← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 156/2011 du 13 octobre 2011 Numéro du rôle : 5087 En cause
: la question préjudicielle concernant les articles 67, 81 et 82 de la loi du 3 juillet 1978 relative
aux contrats de travail, posée par la Cour du travail d'An La Cour constitutionnelle, composée
des présidents M. Bossuyt et R. Henneuse, et des juges L. La(...)"
Extrait de l'arrêt n° 156/2011 du 13 octobre 2011 Numéro du rôle : 5087 En cause : la question préjudicielle concernant les articles 67, 81 et 82 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, posée par la Cour du travail d'An La Cour constitutionnelle, composée des présidents M. Bossuyt et R. Henneuse, et des juges L. La(...) | Uittreksel uit arrest nr. 156/2011 van 13 oktober 2011 Rolnummer 5087 In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 67, 81 en 82 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gesteld door het Arbeidshof te Antwerpen. |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 156/2011 du 13 octobre 2011 | Uittreksel uit arrest nr. 156/2011 van 13 oktober 2011 |
Numéro du rôle : 5087 | Rolnummer 5087 |
En cause : la question préjudicielle concernant les articles 67, 81 et | In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 67, 81 en 82 van de |
82 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, posée | wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, gesteld door |
par la Cour du travail d'Anvers. | het Arbeidshof te Antwerpen. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents M. Bossuyt et R. Henneuse, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en R. Henneuse, en de |
Lavrysen, A. Alen, E. Derycke, J. Spreutels et P. Nihoul, assistée du | rechters L. Lavrysen, A. Alen, E. Derycke, J. Spreutels en P. Nihoul, |
greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. Bossuyt, | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par arrêt du 19 janvier 2011 en cause de Gertrudis Maria Richard | Bij arrest van 19 januari 2011 in zake Gertrudis Maria Richard |
Reynaert contre l'ASBL « Internationaal Perscentrum Vlaanderen », dont | Reynaert tegen de vzw « Internationaal Perscentrum Vlaanderen », |
l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 26 janvier 2011, la | waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 26 |
Cour du travail d'Anvers a posé la question préjudicielle suivante : | januari 2011, heeft het Arbeidshof te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« Les articles 67, 81 et 82 de la loi relative aux contrats de travail | « Zijn de artikelen 67, 81 en 82 van de arbeidsovereenkomstenwet in |
sont-ils contraires aux articles 10 et 11 de la Constitution en ce | strijd met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre deze |
qu'ils permettent de licencier un travailleur pendant la période | bepalingen toelaten om een werknemer tijdens de proeftijd te ontslaan |
d'essai, moyennant un délai de préavis écourté, en raison de ses | met verkorte opzeggingstermijn om redenen van de prestaties of van de |
prestations ou de son aptitude, alors qu'un travailleur qui est | geschiktheid van de werknemer terwijl ook een werknemer die ontslagen |
licencié pendant la période d'essai pour des raisons étrangères à ses | wordt tijdens de proeftijd om redenen vreemd aan zijn prestaties of |
prestations ou à son aptitude peut également l'être moyennant un délai de préavis écourté ? ». | geschiktheid met verkorte opzeggingstermijn kan ontslagen worden ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. Les dispositions en cause font partie du titre III « Le contrat | B.1. De in het geding zijnde bepalingen maken deel uit van titel III « |
de travail d'employé » de la loi du 3 juillet 1978 relative aux | De arbeidsovereenkomst voor bedienden » van de wet van 3 juli 1978 |
contrats de travail. | betreffende de arbeidsovereenkomsten. |
En vertu de l'article 67, le contrat de travail peut prévoir une | Krachtens artikel 67 kan de arbeidsovereenkomst een proefbeding |
clause d'essai. Cette clause doit, à peine de nullité, être constatée | bevatten. Op straffe van nietigheid moet dat beding voor iedere |
par écrit, pour chaque employé individuellement, au plus tard au | bediende afzonderlijk worden vastgesteld, uiterlijk op het tijdstip |
moment de l'entrée en service de celui-ci. La période d'essai dure au | waarop de bediende in dienst treedt. De proeftijd duurt minstens een |
moins un mois, mais les parties peuvent convenir d'une période d'essai | maand, maar de partijen kunnen een langere proeftijd overeenkomen. De |
plus longue. La durée maximum de la période d'essai est de six ou | maximumduur van de proeftijd bedraagt zes of twaalf maanden en is |
douze mois et dépend de la hauteur de la rémunération. | afhankelijk van de hoogte van het loon. |
L'article 82 règle la durée du délai de préavis en cas de résiliation | Artikel 82 regelt de duur van de opzeggingstermijn in geval van |
unilatérale du contrat de travail à durée indéterminée, lorsque le | eenzijdige beëindiging van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde |
congé n'est pas donné pendant la période d'essai. Ce délai de préavis | duur, wanneer de opzegging niet tijdens de proeftijd plaatsvindt. Die |
est fonction de la hauteur de la rémunération et de l'ancienneté de | opzeggingstermijn is afhankelijk van de hoogte van het loon en van de |
l'employé. Il est de trois mois au moins lorsque le contrat est | anciënniteit van de bediende. Zij bedraagt minstens drie maanden |
résilié par l'employeur. | wanneer de overeenkomst door de werkgever wordt opgezegd. |
L'article 81 règle la résiliation unilatérale du contrat de travail | Artikel 81 regelt de eenzijdige beëindiging van de arbeidsovereenkomst |
pendant la période d'essai. Il dispose : | tijdens de proeftijd. Het bepaalt : |
« § 1er. Sans préjudice de l'application de l'article 79, le contrat | « § 1. Onverminderd de toepassing van artikel 79, kan de overeenkomst |
tijdens de proeftijd zonder dringende reden niet eenzijdig worden | |
ne peut, pendant la période d'essai, être résilié unilatéralement sans | beëindigd dan met inachtneming van een opzeggingstermijn van zeven |
motif grave que moyennant un préavis de sept jours, notifié dans les | dagen, waarvan kennis wordt gegeven in de vorm bepaald in artikel 37, |
formes prévues à l'article 37, alinéas 2 à 4. Si un tel préavis est | tweede tot vierde lid. Wanneer een dergelijke opzegging tijdens de |
donné dans le courant du premier mois, la résiliation a effet le | eerste maand wordt gegeven, dan heeft de beëindiging ten vroegste op |
dernier jour de ce mois au plus tôt. | de laatste dag van deze maand uitwerking. |
§ 2. La partie qui résilie le contrat sans motif grave ou sans | § 2. De partij die de overeenkomst beëindigt zonder dringende reden of |
respecter le délai de préavis fixé au § 1er, est tenue de payer à | zonder inachtneming van de opzeggingstermijn gesteld in § 1, is |
l'autre partie une indemnité égale à la rémunération en cours y | gehouden de andere partij een vergoeding te betalen die gelijk is aan |
compris les avantages acquis en vertu du contrat correspondant soit à | het lopend loon en de voordelen verworven krachtens overeenkomst, |
la durée du délai de préavis, soit à la partie de ce délai restant à courir. Si cette résiliation se produit durant le premier mois de l'essai, l'indemnité est égale à la rémunération en cours y compris les avantages acquis en vertu du contrat correspondant à la partie du mois restant à courir, augmentée de la durée du délai de préavis ». L'article 79 auquel il est renvoyé dans la disposition précitée permet la résiliation du contrat, sans indemnité, au cours de la période d'essai, en cas d'absence, pour cause de maladie ou d'accident, | overeenstemmend hetzij met de duur van de opzeggingstermijn, hetzij met het resterende gedeelte van die termijn. Wanneer die beëindiging gebeurt tijdens de eerste maand van de proeftijd dan is de vergoeding gelijk aan het lopend loon en de voordelen verworven krachtens overeenkomst, overeenstemmend met het resterende gedeelte van die maand vermeerderd met de duur van de opzeggingstermijn ». Artikel 79, waarnaar in de voormelde bepaling wordt verwezen, staat de beëindiging van de overeenkomst gedurende de proeftijd zonder vergoeding toe in geval van afwezigheid wegens ziekte of ongeval die |
supérieure à sept jours. Cette exception n'est pas en cause en | meer dan zeven dagen duurt. Die uitzondering is te dezen niet in het |
l'espèce. | geding. |
B.2. La question préjudicielle porte sur le délai de préavis mentionné | B.2. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de in artikel 81 |
à l'article 81. Il est demandé à la Cour si ce délai viole les | vermelde opzeggingstermijn. Het Hof wordt gevraagd of die termijn de |
articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il est le même pour les | artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt doordat hij voor werknemers |
travailleurs licenciés pour cause d'inaptitude à la fonction et pour | die wegens ongeschiktheid voor de functie worden ontslagen en voor |
les travailleurs licenciés pour un autre motif. | werknemers die om een andere reden worden ontslagen, dezelfde is. |
B.3. Les articles 10 et 11 de la Constitution garantissent le principe | B.3. De artikelen 10 en 11 van de Grondwet waarborgen het beginsel van |
d'égalité et de non-discrimination. Ce principe n'interdit pas | gelijkheid en niet-discriminatie. Dat beginsel verhindert niet alleen |
seulement que des personnes se trouvant dans la même situation soient | dat personen die zich in dezelfde situatie bevinden, verschillend |
traitées de manière différente, lorsque cette différence de traitement ne peut être raisonnablement justifiée. Il interdit aussi que des personnes se trouvant dans des situations essentiellement différentes soient traitées de la même manière, lorsqu'il n'existe pas de justification raisonnable pour ce traitement égal. B.4. Pour arrêter sa politique dans les matières socio-économiques, le législateur dispose d'un large pouvoir d'appréciation. En ce qui concerne la protection du travailleur pendant la période d'essai, un traitement égal en ce qui concerne le délai de préavis ne peut être jugé discriminatoire que lorsque ce traitement égal est manifestement déraisonnable. | worden behandeld, wanneer dat verschil in behandeling niet redelijk kan worden verantwoord. Het beginsel staat eveneens eraan in de weg dat personen die zich in wezenlijk verschillende situaties bevinden, op dezelfde wijze worden behandeld, wanneer voor die gelijke behandeling geen redelijke verantwoording bestaat. B.4. Bij het bepalen van zijn beleid in sociaaleconomische aangelegenheden beschikt de wetgever over een ruime beoordelingsbevoegdheid. Inzake de bescherming van de werknemer tijdens de proeftijd kan een gelijke behandeling op het vlak van de opzeggingstermijn slechts discriminerend worden bevonden wanneer die gelijke behandeling kennelijk onredelijk is. |
B.5. Certes, une période d'essai vise pour l'essentiel à apprécier | B.5. Weliswaar is een proeftijd in hoofdzaak bedoeld om de |
l'aptitude du travailleur à exercer l'emploi pour lequel il a été | geschiktheid van de werknemer te beoordelen voor het uitoefenen van de |
engagé. Il apparaît néanmoins que la période d'essai visée à l'article | betrekking waarvoor hij werd aangeworven. Niettemin blijkt dat de |
81 est conçue comme une période probatoire dans un sens plus large, | proeftijd in artikel 81 als een testperiode in de ruimere zin is |
qui concerne l'emploi en général et qui peut dès lors justifier que | opgevat, die de betrekking in het algemeen betreft en die derhalve ook |
d'autres raisons que l'inaptitude du travailleur puissent limiter la | om andere redenen dan de geschiktheid van de werknemer een verminderde |
protection contre le licenciement. | ontslagbescherming kan rechtvaardigen. |
Il reviendrait uniquement au législateur de limiter, dans le respect | Het zou enkel aan de wetgever toekomen, met eerbiediging van de in het |
des principes en cause, les motifs qui peuvent donner lieu à la | geding zijnde beginselen, de redenen te beperken die tot de |
résiliation du contrat de travail pendant la période d'essai moyennant | beëindiging van de arbeidsovereenkomst tijdens de proeftijd, met |
le respect d'un délai de préavis de sept jours. | inachtneming van een opzeggingstermijn van zeven dagen, aanleiding kunnen geven. |
B.6. Comme le fait valoir le Conseil des ministres, l'application | B.6. Zoals de Ministerraad aanvoert, kan het misbruik van de soepele |
abusive de la réglementation souple en matière de licenciement pendant | ontslagregeling tijdens de proeftijd aanleiding geven tot het |
la période d'essai peut donner lieu à l'octroi d'une indemnité, ce qui | toekennen van een schadevergoeding, waarmee op voldoende wijze wordt |
permet de respecter suffisamment le droit à la protection contre toute | tegemoetgekomen aan het recht op bescherming tegen iedere vorm van |
forme de licenciement manifestement déraisonnable, garanti notamment | kennelijk onredelijk ontslag, zoals met name gewaarborgd bij artikel |
par l'article 30 de la Charte des droits fondamentaux de l'Union | 30 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie. |
européenne. B.7. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
Les articles 67, 81 et 82 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux | De artikelen 67, 81 en 82 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de |
contrats de travail ne violent pas les articles 10 et 11 de la | arbeidsovereenkomsten schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
Constitution. | niet. |
Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 13 octobre 2011. | Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 13 oktober 2011. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
Le président, | De voorzitter, |
M. Bossuyt. | M. Bossuyt. |