← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 25/2017 du 16 février 2017 Numéro du rôle : 6412 En cause :
la question préjudicielle relative à l'article 356-1 du Code civil, lu en combinaison avec les articles
162, 164 et 343, § 1 er , b), du Code civi La Cour constitutionnelle, composée
des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges J.-(...)"
Extrait de l'arrêt n° 25/2017 du 16 février 2017 Numéro du rôle : 6412 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 356-1 du Code civil, lu en combinaison avec les articles 162, 164 et 343, § 1 er , b), du Code civi La Cour constitutionnelle, composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges J.-(...) | Uittreksel uit arrest nr. 25/2017 van 16 februari 2017 Rolnummer : 6412 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 356-1 van het Burgerlijk Wetboek, in samenhang gelezen met de artikelen 162, 164 en 343, § 1, b), van het Burgerl Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de recht(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 25/2017 du 16 février 2017 | Uittreksel uit arrest nr. 25/2017 van 16 februari 2017 |
Numéro du rôle : 6412 | Rolnummer : 6412 |
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 356-1 du | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 356-1 van het |
Code civil, lu en combinaison avec les articles 162, 164 et 343, § 1er, | Burgerlijk Wetboek, in samenhang gelezen met de artikelen 162, 164 en |
b), du Code civil, posée par le Tribunal de première instance de | 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank |
Flandre occidentale, division Bruges. | van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges | samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de |
J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, P. Nihoul et R. Leysen, | rechters J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, P. Nihoul en R. |
assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président E. De | Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder |
Groot, | voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 1er avril 2016 concernant l'adoption simple nationale | Bij vonnis van 1 april 2016 in zake de totstandkoming van de |
de S.V., H.V et A.V. par N.V., dont l'expédition est parvenue au | binnenlandse gewone adoptie van S.V., H.V en A.V. door N.V., waarvan |
greffe de la Cour le 21 avril 2016, le Tribunal de première instance | de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 21 april 2016, |
de Flandre occidentale, division Bruges, a posé la question | heeft de Rechtbank van eerste aanleg West-Vlaanderen, afdeling Brugge, |
préjudicielle suivante : | de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 356-1, alinéas 1er et 2, du Code civil, combiné avec les | « Schendt artikel 356-1, lid 1 en 2 van het Burgerlijk Wetboek in |
articles 162, 164 et 343, § 1er, b), du Code civil, viole-t-il les | samenhang gelezen met de artikelen 162, 164 en 343 § 1 b) van het |
articles 10, 11 et 22bis de la Constitution ainsi que les articles 8 | Burgerlijk Wetboek, de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet en de |
et 14 de la Convention européenne de sauvegarde des droits de l'homme | artikelen 8 en 14 van het Europees Verdrag tot bescherming van de |
et des libertés fondamentales du 4 novembre 1950, en ce qu'il | Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden van 4 november 1950, |
n'autorise pas l'adoption simple des enfants d'un partenaire | in zoverre het de gewone adoptie van de kinderen van de ene wettelijke |
cohabitant légal par l'autre partenaire cohabitant légal en cas | samenwonende partner door de andere wettelijke samenwonende partner |
d'empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser par suite de | niet toelaat wanneer er sprake is van een huwelijksbeletsel waarvoor |
l'adoption plénière d'un des partenaires cohabitants légaux par les | de Koning geen ontheffing kan verlenen als gevolg van de volle adoptie |
parents de l'autre partenaire, alors que, dans d'autres situations | van één van de wettelijke samenwonende partners door de ouders van de |
comparables, comme celle dans laquelle les partenaires cohabitants | andere partner, terwijl in andere vergelijkbare situaties, zoals |
légaux sont frère et soeur par alliance et pour laquelle il n'existe | wanneer de wettelijk samenwonende partners zich verhouden als |
pas d'empêchement à mariage ou celle dans laquelle un des partenaires | stiefbroer en stiefzus en waarbij er geen huwelijksbeletsel bestaat of |
cohabitants légaux a fait l'objet d'une adoption simple, pour laquelle | wanneer één van de wettelijke samenwonende partners het voorwerp is |
le Roi peut accorder une dispense eu égard au prescrit de l'article | geweest van een gewone adoptie waarbij een ontheffing door de Koning |
353-13, 4°, du Code civil, l'adoption simple des enfants d'un | wel mogelijk is gelet op het bepaalde in artikel 353-13, 4° B.W., een |
gewone adoptie van de kinderen van de ene wettelijke samenwonende | |
partenaire cohabitant légal par l'autre partenaire cohabitant légal | partner door de andere wettelijke samenwonende partner wel mogelijk is |
est possible ? ». | ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
Quant aux dispositions attaquées | Ten aanzien van de in het geding zijnde bepalingen |
B.1.1. La question préjudicielle concerne l'article 356-1, alinéas 1er | B.1.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 356-1, eerste |
en tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek, in samenhang gelezen met de | |
et 2, du Code civil, combiné avec les articles 162, 164 et 343, § 1er, | artikelen 162, 164 en 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek. |
b), du Code civil. L'article 356-1, alinéas 1er et 2, du Code civil dispose : | Artikel 356-1, eerste en tweede lid, van het Burgerlijk Wetboek bepaalt : |
« L'adoption plénière confère à l'enfant et à ses descendants un | « De volle adoptie verleent aan het kind en zijn afstammelingen een |
statut comportant des droits et obligations identiques à ceux qu'ils | statuut met dezelfde rechten en verplichtingen, als ware het kind |
geboren uit de adoptant of uit de adoptanten. | |
auraient si l'enfant était né de l'adoptant ou des adoptants. | Onder voorbehoud van de huwelijksbeletsels omschreven in de artikelen |
Sous réserve des empêchements à mariage prévus aux articles 161 à 164, | 161 tot 164, houdt het kind dat ten volle is geadopteerd, op tot zijn |
l'enfant qui fait l'objet d'une adoption plénière cesse d'appartenir à | |
sa famille d'origine ». | oorspronkelijke familie te behoren ». |
L'article 162 du Code civil dispose : | Artikel 162 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt : |
« Art. 162.En ligne collatérale, le mariage est prohibé entre frères, |
« In de zijlijn is het huwelijk verboden tussen broers, tussen zusters |
entre soeurs ou entre frères et soeurs ». | of tussen broer en zuster ». |
L'article 164 du Code civil dispose : | Artikel 164 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt : |
« Art. 164.Néanmoins, il est loisible au Roi de lever, pour des |
|
causes graves, la prohibition prévue pour les alliés au sens de | |
l'article 161 et la prohibition portée au précédent article ». | « Echter kan de Koning, om gewichtige redenen, het in artikel 161 |
bedoelde verbod voor aanverwanten en het in het vorige artikel bevatte | |
verbod opheffen ». | |
L'article 343, § 1er, b), du Code civil dispose : | Artikel 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek bepaalt : |
« On entend par : | « Er wordt verstaan onder : |
[...] | [...] |
b) cohabitants : deux personnes ayant fait une déclaration de | b) samenwonenden: twee personen die een verklaring van wettelijke |
cohabitation légale ou deux personnes qui vivent ensemble de façon | samenwoning hebben afgelegd of twee personen die op een permanente en |
permanente et affective depuis au moins trois ans au moment de | affectieve wijze samenwonen sedert ten minste drie jaar op het |
l'introduction de la demande en adoption, pour autant qu'elles ne | tijdstip van de indiening van het verzoek om adoptie, voor zover zij |
soient pas unies par un lien de parenté entraînant une prohibition de | niet door een band van bloedverwantschap zijn verbonden die leidt tot |
mariage dont elles ne peuvent être dispensées par le Roi; | een huwelijksverbod waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen; |
[...] ». | [...] ». |
B.1.2. Ingevolge die bepalingen bestaat er een absoluut | |
B.1.2. En vertu de ces dispositions, il existe un empêchement absolu à | huwelijksbeletsel in de zijlijn tussen broers, tussen zusters en |
mariage entre frères, entre soeurs et entre frères et soeurs; le Roi | tussen een broer en een zuster; hiervoor kan geen ontheffing worden |
ne peut lever cette prohibition (article 164 du Code civil). En outre, | verleend door de Koning (artikel 164 van het Burgerlijk Wetboek). |
le lien de filiation adoptive résultant d'une adoption plénière a, en | Bovendien heeft de adoptieve afstammingsband bij volle adoptie |
ce qui concerne les empêchements à mariage, le même effet que le lien | dezelfde uitwerking wat betreft de huwelijksbeletsels als de |
de filiation biologique. | biologische afstammingsband. |
B.2. Il ressort des faits du litige pendant devant le juge a quo que | B.2. Uit de feiten van het voor de verwijzende rechter hangende |
celui-ci doit se prononcer sur une demande en adoption simple, | geschil blijkt dat die rechter zich dient uit te spreken over een |
introduite par un homme, des enfants mineurs de sa soeur adoptive. La mère légale des enfants qui font l'objet de la demande d'adoption est la soeur adoptive du candidat adoptant, car elle a fait l'objet d'une adoption plénière par les parents de celui-ci. Les faits font également apparaître que les enfants n'ont pas de père légal, que le père biologique n'est pas connu, que la mère et le candidat adoptant cohabitent légalement, qu'il existe un lien social et affectif étroit entre les enfants à adopter et le candidat adoptant et que tant la mère légale que les enfants concernés se déclarent explicitement d'accord avec l'adoption simple. La Cour limite son examen de la question préjudicielle à la situation caractérisée par ces éléments. B.3. Il découlerait de la lecture conjointe des dispositions en cause, telles qu'elles sont interprétées par le juge a quo, qu'une adoption simple des enfants d'un des partenaires par l'autre est possible lorsque le candidat adoptant est marié au parent légal, lorsque le candidat adoptant et ce parent ont fait une déclaration de cohabitation légale ou lorsque le candidat adoptant et ce parent cohabitent de manière permanente et affective depuis au moins trois ans, pour autant qu'ils ne soient pas unis par un lien de parenté entraînant une prohibition de mariage que le Roi ne peut lever. Lorsque le candidat adoptant et le parent légal sont unis par un lien de parenté donnant lieu à une prohibition de mariage que le Roi ne peut lever, l'adoption simple des enfants du parent légal est impossible. B.4. La Cour est invitée à examiner la situation décrite en B.2, en ce que le candidat adoptant ne peut adopter les enfants parce qu'existe entre lui et la mère de ceux-ci un empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser. La Cour est invitée à comparer cette situation à | verzoek, uitgaande van een man, tot gewone adoptie van de minderjarige kinderen van zijn adoptiezus. De wettelijke moeder van de kinderen die het voorwerp van het verzoek tot adoptie uitmaken, is de adoptiezus van de kandidaat-adoptant, aangezien zij door diens ouders ten volle werd geadopteerd. De feiten doen er eveneens van blijken dat de kinderen geen wettelijke vader hebben, dat de biologische vader niet bekend is, dat de moeder en de kandidaat-adoptant wettelijk samenwonen, dat er een nauwe sociale en affectieve band bestaat tussen de te adopteren kinderen en de kandidaat-adoptant, en dat zowel de wettelijke moeder als de desbetreffende kinderen zich uitdrukkelijk akkoord verklaren met de gewone adoptie. Het Hof beperkt zijn onderzoek van de prejudiciële vraag tot de door die elementen bepaalde situatie. B.3. Uit het in samenhang lezen van de in het geding zijnde bepalingen, zoals geïnterpreteerd door de verwijzende rechter, zou volgen dat een gewone adoptie van de kinderen van een van de partners door de andere partner mogelijk is, wanneer de kandidaat-adoptant gehuwd is met de wettelijke ouder, wanneer de kandidaat-adoptant en die ouder een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd, of wanneer de kandidaat-adoptant en die ouder op een permanente en affectieve wijze samenwonen sedert ten minste drie jaar, voor zover zij niet door een band van verwantschap zijn verbonden die leidt tot een huwelijksverbod waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen. Wanneer de kandidaat-adoptant en de wettelijke ouder verbonden zijn door een band van verwantschap die leidt tot een absoluut huwelijksverbod waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen, is gewone adoptie van de kinderen van de wettelijke ouder niet mogelijk. B.4. Het Hof wordt verzocht de in B.2 beschreven situatie te onderzoeken in zoverre de kandidaat-adoptant de kinderen niet kan adopteren omdat er tussen hem en hun moeder een huwelijksbeletsel bestaat waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen. Het Hof wordt |
des « situations comparables ». Il existerait notamment une différence | verzocht die situatie te vergelijken met « vergelijkbare situaties ». |
de traitement entre, d'une part, la catégorie des partenaires | Er zou met name een verschil in behandeling bestaan tussen, enerzijds, |
cohabitants légaux dont l'un a fait l'objet d'une adoption plénière | de categorie van wettelijk samenwonende partners waar één van de |
par les parents de l'autre partenaire et, d'autre part, la catégorie | partners ten volle geadopteerd werd door de ouders van de andere |
des partenaires cohabitants légaux entre lesquels il n'existe qu'un | partner en, anderzijds, de categorie van wettelijk samenwonende |
lien de frère et soeur par alliance ou la catégorie des personnes | partners tussen wie slechts een band als stiefbroer en -zuster bestaat |
n'ayant pas fait l'objet d'une adoption plénière, mais seulement d'une | of de categorie waar geen volle adoptie plaatsvond, doch slechts een |
adoption simple. | gewone adoptie. |
La question préjudicielle doit dès lors être comprise comme portant | De prejudiciële vraag moet bijgevolg zo worden begrepen dat ze |
sur l'article 343, § 1er, b), du Code civil, lu en combinaison avec | betrekking heeft op artikel 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek, |
les articles 162 et 164 du même Code, en ce que cet article ne permet | in samenhang gelezen met de artikelen 162 en 164 van hetzelfde |
pas à un candidat adoptant d'obtenir l'adoption simple d'un enfant, | Wetboek, in zoverre het een kandidaat-adoptant niet toestaat om over |
te gaan tot de gewone adoptie van een kind, wanneer tussen de | |
lorsque, du fait d'un lien de parenté, il existe, entre le candidat | kandidaat-adoptant en de ouder van het kind, ingevolge een band van |
adoptant et le parent de l'enfant, un empêchement à mariage dont le | verwantschap, een huwelijksbeletsel bestaat waarvoor de Koning geen |
Roi ne peut dispenser. | ontheffing kan verlenen. |
B.5. Les empêchements à mariage, et plus particulièrement | B.5. De huwelijksbeletsels, en meer bepaald het huwelijksbeletsel in |
l'empêchement à mariage en ligne collatérale entre frères, entre | de zijlijn tussen broers, tussen zusters of tussen broer en zuster, |
soeurs ou entre frère et soeur, se fondent sur l'interdit de | |
l'inceste, fondé lui-même sur des raisons diverses. Une première | zijn gegrond op het verbod van incest, dat zelf gesteund is op diverse |
raison, d'ordre physiologique et eugénique, est le risque accru que | redenen. Een eerste reden, van fysiologische en eugenetische aard, is |
les enfants issus de mariages consanguins pourraient naître gravement | het verhoogde risico dat de kinderen uit bloedschennige huwelijken met |
handicapés. Une deuxième raison, de nature éthique ou morale, est | een ernstige handicap zouden worden geboren. Een tweede reden, van |
d'éviter que des personnes qui font partie d'un même cercle familial | ethische of morele aard, is te voorkomen dat personen die tot |
n'aient des liens qui pourraient porter atteinte à l'ordre des | eenzelfde familiekring behoren, banden hebben die afbreuk zouden |
structures familiales existantes. En outre, à travers l'empêchement à | kunnen doen aan de orde van de bestaande familiestructuren. Als derde |
mariage, le législateur veut garantir la place de chaque génération au | reden beoogt de wetgever door het huwelijksbeletsel de plaats van elke |
sein de la famille. | generatie binnen de familie te waarborgen. |
B.6.1. La condition de l'absence de lien de parenté a été instaurée | B.6.1. De voorwaarde betreffende de niet-verwantschap werd ingevoerd |
par l'article 2 de la loi du 24 avril 2003 de réforme de l'adoption, | bij artikel 2 van de wet van 24 april 2003 tot hervorming van de |
qui permet l'adoption simple par des couples non mariés, ainsi que par | adoptie, dat gewone adoptie mogelijk maakt voor ongehuwde koppels, |
les personnes qui souhaitent adopter les enfants des personnes avec | alsook voor de personen die de kinderen van de personen met wie zij |
qui elles cohabitent sans être mariées : | ongehuwd samenwonen, wensen te adopteren : |
« Trois conditions doivent cependant être remplies. La première est | « Drie voorwaarden moeten evenwel worden vervuld. De eerste voorwaarde |
que ces personnes ne peuvent être parentes l'une de l'autre. Une | is dat deze personen niet met elkaar verwant mogen zijn. Bijgevolg kan |
personne ne peut donc être adoptée par un frère et une soeur, ou par | een persoon niet worden geadopteerd door een zus en een broer of door |
un oncle et sa nièce. | een oom en zijn nicht. |
La deuxième est une condition de stabilité. [...] | De tweede voorwaarde houdt verband met de stabiliteit. [...] |
[...] | [...] |
La troisième condition porte sur la qualité de la relation des | De derde voorwaarde heeft betrekking op de hoedanigheid van de relatie |
adoptants. Il est exigé que leur union ait une nature affective » | tussen de adoptanten, die verplicht van affectieve aard moet zijn » |
(Doc. parl., Chambre, 2000-2001, DOC 50-1366/001 et DOC 50-1367/001, | (Parl. St., Kamer, 2000-2001, DOC 50-1366/001 en DOC 50-1367/001, p. |
p. 12). | 12). |
B.6.2. La première condition précitée, relative à l'absence de lien de | B.6.2. Voormelde eerste voorwaarde betreffende de niet-verwantschap |
parenté, a ensuite été précisée par l'article 241 de la loi-programme | werd nader gepreciseerd door artikel 241 van de programmawet van 27 |
du 27 décembre 2004. | december 2004. |
A cet égard, les travaux préparatoires mentionnent ce qui suit : | De parlementaire voorbereiding stelt dienaangaande : |
« Cette disposition vise à remplacer la définition de la notion de ' | « Deze bepaling strekt ertoe de definitie van het begrip ' |
cohabitants ' contenue à l'article 343, § 1er, b), nouveau, du Code | samenwonenden ' in het nieuwe artikel 343, § 1, b) van het Burgerlijk |
civil, remplacé par la loi du 24 avril 2003 réformant l'adoption. | Wetboek, vervangen bij de wet van 24 april 2003 tot hervorming van de |
Dorénavant, pour l'application de la loi précitée, il y a lieu | adoptie, te vervangen. Voortaan moet voor de toepassing van voormelde |
d'entendre par ' cohabitants ' : deux personnes de sexe différent | wet onder samenwonenden worden verstaan : twee personen van ongelijk |
ayant fait une déclaration de cohabitation légale ou deux personnes de | geslacht die een verklaring van wettelijke samenwoning hebben afgelegd |
sexe différent qui vivent ensemble de façon permanente et affective | of twee personen van ongelijk geslacht die op een permanente en |
affectieve wijze samenwonen sedert ten minste drie jaar op het | |
depuis au moins trois ans au moment de l'introduction de la demande en | tijdstip van de indiening van het verzoek tot adoptie, voor zover zij |
adoption, pour autant qu'elles ne soient pas unies par un lien de | niet door een band van bloedverwantschap of aanverwantschap zijn |
parenté ou d'alliance entraînant une prohibition de mariage dont elles | verbonden die leidt tot een huwelijksverbod waarvoor de Koning geen |
ne peuvent être dispensées par le Roi [...] » (Doc. parl., Chambre, | ontheffing kan verlenen » (Parl. St., Kamer, 2004-2005, DOC |
2004-2005, DOC 51-1437/001 et DOC 51-1438/001, p. 149). | 51-1437/001 en DOC 51-1438/001, p. 149). |
B.6.3. La condition d'absence de lien de parenté trouve sa | B.6.3. De voorwaarde betreffende de niet-verwantschap vindt haar |
justification dans l'interdit de l'inceste, mentionné en B.5. | rechtvaardiging in het in B.5 vermelde verbod op incest. |
Par ailleurs, il convient également de tenir compte de l'article | Daarnaast dient tevens rekening te worden gehouden met artikel 22bis, |
22bis, alinéa 4, de la Constitution, qui dispose que l'intérêt de | vierde lid, van de Grondwet dat bepaalt dat het belang van het kind |
l'enfant est pris en considération de manière primordiale, dans toute | steeds de eerste overweging moet zijn bij iedere beslissing die het |
décision qui concerne celui-ci. Le législateur était conscient de l'intérêt qu'il y a à ce que l'enfant soit accueilli dans un environnement stable à caractère familial et estimait que, pour qu'elle soit admissible, une adoption par deux cohabitants légaux devait offrir la garantie d'un environnement familial normal : « La troisième condition porte sur la qualité de la relation des adoptants. Il est exigé que leur union ait une nature affective. L'intérêt de l'adopté, de l'enfant adopté essentiellement, est de trouver une famille, au sens commun du terme. Deux amis, pour honorables que soient leurs objectifs, ne pourraient lui offrir cela | kind aangaat. De wetgever was zich bewust van het belang dat het kind wordt opgevangen in een stabiel milieu met familiaal karakter en was van mening dat een adoptie door twee wettelijk samenwonenden, om toelaatbaar te zijn, de garantie op een normale, familiale omgeving moest bieden : « De derde voorwaarde heeft betrekking op de hoedanigheid van de relatie tussen de adoptanten, die verplicht van affectieve aard moet zijn. Het belang van de geadopteerde, in hoofdzaak van het geadopteerde kind, schuilt erin te worden opgevangen in een familie, in de algemene betekenis van het woord. Twee vrienden, hoe eerbaar hun streven ook mag zijn, kunnen dat de geadopteerde niet bieden (cf. |
(voyez à l'article 343 en projet du Code civil ce que l'on entend par | ontworpen artikel 343 van het Burgerlijk Wetboek voor datgene dat |
' adoptant ' et par ' cohabitant ') » (Doc. parl., Chambre, 2000-2001, | wordt verstaan onder ' adoptant ' en ' samenwonend ') » (Parl. St., |
DOC 50-1366/001 et DOC 50-1367/001, p. 12). | Kamer, 2000-2001, DOC 50-1366/001 en DOC 50-1367/001, p. 12). |
B.7. En ce qui concerne la comparaison avec la catégorie des | B.7. Voor wat betreft de vergelijking met de categorie van wettelijk |
partenaires cohabitants légaux entre lesquels il existe un lien de frère et soeur par alliance, il y a lieu d'observer que, dans cette relation frère-soeur par alliance, il existe, non pas un lien de parenté, mais un lien d'alliance, qui ne donne pas lieu à un empêchement à mariage. En raison de l'absence d'empêchement à mariage entre les parents par alliance en ligne collatérale (frère-soeur par alliance), les cohabitants dont l'un des partenaires a fait l'objet d'une adoption plénière par les parents de l'autre partenaire et les frère et soeur par alliance ne se trouvent pas dans des situations suffisamment comparables. Partant, la question préjudicielle appelle, en ce qui concerne cet aspect, une réponse négative. B.8. En ce qui concerne la comparaison avec la catégorie des partenaires cohabitants légaux dont l'un a fait l'objet d'une adoption simple par les parents de l'autre, il convient d'observer que, malgré le fait que, dans cette relation, le lien de filiation adoptive est limité à la relation entre l'adoptant et l'adopté et ses descendants, il existe également des empêchements à mariage dans la famille | samenwonende partners tussen wie een band als stiefbroer en stiefzuster bestaat, dient te worden opgemerkt dat er in die verhouding stiefbroer-stiefzuster geen band van verwantschap bestaat, doch slechts een band van aanverwantschap, zonder enig huwelijksbeletsel. Wegens de afwezigheid van een huwelijksbeletsel bij de aanverwanten in de zijlijn (stiefbroer-stiefzuster), bevinden de wettelijk samenwonenden van wie de ene partner ten volle geadopteerd werd door de ouders van de andere partner en de stiefbroers en stiefzusters zich niet in een voldoende vergelijkbare situatie. Derhalve dient de prejudiciële vraag, wat dit aspect betreft, ontkennend te worden beantwoord. B.8. Voor wat betreft de vergelijking met de categorie van wettelijk samenwonende partners waarbij één van de wettelijk samenwonende partners het voorwerp is geweest van een gewone adoptie door de ouders van de andere wettelijk samenwonende partner, dient te worden opgemerkt dat, niettegenstaande in die verhouding de adoptieve afstammingsband zich beperkt tot de verhouding adoptant en geadopteerde en diens afstammelingen, er eveneens huwelijksbeletsels |
adoptive. En conséquence, les deux catégories de candidats adoptants | ontstaan in de adoptiefamilie. Derhalve bevinden beide categorieën van |
se trouvent dans des situations suffisamment comparables. | kandidaat-adoptanten zich in voldoende vergelijkbare situaties. |
B.9.1. L'article 22bis de la Constitution dispose : « Chaque enfant a droit au respect de son intégrité morale, physique, psychique et sexuelle. Chaque enfant a le droit de s'exprimer sur toute question qui le concerne; son opinion est prise en considération, eu égard à son âge et à son discernement. Chaque enfant a le droit de bénéficier des mesures et services qui concourent à son développement. Dans toute décision qui le concerne, l'intérêt de l'enfant est pris en considération de manière primordiale. | B.9.1. Artikel 22bis van de Grondwet bepaalt : « Elk kind heeft recht op eerbiediging van zijn morele, lichamelijke, geestelijke en seksuele integriteit. Elk kind heeft het recht zijn mening te uiten in alle aangelegenheden die het aangaan; met die mening wordt rekening gehouden in overeenstemming met zijn leeftijd en zijn onderscheidingsvermogen. Elk kind heeft recht op maatregelen en diensten die zijn ontwikkeling bevorderen. Het belang van het kind is de eerste overweging bij elke beslissing die het kind aangaat. |
La loi, le décret ou la règle visée à l'article 134 garantissent ces | De wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel waarborgen |
droits de l'enfant ». | deze rechten van het kind ». |
Si l'intérêt de l'enfant doit être une considération primordiale, il | Hoewel het belang van het kind de eerste overweging vormt, heeft het |
n'a pas un caractère absolu. Dans la mise en balance des différents | geen absoluut karakter. Echter, bij de afweging van de verschillende |
intérêts en jeu, l'intérêt de l'enfant occupe une place particulière | op het spel staande belangen, neemt het belang van het kind een |
du fait qu'il représente la partie faible dans la relation familiale. | bijzondere plaats in door het feit dat het de zwakke partij is in de familiale relatie. |
B.9.2. L'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme | B.9.2. Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens |
dispose : | bepaalt : |
« 1. Toute personne a droit au respect de sa vie privée et familiale, | « 1. Eenieder heeft recht op eerbiediging van zijn privéleven, zijn |
de son domicile et de sa correspondance. | gezinsleven, zijn huis en zijn briefwisseling. |
2. Il ne peut y avoir ingérence d'une autorité publique dans | 2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan met betrekking |
l'exercice de ce droit que pour autant que cette ingérence est prévue | tot de uitoefening van dit recht dan voor zover bij de wet is voorzien |
par la loi et qu'elle constitue une mesure qui, dans une société | en in een democratische samenleving nodig is in het belang van 's |
démocratique, est nécessaire à la sécurité nationale, à la sûreté | lands veiligheid, de openbare veiligheid, of het economisch welzijn |
publique, au bien-être économique du pays, à la défense de l'ordre et | van het land, de bescherming van de openbare orde en het voorkomen van |
à la prévention des infractions pénales, à la protection de la santé | strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, |
ou de la morale, ou à la protection des droits et libertés d'autrui ». | of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen ». |
B.9.3. L'article 14 de la Convention européenne des droits de l'homme | B.9.3. Artikel 14 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens |
dispose : | bepaalt : |
« La jouissance des droits et libertés reconnus dans la présente | « Het genot van de rechten en vrijheden, welke in dit Verdrag zijn |
Convention doit être assurée, sans distinction aucune, fondée | vermeld, is verzekerd zonder enig onderscheid op welke grond ook, |
notamment sur le sexe, la race, la couleur, la langue, la religion, | zoals geslacht, ras, kleur, taal godsdienst, politieke of andere |
les opinions politiques ou toutes autres opinions, l'origine nationale | overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, het behoren tot |
ou sociale, l'appartenance à une minorité nationale, la fortune, la | een nationale minderheid, vermogen, geboorte of andere status ». |
naissance ou toute autre situation ». | B.10. Het in het geding zijnde verschil in behandeling steunt op een |
B.10. La différence de traitement en cause est fondée sur un critère | objectief criterium, te weten het al dan niet bestaan, tussen de |
objectif, à savoir l'existence ou non, entre le candidat adoptant et | kandidaat-adoptant en de wettelijke ouder van de kinderen die het |
le parent légal des enfants faisant l'objet de l'adoption envisagée, | voorwerp van de voorgenomen adoptie uitmaken, van een |
d'un empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser. | huwelijksbeletsel waarvoor de Koning geen opheffing kan verlenen. |
B.11.1. Dans la mesure où l'adoption simple des enfants d'un des | B.11.1. In zoverre gewone adoptie van de kinderen van de ene wettelijk |
partenaires cohabitants légaux par l'autre partenaire n'est pas | samenwonende partner door de andere wettelijk samenwonende partner |
possible s'il existe entre le candidat adoptant et le parent légal des | niet mogelijk is indien er een absoluut huwelijksbeletsel bestaat |
enfants un empêchement absolu à mariage dont le Roi ne peut dispenser, | tussen de kandidaat-adoptant en de wettelijke ouder van de kinderen |
cette impossibilité empêche de manière absolue le candidat adoptant | waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen, verhindert die |
cohabitant légal de lier à la relation de fait parent-enfant, durable, | onmogelijkheid de wettelijk samenwonende kandidaat-adoptant op |
qui existe le cas échéant entre le candidat adoptant et les enfants de son partenaire cohabitant légal qui a fait l'objet d'une adoption plénière par ses parents, des effets consacrant juridiquement les engagements que le candidat adoptant est prêt à assumer à l'égard de ces enfants. B.11.2. Etant donné que le choix de l'une ou de l'autre forme d'adoption est souvent fait par le parent adoptant et non par l'enfant, et qu'il peut, le cas échéant, donner lieu, plus tard, à un empêchement absolu à mariage entre l'enfant adopté et ses frères et soeurs, il y a lieu de vérifier si cette conséquence juridique de l'empêchement absolu à mariage, à savoir l'impossibilité absolue pour | absolute wijze om aan de duurzame feitelijke ouder-kindrelatie, die in voorkomend geval bestaat tussen de kandidaat-adoptant en de kinderen van zijn wettelijk samenwonende partner die ten volle geadopteerd werd door zijn ouders, gevolgen te verbinden die de verbintenissen die de kandidaat-adoptant bereid is aan te gaan ten aanzien van die kinderen, juridisch verankeren. B.11.2. Aangezien de keuze voor de ene of de andere adoptievorm veelal wordt gemaakt door de adoptieouder en niet door het kind, en in voorkomend geval in de toekomst een absoluut huwelijksbeletsel tussen het geadopteerde kind en zijn broers en zusters tot gevolg kan hebben, dient te worden nagegaan of dat rechtsgevolg van het absolute huwelijksbeletsel, namelijk de absolute onmogelijkheid voor een van de |
l'un des cohabitants légaux d'adopter les enfants de l'autre | wettelijk samenwonenden om de kinderen van de andere samenwonende te |
cohabitant, n'a pas d'effets disproportionnés par rapport à l'objectif | adopteren, geen onevenredige gevolgen heeft ten aanzien van het door |
poursuivi par le législateur, compte tenu de l'obligation de tenir | de wetgever nagestreefde doel, rekening houdend met de verplichting om |
compte de l'intérêt de l'enfant. | het belang van het kind in aanmerking te nemen. |
B.12.1. En instaurant la condition d'absence de lien de parenté, le | B.12.1. De wetgever is, bij het in het leven roepen van de voorwaarde |
législateur est surtout parti de l'idée qu'une adoption, par un des | van niet-verwantschap, vooral uitgegaan van de idee dat een adoptie, |
cohabitants, des enfants de l'autre cohabitant qui est sa soeur adoptive pourrait être contraire à l'intérêt de l'enfant, parce qu'une telle adoption ferait apparaître une relation incestueuse entre les parents, c'est-à-dire une relation qui donne lieu à un empêchement absolu à mariage dont le Roi ne peut dispenser. Or, l'article 344-1, du Code civil dispose qu'une adoption ne peut avoir lieu que « dans [l'] intérêt supérieur [de l'enfant] et dans le respect des droits fondamentaux qui lui sont reconnus en droit international ». Rien ne permet de présumer qu'il n'est jamais de l'intérêt de l'enfant qui fait l'objet de la demande d'adoption d'être adopté par le cohabitant légal de sa mère, lorsqu'existe entre ceux-ci un empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser. B.12.2. En érigeant en fin de non-recevoir absolue de l'action en adoption simple un empêchement à mariage dont le Roi ne peut dispenser, par suite de l'adoption plénière d'un des cohabitants légaux par les parents de l'autre partenaire, le législateur fait prévaloir en toutes circonstances les effets juridiques d'un empêchement absolu à mariage sur d'autres intérêts qui peuvent être en cause, parmi lesquels l'intérêt des enfants qui sont candidats à l'adoption. En conséquence de cette fin de non-recevoir absolue, l'enfant est | door een van de samenwonenden, van de kinderen van de andere samenwonende die zijn adoptiezus is, zou kunnen indruisen tegen het belang van het kind aangezien uit een dergelijke adoptie een incestueuze relatie tussen de ouders zou blijken, namelijk een relatie waar er een absoluut huwelijksbeletsel bestaat tussen beide personen waarvoor geen opheffing door de Koning mogelijk is. Evenwel bepaalt artikel 344-1 van het Burgerlijk Wetboek dat een adoptie steeds dient plaats te vinden « in het hoger belang van het kind en met eerbied voor de fundamentele rechten die het op grond van het internationaal recht toekomen ». Niets laat toe te vermoeden dat het nooit in het belang is van het kind dat het voorwerp van het verzoek tot adoptie uitmaakt, om te worden geadopteerd door de wettelijk samenwonende van zijn moeder, wanneer er tussen hen een huwelijksbeletsel bestaat waarvoor de Koning geen ontheffing kan verlenen. B.12.2. Door een huwelijksbeletsel waarvoor de Koning geen opheffing kan verlenen als gevolg van de volle adoptie van een van de wettelijk samenwonende partners door de ouders van de andere partner, als absolute grond van niet-ontvankelijkheid van de vordering tot gewone adoptie in te stellen, laat de wetgever de juridische gevolgen van een absoluut huwelijksbeletsel in alle omstandigheden prevaleren op andere belangen die in het geding kunnen zijn, waaronder het belang van kinderen die kandidaat-geadopteerde zijn. Ingevolge die absolute grond van niet-ontvankelijkheid wordt het kind |
totalement privé de la possibilité de bénéficier d'une adoption simple | op absolute wijze uitgesloten van de mogelijkheid om gewoon |
par le parent en ligne collatérale de son père ou de sa mère. | geadopteerd te worden door de verwant in de zijlijn van zijn ouder. |
Il n'existe dès lors, pour le juge, aucune possibilité de tenir compte | Aldus bestaat voor de rechter geen enkele mogelijkheid om ten gronde |
de l'intérêt des enfants qui sont candidats à l'adoption, alors que | rekening te houden met het belang van de kinderen die |
tel doit être le cas, conformément à l'article 344-1 du Code civil. | kandidaat-geadopteerde zijn, terwijl dit, overeenkomstig artikel 344-1 |
van het Burgerlijk Wetboek, noodzakelijk is. | |
B.12.3. Une telle mesure n'est pas raisonnablement justifiée. | B.12.3. Een dergelijke maatregel is niet redelijk verantwoord. Artikel |
L'article 343, § 1er, b), du Code civil, combiné avec les articles 162 | 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek, in samenhang gelezen met de |
et 164 du Code civil, n'est donc pas compatible avec les articles 10, | artikelen 162 en 164 van het Burgerlijk Wetboek, is derhalve niet |
11 et 22bis de la Constitution. | bestaanbaar met de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet. |
B.13. La question préjudicielle appelle une réponse affirmative. | B.13. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 343, § 1er, b), du Code civil, lu en combinaison avec les | Artikel 343, § 1, b), van het Burgerlijk Wetboek, in samenhang gelezen |
articles 162 et 164 du même Code, en ce qu'il n'admet pas l'adoption | met de artikelen 162 en 164 van hetzelfde Wetboek, in zoverre het de |
gewone adoptie van de kinderen van de ene wettelijk samenwonende | |
simple des enfants d'un des partenaires cohabitants légaux par l'autre | partner door de andere wettelijk samenwonende partner niet toelaat |
partenaire lorsqu'il existe entre eux un empêchement à mariage dont le | wanneer er tussen hen sprake is van een huwelijksbeletsel waarvoor de |
Roi ne peut dispenser, par suite de l'adoption plénière d'un des | Koning geen ontheffing kan verlenen als gevolg van de volle adoptie |
partenaires cohabitants légaux par les parents de l'autre partenaire, | van een van de wettelijk samenwonende partners door de ouders van de |
viole les articles 10, 11 et 22bis de la Constitution. | andere partner, schendt de artikelen 10, 11 en 22bis van de Grondwet. |
Ainsi rendu en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus gewezen in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 16 février 2017. | op 16 februari 2017. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
Le président, | De voorzitter, |
E. De Groot | E. De Groot |