← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 167/2016 du 22 décembre 2016 Numéro du rôle : 6318 En cause
: la question préjudicielle relative aux articles 2bis du titre préliminaire du Code de procédure pénale
et 2, 1°, de la loi-programme du 27 décembre 2006,(...) La
Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...)"
Extrait de l'arrêt n° 167/2016 du 22 décembre 2016 Numéro du rôle : 6318 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 2bis du titre préliminaire du Code de procédure pénale et 2, 1°, de la loi-programme du 27 décembre 2006,(...) La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...) | Uittreksel uit arrest nr. 167/2016 van 22 december 2016 Rolnummer 6318 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 2bis van de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en 2, 1°, van de programmawet van 27 decemb(...) Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de recht(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 167/2016 du 22 décembre 2016 | Uittreksel uit arrest nr. 167/2016 van 22 december 2016 |
Numéro du rôle : 6318 | Rolnummer 6318 |
En cause : la question préjudicielle relative aux articles 2bis du | In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 2bis van de |
titre préliminaire du Code de procédure pénale et 2, 1°, de la | voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en 2, 1°, van de |
loi-programme (II) du 27 décembre 2006, posée par la Cour d'appel de | programmawet (II) van 27 december 2006, gesteld door het Hof van |
Liège. | Beroep te Luik. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de |
Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, E. Derycke, P. Nihoul, F. Daoût, T. | rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, E. Derycke, P. Nihoul, F. |
Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par | Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. |
le président J. Spreutels, | Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par arrêt du 10 décembre 2015 en cause du ministère public contre la | Bij arrest van 10 december 2015 in zake het openbaar ministerie tegen |
SPRL « L.C.D.S. », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour | de bvba « L.C.D.S. », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is |
le 23 décembre 2015, la Cour d'appel de Liège a posé la question | ingekomen op 23 december 2015, heeft het Hof van Beroep te Luik de |
préjudicielle suivante : | volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« Les articles 2bis du titre préliminaire du Code de procédure pénale | « Schenden artikel 2bis van de voorafgaande titel van het Wetboek van |
et 2, 1°, de la loi-programme du 27 décembre 2006 interprétés en tant, | strafvordering en artikel 2, 1°, van de programmawet van 27 december |
pour le premier, qu'il oblige les cours et tribunaux à procéder à la | 2006, in die zin geïnterpreteerd, voor het eerste artikel, dat het de |
désignation d'un mandataire ad hoc dès l'instant où il existe un | hoven en rechtbanken ertoe verplicht een lasthebber ad hoc aan te |
conflit d'intérêts et, pour le second, que les honoraires de ce | wijzen zodra er een belangenconflict bestaat en, voor het tweede |
mandataire ad hoc, généralement avocat, doivent être qualifiés comme | artikel, dat de erelonen van die lasthebber ad hoc, meestal een |
advocaat, moeten worden aangemerkt als verweerkosten die niet kunnen | |
frais de défense non susceptibles d'être inclus dans les frais de | worden opgenomen in de gerechtskosten in strafzaken, de artikelen 10, |
justice répressive, violent-ils les articles 10, 11 et 23 de la | 11 en 23 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.3, onder |
Constitution lus en combinaison avec l'article 6, 3c, de la Convention | c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, aangezien, |
européenne des droits de l'homme dès lors que l'avocat désigné, sauf à | in het geval waarin de vertegenwoordigde rechtspersoon wegens zijn |
décliner systématiquement le mandat conféré, risque, en cas de | faillissement of zijn insolvabiliteit in gebreke blijft, de aangewezen |
défaillance de la personne morale représentée en raison de sa faillite | advocaat, tenzij hij het verleende mandaat stelselmatig weigert, het |
ou de son insolvabilité, ne pas obtenir une rémunération équitable de | risico loopt geen billijke vergoeding van zijn prestaties te |
ses prestations alors que dans toutes les hypothèses où un avocat est | verkrijgen, terwijl hij, in alle gevallen waarin een advocaat door een |
désigné par un juge, il est en droit, en principe, de revendiquer une | rechter wordt aangewezen, in beginsel het recht heeft een vergoeding |
indemnisation de ses prestations ? ». | van zijn prestaties te eisen ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. La question préjudicielle porte sur les articles 2bis du titre | B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 2bis van de |
préliminaire du Code de procédure pénale et 2, 1°, de la loi-programme | voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering en op artikel 2, |
(II) du 27 décembre 2006. | 1°, van de programmawet (II) van 27 december 2006. |
L'article 2bis du titre préliminaire du Code de procédure pénale | Artikel 2bis van de voorafgaande titel van het Wetboek van |
dispose : | strafvordering bepaalt : |
« Lorsque les poursuites contre une personne morale et contre la | « Ingeval de strafvordering tegen een rechtspersoon en tegen degene |
personne habilitée à la représenter sont engagées pour des mêmes faits | die bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen, wordt |
ou des faits connexes, le tribunal compétent pour connaître de | ingesteld wegens dezelfde of samenhangende feiten, wijst de rechtbank |
l'action publique contre la personne morale désigne, d'office ou sur | die bevoegd is om kennis te nemen van de strafvordering tegen de |
requête, un mandataire ad hoc pour la représenter ». | rechtspersoon, ambtshalve of op verzoekschrift, een lasthebber ad hoc |
aan om deze te vertegenwoordigen ». | |
L'article 2 de la loi-programme (II) du 27 décembre 2006 dispose : | Artikel 2 van de programmawet (II) van 27 december 2006 bepaalt : |
« Les frais de justice comprennent les frais engendrés par : | « De gerechtskosten omvatten de kosten veroorzaakt door : |
1° toute procédure pénale dans la phase d'information, d'instruction, | 1° elke strafrechtspleging in de fase van het opsporingsonderzoek, het |
de jugement; | gerechtelijk onderzoek, de uitspraak; |
[...] ». | [...] ». |
B.2. La Cour est interrogée sur la compatibilité des deux dispositions | B.2. Aan het Hof wordt een vraag gesteld over de bestaanbaarheid van |
en cause avec les articles 10, 11 et 23 de la Constitution, combinés | de twee in het geding zijnde bepalingen met de artikelen 10, 11 en 23 |
avec l'article 6.3, c), de la Convention européenne des droits de | van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.3, c), van het |
Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre de lasthebber | |
l'homme, en ce que le mandataire ad hoc, désigné par le juge pénal dès | ad hoc, die door de strafrechter is aangewezen zodra er een |
l'instant où il existe un conflit d'intérêts, doit supporter la | belangenconflict bestaat, het financieel in gebreke blijven van de |
défaillance financière de la personne morale qu'il représente, sans | rechtspersoon die hij vertegenwoordigt, moet dragen, zonder dat de |
que les honoraires du « mandataire ad hoc, généralement avocat », | erelonen van de « lasthebber ad hoc, meestal een advocaat », kunnen |
puissent être inclus dans les frais de justice répressive, de sorte | worden opgenomen in de gerechtskosten in strafzaken, zodat, « in het |
que « l'avocat désigné, sauf à décliner systématiquement le mandat | geval waarin de vertegenwoordigde rechtspersoon wegens zijn |
conféré, risque, en cas de défaillance de la personne morale | faillissement of zijn insolvabiliteit in gebreke blijft, de aangewezen |
représentée en raison de sa faillite ou de son insolvabilité, de ne | advocaat, tenzij hij het verleende mandaat stelselmatig weigert, het |
pas obtenir une rémunération équitable de ses prestations alors que | risico loopt geen billijke vergoeding van zijn prestaties te |
dans toutes les hypothèses où un avocat est désigné par un juge, il | verkrijgen, terwijl hij, in alle gevallen waarin een advocaat door een |
est en droit, en principe, de revendiquer une indemnisation de ses | rechter wordt aangewezen, in beginsel het recht heeft een vergoeding |
prestations ». | van zijn prestaties te eisen ». |
B.3.1. Par son arrêt n° 143/2016 du 17 novembre 2016, la Cour s'est | B.3.1. Bij zijn arrest nr. 143/2016 van 17 november 2016 heeft het Hof |
prononcée sur la compatibilité de l'article 2bis du titre préliminaire | zich uitgesproken over de bestaanbaarheid van artikel 2bis van de |
voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering en van de | |
du Code de procédure pénale et des articles 508/1 et 508/13 du Code | artikelen 508/1 en 508/13 van het Gerechtelijk Wetboek met de |
judiciaire avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel |
combinaison avec l'article 6.3, c), de la Convention européenne des | 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens. |
droits de l'homme. | |
B.3.2. Dans cet arrêt, la Cour a d'abord rappelé le rôle du mandataire | B.3.2. Het Hof heeft in dat arrest eerst de rol van de lasthebber ad |
ad hoc : | hoc in herinnering gebracht : |
« B.2.1. Le juge a quo estime que l'article 2bis du titre préliminaire | « B.2.1. De verwijzende rechter is van mening dat artikel 2bis van de |
du Code de procédure pénale exige la désignation d'un mandataire ad | voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering de aanwijzing |
hoc lorsque les poursuites à l'encontre d'une personne morale et de la personne habilitée à la représenter sont engagées pour les mêmes faits ou pour des faits connexes. B.2.2. Cette disposition vise en effet, selon les travaux préparatoires, à répondre à la question de savoir comment une personne morale peut comparaître lorsque ses représentants sont eux-mêmes cités en leur nom propre (Doc. parl., Chambre, 1998-1999, n° 2093/5, p. 42) et à résoudre les difficultés résultant du conflit d'intérêts pouvant surgir lorsque cette personne morale et ses représentants sont l'une | van een lasthebber ad hoc vereist wanneer de strafvordering tegen een rechtspersoon en tegen diegene die bevoegd is om de rechtspersoon te vertegenwoordigen, wordt ingesteld wegens dezelfde of samenhangende feiten. B.2.2. Volgens de parlementaire voorbereiding strekt die bepaling immers ertoe een antwoord te geven op de vraag hoe een rechtspersoon kan verschijnen, wanneer zijn vertegenwoordigers tevens in eigen naam worden gedagvaard (Parl. St., Kamer, 1998-1999, nr. 2093/5, p. 42), en de moeilijkheden op te lossen die voortvloeien uit het belangenconflict dat kan ontstaan wanneer die rechtspersoon en zijn vertegenwoordigers beiden worden vervolgd (Parl. St., Senaat, |
et les autres poursuivis (Doc. parl., Sénat, 1998-1999, n° 1-1217/6, | 1998-1999, nr. 1-1217/6, p. 74). De aanwijzing van een lasthebber ad |
p. 74). La désignation d'un mandataire ad hoc vise donc à « garantir | hoc strekt dus ertoe ' een onafhankelijke verdediging van de |
une défense autonome de la personne morale » (Cass., 4 octobre 2011, | rechtspersoon te waarborgen ' (Cass., 4 oktober 2011, Arr. Cass., |
Pas., 2011, n° 519). | 2011, nr. 519). |
En B.7 de son arrêt n° 190/2006 du 5 décembre 2006, la Cour a jugé : | In B.7 van zijn arrest nr. 190/2006 van 5 december 2006 heeft het Hof |
' La désignation d'un mandataire ad hoc aurait des effets | geoordeeld : ' De aanwijzing van een lasthebber ad hoc zou onevenredige gevolgen |
disproportionnés si elle privait systématiquement la personne morale | hebben indien zij de rechtspersoon stelselmatig de mogelijkheid zou |
de la possibilité de choisir son représentant. Tel n'est pas le cas en | ontnemen zijn vertegenwoordiger te kiezen. Dat is te dezen niet het |
l'espèce puisque l'article 2bis permet à la personne morale elle-même | geval, vermits artikel 2bis de rechtspersoon toestaat zelf die |
de demander cette désignation par requête et qu'elle peut proposer au | aanwijzing bij verzoekschrift te vragen en hij zijn lasthebber ad hoc |
juge son mandataire ad hoc '. | aan de rechter kan voorstellen '. |
B.2.3. Le mandataire ad hoc prend la place du représentant habituel de | B.2.3. De lasthebber ad hoc neemt de plaats in van de gewone |
la personne morale pour les besoins de la procédure pénale diligentée | vertegenwoordiger van de rechtspersoon ten behoeve van de tegen hem |
contre elle lorsqu'il est dans l'impossibilité de remplir ce rôle | ingestelde strafprocedure wanneer die vertegenwoordiger in de |
parce qu'il est poursuivi conjointement avec la personne morale et | onmogelijkheid verkeert die rol te vervullen omdat hij samen met de |
qu'un conflit d'intérêts naît de cette situation. Le mandataire ad hoc | rechtspersoon wordt vervolgd en een belangenconflict uit die situatie |
ne reçoit pas un mandat ad litem semblable à celui d'un avocat. Il ne | voortvloeit. De lasthebber ad hoc krijgt geen mandaat ad litem dat |
prend pas ses instructions auprès des organes de la société mais se | vergelijkbaar is met dat van een advocaat. Hij vraagt geen instructies |
substitue à eux et est seul compétent pour arrêter la stratégie de | bij de organen van de vennootschap maar neemt hun plaats in en is als |
défense de la société et décider d'exercer les voies de recours. | enige bevoegd om de verweerstrategie van de vennootschap vast te |
stellen en te beslissen over het aanwenden van rechtsmiddelen. | |
B.2.4. Bien que le mandataire ad hoc désigné, d'office ou sur requête, | B.2.4. Hoewel de lasthebber ad hoc die, ambtshalve of op |
par le tribunal compétent soit généralement un avocat, la loi n'exige | verzoekschrift, door de bevoegde rechtbank wordt aangewezen over het |
pas qu'il en soit ainsi et ce n'est donc pas nécessairement toujours | algemeen een advocaat is, vereist de wet dat niet en is dat dus niet |
le cas. Parmi les décisions qu'il peut prendre pour assurer la défense | noodzakelijkerwijs steeds het geval. Een van de beslissingen die hij |
pénale de la personne morale qu'il représente, il peut choisir de la | kan nemen om de strafrechtelijke verdediging van de door hem |
vertegenwoordigde rechtspersoon te verzekeren, is dat hij kan kiezen | |
faire assister et représenter, lors de la procédure pénale, par un | om hem, tijdens de strafprocedure, te laten bijstaan en |
avocat. Il ' choisit librement le conseil de la personne morale ' | vertegenwoordigen door een advocaat. Hij ' kiest vrij de raadsman van |
qu'il est chargé de représenter (Cass., 4 octobre 2011, précité) ». | de rechtspersoon ' die hij dient te vertegenwoordigen (Cass., 4 |
oktober 2011, voormeld) ». | |
B.3.3. En ce qui concerne les deux questions préjudicielles posées, la | B.3.3. Met betrekking tot de twee gestelde prejudiciële vragen heeft |
Cour a ensuite jugé par son arrêt n° 143/2016 : | het Hof in zijn arrest nr. 143/2016 vervolgens geoordeeld : |
« Quant à la première question préjudicielle | « Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag |
[...] | [...] |
B.6. La Cour examine l'article 2bis du titre préliminaire du Code de | B.6. Het Hof onderzoekt artikel 2bis van de voorafgaande titel van het |
procédure pénale, disposition en cause dans la première question | Wetboek van strafvordering, bepaling die in het geding is in de eerste |
préjudicielle, dans l'interprétation du juge a quo selon laquelle les | prejudiciële vraag, in de interpretatie van de verwijzende rechter |
frais et honoraires du mandataire ad hoc ne sont pas visés par | volgens welke de kosten en erelonen van de lasthebber ad hoc niet |
l'article 2 de la loi-programme (II) du 27 décembre 2006 et ne sont | worden beoogd door artikel 2 van de programmawet (II) van 27 december |
donc pas pris en charge par l'Etat. | 2006, en derhalve niet door de Staat ten laste worden genomen. |
B.7. Le rôle du mandataire ad hoc ne consiste ni à donner à la | B.7. De rol van de lasthebber ad hoc bestaat niet erin aan de |
personne morale qu'il représente des avis juridiques circonstanciés, | rechtspersoon die hij vertegenwoordigt omstandige juridische adviezen |
ni à l'assister dans le cadre de la procédure pénale diligentée contre | te verstrekken, noch hem bij te staan in het kader van de tegen hem |
elle, mais bien à se substituer aux personnes qui ont normalement la | ingestelde strafprocedure, maar wel zich in de plaats te stellen van |
capacité de la représenter. Il ne s'agit d'ailleurs pas nécessairement | de personen die gewoonlijk de bekwaamheid hebben om hem te |
vertegenwoordigen. Het gaat overigens niet noodzakelijkerwijs om een | |
d'un avocat, ainsi qu'il est dit en B.2.4. La mission du mandataire ad | advocaat, zoals is vermeld in B.2.4. De opdracht van een lasthebber ad |
hoc ne s'inscrit dès lors pas dans le contexte de l'aide juridique de | hoc kadert derhalve niet binnen de context van de juridische |
deuxième ligne, de sorte que les articles 508/1 et 508/13 du Code | tweedelijnsbijstand, zodat de artikelen 508/1 en 508/13 van het |
judiciaire sont étrangers à l'objet de la première question | Gerechtelijk Wetboek vreemd zijn aan het onderwerp van de eerste |
préjudicielle. | prejudiciële vraag. |
B.8.1. L'intervention du mandataire ad hoc est essentielle pour | B.8.1. Het optreden van de lasthebber ad hoc is essentieel om de |
permettre à la personne morale de se défendre contre une accusation en | rechtspersoon in staat te stellen zich te verdedigen tegen een |
matière pénale lorsque les personnes habituellement habilitées à la | strafvervolging wanneer de personen die gewoonlijk gemachtigd zijn om |
représenter ne peuvent le faire en raison d'un conflit d'intérêts. Le | hem te vertegenwoordigen dat niet kunnen doen wegens een |
défaut d'intervention du mandataire ad hoc, en une telle hypothèse, | belangenconflict. Een niet-optreden van de lasthebber ad hoc, in zulk |
porte donc directement atteinte au droit de la personne morale | een hypothese, doet dus rechtstreeks afbreuk aan het recht van de |
poursuivie pénalement de se défendre elle-même, garanti par l'article | strafrechtelijk vervolgde rechtspersoon om zichzelf te verdedigen, dat |
6.3, c), de la Convention européenne des droits de l'homme. | is gewaarborgd bij artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de |
rechten van de mens. | |
B.8.2. Dès lors qu'il ne s'agit pas d'un mandat à titre gratuit, il | B.8.2. Aangezien het niet gaat om een onbezoldigd mandaat, is het niet |
n'est pas raisonnablement justifié de faire supporter le risque de | redelijk verantwoord het risico van insolvabiliteit van de |
l'insolvabilité de la personne morale par le mandataire ad hoc | rechtspersoon te laten dragen door de lasthebber ad hoc zelf, terwijl |
lui-même, alors qu'il est chargé de sa mission par le tribunal, dans | hij met zijn opdracht is belast door de rechtbank, in zoverre daaruit |
la mesure où il pourrait en résulter une défaillance dans la défense | een tekortkoming zou kunnen voortvloeien in de verdediging van de |
de la personne morale assurée par le mandataire ad hoc. | rechtspersoon, die door de lasthebber ad hoc wordt verzekerd. |
B.8.3. Par ailleurs, il ressort des débats devant la Cour qu'en | B.8.3. Overigens blijkt uit de debatten voor het Hof dat, bij |
l'absence, dans la disposition en cause, de réglementation plus | ontstentenis, in de in het geding zijnde bepaling, van een preciezere |
précise de l'institution du mandataire ad hoc, la pratique judiciaire | regeling van de instelling van de lasthebber ad hoc, de rechtspraktijk |
est multiple et très variée. Ainsi, en ce qui concerne la désignation | varieert en zeer uiteenlopend is. Zo hebben sommige balies, wat de |
du mandataire ad hoc, certains barreaux ont arrêté une liste d'avocats | aanwijzing van de lasthebber ad hoc betreft, een lijst vastgesteld van |
volontaires qui sont proposés à tour de rôle à la juridiction alors | vrijwillige advocaten die om beurten aan het rechtscollege worden |
que d'autres barreaux proposent systématiquement le bâtonnier comme | voorgesteld, terwijl andere balies systematisch de stafhouder als |
mandataire ad hoc. | lasthebber ad hoc voorstellen. |
En ce qui concerne les frais et honoraires, certaines cours et | Wat de kosten en erelonen betreft, voorzien sommige hoven en |
certains tribunaux prévoient une provision dès le début du mandat et | rechtbanken in een provisie vanaf het begin van het mandaat en |
prescrivent que l'état de frais et honoraires soit soumis pour | schrijven zij voor dat de staat van kosten en erelonen ter begroting |
taxation, alors que d'autres cours et tribunaux ne prévoient rien en | moet worden overgelegd, terwijl door andere hoven en rechtbanken |
la matière. | daaromtrent niets wordt bepaald. |
B.9.1. Il résulte de ce qui précède que l'absence de prise en charge | B.9.1. Uit het voorgaande volgt dat de ontstentenis van tenlasteneming |
des frais et honoraires du mandataire ad hoc, en cas d'insolvabilité | van de kosten en erelonen van de lasthebber ad hoc, in geval van |
de la personne morale qu'il représente, n'est pas compatible avec les | insolvabiliteit van de rechtspersoon die hij vertegenwoordigt, niet |
articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec le droit | bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang |
de se défendre en justice contre une accusation en matière pénale | gelezen met het recht om zich in rechte te verdedigen tegen een |
garanti par l'article 6.3, c), de la Convention européenne des droits | strafvervolging, dat is gewaarborgd bij artikel 6.3, c), van het |
de l'homme. | Europees Verdrag voor de rechten van de mens. |
B.9.2. Cette discrimination ne trouve toutefois pas sa source dans | B.9.2. Die discriminatie vindt echter niet haar oorsprong in artikel |
l'article 2bis du titre préliminaire du Code de procédure pénale, mais | 2bis van de voorafgaande titel van het Wetboek van strafvordering, |
bien dans l'absence d'un mécanisme permettant la prise en charge des | maar in het ontbreken van een mechanisme dat toelaat de kosten en |
frais et honoraires du mandataire ad hoc désigné, en application de | erelonen van de met toepassing van die bepaling aangewezen lasthebber |
cette disposition, lorsque la personne morale qu'il représente est | ad hoc ten laste te nemen wanneer de rechtspersoon die hij |
insolvable. Il appartient au législateur de prévoir un tel mécanisme. | vertegenwoordigt insolvabel is. Het komt de wetgever toe in zulk een |
mechanisme te voorzien. | |
La première question préjudicielle appelle une réponse négative. | De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Quant à la seconde question préjudicielle | Ten aanzien van de tweede prejudiciële vraag |
B.10.1. Par la seconde question préjudicielle, la Cour est invitée à | B.10.1. Met de tweede prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht de |
examiner la compatibilité des articles 508/1 et 508/13 du Code | bestaanbaarheid te onderzoeken, van de artikelen 508/1 en 508/13 van |
judiciaire avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en | het Gerechtelijk Wetboek, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
combinaison avec l'article 6.3, c), de la Convention européenne des | in samenhang gelezen met artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag |
droits de l'homme, en ce que la personne morale poursuivie pénalement | voor de rechten van de mens, in zoverre de strafrechtelijk vervolgde |
qui éprouve des difficultés financières ou est insolvable est exclue | rechtspersoon die financiële problemen heeft of insolvabel is, is |
de l'aide juridique de deuxième ligne et ne bénéficie donc d'aucun | uitgesloten van de juridische tweedelijnsbijstand en derhalve geen |
mécanisme lui garantissant une intervention de l'Etat dans la prise en | enkel mechanisme geniet dat hem een tegemoetkoming van de Staat in de |
charge des frais et honoraires de son avocat. | tenlasteneming van de kosten en erelonen van zijn advocaat waarborgt. |
B.10.2. L'article 6.3, c), de la Convention européenne des droits de l'homme garantit, en sa seconde partie, le droit de l'accusé qui n'a pas les moyens de rémunérer un défenseur d'être assisté gratuitement par un avocat d'office. Pour répondre à la question préjudicielle, il convient d'examiner s'il est envisageable qu'une personne morale poursuivie pénalement satisfasse aux conditions prévues par l'article 6.3, c), de la Convention européenne des droits de l'homme pour bénéficier du droit à l'assistance gratuite d'un avocat pour se défendre. B.11.1. La Cour européenne des droits de l'homme considère que les personnes morales, même si elles poursuivent un but lucratif, | B.10.2. Artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens waarborgt, in het tweede onderdeel ervan, het recht van eenieder die wegens een strafbaar feit wordt vervolgd en die niet over voldoende middelen beschikt om een raadsman te bekostigen, om kosteloos door een toegevoegd advocaat te worden bijgestaan. Teneinde op de prejudiciële vraag te antwoorden dient te worden onderzocht of kan worden overwogen dat een strafrechtelijk vervolgde rechtspersoon voldoet aan de voorwaarden die zijn bepaald in artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, teneinde het recht op kosteloze bijstand van een advocaat te genieten om zich te verdedigen. B.11.1. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens is van oordeel |
bénéficient du droit à l'assistance du défenseur de leur choix en | dat de rechtspersonen, zelfs indien zij winst nastreven, het recht op |
matière pénale, tel qu'il est consacré dans la première branche de | bijstand van de raadsman naar hun keuze in strafzaken genieten, zoals |
l'article 6.3, c), de la Convention européenne des droits de l'homme | het in het eerste onderdeel van artikel 6.3, c), van het Europees |
(CEDH, décision, 7 septembre 2004, Eurofinacom c. France). En | Verdrag voor de rechten van de mens is vastgelegd (EHRM, beslissing, 7 |
revanche, elle a admis que les sociétés commerciales soient exclues du | september 2004, Eurofinacom t. Frankrijk). Daarentegen heeft het |
bénéfice de l'aide juridique en matière civile (CEDH, décision, 28 | aanvaard dat de handelsvennootschappen worden uitgesloten van het |
voordeel van de juridische bijstand in burgerlijke zaken (EHRM, | |
août 2007, VP Diffusion c. France; CEDH, 24 novembre 2009, CMVMC | beslissing, 28 augustus 2007, VP Diffusion t. Frankrijk; EHRM, 24 |
O'Limo c. Espagne, § 26; CEDH, 22 mars 2012, Granos Orgssnicos c. | november 2009, CMVMC O'Limo t. Spanje, § 26; EHRM, 22 maart 2012, |
Allemagne, §§ 48 et s.). | Granos Orgssnicos t. Duitsland, §§ 48 en volgende). |
B.11.2. Selon la jurisprudence de cette Cour, deux conditions sont | B.11.2. Volgens de rechtspraak van dat Hof zijn twee voorwaarden |
requises pour qu'un accusé bénéficie de l'assistance judiciaire | vereist opdat een persoon die wegens een strafbaar feit wordt |
gratuite garantie par la seconde branche de l'article 6.3, c), de la | vervolgd, de door het tweede onderdeel van artikel 6.3, c), van het |
Convention : ' la première est liée à l'absence de "moyens de | Verdrag gewaarborgde kosteloze rechtsbijstand zou genieten : ' de |
eerste houdt verband met het gebrek aan "middelen [...] om een | |
rémunérer un défenseur". En second lieu, il faut rechercher si les | raadsman te bekostigen". In de tweede plaats moet worden nagegaan of |
"intérêts de la justice" commandent l'octroi de l'assistance | het " belang van de rechtspraak " de toekenning van kosteloze |
judiciaire gratuite ' (CEDH, 22 octobre 2009, Raykov c. Bulgarie, § | rechtsbijstand vereist ' (EHRM, 22 oktober 2009, Raykov t. Bulgarije, |
57; CEDH, 27 mars 2007, Talat Tunç c. Turquie, § 55). | § 57; EHRM, 27 maart 2007, Talat Tunç t. Turkije, § 55). |
B.12. Une personne morale poursuivie pénalement peut disposer de | B.12. Een strafrechtelijk vervolgde rechtspersoon kan over beperkte |
moyens financiers limités, si bien qu'il peut être satisfait, dans son | financiële middelen beschikken, zodat te zijnen aanzien kan worden |
chef, à la première condition d'application de la garantie prévue par | voldaan aan de eerste toepassingsvoorwaarde van de waarborg waarin in |
la seconde partie de l'article 6.3, c), de la Convention européenne | het tweede onderdeel van artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag |
des droits de l'homme. | voor de rechten van de mens is voorzien. |
B.13.1. En ce qui concerne la seconde condition d'application du droit | B.13.1. Met betrekking tot de tweede toepassingsvoorwaarde van het |
à l'assistance judiciaire gratuite, il ressort de la jurisprudence de | recht op kosteloze rechtsbijstand blijkt uit de rechtspraak van het |
la Cour européenne des droits de l'homme que, ' parmi les facteurs | Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat ' het belang van wat voor |
permettant d'apprécier les exigences des intérêts de la justice | de verzoeker op het spel staat, met name de ernst van het strafbare |
figurent l'importance de ce qui est en jeu pour le requérant, | feit dat de verzoeker ten laste wordt gelegd en de zwaarte van de |
notamment la gravité de l'infraction imputée au requérant et la | opgelopen sanctie, alsook het persoonlijk vermogen van de verzoekers |
om zich te verdedigen en de aard van de procedure, bijvoorbeeld de | |
sévérité de la sanction encourue, ainsi que l'aptitude personnelle des | complexiteit of het belang van de in het geding zijnde aangelegenheden |
requérants à se défendre et la nature de la procédure, par exemple la | of procedures, tot de factoren behoren die het mogelijk maken de |
complexité ou l'importance des questions litigieuses ou des procédures | vereisten van het belang van de rechtspraak te beoordelen ' (EHRM, |
en cause ' (CEDH, décision, 25 avril 2002, Gutfreund c. France). Par | beslissing, 25 april 2002, Gutfreund t. Frankrijk). Daarenboven kunnen |
ailleurs, ' la probabilité de réussir et l'existence d'une aide | ' de slaagkans en het bestaan van juridische bijstand in andere fasen |
judiciaire à d'autres phases de la procédure ' peuvent aussi entrer en | van de rechtspleging ' ook in aanmerking worden genomen (EHRM, |
ligne de compte (CEDH, décision, 1er février 2000, Thomasson et Divier c. France). B.13.2. Il revient à la Cour d'examiner si, au regard de l'importance des accusations susceptibles d'être portées contre une personne morale, de son aptitude personnelle à se défendre et de la nature de la procédure qui est susceptible de la concerner, les intérêts de la justice peuvent requérir qu'une personne morale dont les ressources sont insuffisantes bénéficie d'une assistance judiciaire gratuite. B.13.3. En ce qui concerne le critère lié à l'importance des accusations, une personne morale est pénalement responsable de toute infraction intrinsèquement liée à la réalisation de son objet ou à la défense de ses intérêts ainsi que de toute infraction dont les faits concrets démontrent qu'elle a été commise pour son compte (article 5, alinéa 1er, du Code pénal). Il s'ensuit qu'une personne morale peut | beslissing, 1 februari 2000, Thomasson en Divier t. Frankrijk). B.13.2. Het komt het Hof toe te onderzoeken of het belang van de rechtspraak, ten aanzien van het belang van de beschuldigingen die tegen een rechtspersoon kunnen worden ingebracht, van zijn persoonlijk vermogen om zich te verdedigen en van de aard van de procedure die op hem betrekking kan hebben, kan vereisen dat een rechtspersoon die over onvoldoende inkomsten beschikt of insolvabel is kosteloze rechtsbijstand moet genieten. B.13.3. Wat het criterium met betrekking tot het belang van de beschuldigingen betreft, is een rechtspersoon strafrechtelijk verantwoordelijk voor elk misdrijf dat een intrinsiek verband heeft met de verwezenlijking van zijn doel of de waarneming van zijn belangen, alsook voor elk misdrijf waarvan de concrete omstandigheden aantonen dat het voor zijn rekening is gepleegd (artikel 5, eerste lid, van het Strafwetboek). Daaruit volgt dat een rechtspersoon ervan kan worden beschuldigd eender welk misdrijf te hebben gepleegd (Cass., |
être accusée d'avoir commis n'importe quelle infraction (Cass., 26 | 26 september 2006, Arr. Cass., 2006, nr. 435) en kan worden |
septembre 2006, Pas., 2006, n° 435) et être condamnée du chef | veroordeeld wegens zware misdrijven. |
d'infractions graves. | Bovendien, hoewel het juist is dat het belang van de rechtspraak in |
En outre, s'il est vrai que les intérêts de la justice commandent en | beginsel vereist dat de bijstand van een advocaat moet worden |
principe d'accorder l'assistance d'un avocat ' lorsqu'une privation de | toegekend ' wanneer een vrijheidsberoving op het spel staat ' (EHRM, |
liberté se trouve en jeu ' (CEDH, grande chambre, 10 juin 1996, Benham | grote kamer, 10 juni 1996, Benham t. Verenigd Koninkrijk, § 61), neemt |
c. Royaume-Uni, § 61), il n'en demeure pas moins qu'une peine | zulks niet weg dat een geldboete, van een bepaald bedrag, als |
d'amende, d'un certain montant, peut être considérée comme d'une | voldoende ernstig kan worden beschouwd met het oog op de toepassing |
gravité suffisante aux fins de l'application de l'article 6.3, c), de | van artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de |
la Convention européenne des droits de l'homme (CEDH, 25 septembre 1992, Pham Hoang c. France, §§ 16 et 40). Une personne morale peut encore être condamnée à l'interdiction d'exercer une activité relevant de son objet social ou à la dissolution s'il est établi qu'elle a été intentionnellement créée pour exercer les activités pour lesquelles elle a été condamnée ou lorsque son objet a été intentionnellement détourné en ce but. Il ne saurait dès lors être exclu qu'une accusation en matière pénale portée contre une personne morale soit suffisamment importante pour justifier la gratuité d'une assistance judiciaire à son bénéfice. B.13.4. En ce qui concerne, ensuite, le critère lié à la complexité ou à l'importance des questions litigieuses ou des procédures en cause, il ne fait pas de doute que les poursuites à l'encontre d'une personne morale peuvent poser de délicates questions juridiques, en ce compris la détermination même de l'engagement de sa responsabilité pénale au côté, le cas échéant, des personnes physiques ayant matériellement | mens (EHRM, 25 september 1992, Pham Hoang t. Frankrijk, §§ 16 en 40). Een rechtspersoon kan verder nog worden veroordeeld tot een verbod om een activiteit uit te oefenen die tot zijn maatschappelijk doel behoort, of tot ontbinding indien wordt aangetoond dat hij opzettelijk werd opgericht om de activiteiten uit te oefenen waarvoor hij is veroordeeld, of wanneer zijn maatschappelijk doel met dat oogmerk opzettelijk werd verdraaid. Bijgevolg kan niet worden uitgesloten dat een tegen een rechtspersoon ingestelde strafvervolging voldoende belangrijk is om de kosteloosheid van rechtsbijstand in zijn voordeel te verantwoorden. B.13.4. Wat vervolgens het criterium met betrekking tot de complexiteit of het belang van de in het geding zijnde aangelegenheden of procedures betreft, lijdt het geen twijfel dat de vervolging van een rechtspersoon moeilijke juridische kwesties kan doen rijzen, met inbegrip van het bepalen zelf of hij strafrechtelijk verantwoordelijk is naast, in voorkomend geval, de natuurlijke personen die het |
commis l'infraction. | misdrijf feitelijk hebben gepleegd. |
B.13.5. En ce qui concerne, enfin, l'aptitude personnelle à se | B.13.5. Wat, ten slotte, het persoonlijk vermogen om zich te |
défendre, il convient de constater qu'il ne saurait être présumé que | verdedigen betreft, moet worden vastgesteld dat niet kan worden |
le mandataire ad hoc possède toujours les compétences et l'expérience | aangenomen dat de lasthebber ad hoc steeds over de nodige vaardigheden |
nécessaires pour assurer, sans l'aide d'un avocat spécialisé dans la | en ervaring beschikt om, zonder de bijstand van een advocaat die |
matière concernée, la défense de la personne morale. | gespecialiseerd is in de betrokken materie, de verdediging van de |
rechtspersoon te verzekeren. | |
B.14. En conséquence, une personne morale poursuivie pénalement, qui | B.14. Bijgevolg voldoet een strafrechtelijk vervolgde rechtspersoon, |
n'a pas les moyens de rémunérer un défenseur, satisfait aux conditions | die niet over voldoende middelen beschikt om een raadsman te |
imposées par l'article 6.3, c), de la Convention européenne des droits | bekostigen, aan de bij artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor |
de l'homme, afin de pouvoir bénéficier gratuitement de l'assistance | de rechten van de mens opgelegde voorwaarden om kosteloos de bijstand |
d'un avocat. | van een advocaat te kunnen genieten. |
Cette gratuité implique que, lorsqu'elle est poursuivie pénalement, | Die kosteloosheid houdt in dat, wanneer hij strafrechtelijk wordt |
une telle personne morale soit admise au bénéfice de l'aide juridique | vervolgd, een dergelijke rechtspersoon in aanmerking komt voor |
de deuxième ligne. | juridische tweedelijnsbijstand. |
B.15. Les articles 508/1 et 508/13 du Code judiciaire, en ce qu'ils | B.15. De artikelen 508/1 en 508/13 van het Gerechtelijk Wetboek, in |
excluent de l'aide juridique de deuxième ligne la personne morale | zoverre zij de strafrechtelijk vervolgde rechtspersoon die over |
poursuivie pénalement dont les ressources sont insuffisantes, ne sont | onvoldoende inkomsten beschikt uitsluiten van juridische |
pas compatibles avec les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en | tweedelijnsbijstand, zijn niet bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 |
combinaison avec l'article 6.3, c), de la Convention européenne des | van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 6.3, c), van het |
droits de l'homme. | Europees Verdrag voor de rechten van de mens. |
La seconde question préjudicielle appelle une réponse positive ». | De tweede prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord ». |
Enfin, la Cour a dit pour droit : | Ten slotte heeft het Hof voor recht gezegd : |
« 1. L'article 2bis du titre préliminaire du Code de procédure pénale | « 1. Artikel 2bis van de voorafgaande titel van het Wetboek van |
ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution, lus en | strafvordering schendt niet de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in |
combinaison avec l'article 6.3, c), de la Convention européenne des | samenhang gelezen met artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor |
droits de l'homme. | de rechten van de mens. |
L'absence d'un mécanisme permettant la prise en charge des frais et | De ontstentenis van een mechanisme dat een tenlasteneming mogelijk |
honoraires du mandataire ad hoc désigné, en application de cette | maakt van de kosten en erelonen van de lasthebber ad hoc die met |
disposition, lorsque la personne morale qu'il représente est | toepassing van die bepaling is aangewezen, wanneer de rechtspersoon |
insolvable, viole les mêmes dispositions. | die hij vertegenwoordigt insolvabel is, schendt dezelfde bepalingen. |
2. Les articles 508/1 et 508/13 du Code judiciaire violent les | 2. De artikelen 508/1 en 508/13 van het Gerechtelijk Wetboek schenden |
articles 10 et 11 de la Constitution, lus en combinaison avec | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met |
l'article 6.3, c), de la Convention européenne des droits de l'homme | artikel 6.3, c), van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, |
en ce qu'ils excluent de l'aide juridique de deuxième ligne la | in zoverre zij de strafrechtelijk vervolgde rechtspersoon die over |
personne morale poursuivie pénalement dont les ressources sont | onvoldoende inkomsten beschikt uitsluiten van juridische |
insuffisantes ». | tweedelijnsbijstand ». |
B.4. Compte tenu de ce qui précède, l'affaire doit être renvoyée au | B.4. Rekening houdend met hetgeen voorafgaat, dient de zaak naar de |
verwijzende rechter te worden teruggezonden teneinde het hem mogelijk | |
juge a quo afin de lui permettre d'apprécier si, à la lumière de | te maken te oordelen of de prejudiciële vraag, in het licht van arrest |
l'arrêt n° 143/2016, la question préjudicielle nécessite encore une réponse. | nr. 143/2016, nog een antwoord behoeft. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
renvoie l'affaire au juge a quo. | zendt de zaak terug naar de verwijzende rechter. |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 22 décembre 2016. | op 22 december 2016. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
Le président | De voorzitter, |
J. Spreutels | J. Spreutels |