinéa 2, 4°, et 32, alinéa 2, 2°, du Code des impôts sur les revenus 1992, posée par le Tribunal de premi La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...) | Uittreksel uit arrest nr. 146/2017 van 21 december 2017 Rolnummer 6446 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 31, tweede lid, 4°, en 32, tweede lid, 2°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Recht Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de recht(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 146/2017 du 21 décembre 2017 | Uittreksel uit arrest nr. 146/2017 van 21 december 2017 |
Numéro du rôle : 6446 | Rolnummer 6446 |
En cause : la question préjudicielle relative aux articles 31, alinéa | In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 31, tweede |
2, 4°, et 32, alinéa 2, 2°, du Code des impôts sur les revenus 1992, | lid, 4°, en 32, tweede lid, 2°, van het Wetboek van de |
posée par le Tribunal de première instance du Luxembourg, division | inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg |
Arlon. | Luxemburg, afdeling Aarlen. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de |
Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman, F. Daoût et T. Giet, assistée du | rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman, F. Daoût en T. Giet, |
greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. Spreutels, | bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 1er juin 2016 en cause de Guy Karremans et Véronique | Bij vonnis van 1 juni 2016 in zake Guy Karremans en Véronique Dos |
Dos Santos contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au | Santos tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van |
greffe de la Cour le 10 juin 2016, le Tribunal de première instance du | het Hof is ingekomen op 10 juni 2016, heeft de Rechtbank van eerste |
Luxembourg, division Arlon, a posé la question préjudicielle suivante | aanleg Luxemburg, afdeling Aarlen, de volgende prejudiciële vraag |
: | gesteld : |
« Les articles 32, alinéa 2, 2° et 31, alinéa 2, 4° du Code des impôts | « Schenden de artikelen 32, tweede lid, 2°, en 31, tweede lid, 4°, van |
sur les revenus violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution | het Wetboek van de inkomstenbelastingen de artikelen 10 en 11 van de |
en ce qu'ils imposent les indemnités, constituées au moyen de primes | Grondwet in zoverre zij de vergoedingen belasten die zijn gevormd door |
visées à l'article 52, 3°, b, 4e tiret payées par une société au | middel van premies als bedoeld in artikel 52, 3°, b), vierde streepje, |
profit de son dirigeant mais non déduites par ce dernier, allouées en | die door een vennootschap aan haar bedrijfsleider zijn betaald maar |
exécution d'un contrat d'assurance en raison d'une incapacité de | door die laatste niet zijn afgetrokken, en die ter uitvoering van een |
verzekeringsovereenkomst zijn toegekend wegens een | |
travail n'ayant entraîné aucune perte de rémunérations; alors que le | arbeidsongeschiktheid die niet tot een derving van bezoldigingen heeft |
bénéficiaire d'un contrat d'assurance individuelle ne serait pas | geleid, terwijl de begunstigde van een individuele |
imposé sur ses indemnités ? ». | verzekeringsovereenkomst op zijn vergoedingen niet zou worden belast ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1.1. Les articles 31 et 32 du Code des impôts sur les revenus 1992 | B.1.1. De artikelen 31 en 32 van het Wetboek van de |
(ci-après : CIR 1992) font partie de la rubrique F (« Rémunérations ») | inkomstenbelastingen 1992 (hierna : WIB 1992) maken deel uit van |
de la sous-section première (« Revenus imposables ») de la section IV | rubriek F (« Bezoldigingen ») van onderafdeling I (« Belastbare |
(« Revenu professionnel ») du chapitre II (« Assiette de l'impôt ») du | inkomsten ») van afdeling IV (« Beroepsinkomen ») van hoofdstuk II (« |
titre II (« Impôts des personnes physiques ») de ce Code. | Grondslag van de belasting ») van titel II (« Personenbelasting ») van dat Wetboek. |
Tel qu'il était applicable lors de l'exercice d'imposition 2012, | Zoals het van toepassing was tijdens het aanslagjaar 2012, bepaalde |
l'article 32 du CIR 1992 disposait : | artikel 32 van het WIB : |
« Les rémunérations des dirigeants d'entreprise sont toutes les | « Bezoldigingen van bedrijfsleiders zijn alle beloningen verleend of |
rétributions allouées ou attribuées à une personne physique: | toegekend aan een natuurlijk persoon die : |
1° qui exerce un mandat d'administrateur, de gérant, de liquidateur ou | 1° een opdracht als bestuurder, zaakvoerder, vereffenaar of |
des fonctions analogues; | gelijksoortige functies uitoefent; |
2° qui exerce au sein de la société une fonction dirigeante ou une | 2° in de vennootschap een leidende functie of een leidende |
activité dirigeante de gestion journalière, d'ordre commercial, | werkzaamheid van dagelijks bestuur, van commerciële, financiële of |
financier ou technique, en dehors d'un contrat de travail. | technische aard, uitoefent buiten een arbeidsovereenkomst. |
Elles comprennent notamment : | Daartoe behoren inzonderheid : |
[...] | [...] |
2° les avantages, indemnités et rémunérations d'une nature analogue à | 2° voordelen, vergoedingen en bezoldigingen die in wezen gelijkaardig |
celles qui sont visées à l'article 31, alinéa 2, 2° à 5°; | zijn aan die vermeld in artikel 31, tweede lid, 2° tot 5°; |
[...] ». | [...] ». |
Tel qu'il était applicable lors du même exercice d'imposition, | Zoals het van toepassing was tijdens hetzelfde aanslagjaar, bepaalde |
l'article 31, alinéas 1er et 2, du CIR 1992 disposait : | artikel 31, eerste en tweede lid, van het WIB 1992 : |
« Les rémunérations des travailleurs sont toutes rétributions qui | « Bezoldigingen van werknemers zijn alle beloningen die voor de |
constituent, pour le travailleur, le produit du travail au service | werknemer de opbrengst zijn van arbeid in dienst van een werkgever. |
d'un employeur. | |
Elles comprennent notamment : | Daartoe behoren inzonderheid : |
[...] | [...] |
4° les indemnités obtenues en réparation totale ou partielle d'une | 4° vergoedingen verkregen tot volledig of gedeeltelijk herstel van een |
perte temporaire de rémunérations, en ce compris les indemnités | tijdelijke derving van bezoldigingen, daarin begrepen de vergoedingen |
attribuées en exécution d'un engagement de solidarité visé aux | die worden toegekend in uitvoering van een solidariteitstoezegging als |
articles 10 et 11 de la loi du 28 avril 2003 relative aux pensions | bedoeld in de artikelen 10 en 11 van de wet van 28 april 2003 |
complémentaires et au régime fiscal de celles-ci et de certains | betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die |
avantages complémentaires en matière de sécurité sociale, et les | pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale |
indemnités constituées au moyen des cotisations et primes visées à | zekerheid, en de vergoedingen die zijn gevormd door middel van |
l'article 52, 3°, b, 4e tiret; | bijdragen en premies als bedoeld in artikel 52, 3°, b, vierde streepje; |
[...] ». | [...] ». |
B.1.2. L'article 52 du CIR 1992 fait partie de la rubrique A (« Frais | B.1.2. Artikel 52 van het WIB 1992 maakt deel uit van rubriek A (« |
professionnels ») de la sous-section III (« Détermination du revenu | Beroepskosten ») van onderafdeling III (« Vaststelling van het |
net ») de la section IV (« Revenu professionnel ») du chapitre II du | netto-inkomen ») van afdeling IV (« Beroepsinkomen ») van hoofdstuk II |
titre II de ce Code. | van titel II van dat Wetboek. |
Tel qu'il était applicable lors de l'exercice d'imposition 2012, | Zoals het van toepassing was tijdens het aanslagjaar 2012, bepaalde |
l'article 52, 3°, b), quatrième tiret, du CIR 1992 disposait : | artikel 52, 3°, b), vierde streepje, van het WIB 1992 : |
« Sous réserve des dispositions des articles 53 à 66bis, constituent | « Onder voorbehoud van het bepaalde in de artikelen 53 tot 66bis |
notamment des frais professionnels : | worden inzonderheid als beroepskosten aangemerkt : |
[...] | [...] |
3° les rémunérations des membres du personnel et les frais connexes | 3° de bezoldigingen van de personeelsleden en de volgende ermee |
suivants : | verband houdende kosten : |
[...] | [...] |
b) les cotisations et primes patronales, versées en exécution : | b) de werkgeversbijdragen en -premies, gestort ter uitvoering van : |
[...] | [...] |
- d'un engagement collectif ou individuel qui doit être considéré | - een collectieve of individuele toezegging die moet worden beschouwd |
comme un complément aux indemnités légales en cas de décès ou | als een aanvulling van de wettelijke uitkeringen bij overlijden of |
d'incapacité de travail par suite d'un accident du travail ou d'un | arbeidsongeschiktheid door arbeidsongeval of ongeval ofwel |
accident ou bien d'une maladie professionnelle ou d'une maladie; ». | beroepsziekte of ziekte; ». |
B.2. Il ressort de la question préjudicielle et des motifs de la | B.2. Uit de prejudiciële vraag en de motivering van de |
décision de renvoi que la Cour est interrogée sur la | verwijzingsbeslissing blijkt dat aan het Hof een vraag wordt gesteld |
constitutionnalité de la différence de traitement que ferait l'article 32, alinéa 2, 2°, du CIR 1992, lu en combinaison avec l'article 31, alinéa 2, 4°, du même Code, entre deux catégories de gérants d'entreprise qui obtiennent une indemnité en réparation d'une perte temporaire de rémunération due à une incapacité de travail pour maladie sans avoir subi de perte effective de revenus : d'une part, celui qui obtient une telle indemnité en exécution d'un contrat d'assurance conclu à son bénéfice par son entreprise qui en a payé les primes et, d'autre part, celui qui obtient cette indemnité en exécution d'un contrat d'assurance similaire qu'il a conclu lui-même et dont il a lui-même payé les primes. L'indemnité obtenue par le premier serait soumise à l'impôt des personnes physiques, ce qui ne serait pas le cas du deuxième. B.3. Les rémunérations de toute personne physique qui exerce un mandat de gérant d'entreprise constituent en principe des revenus professionnels composant le revenu imposable à l'impôt des personnes | over de grondwettigheid van het verschil in behandeling dat bij artikel 32, tweede lid, 2°, van het WIB 1992, in samenhang gelezen met artikel 31, tweede lid, 4°, van hetzelfde Wetboek, zou worden gemaakt tussen twee categorieën van zaakvoerders van een onderneming die een vergoeding verkrijgen tot herstel van een tijdelijke derving van bezoldiging die te wijten is aan arbeidsongeschiktheid wegens ziekte zonder dat zij een daadwerkelijke inkomstenderving hebben geleden : enerzijds, diegene die een dergelijke vergoeding verkrijgt ter uitvoering van een verzekeringsovereenkomst die te zijnen voordele is gesloten door zijn onderneming die de premies ervan heeft betaald en, anderzijds, diegene die die vergoeding verkrijgt ter uitvoering van een soortgelijke verzekeringsovereenkomst die hij zelf heeft gesloten en waarvan hij zelf de premies heeft betaald. De vergoeding die door de eerste wordt verkregen, zou aan de personenbelasting onderworpen zijn, hetgeen niet het geval zou zijn voor de tweede. B.3. De bezoldigingen van elke natuurlijke persoon die een opdracht als zaakvoerder van een onderneming uitoefent, vormen in beginsel beroepsinkomsten waaruit het in de personenbelasting belastbare |
physiques (article 31, alinéa 1er, du CIR 1992, lu en combinaison avec | inkomen is samengesteld (artikel 31, eerste lid, van het WIB 1992, in |
l'article 6, l'article 23, § 1er, 4°, et l'article 30, 2°, du même | samenhang gelezen met artikel 6, artikel 23, § 1, 4°, en artikel 30, |
Code). | 2°, van hetzelfde Wetboek). |
Lu en combinaison avec l'article 31, alinéa 2, 4°, du CIR 1992, | In samenhang gelezen met artikel 31, tweede lid, 4°, van het WIB 1992, |
l'article 32, alinéa 2, 2°, du même Code précise que parmi ces | preciseert artikel 32, tweede lid, 2°, van hetzelfde Wetboek dat onder |
rémunérations figure l'ensemble des « indemnités obtenues en | die bezoldigingen zich alle « vergoedingen verkregen tot volledig of |
réparation totale ou partielle d'une perte temporaire de rémunération | gedeeltelijk herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen » |
». Aucune de ces dispositions ne fait de distinction entre l'indemnité | bevinden. Geen van die bepalingen maakt een onderscheid tussen de |
versée en exécution d'un contrat d'assurance conclu par le gérant | vergoeding betaald ter uitvoering van een door de zaakvoerder van een |
d'entreprise et l'indemnité versée en exécution d'un contrat conclu | onderneming gesloten verzekeringsovereenkomst en de vergoeding betaald |
par l'entreprise au bénéfice de son gérant. | ter uitvoering van een door de onderneming ten voordele van haar |
zaakvoerder gesloten overeenkomst. | |
La différence de traitement décrite en B.2 n'existe donc pas. | Het in B.2 beschreven verschil in behandeling is derhalve onbestaande. |
B.4. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.4. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 32, alinéa 2, 2°, du Code des impôts sur les revenus 1992, | Artikel 32, tweede lid, 2°, van het Wetboek van de |
lu en combinaison avec l'article 31, alinéa 2, 4°, du même Code, ne | inkomstenbelastingen 1992, in samenhang gelezen met artikel 31, tweede |
viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | lid, 4°, van hetzelfde Wetboek, schendt de artikelen 10 en 11 van de |
Grondwet niet. | |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 21 décembre 2017. | op 21 december 2017. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
Le président, | De voorzitter, |
J. Spreutels | J. Spreutels |