Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 163/2012 du 20 décembre 2012 Numéro du rôle : 5315 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 50 du Code des droits de succession, tel qu'il est applicable dans la Région flamande, posée par le Tribunal de La Cour constitutionnelle, composée du président M. Bossuyt, du juge J.-P. Snappe, faisant fonct(...)"
Extrait de l'arrêt n° 163/2012 du 20 décembre 2012 Numéro du rôle : 5315 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 50 du Code des droits de succession, tel qu'il est applicable dans la Région flamande, posée par le Tribunal de La Cour constitutionnelle, composée du président M. Bossuyt, du juge J.-P. Snappe, faisant fonct(...) Uittreksel uit arrest nr. 163/2012 van 20 december 2012 Rolnummer : 5315 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 50 van het Wetboek der successierechten, zoals van toepassing in het Vlaamse Gewest, gesteld door de Rechtbank van ee Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit voorzitter M. Bossuyt, rechter J.-P. Snappe, waarnemend(...)
COUR CONSTITUTIONNELLE GRONDWETTELIJK HOF
Extrait de l'arrêt n° 163/2012 du 20 décembre 2012 Uittreksel uit arrest nr. 163/2012 van 20 december 2012
Numéro du rôle : 5315 Rolnummer : 5315
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 50 du Code In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 50 van het Wetboek
des droits de succession, tel qu'il est applicable dans la Région der successierechten, zoals van toepassing in het Vlaamse Gewest,
flamande, posée par le Tribunal de première instance de Bruxelles. gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel.
La Cour constitutionnelle, Het Grondwettelijk Hof,
composée du président M. Bossuyt, du juge J.-P. Snappe, faisant samengesteld uit voorzitter M. Bossuyt, rechter J.-P. Snappe,
fonction de président, et des juges A. Alen, J.-P. Moerman, J. waarnemend voorzitter, en de rechters A. Alen, J.-P. Moerman, J.
Spreutels, T. Merckx-Van Goey et F. Daoût, assistée du greffier F. Spreutels, T. Merckx-Van Goey en F. Daoût, bijgestaan door de griffier
Meersschaut, présidée par le président M. Bossuyt, F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet de la question préjudicielle et procédure I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging
Par jugement du 3 février 2012 en cause de Fabienne Coppens et Karin Bij vonnis van 3 februari 2012 in zake Fabienne Coppens en Karin
Coppens contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe Coppens tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van
de la Cour le 21 février 2012, le Tribunal de première instance de het Hof is ingekomen op 21 februari 2012, heeft de Rechtbank van
Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld :
« L'article 50 du Code des droits de succession (tel qu'il est « Schendt het artikel 50 W.Succ. (zoals van toepassing voor het Vlaams
applicable pour la Région flamande et tel qu'il a été remplacé par
l'article 44 du décret du Parlement flamand du 21 décembre 2001, Gewest en zoals vervangen bij art. 44 Decr.Vl.Parl. 21 december 2001,
Moniteur belge, 29 décembre 2001 (troisième édition) et modifié par B.S. 29 december 2001 (derde uitg.) en gewijzigd bij art. 57
l'article 57 du décret du Parlement flamand du 20 décembre 2002,
Moniteur belge, 31 décembre 2002 (quatrième édition)), combiné avec Decr.Vl.Parl. 20 december 2002, B.S. 31 december 2002 (vierde uitg.)),
l'article 48 du Code des droits de succession, viole-t-il les articles
10, 11 et 172 de la Constitution coordonnée en ce que cette samen gelezen met art. 48 W.Succ., de artikelen 10, 11 en 172 gec.G.W.
disposition étend le tarif en ligne directe et entre conjoints aux in zoverre deze bepaling het tarief in rechte lijn en tussen
enfants de la personne qui cohabite avec le de cujus au sens de echtgenoten uitbreidt tot de kinderen van de persoon die met de
l'article 48, § 2, du Code des droits de succession, alors que cette erflater samenwoont in de zin van art. 48, § 2, W.Succ. terwijl deze
disposition n'étend pas ce tarif aux enfants du partenaire décédé le bepaling dit tarief niet uitbreidt tot de kinderen van de eerst
premier qui héritent du partenaire survivant, cependant qu'il était
satisfait, jusqu'au décès de la personne décédée la première, aux overleden partner die erven van de langstlevende partner waarbij tot
conditions de cohabitation au sens de l'article 48, § 2, du Code des aan het overlijden van de eerst stervende voldaan was aan de
droits de succession ? ». voorwaarden van samenwoning in de zin van art. 48, § 2, W.Succ. ? ».
(...) (...)
III. En droit III. In rechte
(...) (...)
B.1.1. L'article 48, § 2, du Code des droits de succession, tel qu'il B.1.1. Artikel 48, § 2, van het Wetboek der successierechten, zoals
a été remplacé par l'article 3 du décret de la Région flamande du 7 vervangen bij artikel 3 van het decreet van het Vlaamse Gewest van 7
juillet 2006 « portant exemption des droits de succession en faveur du juli 2006 houdende vrijstelling van successierechten ten voordele van
partenaire survivant pour la valeur nette du logement familial » et de langstlevende partner voor de nettowaarde van de gezinswoning, en
avant qu'il ait été modifié par l'article 78 du décret flamand du 23 vóór het werd gewijzigd bij artikel 78 van het Vlaamse decreet van 23
décembre 2011 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget december 2011 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting
2012, disposait : 2012, bepaalde :
« Le tableau I indique le tarif en ligne directe, entre époux et entre « Tabel I bevat het tarief in rechte lijn, tussen echtgenoten en
cohabitants. tussen samenwonenden.
Ce tarif est appliqué par ayant droit sur la part nette dans les biens Dit tarief wordt per rechtverkrijgende toegepast op het netto-aandeel
immeubles d'une part et sur la part nette dans [les] bien [s] meubles in de onroerende goederen enerzijds, en op het netto-aandeel in de
d'autre part, suivant les tranches correspondantes figurant dans la roerende goederen anderzijds volgens de overeenstemmende gedeelten
colonne A. Par dérogation à l'alinéa précédent, le tarif des droits de succession et de mutation par décès entre époux et entre cohabitants, pour ce qui concerne les biens immeubles, est uniquement appliqué à la part nette de l'époux ou du cohabitant ayant droit dans les biens autres que le logement qui servait de logement familial au défunt et son époux ou cohabitant au moment du décès. Cette dérogation n'est toutefois pas applicable lorsque le cohabitant qui acquiert une part dans le logement familial est, soit un parent en ligne directe du défunt, soit un ayant droit qui est assimilé à un ayant droit en ligne directe pour l'application du tarif. Pour l'application de la présente disposition, on entend par logement familial, la résidence principale commune du défunt et de son époux ou cohabitant survivant. Un extrait du registre de la population constitue une présomption réfutable de cohabitation. Est également pris en considération comme logement familial, le dernier logement familial des époux ou cohabitants si leur cohabitation a pris fin, soit par le divorce de fait des époux ou des zoals voorkomend in kolom A. In afwijking van het vorige lid wordt het tarief van het recht van successie en van het recht van overgang bij overlijden tussen echtgenoten en tussen samenwonenden wat de onroerende goederen betreft, enkel toegepast op het netto-aandeel van de rechtverkrijgende echtgenoot of samenwonende in de andere goederen dan de woning die de erflater en zijn echtgenoot of samenwonende tot gezinswoning diende op het ogenblik van het overlijden. Die afwijking geldt evenwel niet als de samenwonende die een aandeel verkrijgt in die gezinswoning hetzij een bloedverwant in de rechte lijn van de erflater is, hetzij een rechtverkrijgende is die voor de toepassing van het tarief met een rechtverkrijgende in de rechte lijn wordt gelijkgesteld. Onder gezinswoning wordt voor de toepassing van deze bepaling verstaan de gezamenlijke hoofdverblijfplaats van de erflater en zijn overlevende echtgenoot of samenwonende. Een uittreksel uit het bevolkingsregister houdt een weerlegbaar vermoeden in van de samenwoning. Als gezinswoning wordt eveneens in aanmerking genomen de laatste gezinswoning van de echtgenoten of samenwonenden als aan hun samenwonen een einde is gekomen, hetzij door de feitelijke scheiding van de echtgenoten of van de personen die overeenkomstig de bepalingen
personnes qui cohabitent, conformément aux dispositions du livre III, van boek III, titel Vbis, van het Burgerlijk Wetboek samenwonen,
titre Vbis du Code civil, soit par un cas de force majeure qui a hetzij door een geval van overmacht dat tot op het ogenblik van het
perduré jusqu'au moment du décès, soit par le transfert de la overlijden heeft voortgeduurd, hetzij door de verplaatsing van de
résidence principale d'un ou des deux intéressés à une maison de repos hoofdverblijfplaats van één van de of van beide betrokkenen naar een
ou de soins, ou une résidence-services ou un complexe résidentiel rust- of verzorgingsinstelling, of een serviceflatgebouw of een
proposant des services. woningcomplex met dienstverlening.
Les dettes et frais funéraires sont déduits par priorité des biens meubles et des biens visés à l'article 60bis, à moins que les déclarants prouvent qu'il s'agit de dettes spécialement contractées pour acquérir ou conserver des biens immeubles. Si l'époux ou cohabitant survivant acquiert une part dans le logement familial, sa quote-part dans les dettes héréditaires qui ont été spécialement contractées pour acquérir ou conserver ce logement est toutefois déduite par priorité de la valeur de sa part dans le logement familial. Si après l'application des deux alinéas précédents, des dettes restent dans le chef de l'époux ou du cohabitant survivant qui acquiert une part dans le logement familial, celles-ci sont d'abord déduites de la valeur restante des biens immeubles non soumis au tarif, ensuite de la valeur restant du bien immeuble et des biens visés à l'article 60bis, et enfin de la valeur restante de cette part dans le logement familial. Pour l'application du présent article, on entend par cohabitants : De schulden en de begrafeniskosten worden bij voorrang aangerekend op de roerende goederen en op de goederen vermeld in artikel 60bis, tenzij de aangevers bewijzen dat het schulden betreft die specifiek werden aangegaan om onroerende goederen te verwerven of te behouden. Als de langstlevende echtgenoot of samenwonende een deel verkrijgt in de gezinswoning, wordt zijn aandeel in de schulden van de nalatenschap die specifiek werden aangegaan om die woning te verwerven of te behouden evenwel steeds bij voorrang aangerekend op de waarde van zijn deel in de gezinswoning. Als er voor de langstlevende echtgenoot of samenwonende die een deel in de gezinswoning verkrijgt, na de toepassing van de vorige twee leden schulden overblijven, worden die eerst aangerekend op de overblijvende waarde van de aan het tarief onderworpen onroerende goederen, vervolgens op de overblijvende waarde van het roerend actief en de goederen vermeld in artikel 60bis, en ten slotte op de overblijvende waarde van dat deel in de gezinswoning. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder samenwonenden verstaan :
1° la personne qui, le jour de l'ouverture de la succession, se trouve 1° de persoon, die op de dag van het openvallen van de nalatenschap
en situation de cohabitation légale avec le défunt conformément aux overeenkomstig de bepalingen van boek III, titel Vbis, van het
dispositions du livre III, titre Vbis du Code civil; Burgerlijk Wetboek, met de erflater wettelijk samenwoont;
2° la personne ou les personnes qui, le jour de l'ouverture de la 2° de persoon of personen die op de dag van het openvallen van de
succession, cohabitent au moins pendant un an de façon ininterrompue nalatenschap, ten minste één jaar ononderbroken met de erflater
avec le défunt et vivent en ménage commun. La dérogation visée à l'alinéa trois, n'est applicable qu'à la personne ou aux personnes qui, le jour de l'ouverture de la succession, cohabitent au moins pendant trois ans de façon ininterrompue avec le défunt et vivent en ménage commun. Ces conditions sont censées être remplies également si la cohabitation et la vie en ménage commun avec le défunt consécutivement à la période susvisée d'un ou trois ans jusqu'au jour du décès, sont devenues impossible par force majeure. Un extrait du registre de la population constitue une présomption réfutable de samenwonen en er een gemeenschappelijke huishouding mee voeren. De afwijking vermeld in het derde lid is echter alleen van toepassing voor de persoon of personen die op de dag van het openvallen van de nalatenschap, ten minste drie jaar ononderbroken met de erflater samenwonen en er een gemeenschappelijke huishouding mee voeren. Deze voorwaarden worden geacht ook vervuld te zijn indien het samenwonen en het voeren van een gemeenschappelijke huishouding met de erflater, aansluitend op de bedoelde periode van één of drie jaar tot op de dag van het overlijden, ingevolge overmacht onmogelijk is geworden. Een uittreksel uit het bevolkingsregister houdt een weerlegbaar vermoeden in van ononderbroken samenwoning en van het voeren van een
cohabitation ininterrompue et de vie en ménage commun ». gemeenschappelijke huishouding ».
B.1.2. L'article 50 du Code des droits de succession, tel qu'il a été B.1.2. Artikel 50 van het Wetboek der successierechten, zoals
remplacé par l'article 45 du décret flamand du 21 décembre 2001 vervangen bij artikel 45 van het Vlaamse decreet van 21 december 2001
contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 2002 et tel houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 en zoals
qu'il a été modifié par l'article 57 du décret flamand du 20 décembre gewijzigd bij artikel 57 van het Vlaamse decreet van 20 december 2002
2002 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 2003, dispose : houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2003, bepaalt :
« Une obtention entre un beau-parent et un enfant d'un autre lit est « Een verkrijging tussen een stiefouder en een stiefkind wordt
assimilée avec une obtention en ligne directe. La même assimilation gelijkgesteld met een verkrijging in rechte lijn. Dezelfde
est valable pour l'obtention entre un enfant d'une personne qui gelijkstelling geldt voor de verkrijging tussen een kind van een
cohabite avec le de cujus et le de cujus, et pour une obtention entre une personne qui cohabite avec un parent du de cujus et le de cujus. Dans ce dernier cas d'assimilation, le légataire remplit la condition de cohabitation avec un parent du de cujus, s'il cohabitait avec ce parent le jour du décès, conformément aux dispositions du Livre III, Titre Vbis du Code civil, ou s'il prouve, par tous les moyens à l'exception du serment, qu'au moment du décès il menait depuis un an sans interruption un ménage commun. Une obtention entre des personnes divorcées ou séparées de corps et une obtention entre ex-cohabitants ne sont assimilées à une obtention entre conjoints ou cohabitants que s'il y a des descendants communs. Pour pouvoir bénéficier de l'assimilation, le légataire ex-cohabitant doit prouver qu'il a cohabité avec le de cujus conformément aux persoon die met de erflater samenwoont en de erflater, evenals voor de verkrijging tussen een persoon die met een ouder van de erflater samenwoont en de erflater. In het laatste geval van gelijkstelling voldoet de legataris aan de vereiste van samenwonen met een ouder van de erflater, indien hij met die ouder op de dag van het overlijden overeenkomstig de bepalingen van boek III, titel Vbis, van het burgerlijk wetboek samenwoonde, of indien hij bewijst, door alle middelen met uitzondering van de eed, dat hij met die ouder op het ogenblik van het overlijden reeds sedert één jaar ononderbroken een gemeenschappelijke huishouding voerde. Een verkrijging tussen uit de echt gescheiden of van tafel en bed gescheiden personen en een verkrijging tussen ex-samenwonenden wordt alleen indien er gemeenschappelijke afstammelingen zijn gelijkgesteld met een verkrijging tussen echtgenoten of tussen samenwonenden. De ex-samenwonende legataris moet om het voordeel van de gelijkstelling te genieten bewijzen dat hij met de erflater heeft samengewoond
dispositions du Livre III, Titre Vbis du Code civil ou s'il prouve, par tous les moyens à l'exception du serment, qu'au moment du décès il menait depuis un an sans interruption un ménage commun. Une obtention entre des personnes ayant ou ayant eu une relation de parent et d'enfant non biologique est assimilée à une obtention en ligne directe. Au sens de la présente disposition, une telle relation est censée exister ou avoir existé lorsque quelqu'un, avant l'âge de vingt et un ans, a cohabité pendant trois années consécutives avec une autre personne, et a reçu de cette personne ou de cette personne et de son conjoint les secours et les soins que les enfants reçoivent normalement de leurs parents. L'inscription de l'enfant non biologique dans le registre de la population ou des étrangers, à l'adresse du parent non biologique constitue une présomption réfutable de overeenkomstig de bepalingen van boek III, titel Vbis, van het burgerlijk wetboek, of, door alle middelen maar met uitzondering van de eed, dat hij met de erflater gedurende minstens één jaar ononderbroken een gemeenschappelijke huishouding heeft gevoerd. Een verkrijging tussen personen waartussen een relatie van zorgouder en zorgkind bestaat of heeft bestaan wordt gelijkgesteld met een verkrijging in de rechte lijn. Voor de toepassing van deze bepaling wordt zulk een relatie geacht te bestaan of te hebben bestaan wanneer iemand, vóór de leeftijd van eenentwintig jaar, gedurende drie achtereenvolgende jaren bij een andere persoon heeft ingewoond en gedurende die tijd hoofdzakelijk van die andere persoon of van deze en zijn levenspartner samen, de hulp en verzorging heeft gekregen die kinderen normaal van hun ouders krijgen. De inschrijving van het zorgkind in het bevolkings- of het vreemdelingenregister op het adres van de zorgouder geldt als weerlegbaar vermoeden van inwoning bij de
cohabitation avec le parent non biologique ». zorgouder ».
B.2.1. L'exposé des motifs du décret précité du 21 décembre 2001 B.2.1. De memorie van toelichting bij het voormelde decreet van 21
mentionne : december 2001 vermeldt :
« Tel que l'article 50, alinéa 2, est rédigé actuellement, le tarif en « Zoals artikel 50, tweede lid, nu geredigeerd is, wordt het tarief
ligne directe est uniquement appliqué aux obtentions par les enfants ' rechte lijn enkel toegepast op verkrijgingen door de kinderen ' van de
de l'époux survivant de l'époux décédé '. Vu cette formulation, langstlevende echtgenoot van de overleden echtgenoot '. Gelet op die
l'ordre de décès du beau-parent et du parent est déterminant pour le tarif applicable dans la relation beau-parent - bel-enfant. Si le beau-parent décède avant le parent du bel-enfant, le legs de ce beau-parent à son bel-enfant est alors soumis au tarif en ligne directe. Dans le cas inverse, ce legs est en principe soumis au tarif ' entre toutes autres personnes '. Puisqu'il ne faut pas interpréter un texte clair, l'administration ne pouvait pas faire autrement qu'appliquer cet alinéa dans le sens précité. En outre, cette disposition ne tient pas compte de la possibilité du prédécès du bel-enfant. Si celui-ci a fait un legs en faveur de son beau-parent, ce legs est taxé au tarif ' entre toutes autres personnes '. Le nouveau texte résout ces imperfections contenues dans l'ancien texte en assimilant les obtentions entre un beau-parent et un bel-enfant à une obtention en ligne directe. Compte tenu de l'extension des formes de vie commune en dehors du formulering is de volgorde van overlijden van de stiefouder en de ouder bepalend voor het tarief dat toepasselijk is in de relatie stiefouder-stiefkind. Sterft de stiefouder vóór de ouder van het stiefkind, dan is het legaat van die stiefouder aan zijn stiefkind onderworpen aan het tarief rechte lijn. In het tegenovergestelde geval is dit legaat, in principe, onderworpen aan het tarief ' tussen alle andere personen '. Vermits een duidelijke tekst geen interpretatie behoeft, kon de administratie niet anders dan dat lid in de voormelde zin toe te passen. Bovendien wordt in die bepaling geen rekening gehouden met de mogelijkheid van vooroverlijden van het stiefkind. Als het een legaat gemaakt heeft aan zijn stiefouder, wordt dat legaat aan het tarief ' tussen anderen ' belast. De nieuwe tekst lost die onvolkomenheden in de oude tekst op door de verkrijgingen tussen een stiefouder en een stiefkind gelijk te stellen met een verkrijging in de rechte lijn. Rekening houdend met de verbreiding van samenlevingsvormen buiten het
mariage, le nouveau texte de l'article 50 prévoit également une huwelijk wordt in de nieuwe tekst van artikel 50 ook een
assimilation à une obtention ' en ligne directe ' lorsqu'il s'agit gelijkstelling met een verkrijging ' in de rechte lijn ' voorzien,
d'une obtention entre un enfant d'une personne qui cohabite avec le de wanneer het gaat om een verkrijging tussen een kind van een persoon
cujus et le de cujus. Il y a lieu de comprendre ici ' cohabite ' au die met de erflater samenwoont en de erflater. Hier moet ' samenwoont
sens qui en est donné à l'article 48. La même assimilation est prévue ' begrepen worden in de betekenis die er in artikel 48 wordt aan
lorsqu'il s'agit d'une obtention entre une personne qui cohabite avec gegeven. Dezelfde gelijkstelling wordt voorzien wanneer het gaat om
un parent du de cujus et le de cujus. Dans ce cas, il ne peut een verkrijging tussen een persoon die met een ouder van de erflater
évidemment pas être recouru à la définition de la cohabitation prévue samenwoont en de erflater. Hier kan men uiteraard niet terugvallen op
à l'article 48 (il ne s'agit pas de cohabitation avec le de cujus). de definitie van samenwonen in artikel 48 (het betreft geen samenwonen
C'est pourquoi il est explicité ce qu'il y a lieu d'entendre, dans le met de erflater). Daarom wordt geëxpliciteerd wat in de context van
contexte de cette assimilation, par cohabitation » (Doc. parl., deze gelijkstelling onder samenwonen dient te worden verstaan » (Parl.
Parlement flamand, 2001-2002, n° 865/1, p. 26). St., Vlaams Parlement, 2001-2002, nr. 865/1, p. 26).
B.2.2. Devant la commission compétente du Parlement flamand, le B.2.2. Voor de bevoegde commissie van het Vlaams Parlement verklaarde
ministre flamand des Finances et du Budget, de l'Innovation, des de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en
Médias et de l'Aménagement du Territoire déclara : « Par l'article 43, le Gouvernement flamand élimine une discrimination qui existe dans le Code des droits de succession. Selon la réglementation actuellement applicable en Région flamande, un legs fait par un beau-parent en faveur d'un bel-enfant n'est soumis au tarif avantageux applicable en ligne directe que lorsque le parent biologique marié au beau-parent est encore en vie. Lorsque ce parent biologique est prédécédé, ce legs est soumis au tarif bien supérieur qui est applicable pour les obtentions entre personnes sans lien de parenté. Par le présent texte, toutes obtentions entre beaux-parents et beaux-enfants sont soumises au tarif avantageux applicable en ligne directe, que le parent biologique soit ou non encore en vie. Le Gouvernement flamand estime également que l'assimilation entre conjoints et cohabitants instaurée pour les droits de succession flamands depuis le 1er janvier 2001 doit être étendue encore plus loin. Ainsi, le beau-parent et le parent biologique peuvent être aussi bien mariés que cohabitants. Cela n'a donc aucune importance pour Ruimtelijke Ordening : « Met artikel 43 heft de Vlaamse regering een bestaande discriminatie in het Wetboek van Successierechten op. Volgens de huidige reglementering, van toepassing in het Vlaamse Gewest, wordt een legaat dat door een stiefouder wordt gemaakt in het voordeel van een stiefkind enkel onderworpen aan het voordelige tarief rechte lijn, wanneer de biologische ouder, die met de stiefouder gehuwd is, nog in leven is. Wanneer die biologische ouder vooroverleden is, wordt dit legaat onderworpen aan het veel hogere tarief dat geldt voor verkrijgingen tussen niet-verwanten. Met de voorliggende tekst worden alle verkrijgingen tussen stiefouders en stiefkinderen onderworpen aan het voordelige tarief rechte lijn, ongeacht of de biologische ouder nog in leven is. De Vlaamse regering meent ook dat de gelijkschakeling tussen gehuwden en samenwonenden die vanaf 1 januari 2001 in de Vlaamse successierechten werd ingevoerd, verder moet doorgetrokken worden. Zo kunnen de stiefouder en de biologische ouder zowel gehuwd als samenwonend zijn. Dit heeft dus geen belang voor de toepassing van het
l'application du tarif en ligne directe aux obtentions entre tarief rechte lijn op verkrijgingen tussen stiefouders en
beaux-parents et beaux-enfants » (Doc. parl., Parlement flamand, stiefkinderen » (Parl. St., Vlaams Parlement, 2001-2002, nr. 865/15,
2001-2002, n° 865/15, p. 6). p. 6).
B.3. La Cour est interrogée sur la différence de traitement qui existe B.3. Het Hof wordt ondervraagd over het verschil in behandeling dat
entre, d'une part, les enfants d'une personne qui cohabite avec le de bestaat tussen, enerzijds, de kinderen van een persoon die met de
cujus au jour de l'ouverture de la succession et, d'autre part, les erflater samenwoont op de dag van het openvallen van de nalatenschap
enfants d'une personne qui cohabitait avec le de cujus mais qui, au en, anderzijds, de kinderen van een persoon die met de erflater
jour de l'ouverture de la succession, était décédée : alors que samenwoonde, maar die was overleden op de dag van het openvallen van
l'obtention entre la première catégorie de personnes et le de cujus de nalatenschap : terwijl de verkrijging tussen de eerste categorie
est assimilée à une obtention en ligne directe, tel n'est pas le cas van personen en de erflater wordt gelijkgesteld met een verkrijging in
pour l'obtention entre la deuxième catégorie de personnes et le de de rechte lijn, is dat niet het geval voor de verkrijging tussen de
cujus. tweede categorie van personen en de erflater.
B.4. Les enfants d'une personne prédécédée qui cohabitait avec le de B.4. Kinderen van een vooroverleden persoon die met de erflater
cujus ne peuvent pas bénéficier de l'assimilation à une obtention en samenwoonde, kunnen niet de gelijkstelling met een verkrijging in de
ligne directe en raison de la définition donnée au mot « cohabitants » rechte lijn genieten vanwege de definitie van samenwonenden in artikel
à l'article 48, § 2, dernier alinéa, du Code des droits de succession. 48, § 2, laatste lid, van het Wetboek der successierechten. Luidens
Aux termes de cette disposition, on entend par « cohabitants » « la die bepaling wordt onder « samenwonenden » verstaan « de persoon of
personne ou les personnes qui, le jour de l'ouverture de la personen die op de dag van het openvallen van de nalatenschap, ten
succession, cohabitent au moins pendant un an de façon ininterrompue minste één jaar ononderbroken met de erflater samenwonen en er een
avec le défunt et vivent en ménage commun ». Si la personne qui gemeenschappelijke huishouding mee voeren ». Wanneer de persoon die
cohabitait avec le de cujus était décédée au jour de l'ouverture de la met de erflater samenwoonde, was overleden op de dag van het
succession, il n'est alors pas satisfait à cette condition. openvallen van de nalatenschap, dan is aan die voorwaarde niet
B.5. La différence de traitement en cause repose sur un critère voldaan. B.5. Het in het geding zijnde verschil in behandeling berust op een
objectif, à savoir le fait que le parent qui cohabite avec le de cujus objectief criterium, namelijk het feit of de ouder die met de erflater
décède ou non avant ce dernier. samenwoont, al dan niet vóór de erflater overlijdt.
B.6. Dans l'exposé des motifs de l'article 15 du décret flamand du 20 B.6. In de memorie van toelichting bij artikel 15 van het Vlaamse
décembre 1996 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget decreet van 20 december 1996 houdende bepalingen tot begeleiding van
1997, l'assimilation de la transmission entre beau-parent et de begroting 1997 wordt de gelijkstelling van de vererving tussen
bel-enfant à une obtention en ligne directe est justifiée comme suit : stiefouder en stiefkind met een verkrijging in de rechte lijn als volgt verantwoord :
« Cette réforme a également pour but de traiter la relation « Deze hervorming heeft eveneens tot doel om de relatie
beau-parent/bel-enfant pour le taux des droits de succession de la stiefouder-stiefkind voor het percentage van de successierechten op
même manière que la relation en ligne directe ou entre époux. La een gelijke wijze te behandelen als de relatie in rechte lijn of
relation entre beaux-parents et beaux-enfants peut, de fait, être très tussen echtgenoten. De relatie tussen stiefouders en stiefkinderen kan
proche. Ils auront souvent habité ensemble pendant une longue période. immers zeer hecht zijn. Vaak zullen deze gedurende geruime tijd
L'on peut également renvoyer, à titre d'exemple de ce lien samengeleefd hebben. Hierbij kan eveneens, bij wijze van voorbeeld van
particulier, à l'article 203, § 2, du Code civil. Cet article prévoit deze bijzondere band, verwezen worden naar artikel 203, § 2 van het
une obligation d'entretien du beau-parent à l'égard des beaux-enfants. Burgerlijk Wetboek. Dit artikel voorziet in een onderhoudsplicht van
A l'article 345 du Code civil, les conditions d'âge pour l'adoption de stiefouder t.a.v. de stiefkinderen. In artikel 345 BW zijn de
sont moins strictes s'il s'agit de l'adoption d'un bel-enfant. leeftijdsvoorwaarden voor adoptie minder streng indien het om een
Le Code civil ne considère cependant jamais le bel-enfant comme adoptie van een stiefkind gaat.
héritier du beau-parent. Cela signifie que le beau-parent ne peut Het Burgerlijk Wetboek beschouwt echter het stiefkind nooit als een
laisser en héritage l'ensemble de son patrimoine ou une partie de erfgenaam van de stiefouder. Dit betekent dat de stiefouder slechts
celui-ci au bel-enfant que par testament ou par donation. Cela d.m.v. een testament of een schenking het geheel of een deel van zijn
implique dès lors toujours une déclaration de volonté du beau-parent. of haar vermogen aan het stiefkind kan toekennen. Dit impliceert
derhalve steeds een wilsuiting van [de] stiefouder.
Ce lien particulier dont la déclaration de volonté expresse constitue Deze bijzondere band waarvan de uitdrukkelijke wilsuiting het bewijs
la preuve justifie ce traitement égal par rapport à la ligne directe vormt, rechtvaardigt deze gelijke behandeling met de rechte lijn of
ou entre époux. » (Doc. parl., Parlement flamand, 1996-1997, n° 428/1, tussen echtgenoten » (Parl. St., Vlaams Parlement, 1996-1997, nr.
p. 6). 428/1, p. 6).
B.7. Par son arrêt n° 186/2002 du 19 décembre 2002, la Cour a jugé que ce lien particulier peut subsister après le décès du parent naturel : « B.4. La différence de traitement sur le plan successoral entre beaux-enfants repose sur un critère objectif, à savoir l'antériorité ou non du décès du beau-parent-de cujus par rapport au parent naturel des héritiers avec lequel il était marié. La Cour n'aperçoit pas quelle pourrait être la pertinence de la distinction qui est ainsi établie, pour déterminer le taux des droits de succession. Si le lien qui peut être apparu entre le beau-parent et le ou les beaux-enfants pendant le mariage du beau-parent et du parent naturel peut justifier que les beaux-enfants soient assimilés, pour le tarif des droits de succession, aux héritiers en ligne directe, il n'est pas pertinent à cet égard de priver de cet avantage les beaux-enfants lorsque le beau-parent-de cujus décède après leur parent B.7. Bij zijn arrest nr. 186/2002 van 19 december 2002 heeft het Hof geoordeeld dat die bijzondere band kan blijven bestaan na het overlijden van de natuurlijke ouder : « B.4. Het successierechtelijk verschil in behandeling tussen stiefkinderen berust op een objectief criterium, namelijk het al dan niet voorafgaandelijk overlijden van de stiefouder-erflater ten opzichte van de natuurlijke ouder van de erfgenamen met wie hij was gehuwd. Het Hof ziet niet in welke de pertinentie van het aldus gemaakte onderscheid voor het bepalen van het tarief der successierechten zou kunnen zijn. Indien de band die tussen stiefouder en stiefkind of stiefkinderen kan zijn ontstaan tijdens het huwelijk van die stiefouder en de natuurlijke ouder, kan verantwoorden dat de stiefkinderen voor het successierechtelijk tarief worden gelijkgesteld met erfgenamen in rechte lijn, dan is het ter zake niet pertinent dat voordeel te ontzeggen aan de stiefkinderen wanneer de stiefouder-erflater overlijdt na hun natuurlijke ouder. Immers,
naturel. En effet, si le beau-parent survivant a désigné les enfants wanneer de overlevende stiefouder de kinderen van zijn echtgenoot als
de son conjoint comme héritiers, il a fait apparaître le maintien, erfgenamen heeft aangewezen, heeft hij doen blijken van het behoud van
entre eux, du lien particulier qui est à la base de l'assimilation, de bijzondere band tussen hen, die aan de basis ligt van de
sur le plan successoral, des beaux-enfants aux héritiers en ligne successierechtelijke gelijkstelling van de stiefkinderen met de
directe ». erfgenamen in rechte lijn ».
B.8. L'article 45 du décret précité du 21 décembre 2001 avait déjà B.8. Artikel 45 van het voormelde decreet van 21 december 2001 had die
remédié à cette inconstitutionnalité en assimilant les obtentions ongrondwettigheid reeds verholpen door de verkrijgingen tussen een
entre un beau-parent et un bel-enfant à une obtention en ligne stiefouder en een stiefkind gelijk te stellen met een verkrijging in
directe, indépendamment de l'ordre des décès du beau-parent et du de rechte lijn, ongeacht de volgorde van overlijden van de stiefouder
parent. en de ouder.
B.9. Compte tenu du caractère diversifié des formes de vie commune en B.9. Rekening houdend met het wijdverspreide karakter van
dehors du mariage, le législateur décrétal a souhaité accorder cette samenlevingsvormen buiten het huwelijk, wenste de decreetgever die
assimilation à une obtention en ligne directe indépendamment du fait gelijkstelling met een verkrijging in de rechte lijn toe te kennen
que les personnes concernées étaient mariées ou cohabitaient. Le ongeacht het feit of de betrokkenen gehuwd waren of samenwoonden. De
ministre flamand des Finances et du Budget, de l'Innovation, des Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en
Médias et de l'Aménagement du Territoire a déclaré à cet égard que « Ruimtelijke Ordening verklaarde dienaangaande dat « de stiefouder en
le beau-parent et le parent biologique peuvent être aussi bien mariés de biologische ouder zowel gehuwd als samenwonend [kunnen] zijn » en
que cohabitants » et que cela « n'a aucune importance pour dat dit « geen belang [heeft] voor de toepassing van het tarief rechte
l'application du tarif en ligne directe aux obtentions entre
beaux-parents et beaux-enfants » (Doc. parl., Parlement flamand, lijn op verkrijgingen tussen stiefouders en stiefkinderen » (Parl.
2001-2002, n° 865/15, p. 6). Au cours des travaux préparatoires de St., Vlaams Parlement, 2001-2002, nr. 865/15, p. 6). Tijdens de
l'article 57 du décret précité du 20 décembre 2002, il fut observé parlementaire voorbereiding van artikel 57 van het voormelde decreet
que, par le décret du 21 décembre 2001, le législateur décrétal van 20 december 2002 werd opgemerkt dat de Vlaamse decreetgever met
flamand souhaitait transférer sous la catégorie tarifaire la plus het decreet van 21 december 2001 « de verkrijging tussen stiefkinderen
basse « l'obtention entre les beaux-enfants et les beaux-parents (et en stiefouders (en de equivalent daarvan in relaties tussen
entre les personnes se trouvant dans un rapport équivalent dans les samenwonenden) » wenste over te hevelen naar de laagste
relations entre cohabitants) » (Doc. parl., Parlement flamand, tariefcategorie (Parl. St., Vlaams Parlement, 2002-2003, nr. 1438/1,
2002-2003, n° 1438/1, p. 23). p. 23).
B.10. Il découle de ce qui précède que le législateur décrétal B.10. Uit wat voorafgaat vloeit voort dat de decreetgever de
souhaitait traiter de la même manière l'obtention entre un beau-parent verkrijging tussen een stiefouder en een stiefkind en de verkrijging
et un bel-enfant et l'obtention entre un enfant d'une personne qui tussen een kind van een persoon die met de erflater samenwoont, en de
cohabite avec le de cujus, et le de cujus. La disposition en cause, erflater op dezelfde wijze wenste te behandelen. De in het geding
combinée avec l'article 48, § 2, du Code des droits de succession, a zijnde bepaling, in samenhang gelezen met artikel 48, § 2, van het
toutefois pour conséquence qu'alors que l'obtention entre un Wetboek der successierechten, heeft evenwel tot gevolg dat, terwijl de
beau-parent et un bel-enfant est assimilée à une obtention en ligne verkrijging tussen een stiefouder en een stiefkind wordt gelijkgesteld
directe, indépendamment de l'ordre des décès du beau-parent et du met een verkrijging in de rechte lijn, ongeacht de volgorde van
parent, tel n'est pas le cas pour l'obtention dans le chef d'un enfant overlijden van de stiefouder en de ouder, dat niet het geval is voor
d'une personne qui cohabite avec le de cujus. Dans ce dernier cas, de verkrijging van een kind van een persoon die met de erflater
l'assimilation à une obtention en ligne directe ne s'applique pas samenwoont. In dat laatste geval geldt de gelijkstelling met een
lorsque la personne qui cohabitait avec le de cujus est décédée avant verkrijging in de rechte lijn niet wanneer de persoon die met de
erflater samenwoonde, is overleden voorafgaand aan het overlijden van
le de cujus. de erflater.
B.11. La différence de traitement mentionnée en B.3 n'est pas B.11. Het in B.3 vermelde verschil in behandeling is niet redelijk
raisonnablement justifiée. verantwoord.
B.12. La question préjudicielle appelle une réponse affirmative. B.12. De prejudiciële vraag dient bevestigend te worden beantwoord.
Par ces motifs, Om die redenen,
la Cour het Hof
dit pour droit : zegt voor recht :
L'article 50 du Code des droits de succession, tel qu'il a été Artikel 50 van het Wetboek der successierechten, zoals vervangen bij
remplacé par l'article 45 du décret flamand du 21 décembre 2001 artikel 45 van het Vlaamse decreet van 21 december 2001 houdende
contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 2002 et tel bepalingen tot begeleiding van de begroting 2002 en zoals gewijzigd
qu'il a été modifié par l'article 57 du décret flamand du 20 décembre bij artikel 57 van het Vlaamse decreet van 20 december 2002 houdende
2002 contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 2003, viole bepalingen tot begeleiding van de begroting 2003, schendt de artikelen
les articles 10, 11 et 172 de la Constitution. 10, 11 en 172 van de Grondwet.
Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 20 décembre 2012. Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 20 december 2012.
Le greffier, De griffier,
F. Meersschaut F. Meersschaut
Le président, De voorzitter,
M. Bossuyt M. Bossuyt
^