← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 141/2016 du 17 novembre 2016 Numéro du rôle : 6027 En cause
: les questions préjudicielles concernant les articles 63 et 115 de la loi du 3 juillet 1978 relative
aux contrats de travail et l'article 149 de la loi du 30 d La Cour constitutionnelle, composée
des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...)"
| Extrait de l'arrêt n° 141/2016 du 17 novembre 2016 Numéro du rôle : 6027 En cause : les questions préjudicielles concernant les articles 63 et 115 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail et l'article 149 de la loi du 30 d La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...) | Uittreksel uit arrest nr. 141/2016 van 17 november 2016 Rolnummer 6027 In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 63 en 115 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en artikel 149 van de wet van 30 december 2009 Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de recht(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Extrait de l'arrêt n° 141/2016 du 17 novembre 2016 | Uittreksel uit arrest nr. 141/2016 van 17 november 2016 |
| Numéro du rôle : 6027 | Rolnummer 6027 |
| En cause : les questions préjudicielles concernant les articles 63 et | In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 63 en 115 van de |
| 115 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail et | wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en artikel |
| l'article 149 de la loi du 30 décembre 2009 portant des dispositions | 149 van de wet van 30 december 2009 houdende diverse bepalingen, |
| diverses, posées par le Tribunal du travail de Nivelles, division Wavre. | gesteld door de Arbeidsrechtbank te Nijvel, afdeling Waver. |
| La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
| composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de |
| Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke et R. Leysen, | rechters L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en R. |
| assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président J. | Leysen, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder |
| Spreutels, | voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
| Par jugement du 22 juillet 2014 en cause d'Elisabeth Janssen contre | Bij vonnis van 22 juli 2014 in zake Elisabeth Janssen tegen Zofia |
| Zofia Sobieska, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le | Sobieska, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op |
| 3 septembre 2014, le Tribunal du travail de Nivelles, division Wavre, | 3 september 2014, heeft de Arbeidsrechtbank te Nijvel, afdeling Waver, |
| a posé les questions préjudicielles suivantes : | de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
| « - Les articles 63 et 115 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux | « - Schenden de artikelen 63 en 115 van de wet van 3 juli 1978 |
| contrats de travail violent-ils les articles 10 et/ou 11 de la | betreffende de arbeidsovereenkomsten de artikelen 10 en/of 11 van de |
| Constitution en ce qu'ils excluent de la présomption de licenciement | Grondwet, in zoverre zij de dienstboden uitsluiten van het in artikel |
| abusif contenue dans l'article 63 les travailleurs domestiques et en | 63 vervatte vermoeden van willekeurig ontslag en in zoverre zij een |
| ce qu'ils instaurent une discrimination indirecte entre hommes et | indirecte discriminatie invoeren tussen mannen en vrouwen, aangezien |
| femmes étant donné que ce sont principalement des femmes qui sont | het voornamelijk vrouwen zijn die in het kader van een overeenkomst |
| occupées dans le cadre de contrat de travailleur domestique ? | voor dienstboden zijn tewerkgesteld ? |
| - L'article 149 de la loi du 30 décembre 2009 portant des dispositions | - Schendt artikel 149 van de wet van 30 december 2009 houdende diverse |
| diverses octroyant une prime de crise au seul contrat de travail | bepalingen, dat een crisispremie alleen toekent voor een |
| ouvrier en exceptant les contrats de travail domestiques viole-t-il | arbeidsovereenkomst voor arbeiders, door de arbeidsovereenkomsten voor |
| les articles 10 et/ou 11 de la Constitution et en ce qu'il instaure | dienstboden uit te sluiten, de artikelen 10 en/of 11 van de Grondwet, |
| une discrimination indirecte entre hommes et femmes étant donné que ce | en in zoverre het een indirecte discriminatie invoert tussen mannen en |
| sont principalement des femmes qui sont occupées dans le cadre de | vrouwen, aangezien het voornamelijk vrouwen zijn die in het kader van |
| contrat de travailleur domestique ? ». | een overeenkomst voor dienstboden zijn tewerkgesteld ? ». |
| (...) | (...) |
| III. En droit | III. In rechte |
| 1. Elisabeth Janssen, partie demanderesse au principal, est décédée le | 1. Elisabeth Janssen, eisende partij in het bodemgeschil, is overleden |
| 8 mars 2015. Ce décès a eu lieu avant la clôture des débats. | op 8 maart 2015. Dat overlijden heeft plaatsgevonden vóór de sluiting |
| En conséquence, la Cour a, par son ordonnance du 25 mars 2015, | van de debatten. |
| suspendu la procédure, en application de l'article 97 de la loi | Bijgevolg heeft het Hof de rechtspleging met toepassing van artikel 97 |
| spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle. 2. La Cour n'ayant pas été informée d'une reprise de l'instance devant le juge a quo, il y a lieu de lui renvoyer l'affaire, afin qu'il décide si la réponse aux questions préjudicielles est toujours indispensable pour rendre son jugement. Par ces motifs, la Cour renvoie l'affaire au juge a quo. Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof geschorst bij beschikking van 25 maart 2015. 2. Aangezien het Hof tot op heden nog geen kennis heeft gekregen van een hervatting van het geding voor de verwijzende rechter, is het noodzakelijk de zaak terug te zenden naar hem, opdat hij beslist of het antwoord op de prejudiciële vragen nog steeds onontbeerlijk is om zijn vonnis te wijzen. Om die redenen, het Hof zendt de zaak terug naar de verwijzende rechter. Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
| conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
| la Cour constitutionnelle, le 17 novembre 2016. | op 17 november 2016. |
| Le greffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| Le président, | De voorzitter, |
| J. Spreutels | J. Spreutels |