← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 124/2016 du 6 octobre 2016 Numéro du rôle : 6150 En cause :
les questions préjudicielles relatives aux articles 2, d), 49, 50 et 55, § 3, de la loi du 31
janvier 2009 sur la continuité des entreprises, posées par le La
Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...)"
Extrait de l'arrêt n° 124/2016 du 6 octobre 2016 Numéro du rôle : 6150 En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 2, d), 49, 50 et 55, § 3, de la loi du 31 janvier 2009 sur la continuité des entreprises, posées par le La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. (...) | Uittreksel uit arrest nr. 124/2016 van 6 oktober 2016 Rolnummer : 6150 In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 2, d), 49, 50 en 55, § 3, van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen, gesteld Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de recht(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 124/2016 du 6 octobre 2016 | Uittreksel uit arrest nr. 124/2016 van 6 oktober 2016 |
Numéro du rôle : 6150 | Rolnummer : 6150 |
En cause : les questions préjudicielles relatives aux articles 2, d), | In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 2, d), 49, 50 en |
49, 50 et 55, § 3, de la loi du 31 janvier 2009 sur la continuité des | 55, § 3, van de wet van 31 januari 2009 betreffende de continuïteit |
entreprises, posées par le Tribunal de commerce francophone de | van de ondernemingen, gesteld door de Franstalige Rechtbank van |
Bruxelles. | Koophandel te Brussel. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de |
Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, | rechters L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, T. |
P. Nihoul, F. Daoût et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, | Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût en R. Leysen, bijgestaan door de |
présidée par le président J. Spreutels, | griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Par jugement du 21 janvier 2015 en cause de la SCRL « GT Holding », | Bij vonnis van 21 januari 2015 in zake de cvba « GT Holding », waarvan |
dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 4 février 2015, | de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 februari 2015, |
le Tribunal de commerce francophone de Bruxelles a posé les questions | heeft de Franstalige Rechtbank van Koophandel te Brussel de volgende |
préjudicielles suivantes : | prejudiciële vragen gesteld : |
« 1) Les articles 2, d), et 50 de la loi du 31 janvier 2009 sur la | « 1) Schenden de artikelen 2, d), en 50 van de wet van 31 januari 2009 |
continuité des entreprises violent-ils les articles 10 et 11 de la | betreffende de continuïteit van de ondernemingen de artikelen 10 en 11 |
Constitution et introduisent-ils une discrimination, le cas échéant | van de Grondwet en voeren zij een discriminatie in, in voorkomend |
par non-respect du principe de proportionnalité : | geval wegens de niet-naleving van het evenredigheidsbeginsel : |
in zoverre aan de schuldeiser die in zijn overeenkomst zelf een beding | |
en ce que le créancier qui a pris le soin d'insérer, dans sa | heeft ingevoegd dat een mechanisme instelt dat kan worden |
convention, une clause créant un mécanisme assimilable à un gage et/ou | gelijkgesteld met een pand en/of een voorrecht, zoals een beding van |
à un privilège telle qu'une clause de mise en gage général des | (bestaande en toekomstige) algemene inpandgeving van de |
créances (actuelle et future) de son débiteur à son profit ou une | schuldvorderingen van zijn schuldenaar te zijnen gunste of een beding |
clause de réserve de propriété, ne peut se voir imposer, dans un plan | van eigendomsvoorbehoud, in een gerechtelijk reorganisatieplan bij |
de réorganisation judiciaire par accord collectif voté à la double | collectief akkoord gestemd met dubbele meerderheid van de schuldeisers |
majorité des créanciers prévue à l'article 54 de la loi du 31 janvier | zoals bepaald in artikel 54 van de wet van 31 januari 2009, geen |
2009, aucun abattement de sa créance, ni un plan d'apurement supérieur | enkele schuldvermindering, noch een aanzuiveringsplan van meer dan 24 |
à vingt-quatre mois, | maanden kan worden opgelegd, |
alors que l'assiette de cette clause ne correspond, par hypothèse ou | terwijl de grondslag van dat beding per hypothese of in het algemeen |
généralement, à aucun actif existant dans le patrimoine de | niet overeenstemt met enig actief in het vermogen van de onderneming |
l'entreprise en réorganisation judiciaire et que les autres | in gerechtelijke reorganisatie, en de andere schuldeisers, die niet |
créanciers, qui n'ont pas songé à insérer pareille clause dans leur | eraan hebben gedacht een dergelijk beding in hun overeenkomst in te |
contrat, peuvent voir leur créance réduite jusqu'à un maximum de 85 % | voegen, een vermindering van hun schuldvordering tot hoogstens 85 pct. |
? | kunnen krijgen ? |
2) Les articles 2, d), 49 et 50 de la loi du 31 janvier 2009 sur la | 2) Schenden de artikelen 2, d), 49 en 50 van de wet van 31 januari |
continuité des entreprises violent-ils les articles 10 et 11 de la | 2009 betreffende de continuïteit van de ondernemingen de artikelen 10 |
Constitution et introduisent-ils une discrimination : | en 11 van de Grondwet en voeren zij een discriminatie in : |
en ce qu'ils semblent autoriser l'homologation par le tribunal d'un | in zoverre zij de homologatie lijken toe te staan, door de rechtbank, |
plan de réorganisation judiciaire par accord collectif prévoyant d'une | van een gerechtelijk reorganisatieplan bij collectief akkoord waarbij |
part, le remboursement de l'intégralité de la créance du créancier | wordt voorzien in, enerzijds, de terugbetaling van de integrale |
sursitaire qui revêt également la qualité d'actionnaire de | schuldvordering van de schuldeiser in de opschorting die eveneens de |
l'entreprise en réorganisation judiciaire par le seul fait que la | hoedanigheid heeft van aandeelhouder van de onderneming in |
créance de ce dernier trouve sa cause dans une convention de prêt | gerechtelijke reorganisatie, door het loutere feit dat de |
schuldvordering van die laatste haar grondslag vindt in een | |
contenant une clause de mise en gage général des créances et d'autre | leningsovereenkomst die een beding van algemene inpandgeving van de |
part, un abattement de 85 % de l'ensemble des créances sursitaires | schuldvorderingen bevat en, anderzijds, een vermindering van 85 pct. |
ordinaires ? | van alle gewone schuldvorderingen in de opschorting ? |
3) L'article 55, § 3, de la loi du 31 janvier 2009 sur la continuité | 3) Schendt artikel 55, § 3, van de wet van 31 januari 2009 betreffende |
des entreprises viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution et | de continuïteit van de ondernemingen de artikelen 10 en 11 van de |
[introduit-il] une discrimination : | Grondwet en voert het een discriminatie in : |
en ce qu'il limite le contrôle du juge du fond à la vérification de | in zoverre het de controle van de feitenrechter beperkt tot het nagaan |
l'observation des formalités requises par la loi sur la continuité des | van de inachtneming van de vormvereisten die zijn opgelegd bij de wet |
entreprises et du respect de l'ordre public sans possibilité de | betreffende de continuïteit van de ondernemingen en van de naleving |
contrôler le respect des principes fondamentaux de balance des | van de openbare orde, zonder de naleving van de fundamentele |
intérêts, refusant dès lors peut-être, sans justification objective, | beginselen van de belangenafweging te kunnen controleren, waardoor |
pertinente et proportionnelle, une protection juridictionnelle | misschien, zonder objectieve, relevante en evenredige verantwoording, |
effective aux intérêts privés, mais légitimes, de certains créanciers | een daadwerkelijke jurisdictionele bescherming wordt ontzegd aan de |
? ». | weliswaar gewettigde privébelangen van sommige schuldeisers ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
Quant aux dispositions en cause et à leur contexte | Ten aanzien van de in het geding zijnde bepalingen en de context ervan |
B.1.1. Une procédure de réorganisation judiciaire a pour but de « | B.1.1. Een procedure van gerechtelijke reorganisatie strekt tot « het |
préserver, sous le contrôle du juge, la continuité de tout ou partie | behouden, onder toezicht van de rechter, van de continuïteit van het |
de l'entreprise en difficulté ou de ses activités » (article 16, | geheel of een gedeelte van de onderneming in moeilijkheden of van haar |
alinéa 1er, de la loi du 31 janvier 2009 relative à la continuité des | activiteiten » (artikel 16, eerste lid, van de wet van 31 januari 2009 |
entreprises). | betreffende de continuïteit van de ondernemingen). |
Un débiteur peut demander au tribunal compétent l'ouverture d'une | Een schuldenaar kan aan de bevoegde rechtbank het openen van een |
telle procédure notamment en vue d'obtenir l'accord de ses créanciers | dergelijke procedure vragen met het oog op onder meer het verkrijgen |
sur un plan de réorganisation judiciaire (article 16, alinéa 2, de la | van het akkoord van zijn schuldeisers over een plan van gerechtelijke |
même loi). Lorsque, sur requête du débiteur, ce tribunal déclare | reorganisatie (artikel 16, tweede lid, van dezelfde wet). Wanneer die |
ouverte la procédure de réorganisation judiciaire, il fixe la durée du | rechtbank, op verzoek van de schuldenaar, de procedure van |
sursis accordé au débiteur, qui peut être prorogé (article 24, § 2, de | gerechtelijke reorganisatie geopend verklaart, stelt zij de duur van |
la même loi; article 38 de la même loi, modifié par l'article 21 de la | de aan de schuldenaar verleende opschorting vast, die kan worden |
verlengd (artikel 24, § 2, van dezelfde wet; artikel 38 van dezelfde | |
loi du 27 mai 2013 « modifiant diverses législations en matière de | wet, gewijzigd door artikel 21 van de wet van 27 mei 2013 « tot |
wijziging van verschillende wetgevingen inzake de continuïteit van de | |
continuité des entreprises »). | ondernemingen »). |
B.1.2. Durant la période du sursis accordé au débiteur, celui-ci doit | B.1.2. Tijdens de opschorting die aan de schuldenaar is verleend, |
élaborer un plan de réorganisation judiciaire qui contient une « | werkt die laatstgenoemde een plan van gerechtelijke reorganisatie uit |
partie descriptive » et une « partie prescriptive » (article 47, § 1er, | dat een « beschrijvend gedeelte » en een « bepalend gedeelte » bevat |
de la loi du 31 janvier 2009). | (artikel 47, § 1, van de wet van 31 januari 2009). |
La première « décrit l'état de l'entreprise, les difficultés qu'elle | Het eerste « beschrijft de staat van de onderneming, de moeilijkheden |
rencontre et les moyens à mettre en oeuvre pour y remédier », « | die ze ondervindt en de middelen waarmede zij deze wil verhelpen », « |
comporte un rapport [...] sur les contestations de créances, de nature | bevat een verslag over de betwistingen van schuldvorderingen [...] dat |
à éclairer les intéressés sur leur ampleur et leur fondement » et « | de belanghebbenden kan inlichten over de omvang en hun grondslag ervan |
précise la manière dont le débiteur envisage de rétablir la | » en « omschrijft nader hoe de schuldenaar de rendabiliteit van de |
rentabilité de l'entreprise » (article 47, § 2, de la même loi). | onderneming zal herstellen » (artikel 47, § 2, van dezelfde wet). |
La partie prescriptive du plan contient les « mesures à prendre pour | Het bepalend gedeelte van het plan bevat « de maatregelen om de |
désintéresser les créanciers sursitaires portés sur » la « liste | schuldeisers in de opschorting opgenomen op de [volledige lijst van de |
complète des créanciers sursitaires reconnus ou se prétendants tels », | erkende of beweerde schuldeisers in de opschorting] te voldoen », |
éventuellement corrigée ou complétée après contestation (article 47, § | lijst die eventueel wordt verbeterd of aangevuld na betwisting |
3, de la même loi). | (artikel 47, § 3, van dezelfde wet). |
Le plan de réorganisation décrit notamment les droits de tous les | Het reorganisatieplan beschrijft onder meer de rechten van alle |
créanciers sursitaires, quels que soient la qualité de leur créance, | schuldeisers in de opschorting, ongeacht de hoedanigheid van hun |
la sûreté réelle ou personnelle qui la garantit, le privilège spécial | schuldvordering, de zakelijke of persoonlijke zekerheid die ze zeker |
ou général dont elle est assortie, ou peu importe le fait que le | stelt, het bijzonder of algemeen voorrecht dat met de schuldvordering |
titulaire ait la qualité de créancier-propriétaire ou une autre | gepaard gaat of het feit dat de titularis de hoedanigheid van |
qualité (article 48 de la même loi). | schuldeiser-eigenaar of enige andere hoedanigheid heeft (artikel 48 |
van dezelfde wet). | |
B.2.1. Les « créances sursitaires » au sens de la loi du 31 janvier | B.2.1. De « schuldvorderingen in de opschorting » in de zin van de wet |
2009 sont les « créances nées avant le jugement d'ouverture de la | van 31 januari 2009 zijn de « schuldvorderingen ontstaan voor het |
procédure de réorganisation judiciaire ou nées du dépôt de la requête | vonnis dat de procedure van gerechtelijke reorganisatie opent of die |
ou des décisions judiciaires prises dans le cadre de la procédure » | uit het verzoekschrift of gerechtelijke beslissingen genomen in het |
(article 2, c), de la loi du 31 janvier 2009, modifié par l'article 2 | kader van de procedure volgen » (artikel 2, c), van de wet 31 januari |
de la loi du 27 mai 2013). | 2009, gewijzigd bij artikel 2 van de wet van 27 mei 2013). |
B.2.2. L'article 2, d), de la loi du 31 janvier 2009 dispose : | B.2.2. Artikel 2, d), van de wet van 31 januari 2009 bepaalt : |
« Pour l'application de la présente loi, on entend par : | « Voor de toepassing van deze wet verstaat men onder : |
[...] | [...] |
d) ' créances sursitaires extraordinaires ' : les créances sursitaires | d) ' buitengewone schuldvorderingen in de opschorting ' : de |
schuldvorderingen in de opschorting die gewaarborgd zijn door een | |
garanties par un privilège spécial ou une hypothèque et les créances | bijzonder voorrecht of een hypotheek en de schuldvorderingen van de |
des créanciers-propriétaires; ». | schuldeisers-eigenaars; ». |
Les « créances sursitaires ordinaires » sont les « créances | De « gewone schuldvorderingen in de opschorting » zijn de « |
schuldvorderingen in de opschorting andere dan de buitengewone | |
sursitaires autres que les créances sursitaires extraordinaires » | schuldvorderingen in de opschorting » (artikel 2, e), van de wet van |
(article 2, e), de la loi du 31 janvier 2009). | 31 januari 2009). |
Un « créancier-propriétaire » est « la personne dans le chef de | Een « schuldeiser-eigenaar » is « de persoon in wiens hoofde |
laquelle sont réunies simultanément les qualités de titulaire d'une | tegelijkertijd de hoedanigheden verenigd zijn van titularis van een |
créance sursitaire et de propriétaire d'un bien meuble corporel qui | schuldvordering in de opschorting en van eigenaar van een lichamelijk |
n'est pas en sa possession et qui fait office de garantie » (article | roerend goed dat niet in zijn bezit is en dat als waarborg geldt » |
2, e), de la même loi). | (artikel 2, f), van dezelfde wet). |
La « personne qui est titulaire d'une créance sursitaire ordinaire » | De « persoon die titularis is van een gewone schuldvordering in de |
est un « créancier sursitaire ordinaire » (article 2, g), de la même | opschorting » is een « gewone schuldeiser in de opschorting » (artikel |
loi), tandis que celle qui est « titulaire d'une créance sursitaire | 2, g), van dezelfde wet), terwijl « de persoon die titularis is van |
extraordinaire » est un « créancier sursitaire extraordinaire » | een buitengewone schuldvordering in de opschorting » een « |
(article 2, h), de la même loi). | buitengewone schuldeiser in de opschorting » is (artikel 2, h), van |
dezelfde wet). | |
B.3. L'article 49 de la loi du 31 janvier 2009, modifié par l'article | B.3. Artikel 49 van de wet van 31 januari 2009, gewijzigd bij artikel |
23 de la loi du 26 septembre 2011 « transposant la Directive | 23 van de wet van 26 september 2011 « tot omzetting van Richtlijn |
2009/44/CE du Parlement européen et du Conseil du 6 mai 2009 modifiant | 2009/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 mei 2009 tot |
la Directive 98/26/CE concernant le caractère définitif du règlement | wijziging van Richtlijn 98/26/EG betreffende het definitieve karakter |
dans les systèmes de paiement et de règlement des opérations sur | van de afwikkeling van betalingen en effectentransacties in betalings- |
titres et la Directive 2002/47/CE concernant les contrats de garantie | en afwikkelingssystemen en Richtlijn 2002/47/EG betreffende financiële |
financière, en ce qui concerne les systèmes liés et les créances | zekerheidsovereenkomsten wat gekoppelde systemen en kredietvorderingen |
privées », dispose : | betreft », bepaalt : |
« Le plan indique les délais de paiement et les abattements de | « Het plan vermeldt de voorgestelde betalingstermijnen en de |
créances sursitaires en capital et intérêts proposés. Il peut prévoir | verminderingen op de schuldvorderingen in de opschorting, in kapitaal |
la conversion de créances en actions et le règlement différencié de | en intresten. Het kan in de omzetting van schuldvorderingen in |
aandelen voorzien, alsook in een gedifferentieerde regeling voor | |
certaines catégories de créances, notamment en fonction de leur | bepaalde categorieën van schuldvorderingen, onder meer op grond van de |
ampleur ou de leur nature. Le plan peut également prévoir une mesure | omvang of van de aard ervan. Het plan kan eveneens in een maatregel |
de renonciation aux intérêts ou de rééchelonnement du paiement de ces | voorzien voor de verzaking aan de interesten of de herschikking van de |
intérêts, ainsi que l'imputation prioritaire des sommes réalisées sur le montant principal de la créance. Le plan peut également contenir l'évaluation des conséquences que l'approbation du plan entraînerait pour les créanciers concernés. Il peut encore prévoir que les créances sursitaires ne pourront être compensées avec des dettes du créancier titulaire postérieures à l'homologation. Une telle proposition ne peut viser des créances connexes. Lorsque la continuité de l'entreprise requiert une réduction de la masse salariale, un volet social du plan de réorganisation est prévu, dans la mesure où un tel plan n'a pas encore été négocié. Le cas échéant, celui-ci peut prévoir des licenciements. | betaling ervan, alsook in de prioritaire aanrekening van de bedragen die zijn gerealiseerd op de hoofdsom van de schuldvordering. Het plan kan ook de gevolgen evalueren die de goedkeuring van het plan zou meebrengen voor de betrokken schuldeisers. Het kan ook bepalen dat geen schuldvergelijking mogelijk zal zijn tussen de schuldvorderingen in de opschorting en de schulden van de schuldeiser-titularis die zijn ontstaan na de homologatie. Een dergelijk voorstel kan niet gedaan worden met betrekking tot samenhangende vorderingen. Wanneer de continuïteit van de onderneming een vermindering van de loonmassa vereist, wordt in een sociaal luik van het reorganisatieplan voorzien, voor zover over een dergelijk plan niet eerder was onderhandeld. In voorkomend geval kan het in ontslagen voorzien. |
Lors de l'élaboration de ce plan, les représentants du personnel au | Bij de uitwerking van dit plan worden de vertegenwoordigers van het |
sein du conseil d'entreprise ou, à défaut, du comité pour la | personeel in de ondernemingsraad, of, indien er geen is, in het comité |
prévention et la protection au travail, ou, à défaut, la délégation | voor preventie en bescherming op het werk, of, indien er geen is, de |
syndicale ou, à défaut, une délégation du personnel, seront entendus | vakbondsafvaardiging of, indien er geen is, een werknemersafvaardiging |
». | gehoord ». |
B.4. L'article 49/1 de la loi du 31 janvier 2009, inséré par l'article | B.4. Artikel 49/1 van de wet van 31 januari 2009, ingevoegd bij |
27 de la loi du 27 mai 2013, dispose : | artikel 27 van de wet van 27 mei 2013, bepaalt : |
« Les propositions incluent pour tous les créanciers une proposition | « De voorstellen bevatten voor alle schuldeisers een betalingsvoorstel |
de paiement qui ne peut être inférieure à 15 pour cent du montant de | dat niet minder dan 15 procent van het bedrag van de schuldvordering |
la créance. Si le plan prévoit un traitement différencié des créanciers, il ne peut accorder aux créanciers publics munis d'un privilège général un traitement moins favorable que celui qu'il accorde aux créanciers sursitaires ordinaires les plus favorisés. Un pourcentage inférieur peut être prévu conformément à l'alinéa 3 et moyennant motivation stricte. Le plan peut proposer de façon motivée des pourcentages inférieurs en faveur des créanciers ou catégories de créanciers susmentionnés sur la base d'exigences impérieuses et motivées liées à la continuité de l'entreprise. Le plan ne peut contenir de réduction ou d'abandon des créances nées de prestations de travail antérieures à l'ouverture de la procédure. | mag bedragen. Als het plan in een gedifferentieerde behandeling van de schuldeisers voorziet, mag de behandeling van de openbare schuldeisers die een algemeen voorrecht genieten, niet minder gunstig zijn dan die welke de best behandelde gewone schuldeisers in de opschorting genieten. Overeenkomstig het derde lid en met een strikte motivering kan in een lager percentage worden voorzien. Het plan kan voor de hierboven vermelde schuldeisers of categorieën van schuldeisers, lagere percentages voorstellen op basis van dwingende en met redenen omklede vereisten die verband houden met de continuïteit van de onderneming. Het plan kan geen vermindering of kwijtschelding bevatten van schuldvorderingen die zijn ontstaan uit vóór de opening van de procedure verrichte arbeidsprestaties. |
Le plan ne peut prévoir de réduction des dettes alimentaires ni des | Het plan kan niet voorzien in een vermindering van de |
dettes qui résultent pour le débiteur de l'obligation de réparer le | onderhoudsschulden, noch van de schulden die voor de schuldenaar |
dommage causé par sa faute et lié au décès ou à l'atteinte à | voortvloeien uit de verplichting tot herstel van de door zijn schuld |
l'intégrité physique d'une personne. | veroorzaakte schade die verbonden is aan het overlijden of aan de |
Le plan de réorganisation ne peut prévoir de diminution ou suppression | aantasting van de lichamelijke integriteit van een persoon. |
Het reorganisatieplan kan niet voorzien in een vermindering of | |
des amendes pénales ». | kwijtschelding van de strafrechtelijke boeten ». |
B.5. L'article 50 de la loi du 31 janvier 2009 dispose : | B.5. Artikel 50 van de wet van 31 januari 2009 bepaalt : |
« Sans préjudice du paiement des intérêts qui leur sont conventionnellement ou légalement dus sur leurs créances, le plan peut prévoir le sursis de l'exercice des droits existants des créanciers sursitaires extraordinaires pour une durée n'excédant pas vingt-quatre mois à dater du dépôt de la requête. Dans les mêmes conditions, le plan peut prévoir une prorogation extraordinaire de ce sursis pour une durée ne dépassant pas douze mois. Dans ce cas, le plan prévoit qu'à l'échéance du premier délai de sursis, le débiteur soumettra au tribunal, son créancier entendu, la preuve que la situation financière et les recettes prévisibles de l'entreprise la mettront, selon les prévisions raisonnables, à même, à | « Onverminderd de betaling van de interest die hen conventioneel of wettelijk op hun schuldvorderingen verschuldigd is, kan het plan in de opschorting voorzien van de uitoefening van de bestaande rechten van de buitengewone schuldeisers in de opschorting, voor een duur die vierentwintig maanden niet mag overschrijden vanaf het neerleggen van het verzoekschrift. Het plan kan onder dezelfde voorwaarden in een buitengewone verlenging van die opschorting voorzien voor een termijn van maximum twaalf maanden. In dit geval bepaalt het plan dat bij het verstrijken van de eerste termijn die voor de opschorting is bepaald, de schuldenaar aan de rechtbank, nadat zijn schuldeiser is gehoord, het bewijs moet leveren dat de financiële toestand en verwachte inkomsten van de onderneming na het verstrijken van deze periode de integrale |
l'expiration de cette période supplémentaire, de rembourser | terugbetaling van de betrokken buitengewone schuldeisers in de |
intégralement les créanciers sursitaires extraordinaires concernés, et | opschorting redelijkerwijze mogelijk maken, en dat bij ontstentenis |
qu'à défaut d'apporter cette preuve, le débiteur entendra ordonner la | van dit bewijs de rechtbank beveelt dat een einde wordt gemaakt aan |
fin de ce sursis. | die opschorting. |
Sauf leur consentement individuel ou accord amiable conclu | Behoudens hun individuele toestemming of een minnelijk akkoord |
conformément à l'article 15 ou 43, dont une copie est jointe au plan | gesloten overeenkomstig artikel 15 of 43, waarvan een kopie is gevoegd |
bij het plan op het ogenblik van de neerlegging op de griffie, mag het | |
lors de son dépôt au greffe, le plan ne peut comporter aucune autre | plan geen enkele andere maatregel bevatten die de rechten van die |
mesure affectant les droits desdits créanciers ». | schuldeisers aantast ». |
B.6. L'article 54 de la loi du 31 janvier 2009 dispose : | B.6. Artikel 54 van de wet van 31 januari 2009 bepaalt : |
« Au jour indiqué aux créanciers conformément à l'article 26, § 1er, | « Op de dag gemeld aan de schuldeisers overeenkomstig artikel 26, § 1, |
alinéa 2, 5°, et à l'article 53, le tribunal entend le juge délégué en son rapport, ainsi que le débiteur et les créanciers en leurs moyens. Le plan de réorganisation est tenu pour approuvé par les créanciers lorsque le scrutin recueille le vote favorable de la majorité de ceux-ci, représentant par leurs créances non contestées ou provisoirement admises, conformément à l'article 46, § 3, la moitié de toutes les sommes dues en principal. Les créanciers qui n'ont pas participé au vote et les créances qu'ils détiennent ne sont pas pris en compte pour le calcul des majorités ». | tweede lid, 5°, en artikel 53, hoort de rechtbank het verslag van de gedelegeerd rechter en de middelen van de schuldenaar en de schuldeisers. Het reorganisatieplan wordt geacht goedgekeurd te zijn door de schuldeisers wanneer de meerderheid van hen, die met hun onbetwiste of overeenkomstig artikel 46, § 3, voorlopig aanvaarde schuldvorderingen de helft van alle in hoofdsom verschuldigde bedragen vertegenwoordigen, voor stemmen. Met de schuldeisers die niet aan de stemming deelnamen en hun schuldvorderingen wordt geen rekening gehouden bij het berekenen van de meerderheden ». |
B.7. L'article 55 de la loi du 31 janvier 2009, remplacé par l'article | B.7. Artikel 55 van de wet van 31 januari 2009, vervangen bij artikel |
28 de la loi du 27 mai 2013, dispose : | 28 van de wet van 27 mei 2013, bepaalt : |
« § 1er. Dans les quatorze jours de l'audience, et en tout état de | « § 1. Binnen veertien dagen na de zitting, en in elk geval vóór de |
cause avant l'échéance du sursis fixée par application des articles | vervaldag van de met toepassing van de artikelen 24, § 2, en 38, |
24, § 2, et 38, le tribunal décide s'il homologue ou non le plan de | bepaalde opschorting, beslist de rechtbank of zij al dan niet het |
réorganisation. | reorganisatieplan homologeert. |
§ 2. Si le tribunal estime que les formalités n'ont pas été respectées | § 2. Indien de rechtbank oordeelt dat de pleegvormen niet werden |
ou que le plan porte atteinte à l'ordre public, il peut, par décision | nageleefd of dat het plan de openbare orde schendt, mag zij bij een |
motivée et avant de statuer, autoriser le débiteur à proposer aux | met redenen omklede beslissing en vooraleer recht te doen, aan de |
créanciers un plan de réorganisation adapté selon les formalités de | schuldenaar toestaan een aangepast reorganisatieplan aan de |
l'article 53. Dans ce cas, il décide que la période de sursis est | schuldeisers voor te leggen volgens de pleegvormen van artikel 53. In |
dit geval beslist zij dat de periode van opschorting wordt verlengd, | |
prorogée, sans que le délai maximum fixé à l'article 38 puisse | zonder dat de bij artikel 38 bepaalde maximumtermijn echter kan worden |
toutefois être dépassé. Il fixe également la date de l'audience à laquelle il sera procédé au vote sur le plan. Les décisions rendues en vertu du présent paragraphe ne sont pas susceptibles d'opposition ou d'appel. § 3. L'homologation ne peut être refusée qu'en cas d'inobservation des formalités requises par la présente loi ou pour violation de l'ordre public. Elle ne peut être subordonnée à aucune condition qui ne soit pas prévue au plan de réorganisation, ni y apporter quelque modification que ce soit. § 4. Sous réserve des contestations découlant de l'exécution du plan de réorganisation, le jugement qui statue sur l'homologation clôture la procédure de réorganisation. Il est publié par extrait au Moniteur belge par les soins du greffier ». | overschreden. Zij stelt ook de datum vast van de zitting waarop zal overgegaan worden tot de stemming over het plan. Tegen de op grond van deze paragraaf gewezen beslissingen staat geen verzet of hoger beroep open. § 3. De homologatie kan slechts geweigerd worden in geval van niet-naleving van de pleegvormen die door deze wet worden opgelegd of wegens schending van de openbare orde. Ze kan niet aan enige voorwaarde onderworpen worden die niet in het reorganisatieplan vervat is noch er enige wijziging in aanbrengen. § 4. Onder voorbehoud van de betwistingen die voortvloeien uit de uitvoering van het reorganisatieplan, sluit het vonnis dat oordeelt over de homologatie, de reorganisatieprocedure af. Het wordt bij uittreksel in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt, door toedoen van de griffier ». |
B.8. L'article 57, alinéa 1er, de la loi du 31 janvier 2009 dispose : | B.8. Artikel 57, eerste lid, van de wet van 31 januari 2009 bepaalt : |
« L'homologation du plan de réorganisation le rend contraignant pour | « De homologatie van het reorganisatieplan maakt het bindend voor alle |
tous les créanciers sursitaires ». | schuldeisers in de opschorting ». |
Quant à la première question préjudicielle | Ten aanzien van de eerste prejudiciële vraag |
B.9. Il ressort des termes de la question et des motifs de la décision | B.9. Uit de bewoordingen van de vraag en de motieven van de |
de renvoi que la Cour est invitée à statuer sur la compatibilité, avec | verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof wordt verzocht zich uit te |
les articles 10 et 11 de la Constitution, de la différence de | spreken over de bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de |
traitement que feraient les articles 2, d) et 50 de la loi du 31 | Grondwet, van het verschil in behandeling dat de artikelen 2, d), en |
janvier 2009 entre deux catégories de créanciers sursitaires liés par | 50 van de wet van 31 januari 2009 tot stand zouden brengen tussen twee |
categorieën van schuldeisers in de opschorting die zijn gebonden door | |
un contrat avec le débiteur autorisé à élaborer un plan de | een overeenkomst met de schuldenaar die ertoe gemachtigd is een plan |
réorganisation judiciaire : d'une part, ceux qui, pour sûreté d'une | van gerechtelijke reorganisatie uit te werken : enerzijds, diegenen |
dette commerciale, ont convenu avec le débiteur de la mise en gage | die, als zekerheid van een handelsschuld, met de schuldenaar de |
inpandgeving zijn overeengekomen van een geheel van diens | |
d'un ensemble de créances de celui-ci qui étaient nées ou n'étaient | schuldvorderingen die waren ontstaan of nog niet waren ontstaan op het |
pas encore nées au moment de la convention et, d'autre part, les | ogenblik van de overeenkomst en, anderzijds, de schuldeisers die, als |
créanciers qui, pour sûreté de leur dette, ne disposent pas d'un | zekerheid van hun schuld, niet beschikken over een bijzonder voorrecht |
privilège spécial ou d'une hypothèque et qui ne sont pas | of over een hypotheek en die geen schuldeiser-eigenaar zijn in de zin |
créanciers-propriétaires au sens de l'article 2, f), de la loi du 31 | van artikel 2, f), van de wet van 31 januari 2009. |
janvier 2009. Seuls les seconds pourraient être contraints par le plan de | Alleen de laatstgenoemden zouden door het plan van gerechtelijke |
réorganisation judiciaire, élaboré par le débiteur et approuvé par une | reorganisatie, uitgewerkt door de schuldenaar en goedgekeurd door de |
majorité de créanciers, de renoncer définitivement au paiement de | meerderheid van schuldeisers, ertoe kunnen worden gedwongen definitief |
quatre-vingt-cinq pour cent de leur créance. | te verzaken aan de betaling van 85 pct. van hun schuldvordering. |
B.10. Le plan de réorganisation judiciaire élaboré par le débiteur et | B.10. Het plan van gerechtelijke reorganisatie uitgewerkt door de |
soumis au vote des créanciers peut, en principe, contenir, pour tout | schuldenaar en ter stemming voorgelegd aan de schuldeisers kan in |
créancier, une proposition de paiement limitée à quinze pour cent du | principe voor iedere schuldeiser een voorstel tot betaling bevatten |
dat is beperkt tot 15 pct. van het bedrag van zijn schuldvordering | |
montant de sa créance (article 49/1, alinéa 1er, de la loi du 31 | (artikel 49/1, eerste lid, van de wet van 31 januari 2009, ingevoegd |
janvier 2009, inséré par l'article 27 de la loi du 27 mai 2013), ce | bij artikel 27 van de wet van 27 mei 2013), hetgeen erop neerkomt een |
qui revient à proposer un renoncement définitif au paiement de | definitieve verzaking aan de betaling van 85 pct. van die |
quatre-vingt-cinq pour cent de cette créance. | schuldvordering voor te stellen. |
Ce plan ne peut cependant contenir une telle proposition pour les | Dat plan kan een dergelijk voorstel voor de buitengewone schuldeisers |
créanciers sursitaires extraordinaires sans le consentement préalable | in de opschorting evenwel niet bevatten zonder de voorafgaande |
de ces derniers, puisqu'un tel plan ne peut comporter de mesures | toestemming van die laatstgenoemden, aangezien een dergelijk plan |
affectant les droits de ces créanciers - autres que le sursis à | maatregelen die de rechten van die schuldeisers aantasten - andere dan |
l'exercice de leurs droits pour une durée maximale de trente-six mois | de opschorting van de uitoefening van hun rechten voor een maximumduur |
van 36 maanden - alleen mag bevatten indien zij hun toestemming | |
- que s'ils ont marqué leur accord (article 50 de la loi du 31 janvier 2009). | daarvoor hebben gegeven (artikel 50 van de wet van 31 januari 2009). |
B.11.1. L'origine de l'article 2, d), de la loi du 31 janvier 2009 se | B.11.1. Artikel 2, d), van de wet van 31 januari 2009 vindt zijn |
trouve dans un amendement à une proposition de loi, amendement qui | oorsprong in een amendement op een wetsvoorstel, amendement dat de « |
définit les « créances sursitaires extraordinaires » comme étant les « | buitengewone schuldvorderingen in de opschorting » definieert als « de |
créances sursitaires garanties par une sûreté réelle ou un privilège | schuldvorderingen in de opschorting die gewaarborgd zijn door een |
zakelijke zekerheid of een bijzonder voorrecht en de schuldvorderingen | |
spécial et les créances des créanciers-propriétaires » (Doc. parl., | van de schuldeisers-eigenaars » (Parl. St., Kamer, 2007-2008, nr. |
Chambre, 2007-2008, DOC 52-0160/002, p. 2). | 160/2, p. 2). |
Le commentaire de cette définition précise que ces créances « qui | De commentaar bij die definitie preciseert dat die schuldvorderingen |
bénéficient d'un traitement particulier sont les créances garanties | die « een bijzondere behandeling [krijgen] zijn gewaarborgd door een |
par une sûreté réelle, c'est-à-dire un gage ou une hypothèque, ou | zakelijke zekerheid, d.w.z. een waarborg of een hypotheek, of [...] in |
bénéficient d'une garantie donnée par la rétention du droit de | aanmerking [komen] voor een waarborg verstrekt door de retentie van |
propriété ou par le biais d'un privilège spécial » (ibid., p. 45). | een eigendomsrecht of via een bijzonder voorrecht » (ibid., p. 45). |
L'objectif de la définition précitée était, pour l'essentiel, de viser | Het doel van de voormelde definitie was voornamelijk de bijzondere |
les privilèges spéciaux et les hypothèques et d'exclure les privilèges | voorrechten en de hypotheken te beogen en de algemene voorrechten uit |
généraux (Doc. parl., Sénat, 2008-2009, n° 995/3, p. 22). | te sluiten (Parl. St., Senaat, 2008-2009, nr. 995/3, p. 22). |
B.11.2. Par un deuxième amendement, cette définition des « créances | B.11.2. Met een tweede amendement is die definitie van de « |
sursitaires extraordinaires » a été remplacée par le texte qui est | buitengewone schuldvorderingen in de opschorting » vervangen door de |
devenu l'article 2, d), de la loi du 31 janvier 2009, reproduit en | tekst die artikel 2, d), van de wet van 31 januari 2009 is geworden, |
B.2.2, afin de « confirmer » ou de « préciser plus clairement » que | weergegeven in B.2.2, teneinde « te verduidelijken » of « duidelijker |
te stellen » dat de door een algemeen voorrecht gewaarborgde | |
les créances garanties par un privilège général ne sont pas des « | schuldvorderingen geen « buitengewone schuldvorderingen in de |
créances sursitaires extraordinaires » (Doc. parl., Sénat, 2008-2009, | opschorting » zijn (Parl. St., Senaat, 2008-2009, nr. 995/2, p. 15; |
n° 995/2, p. 15; ibid., n° 995/3, p. 22). | ibid., nr. 995/3, p. 22). |
B.11.3. Il ressort de la comparaison du texte du premier amendement et | B.11.3. Uit de vergelijking van de tekst van het eerste amendement en |
de son commentaire (qui définit la sûreté réelle comme étant | de commentaar erbij (die de zakelijke zekerheid definieert als het |
l'ensemble des gages et hypothèques) avec le texte finalement adopté | geheel van panden en hypotheken) met de uiteindelijk aangenomen tekst |
de l'article 2, d), de la loi du 31 janvier 2009 (qui ne fait plus | van artikel 2, d), van de wet van 31 januari 2009 (die de zakelijke |
zekerheden niet meer vermeldt maar een verwijzing naar de hypotheek | |
mention des sûretés réelles tout en maintenant une référence à | behoudt) blijkt dat een schuldvordering waarvan de betaling wordt |
l'hypothèque) qu'une créance dont le paiement est garanti par un gage | gewaarborgd door een pand geen « buitengewone schuldvordering in de |
opschorting » zou zijn. | |
ne serait pas une « créance sursitaire extraordinaire ». | De « schuldvordering [...] op het pand dat zich in het bezit van de |
La « créance, sur le gage dont le créancier est saisi » fait cependant | schuldeiser bevindt » maakt evenwel deel uit van de « |
partie des « créances privilégiées sur certains meubles » (article 20, | schuldvorderingen, op bepaalde roerende goederen bevoorrecht » |
3°, du titre XVIII, du livre III du Code civil), c'est-à-dire des | (artikel 20, 3°, van titel XVIII, van boek III van het Burgerlijk |
créances auxquelles est attaché un « privilège spécial ». | Wetboek), namelijk de schuldvorderingen waaraan een « bijzonder |
voorrecht » is gekoppeld. | |
Een schuldvordering in de opschorting waarvan de betaling is | |
Une créance sursitaire dont le paiement est garanti par un gage doit | gewaarborgd door een pand, moet dus worden beschouwd als een « |
donc être considérée comme une « créance sursitaire extraordinaire ». | buitengewone schuldvordering in de opschorting ». |
B.12. En interdisant en principe toute mesure affectant les droits des | B.12. Door elke maatregel die de rechten van de buitengewone |
créanciers sursitaires extraordinaires, autre que le sursis cité en | schuldeisers in de opschorting aantast, andere dan de opschorting |
vermeld in B.10, in principe te verbieden, biedt artikel 50, derde | |
B.10, l'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009 offre au | lid, van de wet van 31 januari 2009 de pandhoudende schuldeiser een |
créancier gagiste une protection dont ne bénéficie pas le créancier | |
sursitaire ordinaire et introduit, de ce fait, une différence de | bescherming die de gewone schuldeiser in de opschorting niet geniet, |
traitement entre les deux catégories de créanciers décrites en B.9. | en voert het hiermee een verschil in behandeling in tussen de twee in |
B.9 omschreven categorieën van schuldeisers. | |
B.13. La protection du créancier sursitaire extraordinaire qui découle | B.13. De bescherming van de buitengewone schuldeiser in de opschorting |
de l'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009 répond, comme | die voortvloeit uit artikel 50, derde lid, van de wet van 31 januari |
2009 beantwoordt, zoals de andere in dat artikel opgenomen regels, aan | |
les autres règles inscrites dans cet article, au souci de ne pas « | de zorg om de rechten van de buitengewone schuldeisers in de |
ruiner » les droits des créanciers sursitaires extraordinaires afin de | opschorting niet « aan te tasten » teneinde de « kostprijs van het |
ne pas affecter indirectement le « coût du crédit » (Doc. parl., | krediet » niet indirect ongunstig te beïnvloeden (Parl. St., Kamer, |
Chambre, 2007-2008, DOC 52-0160/002, p. 68). B.14. Lorsque, dans une matière qui touche à des intérêts économiques divergents, le législateur a choisi la solution qu'il a considérée comme étant la plus favorable à l'intérêt général, la Cour ne pourrait censurer ce choix que s'il était manifestement déraisonnable ou que s'il portait une atteinte manifestement disproportionnée aux intérêts d'une catégorie de personnes. B.15.1. N'étant pas des créanciers sursitaires extraordinaires, les créanciers qui, pour sûreté de leur dette contractuelle, ne disposent pas d'un privilège spécial ou d'une hypothèque et qui ne sont pas | 2007-2008, nr. 160/2, p. 68). B.14. Wanneer de wetgever, in een aangelegenheid die uiteenlopende economische belangen betreft, de keuze maakt die hij het meest gunstig acht voor het algemeen belang, zou het Hof die keuze alleen kunnen afkeuren wanneer ze kennelijk onredelijk zou zijn of op kennelijk onevenredige wijze afbreuk zou doen aan de belangen van een categorie van personen. B.15.1. Daar zij geen buitengewone schuldeisers in de opschorting zijn, genieten de schuldeisers die, als zekerheid van hun contractuele schuld, niet beschikken over een bijzonder voorrecht of over een hypotheek en die geen schuldeiser-eigenaar zijn in de zin van artikel |
créanciers-propriétaires au sens de l'article 2, f), de la loi du 31 | 2, f), van de wet van 31 januari 2009, niet de bescherming waarin |
janvier 2009 ne bénéficient pas de la protection prévue par l'article | artikel 50, derde lid, van de wet van 31 januari 2009 voorziet. |
50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009. | Onder die schuldeisers bevinden zich evenwel titularissen van |
Parmi ces créanciers figurent cependant des titulaires de créances | schuldvorderingen ontstaan uit arbeidsprestaties vóór het openen van |
nées de prestations de travail antérieures à l'ouverture de la | de procedure van gerechtelijke reorganisatie, schuldvorderingen die |
procédure de réorganisation judiciaire, créances qui ne peuvent faire | niet het voorwerp kunnen uitmaken van een vermindering of een |
l'objet d'une réduction ou d'un abandon dans le plan de réorganisation | kwijtschelding in het plan van gerechtelijke reorganisatie (artikel |
judiciaire (article 49/1, alinéa 4, de la loi du 31 janvier 2009). | 49/1, vierde lid, van de wet van 31 januari 2009). |
B.15.2. Le gage, qui confère à un créancier le statut de créancier | B.15.2. Het pand, dat aan de schuldeiser het statuut van buitengewone |
sursitaire extraordinaire et, par conséquent, l'avantage résultant de | schuldeiser in de opschorting en bijgevolg het voordeel dat |
l'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009, est un contrat | voortvloeit uit artikel 50, derde lid, van de wet van 31 januari 2009 |
que tout créancier est libre de proposer à son débiteur afin de | toekent, is een overeenkomst die elke schuldeiser vrij kan voorstellen |
garantir le paiement de la dette de ce dernier. | aan zijn schuldenaar teneinde de betaling van de schuld van die |
laatstgenoemde te waarborgen. | |
B.15.3. L'exigence du paiement d'un montant minimal de quinze pour | B.15.3. De vereiste van de betaling van een minimumbedrag van 15 pct., |
cent, inscrite à l'article 49/1, alinéa 1er, de la loi du 31 janvier | opgenomen in artikel 49/1, eerste lid, van de wet van 31 januari 2009, |
2009, est une mesure qui vise à « préserver les droits légitimes des | is een maatregel die ertoe strekt « de gewettigde rechten van de |
créanciers » (Doc. parl., Chambre, 2012-2013, DOC 53-2692/001, p. 23). | schuldeisers te vrijwaren » (Parl. St., Kamer, 2012-2013, DOC 53-2692/001, p. 23). |
B.15.4. Au regard du principe général du droit d'égalité et de | B.15.4. In het licht van het algemeen rechtsbeginsel van gelijkheid en |
non-discrimination, l'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier | niet-discriminatie kan artikel 50, derde lid, van de wet van 31 |
2009 ne peut être interprété en ce sens qu'il permette que le plan | januari 2009 niet zo worden geïnterpreteerd dat het toelaat dat het |
prévoie des différences de traitement qui ne sont pas raisonnablement | plan voorziet in verschillen in behandeling die niet redelijk |
justifiées. | verantwoord zijn. |
Lorsqu'il est amené à apprécier la compatibilité d'un plan de | Wanneer zij ertoe wordt gebracht de verenigbaarheid van een plan van |
gerechtelijke reorganisatie met de openbare orde te beoordelen | |
réorganisation judiciaire avec l'ordre public (article 55, § 3, de la | (artikel 55, § 3, van de wet van 31 januari 2009, vervangen door |
loi du 31 janvier 2009, remplacé par l'article 28 de la loi du 27 mai | artikel 28 van wet van 27 mei 2013), dient de rechtbank van koophandel |
2013), le tribunal de commerce doit vérifier si les différences de | na te gaan of de in het plan opgenomen verschillen in behandeling |
traitement entre créanciers prévues par le plan sont « fonctionnelles, | onder schuldeisers « functioneel zijn, dit is afgestemd op het behoud |
c'est-à-dire axées sur le maintien de l'entreprise en tant qu'entité | van de onderneming als economische entiteit » (Parl. St., Kamer, |
économique » (Doc. parl., Chambre, 2012-2013, DOC 53-2692/001, p. 24), | 2012-2013, DOC 53-2692/001, p. 24), of er een voldoende band bestaat |
si la « répartition des charges entre la communauté [...] et certains | tussen de « spreiding van de lasten tussen de gemeenschap [...] en |
créanciers » est suffisamment liée au « sauvetage d'une activité | bepaalde schuldeisers » en « de redding van een economische activiteit |
économique qui sert l'intérêt général » (ibid., pp. 24-25), et si les | die het algemeen belang dient » (ibid., pp. 24-25), en of de |
différences de traitement ne s'expliquent pas seulement par la | verschillen in behandeling niet alleen te verklaren zijn door de |
nécessité d'obtenir l'approbation du plan par une majorité de | noodzaak om de goedkeuring van het plan door een meerderheid van de |
créanciers (ibid., p. 25) sans égard à la volonté d'assurer le « | schuldeisers te verkrijgen (ibid., p. 25) ongeacht de wil om de « |
sauvetage fondamental de l'entreprise » (ibid., p. 25). Il doit, à cet | fundamentele redding [...] van de onderneming » te verzekeren (ibid., |
égard, tenir compte de la charge que représentent ces différences de | p 25). In dat opzicht dient rekening te worden gehouden met de last |
traitement pour les créanciers qui sont traités moins favorablement | die die verschillen in behandeling vertegenwoordigen voor de |
(ibid., pp. 24-25). | schuldeisers die minder gunstig worden behandeld (ibid., pp. 24-25). |
Si la différence de traitement décrite en B.9, qui découle de | Indien het in B.9 vermelde verschil in behandeling, dat voortvloeit |
l'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009, devait, par | uit artikel 50, derde lid, van de wet van 31 januari 2009, door de |
l'application conjointe de l'article 49/1, alinéa 1er, de la même loi, | gezamenlijke toepassing van artikel 49/1, eerste lid, van dezelfde |
mener concrètement, lors de l'élaboration et du vote du plan de | wet, bij de totstandkoming en de stemming van het plan van |
réorganisation judiciaire, à une différence de traitement entre | gerechtelijke reorganisatie concreet zou leiden tot een verschil in |
créanciers sursitaires ordinaires et créanciers sursitaires | behandeling tussen gewone schuldeisers in de opschorting en |
extraordinaires dépourvue de justification raisonnable, le tribunal de | buitengewone schuldeisers in de opschorting dat niet redelijk |
commerce pourrait dès lors refuser l'homologation de ce plan pour | verantwoord is, kan de rechtbank van koophandel bijgevolg de |
violation de l'ordre public. | homologatie van dat plan weigeren wegens schending van de openbare |
B.15.5. Il résulte de ce qui précède que la différence de traitement | orde. B.15.5. Uit hetgeen voorafgaat, vloeit voort dat het verschil in |
entre les deux catégories de personnes décrites en B.9 qui résulte de | behandeling tussen de twee in B.9 omschreven categorieën van personen |
l'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009 n'est pas | dat voortvloeit uit artikel 50, derde lid, van de wet van 31 januari |
manifestement déraisonnable et ne porte pas d'atteinte manifestement | 2009 niet kennelijk onredelijk is en geen kennelijk onevenredige |
disproportionnée aux intérêts des créanciers sursitaires ordinaires | aantasting inhoudt van de belangen van de gewone schuldeisers in de |
liés par un contrat avec le débiteur qui élabore un plan de | opschorting die zijn gebonden door een overeenkomst met de schuldenaar |
réorganisation judiciaire. | die een plan van gerechtelijke reorganisatie uitwerkt. |
B.16. L'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009, lu en | B.16. Artikel 50, derde lid, van de wet van 31 januari 2009, in |
combinaison avec l'article 2, d), de cette loi, n'est pas incompatible | samenhang gelezen met artikel 2, d), van die wet, is niet |
avec les articles 10 et 11 de la Constitution. | onbestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
B.17. La première question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.17. De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Quant à la deuxième question préjudicielle | Ten aanzien van de tweede prejudiciële vraag |
B.18.1. La deuxième question invite la Cour à statuer sur la | B.18.1. In de tweede prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich |
compatibilité des articles 2, d), 49 et 50 de la loi du 31 janvier | uit te spreken over de bestaanbaarheid van de artikelen 2, d), 49 en |
2009 avec les articles 10 et 11 de la Constitution. | 50 van de wet van 31 januari 2009 met de artikelen 10 en 11 van de |
B.18.2. Le principe d'égalité et de non-discrimination n'exclut pas | Grondwet. B.18.2. Het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie sluit niet |
qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de | uit dat een verschil in behandeling wordt ingevoerd tussen categorieën |
personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et | van personen, op voorwaarde dat dat verschil berust op een objectief |
qu'elle soit raisonnablement justifiée. Le même principe s'oppose, en | criterium en redelijk verantwoord is. Hetzelfde beginsel verzet zich |
outre, à ce que soient traitées de manière identique, sans | bovendien ertegen dat categorieën van personen die zich ten aanzien |
qu'apparaisse une justification raisonnable, des catégories de | van de aangevochten maatregel in wezenlijk verschillende situaties |
personnes se trouvant dans des situations qui, au regard de la mesure | bevinden, op identieke wijze worden behandeld zonder dat hiervoor een |
considérée, sont essentiellement différentes. | redelijke verantwoording bestaat. |
L'examen de la compatibilité d'une disposition législative avec ce | Het onderzoek van de verenigbaarheid van een wetsbepaling met dat |
principe suppose notamment l'identification précise de deux catégories | beginsel veronderstelt met name dat de twee categorieën van personen |
de personnes qui font l'objet d'un traitement différent ou d'un | die het voorwerp van een verschillende of identieke behandeling |
traitement identique. | uitmaken, nauwkeurig worden geïdentificeerd. |
B.18.3. Le libellé de la question préjudicielle permet d'identifier | B.18.3. De formulering van de prejudiciële vraag maakt het mogelijk |
deux catégories de créanciers sursitaires : d'une part, ceux qui, tout | twee categorieën van schuldeisers in de opschorting te identificeren : |
en étant actionnaires du débiteur qui élabore un plan de réorganisation judiciaire, ont conclu avec celui-ci une convention de prêt assortie d'un gage général ayant pour objet toutes les créances de ce débiteur et, d'autre part, l'ensemble des titulaires d'une créance sursitaire ordinaire. B.19.1. C'est en règle à la juridiction qui interroge la Cour qu'il appartient d'apprécier si la réponse à une question préjudicielle est utile à la solution du litige qu'elle doit trancher. Ce n'est que lorsque la réponse n'est manifestement pas utile à la solution du litige que la Cour peut décider que la question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | enerzijds, diegenen die aandeelhouder zijn van de schuldenaar die een plan van gerechtelijke reorganisatie uitwerkt, en met die laatstgenoemde een leningsovereenkomst hebben gesloten die gepaard gaat met een algemeen pand dat alle schuldvorderingen van die schuldenaar betreft en, anderzijds, alle titularissen van een gewone schuldvordering in de opschorting. B.19.1. In de regel komt het het rechtscollege dat het Hof een vraag stelt, toe te beoordelen of het antwoord op een prejudiciële vraag nuttig is om het voorgelegde geschil te beslechten. Enkel wanneer het antwoord klaarblijkelijk niet nuttig is om het geschil te beslechten, kan het Hof beslissen dat de prejudiciële vraag geen antwoord behoeft. |
B.19.2. Il ne ressort, ni des motifs de la décision de renvoi ou du | B.19.2. Noch uit de motieven van de verwijzingsbeslissing of het |
dossier transmis à la Cour par la juridiction qui interroge celle-ci, | dossier dat het verwijzende rechtscollege aan het Hof heeft |
meegedeeld, noch uit enig ander procedurestuk blijkt dat een | |
ni d'aucune autre pièce de la procédure qu'un actionnaire de | aandeelhouder van de onderneming die het voorwerp uitmaakt van het |
l'entreprise qui est l'objet du plan de réorganisation judiciaire | plan van gerechtelijke reorganisatie dat aan de homologatie van dat |
soumis à l'homologation de cette juridiction est titulaire d'une | rechtscollege is voorgelegd, titularis is van een schuldvordering |
créance dont le paiement est garanti par un gage. | waarvan de betaling wordt gewaarborgd door een pand. |
Il ne ressort pas davantage de ces documents que ce plan prévoit un | Uit die documenten blijkt evenmin dat dat plan voorziet in een |
abattement de quatre-vingt-cinq pour cent de l'ensemble des créances | vermindering van 85 pct. van alle gewone schuldvorderingen in de |
sursitaires ordinaires. | opschorting. |
B.19.3. L'examen de la constitutionnalité de la situation des deux | B.19.3. Het onderzoek van de grondwettigheid van de situatie van de |
catégories de personnes décrites en B.18.3 n'est dès lors | twee in B.18.3 omschreven categorieën van personen is derhalve |
manifestement pas utile à la solution du litige pendant devant la | kennelijk niet nuttig om het geschil te beslechten dat voor het |
juridiction qui interroge la Cour. | verwijzende rechtscollege hangende is. |
La deuxième question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | De tweede prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. |
Quant à la troisième question préjudicielle | Ten aanzien van de derde prejudiciële vraag |
B.20. La troisième question préjudicielle invite la Cour à statuer sur | B.20. In de derde prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit |
la compatibilité de l'article 55, § 3, de la loi du 31 janvier 2009 | te spreken over de bestaanbaarheid van artikel 55, § 3, van de wet van |
avec les articles 10 et 11 de la Constitution. | 31 januari 2009 met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
B.21. Comme il est dit en B.18.2, l'examen de la compatibilité d'une | B.21. Zoals is vermeld in B.18.2, veronderstelt het onderzoek van de |
disposition législative avec le principe d'égalité et de | bestaanbaarheid van een wetsbepaling met het beginsel van gelijkheid |
non-discrimination suppose notamment l'identification précise de deux | en niet-discriminatie met name de nauwkeurige identificatie van twee |
catégories de personnes qui font l'objet d'un traitement différent ou | categorieën van personen die het voorwerp van een verschillende of |
d'un traitement identique. | identieke behandeling uitmaken. |
B.22. Le libellé de la troisième question préjudicielle n'indique pas | B.22. De bewoordingen van de derde prejudiciële vraag geven niet aan |
si la Cour est invitée à statuer sur la constitutionnalité d'un | of het Hof wordt verzocht zich uit te spreken over de grondwettigheid |
traitement différent ou sur celle d'un traitement identique. | van een verschil in behandeling dan wel over die van een identieke |
Il n'indique pas davantage quelles sont les catégories de personnes visées. | behandeling. Daarin worden evenmin de beoogde categorieën van personen aangegeven. |
B.23. La troisième question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | B.23. De derde prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
- L'article 50, alinéa 3, de la loi du 31 janvier 2009 relative à la | - Artikel 50, derde lid, van de wet van 31 januari 2009 betreffende de |
continuité des entreprises, lu en combinaison avec l'article 2, d), de | continuïteit van de ondernemingen, in samenhang gelezen met artikel 2, |
cette loi, ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | d), van die wet, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
- Les deuxième et troisième questions préjudicielles n'appellent pas | - De tweede en de derde prejudiciële vraag behoeven geen antwoord. |
de réponse. Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 6 octobre 2016. | op 6 oktober 2016. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
Le président, | De voorzitter, |
J. Spreutels | J. Spreutels |