← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 196/2011 du 22 décembre 2011 Numéro du rôle : 5111 En cause
: la question préjudicielle relative à l'article 1675/13bis du Code judiciaire, posée par la Cour du
travail de Mons. La Cour constitutionnelle, composée après en avoir délibéré,
rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procéd(...)"
Extrait de l'arrêt n° 196/2011 du 22 décembre 2011 Numéro du rôle : 5111 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1675/13bis du Code judiciaire, posée par la Cour du travail de Mons. La Cour constitutionnelle, composée après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procéd(...) | Uittreksel uit arrest nr. 196/2011 van 22 december 2011 Rolnummer 5111 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1675/13bis van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Arbeidshof te Bergen. Het Grondwettelijk Hof, samengest wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 196/2011 du 22 décembre 2011 | Uittreksel uit arrest nr. 196/2011 van 22 december 2011 |
Numéro du rôle : 5111 | Rolnummer 5111 |
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1675/13bis | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1675/13bis van het |
du Code judiciaire, posée par la Cour du travail de Mons. | Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Arbeidshof te Bergen. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De | samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de |
Groot, A. Alen, J.-P. Snappe, T. MerckxVan Goey et F. Daoût, assistée | rechters E. De Groot, A. Alen, J.-P. Snappe, T. Merckx-Van Goey en F. |
du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président R. Henneuse, | Daoût, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter R. Henneuse, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par arrêt du 15 février 2011 en cause de I.H. contre la SA « Aremas » | Bij arrest van 15 februari 2011 in zake I.H. tegen de nv « Aremas » en |
et autres, en présence de Me Alain Wery, médiateur de dettes, dont | anderen, in aanwezigheid van Mr. Alain Wery, schuldbemiddelaar, |
l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 21 février 2011, la | waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 21 |
Cour du travail de Mons a posé la question préjudicielle suivante : | februari 2011, heeft het Arbeidshof te Bergen de volgende prejudiciële |
« En ce qu'il ne permet pas au débiteur de solliciter une remise | vraag gesteld : |
totale des dettes, l'article 1675/13bis du Code judiciaire viole-t-il | « Schendt artikel 1675/13bis van het Gerechtelijk Wetboek, in zoverre |
les principes d'égalité et de non-discrimination garantis par les | het de schuldenaar niet toelaat te verzoeken om een totale |
articles 10 et 11 de la Constitution ? ». | kwijtschelding van de schulden, de bij de artikelen 10 en 11 van de |
Grondwet gewaarborgde beginselen van gelijkheid en niet-discriminatie ? ». | |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1.1. La Cour est saisie d'une question préjudicielle relative à la | B.1.1. Aan het Hof is een prejudiciële vraag gesteld over de |
compatibilité, avec les articles 10 et 11 de la Constitution, de | bestaanbaarheid, met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, van |
l'article 1675/13bis du Code judiciaire, en ce que, d'après la | artikel 1675/13bis van het Gerechtelijk Wetboek, in zoverre het, |
juridiction a quo, il ne permet pas au débiteur de solliciter une | volgens het verwijzende rechtscollege, de schuldenaar niet toelaat te |
remise totale des dettes. | verzoeken om een totale kwijtschelding van de schulden. |
B.1.2. Ledit article 1675/13bis dispose : | B.1.2. Dat artikel 1675/13bis bepaalt : |
« § 1er. S'il apparaît qu'aucun plan amiable ou judiciaire n'est | « § 1. Als blijkt dat geen enkele minnelijke of gerechtelijke |
possible en raison de l'insuffisance des ressources du requérant, le | aanzuiveringsregeling mogelijk is omdat de verzoeker over onvoldoende |
médiateur consigne cette constatation dans le procès-verbal visé à | middelen beschikt, neemt de bemiddelaar deze vaststelling op in het in |
l'article 1675/11, § 1er, avec une proposition motivée justifiant | artikel 1675/11, § 1, bedoelde proces-verbaal, met een met redenen |
l'octroi d'une remise totale des dettes et les éventuelles mesures | omkleed voorstel dat de toekenning van een totale kwijtschelding van |
dont elle devrait, à son estime, être accompagnée. | de schulden en de eventuele maatregelen die er naar zijn mening mee |
gepaard moeten gaan, rechtvaardigt. | |
§ 2. Le juge peut, en pareil cas, accorder la remise totale des dettes | § 2. De rechter kan in dergelijk geval de totale kwijtschelding van de |
sans plan de règlement et sans préjudice de l'application de l'article | schulden toestaan zonder aanzuiveringsregeling en onverminderd de |
1675/13, § 1er, alinéa 1er, premier tiret, 3 et 4. | toepassing van artikel 1675/13, § 1, eerste lid, eerste streepje, 3 en 4. |
§ 3. Cette décision peut être assortie de mesures d'accompagnement, | § 3. Deze beslissing kan gepaard gaan met begeleidingsmaatregelen, |
dont la durée ne peut être supérieure à cinq ans. | waarvan de duur vijf jaar niet mag overschrijden. |
L'article 51 n'est pas d'application. | Artikel 51 is niet van toepassing. |
§ 4. La remise de dettes est acquise, sauf retour à meilleure fortune | § 4. De kwijtschelding van de schulden is verworven, behoudens |
dans les cinq années qui suivent la décision. | terugkeer tot beter fortuin binnen vijf jaar die volgen op de |
§ 5. La décision peut être révoquée pendant cinq ans, dans les | beslissing. § 5. De beslissing kan gedurende vijf jaar herroepen worden onder de |
conditions visées à l'article 1675/15. ». | in artikel 1675/15 bedoelde voorwaarden ». |
B.2.1. A titre principal, le Conseil des ministres soutient que la | B.2.1. In hoofdorde voert de Ministerraad aan dat de vraag geen |
question n'appelle pas de réponse dès lors qu'elle ne détermine pas | antwoord behoeft, aangezien de twee categorieën van rechtzoekenden die |
les deux catégories de justiciables à comparer. | met elkaar moeten worden vergeleken, niet in de vraag zijn |
B.2.2. Il ressort à suffisance des motifs de l'arrêt rendu par le juge | vastgesteld. B.2.2. Uit de motieven van het arrest van de verwijzende rechter |
blijkt voldoende dat die laatste twee categorieën van schuldenaars | |
a quo que celui-ci compare deux catégories de débiteurs : d'une part, | vergelijkt : enerzijds de schuldenaar die, rekening houdend met de |
le débiteur qui, compte tenu de l'insuffisance de ses ressources, ne | ontoereikendheid van zijn middelen, niet de minste cent kan besteden |
peut affecter le moindre centime au remboursement de ses créanciers et | aan de terugbetaling van zijn schuldeisers en aan de rechter geen |
ne peut demander au juge une remise totale de ses dettes, seul le | totale kwijtschelding van zijn schulden kan vragen, daar, volgens het |
médiateur de dettes étant habilité à le faire, d'après la juridiction | verwijzende rechtscollege, alleen de schuldbemiddelaar daartoe bevoegd |
a quo, en application de la disposition en cause, et, d'autre part, le | is met toepassing van de in het geding zijnde bepaling en, anderzijds, |
débiteur qui n'est en mesure d'affecter au remboursement des | de schuldenaar die aan de terugbetaling van de schuldeisers slechts |
créanciers que des sommes tout à fait dérisoires et qui, en | onbeduidende bedragen kan besteden en die, met toepassing van artikel |
application de l'article 1675/13, § 1er, alinéa 1er, du Code | 1675/13, § 1, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek, de rechter kan |
judiciaire, peut demander au juge un plan de règlement judiciaire avec | verzoeken om een gerechtelijke aanzuiveringsregeling met een vrijwel |
une remise quasi totale des dettes en capital. | totale kwijtschelding van de schulden in kapitaal. |
B.2.3. Contrairement à ce qu'affirme le Conseil des ministres, ces | B.2.3. In tegenstelling tot wat de Ministerraad verklaart, zijn die |
deux catégories de débiteurs sont suffisamment comparables. | beide categorieën van schuldenaars voldoende vergelijkbaar. |
B.3. Les exceptions du Conseil des ministres sont rejetées. | B.3. De excepties van de Ministerraad worden verworpen. |
B.4. L'article 1675/13bis en cause constitue la section 4bis de la | B.4. Het in het geding zijnde artikel 1675/13bis vormt afdeling 4bis |
cinquième partie, titre IV, chapitre Ier, du Code judiciaire, insérée | van het vijfde deel, titel IV, hoofdstuk I, van het Gerechtelijk |
par l'article 14 de la loi du 13 décembre 2005 « portant des | Wetboek, ingevoegd bij artikel 14 van de wet van 13 december 2005 « |
dispositions diverses relatives aux délais, à la requête | houdende bepalingen betreffende de termijnen, het verzoekschrift op |
contradictoire et à la procédure en règlement collectif de dette » | tegenspraak en de procedure van collectieve schuldregeling » (Belgisch |
(Moniteur belge, 21 décembre 2005) pour les motifs qui suivent : | Staatsblad, 21 december 2005) om de volgende motieven : |
« Dans son arrêt du 30 janvier 2003 (arrêt n° 18/2003, n° 2289), la | « Het Arbitragehof is in zijn arrest van 30 januari 2003 (arrest |
Cour d'arbitrage estime que ' dans l'interprétation selon laquelle | 18/2003, nr. 2289) van oordeel dat ' in de interpretatie volgens |
l'article 1675/13, § 1er, du Code judiciaire interdit au juge | dewelke artikel 1675/13, § 1 van het Gerechtelijk Wetboek de rechter |
d'établir un plan de règlement judiciaire pour le débiteur qui paraît | verbiedt een gerechtelijke aanzuiveringsregeling op te stellen voor de |
totalement et définitivement insolvable, cette disposition viole les | schuldenaar die totaal en definitief onvermogend lijkt te zijn, deze |
articles 10 et 11 de la Constitution '. | bepaling de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt '. |
La présente modification a pour objet de rendre la disposition | Deze wijziging heeft tot doel de gewraakte bepaling in overeenstemming |
incriminée conforme aux articles 10 et 11 de la Constitution. L'application de la loi aux personnes ayant peu de capacité de remboursement a, dès l'entrée en vigueur de la loi, posé des difficultés. Certains juges n'ont pas admis leur requête. La Cour d'appel de Liège a estimé qu'à ce stade de la procédure le juge n'avait pas à effectuer un contrôle de faisabilité. Dans certaines décisions, le plan judiciaire a été rejeté en l'absence de ressources. Par contre, dans d'autres décisions, un plan de règlement judiciaire avec une remise de dettes partielle ' très large ', quasi-totale, a été imposé. Cette situation est due à une contradiction ressentie entre le texte de la loi qui ne permet qu'une remise partielle dans le cadre d'un plan de règlement judiciaire d'une durée de trois à cinq ans et les travaux parlementaires qui, à plusieurs reprises, affirment que la loi doit s'appliquer aux situations les plus délabrées pour lesquelles une remise quasi-totale sera ordonnée. Il convient de prendre en considération l'arrêt n° 35/2001 de la Cour | te brengen met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. De toepassing van de wet op personen die over weinig terugbetalingsmogelijkheden beschikken, heeft vanaf de inwerkingtreding van de wet voor problemen gezorgd. Sommige rechters hebben hun verzoekschrift niet toelaatbaar verklaard. Het Hof van Beroep van Luik heeft geoordeeld dat in dat stadium van de procedure de rechter geen controle inzake de slaagkansen diende te doen. In sommige uitspraken wordt aldus een gerechtelijke aanzuiveringsregeling verworpen bij ontstentenis van inkomsten. Daarentegen worden in andere uitspraken een gerechtelijke aanzuiveringsregeling opgelegd met een ' zeer uitgebreide ', quasi-volledige, gedeeltelijke kwijtschelding van schulden. Deze situatie is te wijten aan een tegenstrijdigheid die werd aangevoeld tussen de wettekst die slechts een gedeeltelijke kwijtschelding toelaat in het kader van een gerechtelijke aanzuiveringsregeling met een looptijd van drie tot vijf jaar, en de parlementaire werkzaamheden die op verschillende ogenblikken bevestigen dat de wet van toepassing is op de meest uitzichtloze situaties voor dewelke een quasi-volledige kwijtschelding zal gegeven worden. Er dient rekening te worden gehouden met het arrest nr. 35/2001 van |
d'arbitrage du 13 mars 2001. Pour la Cour, le fait de ne bénéficier que du minimum d'existence ne peut, à lui seul, justifier le refus d'un plan de règlement judiciaire avec remise de dettes. Plus récemment encore, dans son arrêt du 30 janvier 2003 précité, la Cour d'arbitrage s'est prononcée pour une application de la loi aux personnes sans ressources. De manière très ferme la Cour d'arbitrage souligne que cette situation d'insolvabilité ' n'empêche pas que le débiteur puisse se réintégrer dans le système économique pour autant qu'il obtienne la remise totale, le juge pouvant lui imposer des mesures d'accompagnement... '. En conclusion, la Cour d'arbitrage estime qu'une remise totale est possible. S'agissant d'un arrêt sur une question préjudicielle, cette décision n'entraîne pas l'annulation de la disposition incriminée. La loi doit donc être clarifiée. En fonction des situations de surendettement, des travaux préparatoires de la loi et des arrêts de la Cour d'arbitrage, proposition est faite de permettre au juge d'accorder une remise totale de dettes, lorsqu'il s'agit de la seule réponse socialement | het Arbitragehof van 13 maart 2001. Voor het Hof volstond het loutere feit dat men slechts een bestaansminimum geniet niet om een gerechtelijke aanzuiveringsregeling met kwijtschelding van schulden te weigeren. Nog recenter, in zijn arrest van 30 januari 2003, zoals hierboven aangegeven, heeft het Arbitragehof zich uitgesproken voor een toepassing van de wet op personen zonder bestaansmiddelen. Het Arbitragehof benadrukt op zeer kordate wijze dat deze toestand van onvermogendheid 'niet wegneemt dat de schuldenaar zich weer in het economisch stelsel zou kunnen integreren, voor zover hij de gehele kwijtschelding verkrijgt, waarbij de rechter hem begeleidende maatregelen kan opleggen ...'. Ten slotte is het Arbitragehof van mening dat een totale kwijtschelding mogelijk is. Aangezien het om een arrest over een prejudiciële vraag gaat, heeft deze beslissing niet de nietigverklaring van de gewraakte bepaling tot gevolg. De wet dient dus verduidelijkt te worden. In functie van de situaties van overmatige schuldenlast, de voorbereidende werkzaamheden van de wet en de arresten van het Arbitragehof wordt voorgesteld om aan de rechter de mogelijkheid te geven om een volledige kwijtschelding van schulden toe te staan, indien dit het enige sociaal toelaatbare antwoord is en dit van aard |
admissible et de nature à assurer au principe du respect de la dignité | is om volledig te beantwoorden aan het principe van het respecteren |
humaine sa pleine effectivité. | van de menselijke waardigheid. |
Conformément à l'arrêt de la Cour d'arbitrage précité, des mesures | Conform het bovengenoemde arrest van het Arbitragehof kan de rechter |
d'accompagnement peuvent être décidées par le juge lorsqu'il se | begeleidende maatregelen opleggen, wanneer hij uitspraak doet over een |
prononce sur une remise totale des dettes du requérant. | totale kwijtschelding van de schulden van de eiser. |
La loi doit pouvoir s'appliquer également aux personnes n'ayant pas ou | De wet dient ook te kunnen worden toegepast op de personen die over |
peu de capacité de remboursement, sans bouleverser l'ordonnancement | geen of weinig terugbetalingsmogelijkheden beschikken, zonder de |
actuel de la loi. | huidige schikking van de wet om te gooien. |
La phase amiable est nécessaire car elle permet au médiateur de dettes | De minnelijke fase is noodzakelijk omdat zij aan de schuldbemiddelaar |
de mettre le dossier en état, d'examiner si la remise totale permet le | toelaat om het dossier op te maken, om te onderzoeken of de totale |
redressement de la situation financière du requérant et de proposer, | kwijtschelding een herstel van de financiële toestand van de verzoeker |
le cas échéant, un plan amiable avec une remise totale ou | mogelijk zou kunnen maken en om, desgevallend, een minnelijke regeling |
quasi-totale. Si la capacité de remboursement est faible, il peut être | met volledige of quasi-volledige kwijtschelding voor te stellen. |
de l'intérêt de tous de s'accorder rapidement sur une solution. | Indien de terugbetalingsmogelijkheden klein zijn, kan het in ieders |
belang zijn om snel tot een oplossing te komen. | |
S'il n'est pas possible de trouver une solution à l'amiable, le | Indien het niet mogelijk is om tot een minnelijke oplossing te komen, |
médiateur de dettes fera rapport au juge, en proposant une remise | zal de schuldbemiddelaar verslag uitbrengen bij de rechter en een |
totale de dettes et les éventuelles mesures d'accompagnement | volledige kwijtschelding van de schulden en de eventuele noodzakelijke |
nécessaires (guidance budgétaire, par exemple). | begeleidingsmaatregelen voorstellen (budgettaire begeleiding |
bijvoorbeeld). | |
Hormis le plan de règlement, les conditions de l'article 1675/13 du | Afgezien van de aanzuiveringsregeling blijven de voorwaarden van |
Code judiciaire sont maintenues » (Doc. parl., Chambre, DOC | artikel 1675/13 Ger. W. behouden » (Parl. St., Kamer, DOC 51-1309/001, |
51-1309/001, pp. 19 à 21). | pp. 19 tot 21). |
B.5. En vertu de l'article 1675/2 du Code judiciaire, la procédure en | B.5. Krachtens artikel 1675/2 van het Gerechtelijk Wetboek is de |
règlement collectif de dettes est accessible à toute personne physique | procedure van collectieve schuldenregeling toegankelijk voor elke |
natuurlijke persoon die op duurzame wijze niet in staat is om zijn | |
qui, de manière durable, n'est pas en état de payer ses dettes | opeisbare of nog te vervallen schulden te betalen en die zijn |
exigibles ou à échoir et qui n'a pas organisé son insolvabilité. | onvermogen niet heeft bewerkstelligd. De doelstelling van de |
L'objectif du règlement collectif de dettes est de « refaçonner la | collectieve schuldenregeling bestaat erin « de financiële toestand van |
situation financière de l'individu pour lui permettre, à lui et à sa | het individu te herboetseren opdat hij en zijn familie een nieuwe |
famille, de prendre un nouveau départ dans la vie » (Doc. parl., | start in het leven zouden kunnen nemen » (Parl. St., Kamer, 1996-1997, |
Chambre, 1996-1997, nos 1073/1-1074/1, p. 12). | nrs. 1073/1-1074/1, p. 12). |
B.6. Par son arrêt n° 18/2003 du 30 janvier 2003, auquel renvoient les | B.6. Met zijn arrest nr. 18/2003 van 30 januari 2003, waarnaar wordt |
travaux préparatoires de la disposition en cause, la Cour a conclu à | verwezen in de parlementaire voorbereiding van de in het geding zijnde |
la violation des articles 10 et 11 de la Constitution par l'article | bepaling, heeft het Hof besloten tot de schending van de artikelen 10 |
1675/13, § 1er, du Code judiciaire dans l'interprétation selon | en 11 van de Grondwet door artikel 1675/13, § 1, van het Gerechtelijk |
laquelle ledit article interdisait au juge d'établir un plan de règlement judiciaire pour le débiteur qui paraît totalement et définitivement insolvable. On peut lire dans les motifs de l'arrêt : « B.4.3. La circonstance que le débiteur paraît totalement et définitivement insolvable pourra inciter le juge à rejeter sa demande s'il estime qu'il n'existe aucune possibilité d'établir un plan de règlement. Mais cette même circonstance n'empêche pas que le débiteur puisse se réintégrer dans le système économique pour autant qu'il obtienne la remise totale, le juge pouvant lui imposer des mesures d'accompagnement qui peuvent être, notamment, une guidance budgétaire, sa prise en charge par un service social, l'obligation de suivre un traitement médical ou un accompagnement budgétaire organisé par un centre public d'aide sociale (Doc. parl., Chambre, 1996-1997, n° | Wetboek in de interpretatie dat dat artikel de rechter verbood een gerechtelijke aanzuiveringsregeling vast te stellen voor de schuldenaar die totaal en definitief onvermogend lijkt te zijn. In de motieven van het arrest staat te lezen : « B.4.3. De omstandigheid dat de schuldenaar totaal en definitief onvermogend lijkt te zijn, zal de rechter ertoe kunnen aanzetten zijn vordering te verwerpen, indien hij van mening is dat er geen enkele mogelijkheid bestaat om een aanzuiveringsregeling op te stellen. Diezelfde omstandigheid neemt echter niet weg dat de schuldenaar zich weer in het economisch stelsel zou kunnen integreren, voor zover hij de gehele kwijtschelding verkrijgt, waarbij de rechter hem begeleidende maatregelen kan opleggen die met name kunnen bestaan in een budgetbegeleiding, de tenlasteneming van die persoon door een sociale dienst, de verplichting om een medische behandeling te volgen of een budgetbegeleiding door een openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (Parl. St., Kamer, 1996-1997, nr. 1073/11, p. |
1073/11, p. 72). Il est manifestement disproportionné d'interdire a | 72). Het is kennelijk onevenredig a priori elke persoon die totaal en |
priori à toute personne qui paraît totalement et définitivement insolvable de solliciter un plan de règlement judiciaire alors que la loi vise précisément à éviter qu'une personne endettée ne s'installe durablement dans une situation de marginalité et d'exclusion. Ces personnes étant celles pour lesquelles le danger de marginalisation est le plus important, il n'est pas justifié de les exclure de la possibilité d'obtenir un plan de règlement judiciaire comportant, à terme, remise de leurs dettes en capital ». B.7.1. Ainsi que cela ressort des travaux préparatoires cités, en adoptant la disposition en cause, le législateur a entendu mettre fin | definitief onvermogend lijkt te zijn te verbieden een gerechtelijke aanzuiveringsregeling aan te vragen, terwijl de wet precies ertoe strekt te vermijden dat een persoon met schulden in een blijvende toestand van marginaliteit en uitsluiting terechtkomt. Aangezien die personen diegenen zijn voor wie het gevaar van marginalisering het grootst is, is het niet verantwoord ze uit te sluiten van de mogelijkheid om een gerechtelijke aanzuiveringsregeling te verkrijgen die op termijn de kwijtschelding van hun kapitaalschulden omvat. » B.7.1. Zoals blijkt uit de hiervoor aangehaalde parlementaire voorbereiding heeft de wetgever, met het aannemen van de in het geding zijnde bepaling, een einde willen maken aan een door het Hof discriminerend bevonden situatie en de bestaande moeilijkheden in de |
à une situation jugée discriminatoire par la Cour et a voulu résoudre | rechtspraak willen oplossen door aan de rechter de mogelijkheid te |
les difficultés rencontrées dans la jurisprudence en permettant au | bieden een totale kwijtschelding van de schulden toe te kennen in de |
juge d'accorder une remise totale de dettes lorsqu' « il s'agit de la | gevallen « waarin dit de enige sociaal toelaatbare maatregel kan zijn |
seule mesure socialement admissible, et la seule de nature à garantir | en de enige van die aard dat hij de verzoeker de eerbiediging kan |
au requérant le respect de sa dignité humaine » (Doc. parl. S énat, | waarborgen van de menselijke waardigheid » (Parl. St., Senaat, |
2005/2006, n° 3-1207/3, p. 5). | 2005-2006, nr. 3-1207/3, p. 5). |
B.7.2. D'après le texte même de l'article 1675/13bis en cause, la | B.7.2. Volgens de tekst zelf van het in het geding zijnde artikel |
remise totale de dettes ne peut être accordée que s'il apparaît | 1675/13bis kan de totale kwijtschelding van de schulden alleen worden |
toegekend wanneer blijkt dat geen enkele minnelijke of gerechtelijke | |
qu'aucun plan amiable ou judiciaire n'est possible en raison de | regeling mogelijk is omdat de verzoeker over onvoldoende middelen |
l'insuffisance des ressources du requérant. Le paragraphe 3 de la | beschikt. Paragraaf 3 van de bepaling preciseert dat de rechter |
disposition précise que des mesures d'accompagnement peuvent être | begeleidingsmaatregelen kan uitspreken. |
prononcées par le juge. | |
B.7.3. Lors des discussions parlementaires, le législateur a insisté | B.7.3. Tijdens de parlementaire besprekingen heeft de wetgever erop |
sur le fait que pareille procédure devait être conçue comme une | aangedrongen dat een dergelijke procedure als een uitzondering diende |
exception. C'est la raison pour laquelle l'insertion dans le Code | te worden opgevat. Dat is de reden waarom de voorkeur is gegeven aan |
judiciaire d'une nouvelle disposition consacrée au mécanisme a été | de invoeging in het Gerechtelijk Wetboek van een aan dat mechanisme |
privilégiée par rapport à la suppression du mot « partiel » dans le | gewijde nieuwe bepaling, en niet aan de weglating van het woord « |
paragraphe 1er de l'article 1675/13 dudit Code qui avait été suggérée | gedeeltelijke » in paragraaf 1 van artikel 1675/13 van dat Wetboek |
par un amendement (Doc. parl., Chambre, 2004-2005, DOC 51-1309/012, p. 72). | zoals in een amendement werd gesuggereerd (Parl. St., Kamer, 2004-2005, DOC 51-1309/012, p. 72). |
Le législateur a également souligné qu'une faculté d'appréciation | De wetgever heeft eveneens onderstreept dat een |
devait être laissée au juge, qui peut décider s'il faut ou non un | beoordelingsbevoegdheid moest worden toegekend aan de rechter, die kan |
accompagnement de la personne endettée : | oordelen of de schuldenaar al dan niet moet worden begeleid : |
« Il existe en effet des situations où [des personnes], par des | « In bepaalde gevallen kan iemand ingevolge onverwachte en |
circonstances inattendues et exceptionnelles (maladie, accident par | uitzonderlijke omstandigheden (ziekte, ongeval enzovoort) immers plots |
exemple), peuvent se retrouver du jour au lendemain dans une situation | verzeilen in een heel moeilijke sociale en financiële situatie, en dat |
sociale et financière écrasante pour un fait qui ne peut leur être | wegens een feit waar de betrokkene geen schuld aan heeft. In |
imputé. Dans ces cas, des mesures d'accompagnement n'auraient pas de | dergelijke gevallen zouden begeleidende maatregelen geen zin hebben » |
sens » (ibid.). | (ibid.). |
B.7.4. Quant au fait que le médiateur consigne la constatation de | B.7.4. Ten aanzien van het feit dat de bemiddelaar de vaststelling van |
l'insuffisance des ressources du requérant dans un procès-verbal, le | de ontoereikendheid van de middelen van de verzoeker opneemt in een |
législateur n'a pas souhaité suivre la suggestion du Conseil supérieur | proces-verbaal, heeft de wetgever het voorstel van de Hoge Raad voor |
de la justice de remplacer le terme « procès-verbal » par « requête » | de Justitie om het woord « proces-verbaal » te vervangen door « |
verzoekschrift » niet willen volgen (Parl. St., Kamer, DOC | |
(Doc. parl., Chambre, DOC 51-1309/002, p. 11). Il a, en effet, indiqué | 51-1309/002, p. 11). Hij heeft immers erop gewezen dat « wanneer de |
que « le médiateur, lorsqu'il constate qu'il est impossible d'aboutir | bemiddelaar constateert dat een minnelijke aanzuiveringsregeling niet |
à un plan de règlement amiable et en informe le juge, se limite à un | haalbaar is en hij de rechter daarvan in kennis stelt, [...] die |
simple constat. Il n'introduit aucune demande. Ceci doit être | bemiddelaar zich immers zonder meer [beperkt] tot een vaststelling. |
rapproché des dires et difficultés qui est rédigé par le notaire | Hij dient generlei verzoekschrift in. Zulks dient in verband te worden |
lorsqu'il n'est pas possible d'aboutir amiablement à une solution lors | gebracht met het proces-verbaal van de beweringen en zwarigheden dat |
de notaris opmaakt wanneer bij een gerechtelijke verdeling, in der | |
d'un partage judiciaire » (Doc. parl. Chambre, DOC 51-1309/012, p. | minne geen oplossing mogelijk is » (Parl. St., Kamer, DOC 51-1309/012, |
33). | p. 33). |
B.8. Compte tenu de ce que seule la juridiction a quo peut prononcer | B.8. Rekening houdend met het feit dat alleen het verwijzende |
une remise totale de dettes, lorsqu'il apparaît qu'aucun plan amiable ou judiciaire n'est possible, pareille mesure pouvant être assortie de mesures d'accompagnement, il n'est pas raisonnablement justifié de ne pas permettre au débiteur de la solliciter alors qu'il serait autorisé à le faire dans le cadre d'une remise partielle de dettes. Comme le constate le juge a quo, une remise quasi totale de dettes en capital peut être accordée en application de l'article 1675/13 du Code judiciaire, à la demande du débiteur. Compte tenu de ce que les deux catégories sont dans des situations semblables, rien ne permet de justifier qu'elles soient traitées de manière différente. En outre, les conditions qui entourent la procédure visée par la disposition en cause garantissent à suffisance les droits des créanciers et ne sont pas de nature à encourager l'éventuelle irresponsabilité financière du débiteur. Pareil constat ne pourrait être modifié par la circonstance que le débiteur lui-même puisse demander à en bénéficier. | rechtscollege een totale kwijtschelding van de schulden kan uitspreken, wanneer blijkt dat geen enkele minnelijke of gerechtelijke regeling mogelijk is, waarbij een dergelijke maatregel gepaard kan gaan met begeleidingsmaatregelen, is het niet redelijk verantwoord de schuldenaar te beletten daarom te verzoeken, terwijl hij dat wel zou mogen doen in het kader van een gedeeltelijke kwijtschelding van de schulden. Zoals de verwijzende rechter vaststelt, kan, op verzoek van de schuldenaar, een vrijwel totale kwijtschelding van de schulden in kapitaal worden toegekend met toepassing van artikel 1675/13 van het Gerechtelijk Wetboek. Aangezien beide categorieën zich in vergelijkbare situaties bevinden, is het geenszins verantwoord dat zij op verschillende wijze worden behandeld. Bovendien zijn de rechten van de schuldeisers voldoende gewaarborgd door de voorwaarden die zijn gekoppeld aan de procedure bedoeld in de in het geding zijnde bepaling en zijn die voorwaarden niet van dien aard dat zij de eventuele financiële onverantwoordelijkheid van de schuldenaar aanmoedigen. Een dergelijke vaststelling zou niet kunnen worden gewijzigd door het gegeven dat de schuldenaar zelf kan verzoeken om het voordeel van die procedure te genieten. |
B.9. Dans l'interprétation de la juridiction a quo, selon laquelle | B.9. In de interpretatie van het verwijzende rechtscollege, volgens |
l'article 1675/13bis du Code judiciaire ne permet pas au débiteur de | welke artikel 1675/13bis van het Gerechtelijk Wetboek de schuldenaar |
solliciter une remise totale de dettes, la question préjudicielle | niet toelaat een totale kwijtschelding van de schulden te vragen, |
appelle une réponse positive. | dient de prejudiciële vraag bevestigend te worden beantwoord. |
B.10. La Cour observe que ledit article 1675/13bis peut recevoir une | B.10. Het Hof merkt op dat het voormelde artikel 1675/13bis anders kan |
autre interprétation. | worden geïnterpreteerd. |
Les termes « en pareil cas » repris en son paragraphe 2 peuvent, en | De woorden « in dergelijk geval » in paragraaf 2 ervan kunnen immers |
effet, s'interpréter comme renvoyant à l'hypothèse décrite au | in die zin worden geïnterpreteerd dat zij verwijzen naar de hypothese |
paragraphe 1er selon laquelle il apparaîtrait qu'aucun plan amiable ou | die wordt omschreven in paragraaf 1, volgens welke zou blijken dat |
judiciaire n'est possible en raison de l'insuffisance des ressources | geen enkele minnelijke of gerechtelijke aanzuiveringsregeling mogelijk |
du requérant. Il en découlerait que le débiteur peut demander au juge | is omdat de verzoeker over onvoldoende middelen beschikt. Hieruit zou |
une remise totale de dettes. | voortvloeien dat de schuldenaar de rechter om een totale |
kwijtschelding van de schulden kan verzoeken. | |
B.11. Dans cette interprétation, qui n'est contredite ni par le texte | B.11. In die interpretatie, die niet wordt tegengesproken door de |
tekst van de in het geding zijnde bepaling, noch door de parlementaire | |
de la disposition en cause, ni par les travaux préparatoires qui ont | voorbereiding die tot de aanneming ervan heeft geleid, is artikel |
mené à son adoption, l'article 1675/13bis du Code judiciaire n'est pas | 1675/13bis van het Gerechtelijk Wetboek niet onbestaanbaar met de |
incompatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution. | artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
- L'article 1675/13bis du Code judiciaire interprété comme ne | - Artikel 1675/13bis van het Gerechtelijk Wetboek, in die zin |
permettant pas au débiteur de solliciter une remise totale de dettes | geïnterpreteerd dat het de schuldenaar niet toelaat een totale |
viole les articles 10 et 11 de la Constitution. | |
- La même disposition interprétée comme permettant au débiteur de | |
solliciter une remise totale de dettes ne viole pas les articles 10 et | kwijtschelding van de schulden te vragen, schendt de artikelen 10 en |
11 de la Constitution. | 11 van de Grondwet |
- Dezelfde bepaling, in die zin geïnterpreteerd dat zij de schuldenaar | |
toelaat een totale kwijtschelding van de schulden te vragen, schendt | |
de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. | |
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 22 décembre 2011. | Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 22 december 2011. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
Le président, | De voorzitter, |
R. Henneuse. | R. Henneuse. |