← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 180/2015 du 17 décembre 2015 Numéro du rôle : 6087 En cause
: la question préjudicielle concernant l'article 38, § 3, du décret de la Région wallonne du 12
avril 2001 relatif à l'organisation du marché régional de l La Cour constitutionnelle, composée
des présidents J. Spreutels et A. Alen, et des juges L. Lavr(...)"
Extrait de l'arrêt n° 180/2015 du 17 décembre 2015 Numéro du rôle : 6087 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 38, § 3, du décret de la Région wallonne du 12 avril 2001 relatif à l'organisation du marché régional de l La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et A. Alen, et des juges L. Lavr(...) | Uittreksel uit arrest nr. 180/2015 van 17 december 2015 Rolnummer : 6087 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 38, § 3, van het decreet van het Waalse Gewest van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke elektri Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en A. Alen, en de rechters (...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 180/2015 du 17 décembre 2015 | Uittreksel uit arrest nr. 180/2015 van 17 december 2015 |
Numéro du rôle : 6087 | Rolnummer : 6087 |
En cause : la question préjudicielle concernant l'article 38, § 3, du | In zake : de prejudiciële vraag over artikel 38, § 3, van het decreet |
décret de la Région wallonne du 12 avril 2001 relatif à l'organisation | van het Waalse Gewest van 12 april 2001 betreffende de organisatie van |
du marché régional de l'électricité, tel qu'il a été remplacé par | de gewestelijke elektriciteitsmarkt, zoals vervangen bij artikel 13 |
l'article 13 du décret du 4 octobre 2007, posée par le Conseil d'Etat. | van het decreet van 4 oktober 2007, gesteld door de Raad van State. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents J. Spreutels et A. Alen, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en A. Alen, en de |
Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke et R. Leysen, | rechters L. Lavrysen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en R. |
assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. | Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder |
Spreutels, | voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par arrêt n° 229.118 du 12 novembre 2014 en cause de la SA « I.B.V. & | Bij arrest nr. 229.118 van 12 november 2014 in zake de nv « I.B.V. & |
Cie » (Industrie du bois de Vielsalm & Cie) contre la Région wallonne, | Cie » (Industrie du bois de Vielsalm & Cie) tegen het Waalse Gewest, |
dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 17 novembre | waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 |
2014, le Conseil d'Etat a posé la question préjudicielle suivante : | november 2014, heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 38, § 3, du décret wallon du 12 avril 2001 relatif au | « Schendt artikel 38, § 3, van het Waalse decreet van 12 april 2001 |
marché régional de l'électricité, s'il est interprété comme excluant | betreffende de gewestelijke elektriciteitsmarkt de artikelen 10 en 11 |
du bénéfice du mécanisme des doubles certificats verts les déchets de | van de Grondwet indien het in die zin wordt geïnterpreteerd dat het |
bois non susceptibles de faire l'objet d'un réemploi ou d'un | houtafvalstoffen die niet kunnen worden hergebruikt of gerecycleerd, |
recyclage, plutôt que comme excluant exclusivement du bénéfice du | uitsluit van het voordeel van het mechanisme van de dubbele groene |
mécanisme des doubles certificats verts les déchets de bois | certificaten, veeleer dan dat het uitsluitend houtafvalstoffen die |
susceptibles de faire l'objet d'un réemploi ou d'un recyclage, | kunnen worden hergebruikt of gerecycleerd, uitsluit van het voordeel |
viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution ? ». | van het mechanisme van de dubbele groene certificaten ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1.1. Tel qu'il a été remplacé par l'article 13 du décret du 4 | B.1.1. Zoals vervangen bij artikel 13 van het decreet van 4 oktober |
octobre 2007, l'article 38 du décret de la Région wallonne du 12 avril | 2007, bepaalt artikel 38 van het decreet van het Waalse Gewest van 12 |
2001 « relatif à l'organisation du marché régional de l'électricité » | april 2001 « betreffende de organisatie van de gewestelijke |
dispose : | elektriciteitsmarkt » : |
« § 1er. Après avis de la CWaPE, le Gouvernement détermine les | « § 1. Na advies van de CWaPE bepaalt de Regering de voorwaarden, de |
conditions d'attribution et fixe les modalités et la procédure | modaliteiten en de procedure voor de toekenning van groene |
d'octroi des certificats verts attribués à l'électricité verte | certificaten voor de in het Waalse Gewest geproduceerde |
produite en Région wallonne dans le respect des dispositions | milieuvriendelijke elektriciteit met inachtneming van de volgende |
suivantes. | bepalingen. |
§ 2. Un certificat vert sera attribué pour un nombre de kWh produits | § 2. Er wordt een groen certificaat toegekend voor een aantal |
correspondant à 1 MWh divisé par le taux d'économie de dioxyde de | geproduceerde kWu overeenstemmend met 1 Mwu gedeeld door het |
carbone. | percentage koolstofdioxidebesparing. |
Le taux d'économie de dioxyde de carbone est déterminé en divisant le | Het percentage koolstofdioxidebesparing wordt bepaald door de |
gain en dioxyde de carbone réalisé par la filière envisagée par les | koolstofdioxidewinst gemaakt via de geplande kanalen te delen door de |
émissions de dioxyde de carbone de la filière électrique classique | emissies van koolstofdioxide van de klassieke elektrische kanalen |
dont les émissions sont définies et publiées annuellement par la | waarvan de emissies jaarlijks bepaald en bekendgemaakt worden door de |
CWaPE. Ce taux d'économie de dioxyde de carbone est limité à 1 pour la | CWaPE. Dat percentage koolstofdioxidebesparing wordt beperkt tot 1 |
production générée par installation au-delà de la puissance de 5 MW. | voor de productie opgewekt per installatie boven het vermogen van 5 |
En dessous de ce seuil, il est plafonné à 2. | MW. Onder die drempel wordt bedoeld percentage beperkt tot 2. |
§ 3. Toutefois, lorsqu'une installation valorisant principalement de | § 3. Als een installatie die voornamelijk biomassa, met uitzondering |
la biomasse à l'exception du bois, issue d'activités industrielles | van hout, uit industriële activiteiten op de plaats van de |
développées sur le lieu de l'installation de production, met en oeuvre | productie-installatie valoriseert, een bijzonder vernieuwend proces |
un processus particulièrement innovant et s'inscrit dans une | ten uitvoer legt en zich in een perspectief van duurzame ontwikkeling |
perspective de développement durable, le Gouvernement peut, après avis | situeert, kan de Regering na advies van de CWaPE echter beslissen over |
de la CWaPE sur le caractère particulièrement innovant du processus | het bijzonder vernieuwende karakter van het toegepaste proces om het |
utilisé, décider de limiter à 2 le taux d'économie de dioxyde de | percentage koolstofdioxidebesparing tot 2 te beperken voor de |
carbone pour l'ensemble de la production de l'installation résultant | gezamenlijke productie van de installatie voortvloeiend uit de som van |
de la somme des puissances développées sur le même site de production, | de vermogens opgewekt op dezelfde productielocatie, binnen een |
dans une limite inférieure à 20 MW. | beperking van minder dan 20 MW. |
§ 4. Les émissions de dioxyde de carbone envisagées aux paragraphes 2 | § 4. De in de paragrafen 2 en 3 bedoelde emissies van koolstofdioxide |
et 3 sont celles produites par l'ensemble du cycle de production de | zijn degene die voortgebracht worden door de hele kringloop van de |
l'électricité verte, englobant la production et le transport du | |
combustible, les émissions lors de la combustion éventuelle et, le cas | productie van milieuvriendelijke elektriciteit, met inbegrip van de |
échéant, le traitement des déchets. Dans une installation hybride, il | |
est tenu compte de l'ensemble des émissions de l'installation. | productie en het vervoer van brandstoffen, de emissies gedurende de |
Les différents coefficients d'émission de dioxyde de carbone de chaque | eventuele verbranding en, in voorkomend geval, de |
filière considérée sont approuvés par la CWaPE. | afvalstoffenbehandeling. In een hybridische installatie wordt rekening |
§ 5. Après avis de la CWaPE, le Gouvernement peut diminuer le nombre | gehouden met alle emissies van de installatie. |
de certificats verts octroyés conformément aux paragraphes 1er et 2 en | De verschillende coëfficiënten voor de emissie van koolstofdioxide van |
fonction de l'âge de l'installation de production d'électricité verte, | elk in aanmerking genomen kanaal worden goedgekeurd door de CWaPE. |
de sa rentabilité et de la filière de production. | § 5. Na advies van de CWaPE kan de Regering het aantal groene |
§ 6. Par dérogation au paragraphe 2, le Gouvernement peut, après avis | certificaten die overeenkomstig de paragrafen 1 en 2 worden toegekend, |
de la CWaPE, appliquer un coefficient multiplicateur, le cas échéant | verminderen in functie van de ouderdom en de rentabiliteit van de |
dégressif en fonction du temps, au nombre de certificats verts | installatie voor de productie van groene elektriciteit en het |
octroyés conformément aux paragraphes 1er et 2 pour l'électricité produite à partir de panneaux solaires photovoltaïques, selon les modalités qu'il détermine. § 7. La CWaPE attribue les certificats verts aux producteurs d'électricité verte. Ces certificats sont transmissibles. § 8. En ce qui concerne les installations de production hydroélectriques, de cogénération de qualité ou de production | productiekanaal. § 6. In afwijking van paragraaf 2 kan de Regering volgens de door haar bepaalde modaliteiten en na advies van de CWaPE een vermenigvuldigingscoëfficiënt toepassen, in voorkomend geval degressief naargelang van de tijd, op het aantal overeenkomstig de paragrafen 1 en 2 toegekende groene certificaten voor de elektriciteit geproduceerd d.m.v. fotovoltaïsche zonnecollectoren. § 7. De CWaPE kent de milieuvriendelijke certificaten toe aan de producenten van milieuvriendelijke elektriciteit. Deze getuigschriften zijn overdraagbaar. § 8. Wat betreft de elektriciteit geproduceerd d.m.v. hydro-elektrische installaties, kwaliteitswarmtekrachtkoppeling of |
d'électricité à partir de biomasse, les certificats verts sont | biomassa worden de groene certificaten aan deze installatie toegekend |
attribués à l'électricité produite par ces installations jusqu'à une | |
puissance électrique de 20 MW ». | tot een elektrisch vermogen van 20 MW ». |
B.1.2. Cet article fait partie du chapitre X du décret, intitulé « | B.1.2. Dat artikel maakt deel uit van hoofdstuk X van het decreet, |
Promotion des sources d'énergie renouvelables et de la cogénération de | getiteld « Bevordering van de hernieuwbare energiebronnen en van de |
qualité ». | kwaliteitswarmtekrachtkoppeling ». |
B.1.3. Le système des certificats verts mis en oeuvre par le décret en | B.1.3. Het bij het in het geding zijnde decreet ingevoerde systeem van |
cause est destiné à encourager l'utilisation de sources d'énergie | groene certificaten is bestemd om het gebruik van hernieuwbare |
renouvelables ainsi que le processus de cogénération. Il fonctionne | energiebronnen en het proces van de warmtekrachtkoppeling aan te |
selon les règles d'un marché. Un certificat vert est un titre | moedigen. Het werkt volgens de marktregels. Een groen certificaat is |
transmissible octroyé aux producteurs d'électricité verte, définie par | een overdraagbare titel die wordt toegekend aan de producenten van |
l'article 2, 11°, du décret comme « l'électricité produite à partir de | groene elektriciteit, die in artikel 2, 11°, van het decreet wordt |
gedefinieerd als elektriciteit voortgebracht door hernieuwbare | |
sources d'énergie renouvelables ou de cogénération de qualité dont la | energiebronnen of door kwaliteitswarmtekrachtkoppeling waarvan de |
filière de production génère un taux minimum de 10 % d'économie de | productiebron minstens 10 % minder koolstofdioxide genereert ten |
dioxyde de carbone par rapport aux émissions de dioxyde de carbone, | opzichte van de jaarlijks door de CWaPE bepaalde en bekendgemaakte |
définies et publiées annuellement par la CWaPE, d'une production | emissies van koolstofdioxide, door een conventionele productie in |
classique dans des installations modernes de référence visées à | moderne referentie-installaties zoals bedoeld in artikel 2, 7°. |
l'article 2, 7° ». | |
B.1.4. Après quelques années, le Gouvernement wallon a constaté que « | B.1.4. Na enkele jaren heeft de Waalse Regering vastgesteld dat « |
certains projets particuliers, qui sont porteurs pour la filière des | sommige bijzondere projecten, die veelbelovend zijn voor de sector van |
énergies renouvelables en Région wallonne et font appel à des | de hernieuwbare energiebronnen in het Waalse Gewest en ter zake |
technologies innovantes en la matière, pourraient nécessiter un | gebruik maken van innoverende technologieën, bijkomende steun nodig |
soutien supplémentaire » (Doc. parl., Parlement wallon, 2006-2007, n° | zouden kunnen hebben » (Parl. St., Waals Parlement, 2006-2007, nr. |
639/1, p. 3). L'article 38, § 3, du décret précité « vise à permettre | 639/1, p. 3). Artikel 38, § 3, van het voormelde decreet « strekt |
au Gouvernement d'encourager particulièrement les projets importants, | ertoe de Regering in staat te stellen om in het bijzonder belangrijke |
mettant en oeuvre une technologie de pointe et qui s'inscrivent dans | projecten waarbij spitstechnologie wordt aangewend en die passen in |
une perspective de développement durable » (ibid., p. 10), en | een perspectief van de duurzame ontwikkeling aan te moedigen » (ibid., |
accordant à ces projets un nombre plus élevé de certificats verts. | p. 10), door aan die projecten een hoger aantal groene certificaten |
B.2. L'article 57 du décret du 17 juillet 2008 « modifiant le décret | toe te kennen. B.2. Artikel 57 van het decreet van 17 juli 2008 « tot wijziging van |
du 12 avril 2001 relatif à l'organisation du marché régional de | het decreet van 12 april 2001 betreffende de organisatie van de |
l'électricité » dispose : | gewestelijke elektriciteitsmarkt » bepaalt : |
« L'article 38, § 3, du même décret [du 12 avril 2001] est interprété | « Artikel 38, § 3 van hetzelfde decreet [van 12 april 2001] wordt in |
en ce sens que l'exclusion des installations valorisant le bois du | die zin gelezen dat de uitsluiting van opwaarderingsinstallaties voor |
bénéfice du régime qu'il prévoit, s'entend des installations | [lees : de installaties voor de valorisatie van] hout uit het |
valorisant toute matière ligno-cellulosique issue de l'arbre, de tout | gunststelsel dat het invoert, wordt uitgebreid tot installaties voor |
feuillus et de tout résineux sans exception (y compris les taillis à | de opwaardering [lees : valorisatie] van alle hout-cellulosegrondstoffen uit bomen, loofbomen en harsbomen, zonder |
courte ou très courte rotation), avant et/ou après tout type de | uitzondering (inclusief kreupelhout met korte of heel korte rotatie) |
transformation ». | voor en/of na elk type verwerking ». |
Par son arrêt n° 180/2009 du 12 novembre 2009, la Cour a jugé que | Het Hof heeft in zijn arrest nr. 180/2009 van 12 november 2009 |
l'article 57 précité donnait « au terme ' bois ' le sens que celui-ci | geoordeeld dat het voormelde artikel 57 « aan de term ' hout ' de |
betekenis geeft die hij redelijkerwijze kon krijgen sinds de aanneming | |
pouvait raisonnablement recevoir dès l'adoption de l'article 38, § 3, | van artikel 38, § 3, van het Elektriciteitsdecreet en die de Waalse |
du décret électricité et que le législateur décrétal wallon a voulu | decreetgever eraan heeft willen geven. De terugwerkende kracht van de |
lui donner. L'effet rétroactif de la disposition attaquée, tel qu'il | bestreden bepaling, zoals die door de verzoekende partij wordt |
est dénoncé par la partie requérante, est en conséquence justifié par | aangeklaagd, wordt bijgevolg verantwoord door het interpretatieve |
son caractère interprétatif » (B.9). | karakter ervan » (B.9). |
B.3. Le Conseil d'Etat interroge la Cour sur la compatibilité avec les | |
articles 10 et 11 de la Constitution de l'article 38, § 3, du décret | B.3. De Raad van State vraagt het Hof of artikel 38, § 3, van het |
du 12 avril 2001 précité, s'il est interprété comme excluant du | voormelde decreet van 12 april 2001 bestaanbaar is met de artikelen 10 |
bénéfice du mécanisme des doubles certificats verts les déchets de | en 11 van de Grondwet indien het in die zin wordt geïnterpreteerd dat |
bois non susceptibles de faire l'objet d'un réemploi ou d'un | het houtafvalstoffen die niet kunnen worden hergebruikt of |
recyclage, plutôt que comme excluant exclusivement du bénéfice du | gerecycleerd, uitsluit van het voordeel van het mechanisme van de |
mécanisme des doubles certificats verts les déchets de bois | dubbele groene certificaten, veeleer dan dat het uitsluitend |
susceptibles de faire l'objet d'un réemploi ou d'un recyclage. | houtafvalstoffen die kunnen worden hergebruikt of gerecycleerd, |
B.4. Dans la même affaire, le Conseil d'Etat a déjà interrogé la Cour | uitsluit van het voordeel van het mechanisme van de dubbele groene |
sur la compatibilité avec les articles 10 et 11 de la Constitution de | certificaten. B.4. In dezelfde zaak heeft de Raad van State het Hof reeds gevraagd |
l'article 38, § 3, du décret du 12 avril 2001 précité en ce qu'il | of artikel 38, § 3, van het voormelde decreet van 12 april 2001 |
exclut de son champ d'application les installations de cogénération | bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre |
valorisant du bois ou des déchets de bois, à la différence des | het uit zijn toepassingsgebied de installaties voor |
warmtekrachtkoppeling uitsluit die hout of houtafvalstoffen | |
installations de cogénération valorisant tout autre type de déchets. | valoriseren, in tegenstelling tot de installaties voor |
La Cour a répondu négativement à cette question préjudicielle par son | warmtekrachtkoppeling die elke andere soort van afvalstoffen |
arrêt n° 27/2014 du 13 février 2014, après avoir interrogé la Cour de | valoriseren. Bij zijn arrest nr. 27/2014 van 13 februari 2014 heeft |
het Hof op die prejudiciële vraag ontkennend geantwoord, na het Hof | |
justice de l'Union européenne sur l'interprétation à donner à | van Justitie van de Europese Unie te hebben ondervraagd over de |
l'article 7 de la directive 2004/8/CE du Parlement européen et du | interpretatie die dient te worden gegeven aan artikel 7 van de |
richtlijn 2004/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 | |
Conseil du 11 février 2004 « concernant la promotion de la | februari 2004 « inzake de bevordering van warmtekrachtkoppeling op |
cogénération sur la base de la demande de chaleur utile dans le marché | basis van de vraag naar nuttige warmte binnen de interne energiemarkt |
intérieur de l'énergie et modifiant la directive 92/42/CEE », combiné, | en tot wijziging van Richtlijn 92/42/EEG », in voorkomend geval in |
le cas échéant, avec les articles 2 et 4 de la directive 2001/77/CE du | samenhang gelezen met de artikelen 2 en 4 van de richtlijn 2001/77/EG |
Parlement européen et du Conseil du 27 septembre 2001 « relative à la | van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2001 « |
promotion de l'électricité produite à partir de sources d'énergie | betreffende de bevordering van elektriciteitsopwekking uit |
renouvelables sur le marché intérieur de l'électricité » et avec | hernieuwbare energiebronnen op de interne elektriciteitsmarkt » en met |
l'article 22 de la directive 2009/28/CE du Parlement européen et du | artikel 22 van de richtlijn 2009/28/EG van het Europees Parlement en |
Conseil du 23 avril 2009 « relative à la promotion de l'utilisation de | de Raad van 23 april 2009 « ter bevordering van het gebruik van |
l'énergie produite à partir de sources renouvelables et modifiant puis | energie uit hernieuwbare bronnen en houdende wijziging en intrekking |
abrogeant les directives 2001/77/CE et 2003/30/CE », à la lumière du | van Richtlijn 2001/77/EG en Richtlijn 2003/30/EG », in het licht van |
principe général d'égalité, de l'article 6 du Traité sur l'Union | het algemeen gelijkheidsbeginsel, van artikel 6 van het Verdrag |
européenne et des articles 20 et 21 de la Charte des droits | betreffende de Europese Unie en van de artikelen 20 en 21 van het |
fondamentaux de l'Union européenne. La Cour de justice a répondu à | Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. Het Hof van |
cette question préjudicielle par son arrêt C-195/12 du 26 septembre 2013. | Justitie heeft op die prejudiciële vraag geantwoord bij zijn arrest C-195/12 van 26 september 2013. |
B.5. Dans la présente affaire, le Conseil d'Etat relève que, dans | B.5. In de thans voorliggende zaak wijst de Raad van State erop dat |
l'arrêt n° 27/2014 précité, la Cour constitutionnelle donne de | het Grondwettelijk Hof in het voormelde arrest nr. 27/2014 velerlei |
aanwijzingen geeft die tot het besluit kunnen leiden dat de identieke | |
multiples indications propres à conduire à la conclusion que le | behandeling van houtafvalstoffen die anders kunnen worden |
traitement identique des déchets de bois valorisables autrement que | gevaloriseerd dan via warmtekrachtkoppeling en houtafvalstoffen die |
par cogénération et des déchets de bois non valorisables autrement | niet anders kunnen worden gevaloriseerd, niet in strijd is met de |
n'est pas contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution. Le Conseil d'Etat ajoute que la Cour n'a cependant pas statué explicitement sur la constitutionnalité de cette identité de traitement et a expressément indiqué qu'elle n'avait pas à se prononcer sur ce point parce qu'elle n'en était pas saisie. Le Conseil d'Etat relève que la question posée dans le dernier mémoire porte spécifiquement sur la constitutionnalité du sort identique fait aux déchets de bois valorisables autrement que par cogénération et aux déchets de bois valorisables exclusivement par cogénération. Le Conseil d'Etat relève ensuite que, dans les conclusions qu'il a | artikelen 10 en 11 van de Grondwet. De Raad van State voegt eraan toe dat het Hof echter niet expliciet uitspraak heeft gedaan over de grondwettigheid van die gelijke behandeling en heeft uitdrukkelijk aangegeven dat het zich over dat punt niet diende uit te spreken omdat het niet aan het Hof was voorgelegd. De Raad van State wijst erop dat de in de laatste memorie gestelde vraag specifiek betrekking heeft op de grondwettigheid van de identieke behandeling van de houtafvalstoffen die anders kunnen worden gevaloriseerd dan via warmtekrachtkoppeling en de houtafvalstoffen die uitsluitend via warmtekrachtkoppeling kunnen worden gevaloriseerd. De Raad van State wijst vervolgens erop dat de advocaat-generaal in de conclusie die hij voor het Hof van Justitie van de Europese Unie heeft neergelegd |
présentées devant la Cour de justice de l'Union européenne (points 87 | (punten 87 en volgende) het onderscheid heeft gemaakt tussen de van |
et suivants), l'avocat général avait fait la distinction entre la | |
biomasse issue du bois et la biomasse issue des déchets de bois, | hout afkomstige biomassa en de van houtafval afkomstige biomassa, |
ceux-ci étant compris comme ceux qui « ne sont pas susceptibles d'être | waarbij houtafval wordt begrepen als afval dat « niet geschikt is om |
utilisés par la filière industrielle du bois » (point 89), ou, en | door de houtindustriesector te worden gebruikt » (punt 89) of, met |
d'autres termes, comme ce que la partie requérante appelle les déchets | andere woorden, als hetgeen de verzoekende partij houtafvalstoffen |
de bois non valorisables autrement que par la cogénération. Cette | noemt die niet anders kunnen worden gevaloriseerd dan via |
distinction ne trouve cependant pas d'écho dans l'arrêt de la Cour de | warmtekrachtkoppeling. Dat onderscheid komt in het arrest van het Hof |
justice. | van Justitie echter niet aan bod. |
B.6. Dans l'arrêt n° 27/2014 précité, la Cour précise effectivement en | B.6. Bij het voormelde arrest nr. 27/2014 preciseert het Hof in B.14.1 |
B.14.1 : | inderdaad : |
« Il ne peut davantage être soutenu, contrairement à ce que prétend la | « Er kan evenmin worden aangevoerd, in tegenstelling tot wat de |
partie requérante devant le Conseil d'Etat, que les déchets de bois non recyclés ni réutilisés ne sont pas comparables aux déchets de bois susceptibles d'être réutilisés ou recyclés. En effet, le soutien financier apporté à la combustion de déchets de bois dans une installation de cogénération peut avoir une influence sur l'environnement, que ces déchets soient ou non recyclables ou réutilisables. En outre, ces deux catégories de déchets de bois sont issues d'une même matière première et donc d'une ressource renouvelable disponible en quantité identique. En toute hypothèse, la question préjudicielle adressée à la Cour ne porte pas sur l'identité de traitement entre ces deux types de déchets de bois et il n'appartient pas aux parties devant le juge a quo de reformuler la question préjudicielle que ce dernier a posée à la Cour ». La présente question préjudicielle invite la Cour à se prononcer sur l'identité de traitement établie par la disposition en cause, dans l'interprétation que lui donne le Conseil d'Etat, à savoir le traitement égal des déchets de bois qui ne sont pas susceptibles de faire l'objet d'un réemploi ou d'un recyclage et de ceux qui le sont. B.7. Comme la Cour l'a précisé dans l'arrêt n° 27/2014 précité, la disposition en cause vise à assurer la transposition des directives | verzoekende partij voor de Raad van State beweert, dat de niet-recycleerbare en niet-herbruikbare afvalstoffen van hout niet vergelijkbaar zijn met de afvalstoffen van hout die kunnen worden hergebruikt of gerecycleerd. De financiële ondersteuning voor de verbranding van afvalstoffen van hout in een installatie voor warmtekrachtkoppeling kan immers een invloed hebben op het milieu, ongeacht of die afvalstoffen al dan niet recycleerbaar of herbruikbaar zijn. Bovendien zijn die twee categorieën van afvalstoffen van hout afkomstig van eenzelfde grondstof en dus van een identieke hoeveelheid beschikbare hernieuwbare hulpbronnen. In elk geval heeft de aan het Hof gerichte prejudiciële vraag geen betrekking op de gelijkheid van behandeling tussen die twee soorten van afvalstoffen van hout en het staat niet aan de partijen voor de verwijzende rechter de prejudiciële vraag te herformuleren die die laatste aan het Hof heeft gesteld ». In de thans voorliggende prejudiciële vraag wordt het Hof verzocht zich uit te spreken over de gelijke behandeling, ingesteld bij de in het geding zijnde bepaling, in de interpretatie die de Raad van State eraan geeft, namelijk de gelijke behandeling van houtafvalstoffen die niet kunnen worden hergebruikt of gerecycleerd en diegene die dat wel kunnen. B.7. Zoals het Hof bij het voormelde arrest nr. 27/2014 heeft gepreciseerd, strekt de in het geding zijnde bepaling ertoe de omzetting van de richtlijnen 2004/8/EG en 2001/77/EG te verzekeren en |
2004/8/CE et 2001/77/CE et il convient de prendre en compte, dans | bij het onderzoek van de bestaanbaarheid ervan met de artikelen 10 en |
l'examen de sa compatibilité avec les articles 10 et 11 de la | 11 van de Grondwet dient rekening te worden gehouden met de |
Constitution, les objectifs poursuivis par ces directives et, plus | doelstellingen die worden nagestreefd met die richtlijnen en meer in |
généralement, par le droit de l'Union européenne en matière de | het algemeen met het recht van de Europese Unie inzake de bescherming |
protection de l'environnement. | van het leefmilieu. |
Compte tenu de la haute technicité de la matière en cause, il y a lieu | Rekening houdend met het zeer technische karakter van de in het geding |
de reconnaître au législateur compétent une marge d'appréciation | zijnde aangelegenheid dient aan de bevoegde wetgever een ruime |
étendue et il ne peut lui être reproché d'avoir appréhendé la | beoordelingsruimte te worden gelaten en er kan hem niet worden |
diversité des situations de manière simplifiée et approximative. | verweten de verscheidenheid van de situaties op vereenvoudigde wijze |
en bij benadering te hebben beschouwd. | |
B.8.1. Plus particulièrement, la Cour relève, à l'instar de la Cour de | B.8.1. Zoals het Hof van Justitie in zijn voormelde arrest van 26 |
justice dans son arrêt du 26 septembre 2013 précité, que les | september 2013 stelde, merkt het Hof meer in het bijzonder op dat de |
installations de cogénération valorisant du bois ou des déchets de | situaties van de installaties voor warmtekrachtkoppeling die hout of |
bois et celles qui valorisent tout autre type de déchets peuvent être | houtafvalstoffen valoriseren en diegene die elke andere soort van |
considérées comme étant dans des situations fondamentalement | afvalstoffen valoriseren, fundamenteel verschillend kunnen worden |
distinctes, compte tenu des conséquences environnementales et | geacht, rekening houdend met de zeer verschillende gevolgen op het |
économiques très différentes qui découlent, pour ces différents types | vlak van het milieu en de economie die voor die verschillende soorten |
d'installations, de l'application d'un mécanisme de soutien à la | installaties voortvloeien uit de toepassing van een mechanisme voor de |
cogénération comme le mécanisme du « double certificat vert ». | ondersteuning van de warmtekrachtkoppeling zoals het mechanisme van het « dubbele groene certificaat ». |
B.8.2. Comme la Cour l'a précisé dans son arrêt n° 27/2014, l'octroi | B.8.2. Zoals het Hof bij zijn arrest nr. 27/2014 heeft gepreciseerd, |
d'un double certificat vert à des installations de cogénération | zou de toekenning van een dubbel groen certificaat aan installaties |
voor warmtekrachtkoppeling die gebruikmaken van niet-recycleerbare en | |
utilisant des déchets de bois non recyclables ni réutilisables ne | niet-herbruikbare afvalstoffen van hout niet zonder gevolgen zijn voor |
serait pas sans incidence sur la disponibilité de la ressource ou sur | de beschikbaarheid van de hulpbron of voor het risico van ontbossing |
le risque de déforestation ou d'augmentation du taux de CO2 dans | of verhoging van de hoeveelheid koolstofdioxide in de atmosfeer |
l'atmosphère (B.13.2, alinéa 1er). | (B.13.2, eerste alinea). |
Il convient en effet de tenir compte de l'attractivité supplémentaire | Er dient immers rekening te worden gehouden met de extra |
que représente, dans sa totalité, une matière première comme le bois, | aantrekkingskracht van een grondstof zoals hout, in haar geheel, |
lorsque la valorisation énergétique de ses résidus, qu'ils soient ou | wanneer de energetische valorisatie van de residuen ervan, ongeacht of |
non recyclables ou réutilisables, peut faire l'objet d'un mécanisme de | die al dan niet recycleerbaar of herbruikbaar zijn, het voorwerp kan |
soutien financier. Cet effet doit être d'autant plus pris en compte | uitmaken van een mechanisme voor financiële ondersteuning. Met dat |
lorsque, comme en l'espèce, c'est l'entreprise qui transforme la | gevolg dient des te meer rekening te worden gehouden wanneer, zoals te |
matière première qui utilise, par la suite, les résidus de bois aux | dezen, de onderneming die de grondstof verwerkt, vervolgens ook de |
fins d'une cogénération susceptible d'être soutenue financièrement par | houtresiduen gebruikt voor een warmtekrachtkoppeling die financieel |
les pouvoirs publics. | kan worden ondersteund door de overheid. |
B.8.3. Comme la Cour l'a par ailleurs relevé dans son arrêt n° 27/2014 | B.8.3. Zoals het Hof in zijn voormelde arrest nr. 27/2014 overigens |
précité, le Gouvernement wallon a, à juste titre, souligné la nécessité de réguler le marché de l'électricité verte. Il a par ailleurs étayé, au moyen d'éléments qui n'apparaissent pas sans justification raisonnable et notamment d'études universitaires, le risque de déséquilibre tant pour le marché des certificats verts que pour la filière industrielle du bois qui découlerait d'une extension du mécanisme du double certificat vert aux installations de cogénération utilisant le bois ou des déchets de bois (B.13.3, alinéa 1er). | heeft doen opmerken, heeft de Waalse Regering terecht gewezen op de noodzaak om de markt van de groene elektriciteit te regelen. Zij heeft overigens, door middel van elementen die niet zonder redelijke verantwoording lijken te zijn en met name universitaire studies, het risico van een verstoord evenwicht aangetoond, zowel voor de markt van de groene certificaten als voor de industriële houtsector, dat zou voortvloeien uit een uitbreiding van het mechanisme van het dubbele groene certificaat tot de installaties voor warmtekrachtkoppeling die gebruikmaken van hout of afvalstoffen van hout (B.13.3, eerste alinea). In dat opzicht en zoals het Hof van Justitie erop heeft gewezen in |
A cet égard, et comme l'a indiqué la Cour de justice au point 57 de | punt 57 van zijn voormelde arrest, maakt de goede werking van de |
son arrêt précité, le bon fonctionnement des mécanismes de soutien | mechanismen voor financiële ondersteuning van de ontwikkeling van |
financier au développement de la cogénération et des sources d'énergie | warmtekrachtkoppeling en van hernieuwbare energiebronnen het mogelijk |
renouvelables permet de faciliter la réalisation des objectifs | de doelstellingen gemakkelijker te bereiken die worden nagestreefd met |
poursuivis par les directives européennes que le législateur décrétal | de Europese richtlijnen die de Waalse decreetgever heeft omgezet. |
wallon a transposées. | |
Compte tenu de la marge d'appréciation qu'il convient de reconnaître | Gelet op de beoordelingsruimte die ter zake aan de bevoegde wetgever |
en la matière au législateur compétent et du caractère a priori | dient te worden gelaten en op het a priori redelijke karakter van de |
raisonnable des éléments sur lesquels il s'appuie, il n'appartient pas | elementen waarop hij steunt, staat het niet aan het Hof de analyse van |
à la Cour de remettre en cause l'analyse du législateur décrétal, au | de decreetgever opnieuw in het geding te brengen om de enkele reden |
seul motif que d'autres études, invoquées par la partie requérante | dat andere studies, die door de verzoekende partij voor de Raad van |
devant le Conseil d'Etat, permettraient d'aboutir à une conclusion | State worden aangevoerd, zouden toelaten tot een andere conclusie te |
différente. | komen. |
B.9. Les déchets de bois qui ne sont pas susceptibles de faire l'objet | B.9. De houtafvalstoffen die niet kunnen worden hergebruikt of |
d'un réemploi ou d'un recyclage ne sont pas essentiellement différents | |
des déchets de bois qui sont susceptibles de faire l'objet d'un | gerecycleerd zijn niet wezenlijk verschillend van de houtafvalstoffen |
réemploi ou d'un recyclage et peuvent dès lors être raisonnablement | die wel kunnen worden hergebruikt of gerecycleerd en kunnen bijgevolg |
traités de manière identique par la disposition en cause. En effet, le | door de in het geding zijnde bepaling redelijkerwijs op identieke |
soutien financier apporté à la combustion de déchets de bois dans une | wijze worden behandeld. De financiële ondersteuning voor de |
installation de cogénération peut avoir une influence sur | verbranding van afvalstoffen van hout in een installatie voor |
l'environnement, que ces déchets soient ou non recyclables ou | warmtekrachtkoppeling kan immers een invloed hebben op het milieu, |
réutilisables. En outre, ces deux catégories de déchets sont issues | ongeacht of die afvalstoffen al dan niet recycleerbaar of herbruikbaar |
d'une même matière première, le bois, et donc d'une ressource | zijn. Bovendien zijn die twee categorieën van afvalstoffen afkomstig |
renouvelable disponible en quantité identique. | van eenzelfde grondstof, namelijk hout, en dus van een identieke |
hoeveelheid beschikbare hernieuwbare hulpbronnen. | |
B.10. L'identité de traitement en cause n'est pas incompatible avec | B.10. De in het geding zijnde gelijke behandeling is niet |
les articles 10 et 11 de la Constitution. | onbestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
B.11. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.11. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 38, § 3, du décret de la Région wallonne du 12 avril 2001 | Artikel 38, § 3, van het decreet van het Waalse Gewest van 12 april |
relatif à l'organisation du marché régional de l'électricité, tel | 2001 betreffende de organisatie van de gewestelijke |
qu'il a été remplacé par l'article 13 du décret du 4 octobre 2007, ne | elektriciteitsmarkt, zoals vervangen bij artikel 13 van het decreet |
viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | van 4 oktober 2007, schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
Ainsi rendu en langue française et en langue néerlandaise, | niet. Aldus gewezen in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig artikel |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, |
la Cour constitutionnelle, le 17 décembre 2015. | op 17 december 2015. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |
Le président, | De voorzitter, |
J. Spreutels | J. Spreutels |