← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 57/2017 du 18 mai 2017 Numéro du rôle : 6269 En cause : les
questions préjudicielles relatives à l'article 107, alinéa 2, du décret de la Communauté française du
31 mars 2004 définissant l'enseignement supérieur, favoris La Cour constitutionnelle, composée
des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...)"
Extrait de l'arrêt n° 57/2017 du 18 mai 2017 Numéro du rôle : 6269 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 107, alinéa 2, du décret de la Communauté française du 31 mars 2004 définissant l'enseignement supérieur, favoris La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...) | Uittreksel uit arrest nr. 57/2017 van 18 mei 2017 Rolnummer 6269 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 107, tweede lid, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de recht(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 57/2017 du 18 mai 2017 | Uittreksel uit arrest nr. 57/2017 van 18 mei 2017 |
Numéro du rôle : 6269 | Rolnummer 6269 |
En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 107, | In zake : de prejudiciële vragen over artikel 107, tweede lid, van het |
alinéa 2, du décret de la Communauté française du 31 mars 2004 | decreet van de Franse Gemeenschap van 31 maart 2004 betreffende de |
définissant l'enseignement supérieur, favorisant son intégration à | organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie |
in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de | |
l'espace européen de l'enseignement supérieur et refinançant les | herfinanciering van de universiteiten, en over artikel 29, § 2, van de |
universités, et à l'article 29, § 2, de la loi du 27 juillet 1971 sur | wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de |
le financement et le contrôle des institutions universitaires, posées | universitaire instellingen, gesteld door de Franstalige Rechtbank van |
par le Tribunal de première instance francophone de Bruxelles. | eerste aanleg te Brussel. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de |
Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. | rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. |
Merckx-Van Goey, P. Nihoul et T. Giet, assistée du greffier P.-Y. | Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul en T. Giet, bijgestaan door de |
Dutilleux, présidée par le président J. Spreutels, | griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter J. |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Par jugement du 25 septembre 2015 en cause de l'Université libre de | Bij vonnis van 25 september 2015 in zake de « Université libre de |
Bruxelles contre la Communauté française, dont l'expédition est | Bruxelles » tegen de Franse Gemeenschap, waarvan de expeditie ter |
parvenue au greffe de la Cour le 16 octobre 2015, le Tribunal de | griffie van het Hof is ingekomen op 16 oktober 2015, heeft de |
première instance francophone de Bruxelles a posé les questions | Franstalige Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende |
préjudicielles suivantes : | prejudiciële vragen gesteld : |
1. « L'article 107, alinéa 2, du décret de la Communauté française du | 1. « Schendt artikel 107, tweede lid, van het decreet van de Franse |
31 mars 2004 définissant l'enseignement supérieur, favorisant son | Gemeenschap van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het hoger |
intégration à l'espace européen de l'enseignement supérieur et | onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese ruimte van |
refinançant les universités, suivant lequel les dispositions des | het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van de |
articles 30 et 32 de la loi du 27 juillet 1971 sur le financement et | universiteiten, volgens hetwelk de bepalingen van de artikelen 30 en |
le contrôle des institutions universitaires cessent d'être applicables | 32 van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van |
à des institutions universitaires issues d'une fusion, viole-t-il les | de universitaire instellingen niet meer van toepassing zijn voor uit |
articles 10, 11 et 24 de la Constitution, en ce qu'il prévoit le | een fusie voortgekomen universitaire instellingen, de artikelen 10, 11 |
bénéfice d'une mesure de financement avantageuse en cas de fusions | en 24 van de Grondwet, in zoverre het voorziet in het voordeel van een |
gunstige financieringsmaatregel in geval van fusies van | |
d'universités, sans réserver un traitement différent ou approprié aux | universiteiten, zonder een verschillende of aangepaste behandeling |
voor te behouden aan de universiteiten waarvoor de vereiste | |
universités pour lesquelles les conditions requises pour fusionner | voorwaarden om te fusioneren objectief moeilijker of onmogelijk te |
sont objectivement plus difficiles ou impossibles à remplir ? »; | vervullen zijn ? »; |
2. « Indépendamment de ou parallèlement à la première question posée | 2. « Schenden, los van of parallel met de hierboven gestelde eerste |
ci-dessus, qui porte sur l'application des articles 30 et 32 de la loi | vraag, die betrekking heeft op de toepassing van de artikelen 30 en 32 |
du 27 juillet 1971 sur le financement et le contrôle des institutions | van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de controle van de |
universitaires en cas de fusions d'universités, l'article 29, § 2, de | universitaire instellingen in geval van fusies van universiteiten, |
la loi du 27 juillet 1971 sur le financement et le contrôle des | artikel 29, § 2, van de wet van 27 juli 1971 op de financiering en de |
institutions universitaires, et l'article 107, alinéa 2, du décret du | controle van de universitaire instellingen en artikel 107, tweede lid, |
31 mars 2004 définissant l'enseignement supérieur, favorisant son | van het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het |
intégration à l'espace européen de l'enseignement supérieur et | hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese |
refinançant les universités, lus en combinaison, violent-ils les | ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van |
articles 10, 11 et 24 de la Constitution, en ce que le mécanisme fermé | de universiteiten, in samenhang gelezen, de artikelen 10, 11 en 24 van |
de Grondwet, in zoverre het gesloten mechanisme van financiering | |
de financement prévu par l'article 29, § 2, de la loi du 27 juillet | waarin is voorzien bij artikel 29, § 2, van de voormelde wet van 27 |
1971 précitée a pour effet que toute augmentation du financement d'une | juli 1971 tot gevolg heeft dat elke verhoging van de financiering van |
université entraîne une diminution du financement des autres | een universiteit een vermindering van de financiering van de andere |
universités, et en ce que cette diminution est aggravée - en faveur | universiteiten met zich meebrengt, en in zoverre die vermindering - |
des unes ou des autres - en cas de fusions de certaines universités | ten gunste van de ene of de andere - wordt verergerd in geval van |
parmi l'ensemble des universités en Communauté française ? ». | fusies van bepaalde universiteiten binnen het geheel van de universiteiten in de Franse Gemeenschap ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
Le contexte des dispositions en cause | De context van de in het geding zijnde bepalingen |
B.1.1. L'article 25 de la loi du 27 juillet 1971 « sur le financement | B.1.1. Artikel 25 van de wet van 27 juli 1971 « op de financiering en |
et le contrôle des institutions universitaires » disposait, avant sa | de controle van de universitaire instellingen » bepaalde, vóór de |
modification par l'article 3 du décret du 16 juin 2016 « relatif au | wijziging ervan bij artikel 3 van het decreet van 16 juni 2016 « |
refinancement de l'enseignement supérieur » : | betreffende de herfinanciering van het hoger onderwijs » : |
« Dans les limites et selon les modalités réglées par le présent | « Binnen de perken en volgens de modaliteiten bepaald bij deze titel, |
titre, la Communauté française contribue, par des allocations | draagt de Franse Gemeenschap bij, met jaarlijkse werkingstoelagen, in |
annuelles de fonctionnement, au financement des dépenses de | de financiering van de werkingsuitgaven van de hierna vermelde |
fonctionnement des institutions universitaires ci-après : | universitaire instellingen : |
a) l'Université de Liège; | a) ' Université de Liège '; |
b) l'Université catholique de Louvain; | b) ' Université catholique de Louvain '; |
c) l'Université libre de Bruxelles; | c) ' Université libre de Bruxelles '; |
d) l'Université de Mons; | d) ' Université de Mons '; |
f) les Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix à Namur; | f) ' Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix à Namur '; |
h) les Facultés universitaires Saint-Louis à Bruxelles; | h) ' Facultés universitaires Saint-Louis à Bruxelles '; |
i) les Facultés universitaires catholiques de Mons. | i) ' Facultés universitaires catholiques de Mons '. |
L'allocation de chaque institution comprend deux parties : | De toelage voor elke instelling omvat twee delen : |
une partie fixe. | een vast deel. |
Cette partie fixe est revue tous les dix ans en fonction des | Dit vast deel wordt om de tien jaar herzien in functie van de reële |
allocations réellement accordées aux institutions au cours des dix | toelagen toegestaan aan de instellingen in de loop van de tien jaar |
années qui précèdent la révision. | voor de revisie. |
La première révision aura lieu en 2016. | De eerste revisie zal plaatsvinden in 2016. |
une partie variable, en fonction du nombre d'étudiants régulièrement | een variabel deel, in functie van het aantal studenten dat volgens de |
inscrits ». | regels is ingeschreven ». |
B.1.2. L'article 28 de la loi du 27 juillet 1971 disposait, avant sa | B.1.2. Artikel 28 van de wet van 27 juli 1971 bepaalde, vóór de |
modification par l'article 4 du décret du 16 juin 2016 : | wijziging ervan bij artikel 4 van het decreet van 16 juni 2016 : |
« Pour le calcul de la partie variable de l'allocation de | « Voor de berekening van het variabele deel van de werkingstoelage, |
fonctionnement, sous réserve des dispositions des deuxième et | onder voorbehoud van de bepalingen van de tweede en derde alinea, |
troisième alinéas, les années d'études menant à un grade académique | worden de studiejaren die leiden tot een academische graad verdeeld in |
sont réparties en trois groupes de la façon suivante : | drie groepen, als volgt : |
1° Groupe A : les années d'études menant à un grade académique des | 1° Groep A : De studiejaren die leiden tot een academische graad voor |
domaines définis à l'article 31, littéras 1°, 2°, 3°, 4°, 6°, 7°, 8°, | de domeinen gedefinieerd in artikel 31, punten 1°, 2°, 3°, 4°, 6°, 7°, |
9°, 10°, 10°bis et 11° du décret du 31 mars 2004 définissant | 8°, 9°, 10°, 10°bis en 11°, van het decreet van 31 maart 2004 |
betreffende de vaststelling van het hoger onderwijs ter bevordering | |
l'enseignement supérieur, favorisant son intégration à l'espace | van de integratie in de Europese ruimte voor het hoger onderwijs en |
européen de l'enseignement supérieur et refinançant les universités; | betreffende de herfinanciering van de universiteiten; |
2° Groupe B : les années d'études menant à un grade académique des | 2° Groep B : de studiejaren die leiden tot een academische graad in de |
domaines définis à l'article 31, du décret du 31 mars 2004 définissant | domeinen gedefinieerd in artikel 31 van het decreet van 31 maart 2004 |
betreffende de vaststelling van het hoger onderwijs ter bevordering | |
l'enseignement supérieur, favorisant son intégration à l'espace | van de integratie in de Europese ruimte voor het hoger onderwijs en |
européen de l'enseignement supérieur et refinançant les universités, | betreffende de herfinanciering van de universiteiten, die niet worden |
non reprises dans un autre groupe; | hernomen in een andere groep; |
3° Groupe C : les années d'études menant à un grade académique de | 3° Groep C : de studiejaren die leiden tot een initiële academische |
deuxième cycle initial des domaines définis à l'article 31, littéras | graad van de tweede cyclus voor de domeinen gedefinieerd in artikel |
12°, 13°, 14°, 15°, 18° et 19°, du décret du 31 mars 2004 définissant | 31, punten 12°, 13°, 14°, 15°, 18° en 19° van het decreet van 31 maart |
2004 betreffende de vaststelling van het hoger onderwijs ter | |
l'enseignement supérieur, favorisant son intégration à l'espace | bevordering van de integratie in de Europese ruimte voor het hoger |
européen de l'enseignement supérieur et refinançant les universités, | onderwijs en betreffende de herfinanciering van de universiteiten, |
ainsi que la troisième année d'études du premier cycle des domaines | alsook het derde studiejaar van de eerste cyclus in de domeinen |
visés aux littéras 14°, 15°, 18° et 19° de ce même article. | bedoeld in punten 14°, 15°, 18° en 19° van ditzelfde artikel. |
Seules les deux premières années d'études menant à un grade académique | Enkel de twee eerste studiejaren die leiden tot een academische graad |
de master complémentaire ou la première année de la formation | van bijkomende master of het eerste jaar van de doctorale opleiding |
doctorale sont prises en compte dans ce calcul; les années d'études | komen in aanmerking voor deze berekening; de studiejaren ter |
relatives à la préparation d'une thèse de doctorat ne sont pas prises en compte. | voorbereiding van een doctoraal proefschrift komen niet in aanmerking. |
Sauf exception prévue par le décret, les années d'études et formations | Behalve de uitzondering voorzien door het decreet, komen de |
ne menant pas à un grade académique ne sont pas prises en compte pour | studiejaren en opleidingen die niet leiden tot een academische graad |
le calcul de l'allocation de fonctionnement. | niet in aanmerking voor de berekening van de werkingstoelage. |
En particulier, les étudiants inscrits à la formation pédagogique | In het bijzonder komen de studenten ingeschreven voor de Praktische |
appropriée à l'enseignement supérieur (CAPAES) ou à la formation | opleiding in Hogescholen voor titularis van een pedagogisch |
initiale des agrégés de l'enseignement secondaire supérieur (AESS) | bekwaamheidsbewijs (GPBHO) of voor de Aggregatie voor het secundair |
sont pris en compte lors de leur première inscription avec un | onderwijs in aanmerking bij hun eerste inschrijving met een |
coefficient de pondération visé à l'article 29bis correspondant à la | wegingsfactor bedoeld in artikel 29bis, die overeenstemt met de helft |
moitié de celui appliqué aux étudiants régulièrement inscrits aux | van de factor die gebruikt wordt voor studenten die volgens de regels |
études du groupe A. | zijn ingeschreven voor studies van groep A. |
Les enseignements non mentionnés sont classés dans l'un des groupes | De niet vermelde richtingen worden door de Regering geklasseerd in een |
par arrêté du Gouvernement ». | van de groepen ». |
B.1.3. L'article 29 de la loi du 27 juillet 1971 disposait, avant sa | B.1.3. Artikel 29 van de wet van 27 juli 1971 bepaalde, vóór de |
modification par l'article 5 du décret du 16 juin 2016 : | wijziging ervan bij artikel 5 van het decreet van 16 juni 2016 : |
« § 1er. Le montant de base pour la partie fixe de l'allocation | « § 1. Het basisbedrag voor het vaste deel van de jaarlijkse |
annuelle de fonctionnement est fixé à 108.385.969 euros pour l'année | werkingstoelage wordt vastgesteld op 108.385.969 euro voor het |
budgétaire 2012 et à 109.746.039 euros à partir de l'année budgétaire 2013. | begrotingsjaar 2012 en 109.746.039 euro vanaf het begrotingsjaar 2013. |
Il est réparti comme suit : | Het wordt als volgt verdeeld : |
Université de Liège : 26,28 %. | [Université de Liège] : 26,28 %. |
Université catholique de Louvain : 30,82 %. | [Université catholique de Louvain] : 30,82 %. |
Université libre de Bruxelles : 25,07 %. | [Université libre de Bruxelles] : 25,07 %. |
Université de Mons : 7,39 %. | [Université de Mons] : 7,39 %. |
Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix à Namur : 7,20 %. | [Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix à Namur] : 7,20 %. |
Facultés universitaires Saint-Louis à Bruxelles : 1,59 %. | [Facultés universitaires Saint-Louis à Bruxelles] : 1,59 %. |
Facultés universitaires catholiques de Mons : 1,65 %. | [Facultés universitaires catholiques de Mons] : 1,65 %. |
A partir de l'année budgétaire 2016, la partie fixe de l'allocation | Vanaf het budgettaire jaar 2016 wordt het vaste deel van de toelage |
est versée à l'académie universitaire à laquelle appartient | gestort aan de universitaire academie waartoe de instelling behoort of |
l'institution ou directement à l'institution si elle ne fait pas | rechtstreeks aan de instelling als ze nog geen deel uitmaakt van een |
encore partie d'une académie. | academie. |
§ 2. Le montant de base pour la partie variable de l'allocation | § 2. Het basisbedrag van het variabele deel van de jaarlijkse |
annuelle de fonctionnement est fixé à 324.457.107 euros. | werkingstoelage wordt vastgelegd op 324.457.107 euro. |
§ 3. Le montant de base pour les compléments d'allocations visés à | § 3. Het basisbedrag voor de complementen bij de toelage bedoeld in |
l'article 34 en faveur des institutions visées à l'article 25, b), c), | artikel 34 ten gunste van de instellingen bedoeld in artikel 25, b), |
f), h), i), est fixé à 5.412.035 euros. | c), f), h), i), wordt vastgelegd op 5.412.035 euro. |
§ 3bis. Le montant de base pour les compléments d'allocations visés à | § 3bis. Het basisbedrag voor de complementen bij de toelage bedoeld in |
l'article 34 en faveur de l'Université de Mons est fixé à 218.214 | artikel 34 ten gunste van de ' Université de Mons ' wordt vastgesteld |
euros. | op 210.553 euro. |
Ce montant est indexé annuellement sur base des modalités prévues au § | Dat bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd op basis van de nadere regels |
4. Il est par ailleurs adapté annuellement sur base de l'évolution du | bedoeld in § 4. Het wordt daarenboven jaarlijks aangepast op basis van |
nombre de membres du personnel de l'Université de Mons transférés de | de evolutie van het aantal personeelsleden van de ' Université de Mons |
la Faculté polytechnique et encore en service à l'Université de Mons | ' die overgeheveld zijn van de ' Faculté Polytechnique ' of nog in |
et pour lesquels l'article 34 était applicable au 1er octobre 2009 sur | dienst zijn op de ' Université de Mons ' en waarvoor artikel 34 van |
base de la formule suivante : | toepassing was op 1 oktober 2009 op basis van de volgende formule : |
Nombre d'agents PATG transférés de la FPMS encore à charge de | Aantal ambtenaren lid van de ' PATG ' overgeheveld van de ' FPMS ' die |
l'allocation de fonctionnement au 1er octobre de l'année concernée / | nog ten laste van de werkingstoelage zijn op 1 oktober van het |
Nombre d'agents PATG transférés de la FPMS à charge de l'allocation de | betrokken jaar / Aantal ambtenaren ' PATG ' overgebracht van de ' FPMS |
fonctionnement au 1er octobre 2009. | ' die ten laste van de werkingstoelage zijn op 1 oktober 2009. |
§ 4. Chaque année, les montants prévus aux § § 1er, 2 et 3, sont | § 4. Elk jaar worden de bedragen bepaald in de §§ 1, 2 en 3 aangepast |
adaptés aux variations de l'indice santé des prix à la consommation en | aan de variaties van de gezondheidsindex van de consumptieprijzen door |
multipliant les montants de base visés aux paragraphes précédents par | de basisbedragen bedoeld in de vorige paragrafen te vermenigvuldigen |
un taux d'adaptation calculé selon la formule : | met de aanpassingsgraad berekend volgens de formule : |
Indice de santé de décembre de l'année budgétaire concernée/Indice | Gezondheidsindex van december van het betrokken budgettaire |
santé de décembre 1998 | jaar/Gezondheidsindex van december 1998 |
Pour les années 2015 et 2016, seuls 90 % des montants de base prévus | Voor de jaren 2015 en 2016, wordt alleen 90 % van de in de §§ 1 en 2 |
aux §§ 1er et 2 sont indexés. | bedoelde basisbedragen geïndexeerd. |
§ 5. Chaque année, les montants de base visés aux §§ 2, 3 et 7 sont | § 5. Elk jaar worden de basisbedragen bedoeld in §§ 2, 3 en 7 verdeeld |
répartis entre les institutions universitaires concernées en fonction | tussen de betrokken universitaire instellingen in functie van de |
du rapport entre la moyenne quadriennale du nombre d'étudiants | verhouding tussen het gewogen vierjaarlijkse gemiddelde aantal |
pondérés de chaque institution et la moyenne quadriennale du nombre | studenten per instelling en het gewogen vierjaarlijkse gemiddelde van |
d'étudiants pondérés de l'ensemble des institutions concernées, | het aantal studenten van alle betrokken instellingen, berekend |
calculés en vertu des articles 27 à 32. | krachtens artikels 27 tot 32. |
Le rapport visé à l'alinéa 1er est exprimé en pour cent et quatre | De verhouding uitgedrukt in alinea 1 wordt uitgedrukt in percent en in |
décimales. | vier decimalen. |
Les moyennes quadriennales visées à l'alinéa 1er s'obtiennent en | De vierjaarlijkse gemiddelden bedoeld in alinea 1 worden verkregen |
divisant par quatre la somme des nombres pondérés d'étudiants, | door de som van het aantal gewogen studenten, respectievelijk voor de |
respectivement pour l'institution visée ou pour l'ensemble des | bedoelde instelling of voor alle instellingen, van het betrokken |
institutions, de l'année académique concernée et des trois années qui | academiejaar en de drie voorgaande jaren, door vier te delen, waarbij |
la précèdent, chacun de ces nombres étant calculé en fonction des | elk van deze cijfers wordt berekend in functie van de wettelijke |
dispositions légales qui lui étaient applicables pour l'année | bepalingen die van toepassing zijn voor het overeenstemmende |
académique correspondante. | academiejaar. |
§ 6. La partie de l'allocation relative aux études organisées par une | § 6. Het deel van de toelage voor de studies georganiseerd door een |
académie universitaire est versée à cette académie. Les coefficients | universitaire academie wordt aan deze academie gestort. De |
prévus à l'article 30 ne s'appliquent pas aux étudiants inscrits dans | coëfficiënten voorzien in artikel 30 zijn niet van toepassing op de |
ces études. | studenten die voor deze studies zijn ingeschreven. |
§ 7. Le montant de la partie variable de l'allocation de | § 7. Het bedrag van het variabele gedeelte van de werkingstoelage |
fonctionnement fixé au § 2 et indexé conformément au § 4, est augmenté | bepaald in § 2 en geïndexeerd overeenkomstig § 4, wordt jaarlijks |
annuellement de 2.000.000 EUR supplémentaires cumulés à partir de | vermeerderd met het aanvullende bedrag van 2.000.000 EUR gecumuleerd |
l'année budgétaire 2010 et ce jusqu'à l'année budgétaire 2025 y | vanaf het begrotingsjaar 2010 en dit tot en met het begrotingsjaar |
compris, et de 1.000.000 EUR supplémentaires cumulés pour les années | 2025, en met het aanvullende bedrag van 1.000.000 EUR gecumuleerd voor |
budgétaires 2026 à 2027. Exceptionnellement, l'augmentation annuelle | de begrotingsjaren 2026 tot 2027. De jaarlijkse verhoging voor het |
pour l'année budgétaire 2012 est de 1.997.389 euros, les augmentations | begrotingsjaar 2012 bedraagt uitzonderlijk 1.997.389 euro, de |
annuelles pour les années budgétaires 2013 et 2014 sont de zéro euro, | jaarlijkse verhogingen voor de begrotingsjaren 2013 en 2014 bedragen |
l'augmentation annuelle pour l'année budgétaire 2015 est de 1.333.000 euros. Chaque montant ainsi ajouté annuellement est adapté aux variations de l'indice santé des prix à la consommation en le multipliant par le taux d'adaptation calculé suivant la formule suivante : Indice de santé de décembre de l'année budgétaire concernée/Indice santé de décembre de l'année budgétaire où le montant apparaît pour la première fois A partir de l'année budgétaire 2026, le montant de la partie variable | nul euro, de jaarlijkse verhoging voor het begrotingsjaar 2015 bedraagt 1.333.000 euro. Elk bedrag dat aldus jaarlijks toegevoegd wordt, wordt aangepast aan de schommelingen van het gezondheidsindexcijfer van de consumptieprijzen, door het te vermenigvuldigen met het aanpassingspercentage dat berekend wordt volgens de volgende formule : Gezondheidsindexcijfer van december van het betrokken begrotingsjaar/Gezondheidsindexcijfer van december van het begrotingsjaar waarin het bedrag voor de eerste keer wordt vermeld Vanaf het begrotingsjaar 2026 is het bedrag van het variabele gedeelte |
de l'allocation de fonctionnement fixé au § 2 est égal au montant | van de werkingstoelage bedoeld in § 2 gelijk aan het geïndexeerde |
total de l'année budgétaire 2025 indexé ». | totale bedrag van het begrotingsjaar 2025 ». |
B.1.4. L'article 29bis de la loi du 27 juillet 1971 disposait, avant | B.1.4. Artikel 29bis van de wet van 27 juli 1971 bepaalde, vóór de |
sa modification par l'article 6 du décret du 16 juin 2016 : | wijziging ervan bij artikel 6 van het decreet van 16 juni 2016 : |
« Pour les groupes d'années d'études visés à l'article 28, un | « Voor de groepen studiejaren bedoeld in artikel 28 wordt een |
coefficient de pondération est appliqué aux étudiants visés à | wegingsfactor toegepast op de studenten bedoeld in artikel 27, § 1, |
l'article 27, § 1er, qui entrent dans les catégories visées à | die vallen onder de categorieën bedoeld in artikel 27, § 3, en die |
l'article 27, § 3, et qui ne sont pas visés par l'article 27, § 7. | niet worden bedoeld in artikel 27, § 7. |
Ces coefficients de pondération sont les suivants : | Deze wegingsfactoren zijn de volgende : |
Groupe A : 1. | Groep A : 1. |
Groupe B : 2. | Groep B : 2. |
Groupe C : 3 ». | Groep C : 3 ». |
B.1.5. L'article 30 de la loi du 27 juillet 1971, remplacé par | B.1.5. Artikel 30 van de wet van 27 juli 1971, vervangen bij artikel |
l'article 119 du décret du 31 mars 2004 « définissant l'enseignement | 119 van het decreet van 31 maart 2004 « betreffende de organisatie van |
supérieur, favorisant son intégration à l'espace européen de | het hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese |
ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van | |
l'enseignement supérieur et refinançant les universités », disposait, | de universiteiten », bepaalde, vóór de wijziging ervan bij artikel 7 |
avant sa modification par l'article 7 du décret du 16 juin 2016 : | van het decreet van 16 juni 2016 : |
« Lorsque le nombre d'étudiants régulièrement inscrits aux études de | « Wanneer het aantal volgens de regels ingeschreven studenten voor de |
premier ou de deuxième cycle dans un groupe tel que défini à l'article | studies van de eerste of de tweede cyclus in een groep zoals |
28 est supérieur au nombre-plafond déterminé comme il est dit à | gedefinieerd in artikel 28 hoger ligt dan het plafond, vastgesteld |
l'article 32, pour le nombre d'étudiants qui dépasse ce plafond, les | zoals vermeld in artikel 32, worden voor het aantal studenten dat dit |
coefficients de pondération visés à l'article 29bis sont réduits à 85 % de leur valeur ». | plafond overtreft, de wegingsfactoren bedoeld in artikel 29bis verminderd met 85 % van hun waarde ». |
L'article 32 de la loi du 27 juillet 1971, remplacé par l'article 121 | Artikel 32 van de wet van 27 juli 1971, vervangen bij artikel 121 van |
du décret du 31 mars 2004, disposait, avant sa modification par | het decreet van 31 maart 2004, bepaalde, vóór de wijziging ervan bij |
l'article 8 du décret du 16 juin 2016 : | artikel 8 van het decreet van 16 juni 2016 : |
« § 1er. Pour les institutions universitaires mentionnées à l'article | « § 1. Voor de universitaire instellingen vermeld in artikel 25, a) |
25, a) à c), le nombre plafond d'étudiants est fixé, pour chaque | tot c), wordt het plafondaantal studenten vastgelegd voor elke groep, |
groupe, comme suit : | als volgt : |
Groupe A : 4 300. | Groep A : 4 300. |
Groupe B : 3 150. | Groep B : 3 150. |
Groupe C : 2 000. | Groep C : 2 000. |
§ 2. Pour les institutions universitaires mentionnées à l'article 25, | § 2. Voor de universitaire instellingen vermeld in artikel 25, d) tot |
d) à i), le nombre plafond est égal, pour chaque domaine d'études, à | |
200 par année d'étude de premier cycle effectivement organisée et à | i), is het plafondaantal voor elk studiedomein gelijk aan 200 per |
400 par année d'études de deuxième cycle effectivement organisée ». | effectief georganiseerd studiejaar van de eerste cyclus, en 400 per |
effectief georganiseerd studiejaar van de tweede cyclus ». | |
B.2.1. L'article 107 du décret du 31 mars 2004 disposait : | B.2.1. Artikel 107 van het decreet van 31 maart 2004 bepaalde : |
« Toute université peut fusionner avec un autre membre de la même | « Elke universiteit mag fusioneren met een ander lid van dezelfde |
académie sur décision de leur conseil d'administration respectif. | academie, ten gevolge een beslissing van hun respectievelijke Raad van |
Cette décision doit être prise à la majorité qualifiée des conseils | Beheer. Deze beslissing moet worden genomen met een gekwalificeerde |
respectifs. | meerderheid van de respectievelijke raden. |
Les dispositions des articles 30 et 32 de la loi du 27 juillet 1971 | De bepalingen van de artikels 30 en 32 van de wet van 27 juli 1971 op |
sur le financement et le contrôle des institutions universitaires | de financiering en de controle van de universitaire instellingen zijn |
cessent d'être applicables à ces institutions dès l'année académique | niet meer van toepassing voor deze instellingen vanaf het academiejaar |
qui suit celle de la fusion ». | dat volgt op dat van de fusie ». |
B.2.2. L'article 164 du décret du 7 novembre 2013 « définissant le | B.2.2. Artikel 164 van het decreet van 7 november 2013 « tot bepaling |
paysage de l'enseignement supérieur et l'organisation académique des | van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de |
études », entré en vigueur le 1er janvier 2014 (article 171, alinéa 1er, | studies », in werking getreden op 1 januari 2014 (artikel 171, eerste |
du même décret), dispose : | lid, van hetzelfde decreet), bepaalt : |
« Le décret du 31 mars 2004 définissant l'enseignement supérieur, | « Het decreet van 31 maart 2004 betreffende de organisatie van het |
favorisant son intégration dans l'espace européen de l'enseignement | hoger onderwijs ter bevordering van de integratie in de Europese |
supérieur et refinançant les universités est abrogé, à l'exception des | ruimte van het hoger onderwijs en betreffende de herfinanciering van |
dispositions maintenues transitoirement en vigueur en vertu de ce | de universiteiten wordt opgeheven, met uitzondering van de geleidelijk |
présent décret qui sont abrogées progressivement. | opgeheven bepalingen die tijdelijk van kracht worden behouden |
overeenkomstig dit decreet. | |
Toutefois, jusqu'à leur abrogation explicite, les articles 50, 107 et | Nochtans blijven de artikelen 50, 107 en 159, zoals gewijzigd, van dit |
159, tels que modifiés, de ce décret du 31 mars 2004 précité restent en vigueur ». | decreet van 31 maart 2004, tot hun expliciete opheffing, van kracht ». |
B.2.3. L'article 24 du décret du 16 juin 2016, entré en vigueur le 1er | B.2.3. Bij artikel 24 van het decreet van 16 juni 2016, in werking |
janvier 2016 (article 30 du même décret), abroge l'article 107 du | getreden op 1 januari 2016 (artikel 30 van hetzelfde decreet), wordt |
décret du 31 mars 2004. | artikel 107 van het decreet van 31 maart 2004 opgeheven. |
Quant à la première question préjudicielle | Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag |
B.3. Il ressort des motifs de la décision de renvoi que la Cour est | B.3. Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof |
wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid, met de | |
invitée à statuer sur la compatibilité, avec les articles 10, 11 et | artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet, van artikel 107, tweede |
24, § 4, de la Constitution, de l'article 107, alinéa 2, du décret du | |
31 mars 2004, en ce que cette disposition traite de manière identique | lid, van het decreet van 31 maart 2004, in zoverre die bepaling de « |
l'Université libre de Bruxelles et les autres universités reconnues | Université libre de Bruxelles » en de andere door de Franse |
par la Communauté française. | Gemeenschap erkende universiteiten gelijk behandelt. |
B.4.1. L'article 24, § 4, de la Constitution dispose : | B.4.1. Artikel 24, § 4, van de Grondwet bepaalt : |
« Tous les élèves ou étudiants, parents, membres du personnel et | « Alle leerlingen of studenten, ouders, personeelsleden en |
établissements d'enseignement sont égaux devant la loi ou le décret. | onderwijsinstellingen zijn gelijk voor de wet of het decreet. De wet |
La loi et le décret prennent en compte les différences objectives, | en het decreet houden rekening met objectieve verschillen, waaronder |
notamment les caractéristiques propres à chaque pouvoir organisateur, | de eigen karakteristieken van iedere inrichtende macht, die een |
qui justifient un traitement approprié ». | aangepaste behandeling verantwoorden ». |
Cette disposition énonce, dans le domaine de l'enseignement, le | In die bepaling wordt, op onderwijsgebied, het beginsel van gelijkheid |
principe d'égalité et de non-discrimination reconnu de manière | en niet-discriminatie uitgedrukt dat op algemene wijze bij de |
générale par les articles 10 et 11 de la Constitution. | artikelen 10 en 11 van de Grondwet is gewaarborgd. |
B.4.2. Ce principe s'oppose à ce que soient traitées de manière | B.4.2. Dat beginsel verzet zich ertegen dat categorieën van personen |
identique, sans qu'apparaisse une justification raisonnable, des | die zich ten aanzien van de in het geding zijnde maatregel in |
catégories de personnes se trouvant dans des situations qui, au regard | wezenlijk verschillende situaties bevinden, op identieke wijze worden |
de la mesure en cause, sont essentiellement différentes. | behandeld, zonder dat daarvoor een redelijke verantwoording bestaat. |
L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant | Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld |
compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la | rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel |
nature des principes en cause; le principe d'égalité et de | en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het beginsel van |
non-discrimination est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas | gelijkheid en niet-discriminatie is geschonden wanneer vaststaat dat |
de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés | geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende |
et le but visé. | middelen en het beoogde doel. |
B.5.1. Chaque institution universitaire visée à l'article 25 de la loi | B.5.1. Elke in artikel 25 van de wet van 27 juli 1971 beoogde |
du 27 juillet 1971 bénéficie d'une allocation annuelle de | universitaire instelling geniet een jaarlijkse werkingstoelage die een |
fonctionnement comprenant une partie fixe et une partie variable qui | vast deel omvat alsook een variabel deel dat, in beginsel, in |
est, en principe, fonction du nombre d'étudiants régulièrement | verhouding staat tot het aantal studenten die volgens de regels bij |
inscrits auprès de cette institution. | die instelling zijn ingeschreven. |
Les articles 30 et 32 de la même loi prévoient que, au-delà d'un | In de artikelen 30 en 32 van dezelfde wet is erin voorzien dat, boven |
certain nombre d'étudiants inscrits auprès d'une institution | een bepaald, vooraf bij de wet vastgelegd, aantal bij een |
universitaire, fixé préalablement par la loi, la partie variable de | universitaire instelling ingeschreven studenten, het variabele deel |
l'allocation de fonctionnement augmente moins que lorsque la | van de werkingstoelage minder stijgt dan wanneer de toename van dat |
croissance du nombre de ces étudiants n'entraîne pas de dépassement du | aantal studenten niet leidt tot een overschrijding van het bij de wet |
plafond fixé par la loi. | vastgelegde plafond. |
L'article 107, alinéa 2, du décret du 31 mars 2004, qui constitue la | In artikel 107, tweede lid, van het decreet van 31 maart 2004, dat de |
disposition en cause, prévoit que cette règle ne s'applique pas au | in het geding zijnde bepaling vormt, is erin voorzien dat die regel |
financement des universités qui ont fusionné en application de | niet van toepassing is op de financiering van de universiteiten die |
l'article 107, alinéa 1er, du même décret. | zijn gefuseerd met toepassing van artikel 107, eerste lid, van |
hetzelfde decreet. | |
B.5.2. L'article 107, alinéa 1er, du décret du 31 mars 2004 est entré | B.5.2. Artikel 107, eerste lid, van het decreet van 31 maart 2004 is |
en vigueur le 18 juin 2004, jour de la publication de ce décret au | in werking getreden op 18 juni 2004, de dag waarop dat decreet in het |
Moniteur belge (article 190 du même décret). A partir de ce jour-là, | Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt (artikel 190 van hetzelfde |
toute université reconnue par la Communauté française pouvait | decreet). Vanaf die dag kon elke door de Franse Gemeenschap erkende |
fusionner avec une autre université reconnue par la Communauté | universiteit met een andere door de Franse Gemeenschap erkende |
française, moyennant le respect des conditions suivantes. | universiteit fuseren, mits de volgende voorwaarden in acht werden |
Les deux universités devaient être membres de la même académie | genomen. De beide universiteiten dienden lid te zijn van dezelfde universitaire |
universitaire, de sorte que l'Université de Liège, l'Université | academie, zodat de « Université de Liège », de « Université catholique |
catholique de Louvain et l'Université libre de Bruxelles ne pouvaient | de Louvain » en de « Université libre de Bruxelles » onderling niet |
fusionner entre elles puisqu'elles ne pouvaient être membres d'une | konden fuseren aangezien zij geen lid konden zijn van eenzelfde |
même académie (article 90, alinéas 1er et 3, du décret du 31 mars | academie (artikel 90, eerste en derde lid, van het decreet van 31 |
2004, lu en combinaison avec l'article 10, 1°, 2° et 3°, du même | maart 2004, in samenhang gelezen met artikel 10, 1°, 2° en 3°, van |
décret). La fusion était, en outre, subordonnée à la décision du | hetzelfde decreet). De fusie was bovendien, enerzijds, onderworpen aan |
conseil d'administration de chacune des deux institutions concernées | een beslissing van de raad van beheer van elk van de beide betrokken |
instellingen die slechts kon worden genomen met een « gekwalificeerde | |
qui ne pouvait être prise qu'à la « majorité qualifiée » (article 107, | meerderheid » (artikel 107, eerste lid, van het decreet van 31 maart |
alinéa 1er, du même décret) et, en cas de fusion impliquant | 2004) en, anderzijds, in geval van een fusie waarbij de « Université |
l'Université de Liège, l'Université de Mons-Hainaut ou la Faculté | de Liège », de « Université de Mons-Hainaut » of de « Faculté |
universitaire des Sciences agronomiques de Gembloux, à l'autorisation | universitaire des sciences agronomiques de Gembloux » betrokken zijn, |
du Gouvernement de la Communauté française (article 108 du même | aan de goedkeuring van de Franse Gemeenschapsregering (artikel 108 van |
décret). | hetzelfde decreet). |
Le 1er octobre 2014, le Gouvernement de la Communauté française a | Op 1 oktober 2014 heeft de Franse Gemeenschapsregering de statuten |
approuvé les statuts des Pôles académiques institués par l'article 62 | goedgekeurd van de academische polen ingesteld bij artikel 62 van het |
du décret du 7 novembre 2013 (article 1er de l'arrêté du 1er octobre | decreet van 7 november 2013 (artikel 1 van het besluit van 1 oktober |
2014 « approuvant les statuts des ASBL ' Le Pôle Hainuyer ', ' Pôle | 2014 « tot goedkeuring van de statuten van de vzw's ' Le Pôle Hainuyer |
Académique Louvain ', ' Pôle Académique de Namur ASBL ', ' Pôle | ', ' Pôle Académique Louvain ', ' Pôle Académique de Namur ASBL ', ' |
académique Liège-Luxembourg, ASBL ', ' Pôle académique de Bruxelles ' | Pôle académique Liège-Luxembourg, ASBL ', ' Pôle académique de |
»). Cette approbation a eu pour effet de dissoudre les académies | Bruxelles ' »). Die goedkeuring heeft tot gevolg gehad dat de |
universitaire academies die waren opgericht met toepassing van het | |
universitaires créées en application du décret du 31 mars 2004 | decreet van 31 maart 2004, werden ontbonden (artikel 160, eerste lid, |
(article 160, alinéa 1er, du décret du 7 novembre 2013), et | van het decreet van 7 november 2013) en dat bijgevolg elke nieuwe |
d'empêcher, par conséquent, toute nouvelle fusion conforme à l'article | |
107, alinéa 1er, du décret du 31 mars 2004, faute de pouvoir encore | fusie overeenkomstig artikel 107, eerste lid, van het decreet van 31 |
maart 2004 werd belet, omdat de voormelde eerste voorwaarde niet | |
remplir la première condition précitée. | langer kon worden vervuld. |
B.6. Avant le 1er octobre 2014, les universités reconnues par la | B.6. Vóór 1 oktober 2014 waren de door de Franse Gemeenschap erkende |
Communauté française autres que l'Université libre de Bruxelles | Universiteiten, naast de « Université libre de Bruxelles », de « |
étaient l'Université de Liège, l'Université catholique de Louvain, | Université de Liège », de « Université catholique de Louvain », de « |
l'Université de Mons, l'Université de Namur et l'Université | Université de Mons », de « Université de Namur » en de « Université |
Saint-Louis-Bruxelles (article 10 du décret du 7 novembre 2013). | Saint-Louis-Bruxelles » (artikel 10 van het decreet van 7 november |
L'Université libre de Bruxelles était la seule de ces universités qui | 2013). De « Université libre de Bruxelles » was de enige van die |
n'était ni organisée par la Communauté française ni confessionnelle. | universiteiten die noch door de Franse Gemeenschap ingericht was, noch |
Cette différence entre l'Université libre de Bruxelles et les autres | confessioneel was. Dat verschil tussen de « Université libre de Bruxelles » en de andere |
universités reconnues par la Communauté française pouvait rendre la | door de Franse Gemeenschap erkende universiteiten kon de fusie van de |
fusion de la première avec une autre université plus difficile, de | eerste met een andere universiteit moeilijker maken, zodat de « |
sorte que l'Université libre de Bruxelles est, au regard de la | Université libre de Bruxelles » zich ten aanzien van de in het geding |
zijnde bepaling in een situatie bevindt die wezenlijk verschilt van | |
disposition en cause, dans une situation essentiellement différente | die van de andere door de Franse Gemeenschap erkende universiteiten. |
des autres universités reconnues par la Communauté française. | B.7. De doelstelling van artikel 107, tweede lid, van het decreet van |
B.7. L'objectif de l'article 107, alinéa 2, du décret du 31 mars 2004 | 31 maart 2004 bestond erin de voor een fusie van instellingen binnen |
était de « lever » les « conditions de financement défavorables » à | |
une « fusion d'institutions au sein d'une académie » (Doc. parl., | een academie ongunstige financieringsvoorwaarden op te heffen (Parl. |
Parlement de la Communauté française, 2003-2004, n° 498/1, p. 13). | St., Parlement van de Franse Gemeenschap, 2003-2004, nr. 498/1, p. |
A la suite d'une fusion de deux universités, l'addition des nombres | 13). |
d'étudiants préalablement inscrits auprès de celles-ci pouvait, en | Ingevolge een fusie van twee universiteiten kon de optelling van de |
effet, entraîner ou augmenter le dépassement d'un ou de plusieurs | aantallen studenten die voorheen daarbij waren ingeschreven, immers de |
plafonds déterminés par l'article 32 de la loi du 27 juillet 1971 et, | overschrijding van een of meer plafonds bepaald bij artikel 32 van de |
par conséquent, faire apparaître, dans le calcul de la partie variable | wet van 27 juli 1971 met zich meebrengen of doen toenemen, waardoor in |
de l'allocation annuelle de fonctionnement, un nombre d'étudiants au | de berekening van het variabele deel van de jaarlijkse werkingstoelage |
coefficient de pondération réduit conformément à l'article 30 de la | een aantal studenten verschijnt waarop, overeenkomstig artikel 30 van |
loi du 27 juillet 1971, ou faire augmenter un tel nombre s'il existait | de wet van 27 juli 1971, een verminderde wegingscoëfficiënt wordt |
toegepast of waardoor dat aantal toeneemt, indien het reeds vóór de | |
déjà avant la fusion. | fusie bestond. |
La disposition en cause tendait à éviter cette conséquence de la | De in het geding zijnde bepaling strekte ertoe dat gevolg van de fusie |
fusion de deux universités. | van twee universiteiten te vermijden. |
B.8. La non-application, à l'université née d'une fusion de deux | B.8. De niet-toepassing op de universiteit die is ontstaan uit een |
institutions universitaires, du plafonnement de la partie variable de | fusie van twee universitaire instellingen, van de begrenzing van het |
l'allocation annuelle de financement résultant de l'application des | variabele deel van de jaarlijkse financieringstoelage die het gevolg |
articles 30 et 32 de la loi du 27 juillet 1971, telle qu'elle est | is van de toepassing van de artikelen 30 en 32 van de wet van 27 juli |
prévue par la disposition en cause, peut avoir une incidence favorable | 1971 zoals daarin is voorzien bij de in het geding zijnde bepaling, |
sur le calcul du montant de la partie variable de l'allocation | kan een gunstige weerslag hebben op de berekening van het bedrag van |
annuelle de fonctionnement versée à cette université. | het variabele deel van de aan die universiteit betaalde jaarlijkse |
werkingstoelage. | |
Dans ce cas, elle a, par répercussion, une incidence défavorable sur | In dat geval heeft zij bijgevolg een ongunstige weerslag op het bedrag |
le montant de la partie variable de l'allocation annuelle de | van het variabele deel van de jaarlijkse werkingstoelage die wordt |
fonctionnement versée aux universités qui ne fusionnent pas ou qui ne | betaald aan de universiteiten die niet fuseren of die niet zijn |
sont pas issues d'une fusion, puisque la partie variable de | ontstaan uit een fusie, aangezien het variabele deel van de toelage |
l'allocation qui revient à chaque université constitue la quote-part | die toekomt aan elke universiteit, het aandeel vormt van een |
d'un montant global fixé préalablement par l'article 29, § 2, de la | totaalbedrag dat vooraf is vastgelegd bij artikel 29, § 2, van de wet |
loi du 27 juillet 1971. Toute augmentation de la partie variable de | van 27 juli 1971. Elke verhoging van het variabele deel van de toelage |
l'allocation qui revient à une université diminue le montant total des | die aan een universiteit toekomt, vermindert het totale bedrag van de |
quotes-parts attribuées aux autres universités. | aandelen die aan de andere universiteiten worden toegewezen. |
B.9. L'identité de traitement entre l'Université libre de Bruxelles et | B.9. De gelijke behandeling van de « Université libre de Bruxelles » |
les autres universités reconnues par la Communauté française n'en | en de andere door de Franse Gemeenschap erkende universiteiten blijft |
reste pas moins raisonnablement justifiée, compte tenu de l'objectif | desalniettemin redelijk verantwoord, gelet op de met de in het geding |
poursuivi par la disposition en cause. | zijnde bepaling nagestreefde doelstelling. |
Comme il est dit en B.5.2, les conditions à remplir pour la fusion | Zoals in B.5.2 is vermeld, zijn de te vervullen voorwaarden voor de |
d'universités qui ne sont pas organisées par la Communauté française | fusie van universiteiten die niet door de Franse Gemeenschap worden |
sont identiques, à l'instar des conditions à remplir pour la fusion | ingericht, identiek, net zoals de te vervullen voorwaarden voor de |
d'une telle université avec l'Université libre de Bruxelles ou avec | fusie van een dergelijke universiteit met de « Université libre de |
une autre université non organisée par la Communauté française. Du | Bruxelles » of met een andere universiteit die niet door de Franse |
Gemeenschap wordt ingericht. Voor het overige hebben die voorwaarden | |
reste, ces conditions n'ont pas empêché la Faculté polytechnique de | de « Faculté polytechnique de Mons », die, net zoals de « Université |
Mons qui, à l'instar de l'Université libre de Bruxelles, n'était ni | libre de Bruxelles », noch door de Franse Gemeenschap ingericht was, |
organisée par la Communauté française ni confessionnelle, de fusionner | noch confessioneel was, niet belet om te fuseren met de « Université |
avec l'Université de Mons-Hainaut, qui était organisée par la | de Mons-Hainaut », die door de Franse Gemeenschap ingericht was |
Communauté française (décret du 28 novembre 2008 « portant intégration | (decreet van 28 november 2008 « tot integratie van de ' Faculté |
de la Faculté universitaire des sciences agronomiques de Gembloux au | universitaire des sciences agronomiques de Gembloux ' in de ' |
sein de l'Université de Liège, création de l'Université de Mons par | Université de Liège ', oprichting van de ' Université de Mons ' door |
fusion de l'Université de Mons-Hainaut et de la Faculté polytechnique | de fusie van de ' Université de Mons-Hainaut ' en de ' Faculté |
de Mons, restructurant des habilitations universitaires et refinançant | polytechnique de Mons ', herstructurering van de universitaire |
les Universités »). | machtigingen en herfinanciering van de Universiteiten »). |
En outre, les effets potentiellement défavorables de la fusion de deux | Bovendien zijn de potentieel ongunstige gevolgen van de fusie van twee |
universités sur le montant de la partie variable de l'allocation | universiteiten voor het bedrag van het variabele deel van de |
annuelle de fonctionnement des autres universités sont les mêmes pour | jaarlijkse werkingstoelage van de andere universiteiten dezelfde voor |
l'Université libre de Bruxelles et pour d'autres universités non | de « Université libre de Bruxelles » als voor andere universiteiten |
fusionnées ou ne résultant pas d'une fusion. | die niet zijn gefuseerd of die niet uit een fusie voortkomen. |
B.10. La première question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.10. De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Quant à la seconde question préjudicielle | Ten aanzien van de tweede prejudiciële vraag |
B.11. Il ressort des motifs de la décision de renvoi que la Cour est | B.11. Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het |
Hof wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid, met de | |
invitée à statuer sur la compatibilité, avec les articles 10, 11 et | artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet, van artikel 29, § 2, van |
24, § 4, de la Constitution, de l'article 29, § 2, de la loi du 27 | de wet van 27 juli 1971, in samenhang gelezen met artikel 107, tweede |
juillet 1971, lu en combinaison avec l'article 107, alinéa 2, du | |
décret du 31 mars 2004, en ce que ces dispositions introduiraient une | lid, van het decreet van 31 maart 2004, in zoverre die bepalingen een |
différence de traitement entre, d'une part, les universités nées de la | verschil in behandeling zouden invoeren tussen, enerzijds, de |
fusion entre deux universités qui étaient membres d'une même académie | universiteiten die zijn ontstaan uit de fusie tussen twee |
universitaire et, d'autre part, les universités qui ne résultent pas | universiteiten die lid waren van eenzelfde universitaire academie en, |
d'une telle fusion, seules les premières pouvant bénéficier de la | anderzijds, de universiteiten die niet uit een dergelijke fusie |
voortkomen, waarbij alleen de eerste het voordeel van de | |
non-application des articles 30 et 32 de la loi du 27 juillet 1971. | niet-toepassing van de artikelen 30 en 32 van de wet van 27 juli 1971 |
kunnen genieten. | |
B.12. Les articles 29, § 2, 30 et 32 de la loi du 27 juillet 1971 et | B.12. De artikelen 29, § 2, 30 en 32 van de wet van 27 juli 1971 en |
l'article 107, alinéa 2, du décret du 31 mars 2004 sont mentionnés en | artikel 107, tweede lid, van het decreet van 31 maart 2004 zijn |
B.1.3, B.1.5 et B.2.1. | vermeld in B.1.3, B.1.5 en B.2.1. |
En substance, ils signifient que le législateur compétent établit le | In essentie komen ze hierop neer dat de bevoegde wetgever het |
montant total affecté à la partie variable de l'allocation annuelle de | totaalbedrag vastlegt dat wordt bestemd voor het variabele deel van de |
fonctionnement qui est répartie entre les établissements | jaarlijkse werkingstoelage die onder de universitaire instellingen |
universitaires, que, pour le nombre d'étudiants qui dépasse un plafond | wordt verdeeld, dat voor het aantal studenten dat een bepaald plafond |
donné, la partie variable de l'allocation annuelle de fonctionnement | overtreft het variabele deel van de jaarlijkse werkingstoelage wordt |
est limitée à 85 % et, enfin, que cette limitation ne s'applique pas | begrensd tot 85 % en ten slotte dat die begrenzing niet geldt voor de |
aux universités qui sont issues de la fusion d'institutions | universiteiten die zijn ontstaan uit een fusie van universitaire |
universitaires. | instellingen. |
B.13. C'est cette dernière mesure, qui figure dans l'article 107, | B.13. Het is het laatst bepaalde, hetgeen besloten ligt in artikel |
alinéa 2, du décret du 31 mars 2004, qui est surtout critiquée par la | 107, tweede lid, van het decreet van 31 maart 2004, dat door de |
partie demanderesse devant la juridiction a quo. | eisende partij voor het verwijzende rechtscollege vooral bekritiseerd |
B.14. Comme il est dit en B.7, l'objectif poursuivi par l'article 107, | wordt. B.14. Zoals in B.7 reeds is vermeld, bestond de doelstelling van het |
alinéa 2, précité, est de lever les conditions de financement | voormelde artikel 107, tweede lid, erin de voor een fusie van |
défavorables à une fusion d'institutions au sein d'une académie. A la | instellingen binnen een academie ongunstige financieringsvoorwaarden |
suite d'une fusion, l'addition des nombres d'étudiants pouvait, en | op te heffen. Ingevolge een fusie kon de optelling van de aantallen |
effet, entraîner ou augmenter le dépassement d'un ou plusieurs | studenten immers de overschrijding van een of meer plafonds bepaald |
plafonds déterminés par l'article 32 de la loi du 27 juillet 1971. | bij artikel 32 van de wet van 27 juli 1971 met zich meebrengen of doen |
Cette disposition visait aussi à inciter les universités à fusionner. | toenemen. Die bepaling strekte eveneens ertoe de universiteiten tot |
La fusion d'établissements universitaires constitue dès lors un | fusies aan te moedigen. De fusie van universitaire instellingen is dan |
critère de distinction pertinent à la lumière des objectifs légitimes | ook een pertinent criterium van onderscheid in het licht van de |
qui sont poursuivis. | nagestreefde legitieme doelstellingen. |
B.15. L'incidence défavorable d'une fusion sur le montant de la partie | B.15. Het ongunstige gevolg van een fusie voor het bedrag van het |
variable de l'allocation annuelle de fonctionnement versée aux | variabele deel van de jaarlijkse werkingstoelage voor de |
universités qui ne fusionnent pas ou qui ne sont pas issues d'une | universiteiten die niet fuseren of die niet zijn ontstaan uit een |
fusion découle du fait que la partie variable de l'allocation qui | fusie, vloeit voort uit het feit dat het variabele deel van de toelage |
revient à chaque université constitue la quote-part d'un montant | die toekomt aan elke universiteit, het aandeel vormt van een |
global fixé préalablement. Le fait que toute augmentation de la partie | totaalbedrag dat vooraf is vastgelegd. Het is eigen aan een « gesloten |
variable de l'allocation qui revient à une université diminue le | enveloppensysteem » dat elke verhoging van het variabele deel van de |
montant total des quotes-parts attribuées aux autres universités est inhérent au « système d'enveloppe fermée ». Compte tenu, d'une part, de la réponse à la première question préjudicielle et, d'autre part, du fait que les chiffres ne permettent pas d'établir avec certitude dans quelle mesure une université n'ayant pas fusionné serait discriminée par rapport à une université ayant fusionné, qui, outre à d'éventuelles économies d'échelle, fait aussi éventuellement face à des surcoûts, les dispositions en cause n'ont pas d'effets manifestement disproportionnés. B.16. La seconde question préjudicielle appelle une réponse négative. Par ces motifs, la Cour | toelage die aan een universiteit toekomt het totale bedrag vermindert van de aandelen die aan de andere universiteiten worden toegewezen. Rekening houdend met, enerzijds, het antwoord op de eerste prejudiciële vraag en, anderzijds, het feit dat de cijfers niet toelaten met zekerheid vast te stellen in welke mate een niet-gefusioneerde universiteit zou worden benadeeld tegenover een gefusioneerde universiteit, die naast mogelijke schaalvoordelen ook mogelijke meerkosten heeft, sorteren de in het geding zijnde bepalingen geen kennelijk onevenredige gevolgen. B.16. De tweede prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. Om die redenen, het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 29, § 2, de la loi du 27 juillet 1971 « sur le financement | Artikel 29, § 2, van de wet van 27 juli 1971 « op de financiering en |
et le contrôle des institutions universitaires » et l'article 107, | de controle van de universitaire instellingen » en artikel 107, tweede |
alinéa 2, du décret de la Communauté française du 31 mars 2004 « | lid, van het decreet van de Franse Gemeenschap van 31 maart 2004 « |
définissant l'enseignement supérieur, favorisant son intégration à | betreffende de organisatie van het hoger onderwijs ter bevordering van |
de integratie in de Europese ruimte van het hoger onderwijs en | |
l'espace européen de l'enseignement supérieur et refinançant les | betreffende de herfinanciering van de universiteiten », in samenhang |
universités », lus en combinaison, ne violent pas les articles 10, 11 | gelezen, schenden de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de Grondwet |
et 24, § 4, de la Constitution. | niet. |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 18 mai 2017. | op 18 mei 2017. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
Le président, | De voorzitter, |
J. Spreutels | J. Spreutels |