← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 154/2011 du 13 octobre 2011 Numéro du rôle : 5061 En cause
: la question préjudicielle relative à l'article 218, § 2, du Code des impôts sur les revenus
1992, posée par le Tribunal de première instance de Namur."
Extrait de l'arrêt n° 154/2011 du 13 octobre 2011 Numéro du rôle : 5061 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 218, § 2, du Code des impôts sur les revenus 1992, posée par le Tribunal de première instance de Namur. | Uittreksel uit arrest nr. 154/2011 van 13 oktober 2011 Rolnummer 5061 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 218, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Namen. |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 154/2011 du 13 octobre 2011 | Uittreksel uit arrest nr. 154/2011 van 13 oktober 2011 |
Numéro du rôle : 5061 | Rolnummer 5061 |
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 218, § 2, du | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 218, § 2, van het |
Code des impôts sur les revenus 1992, posée par le Tribunal de | Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank |
première instance de Namur. | van eerste aanleg te Namen. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, et des juges E. De | samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, en de |
Groot, A. Alen, J.-P. Moerman, J. Spreutels et T. Merckx-Van Goey, | rechters E. De Groot, A. Alen, J.-P. Moerman, J. Spreutels en T. |
assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président R. | Merckx-Van Goey, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder |
Henneuse, | voorzitterschap van voorzitter R. Henneuse, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 18 novembre 2010 en cause de la SA « Magotteaux Group | Bij vonnis van 18 november 2010 in zake de nv « Magotteaux Group » |
» contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la | tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof |
Cour le 29 novembre 2010, le Tribunal de première instance de Namur a | is ingekomen op 29 november 2010, heeft de Rechtbank van eerste aanleg |
posé la question préjudicielle suivante : | te Namen de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 218, § 2, du C.I.R. 1992, inséré par l'article 14 de la | « Schendt artikel 218, § 2, van het WIB 1992, ingevoegd bij artikel 14 |
loi du 24 décembre 2002 modifiant le régime des sociétés en matière | van de wet van 24 december 2002 tot wijziging van de |
d'impôts sur les revenus et instituant un système de décision | vennootschapsregeling inzake inkomstenbelastingen en tot instelling |
anticipée en matière fiscale, viole-t-il le principe d'égalité formulé | van een systeem van voorafgaande beslissingen in fiscale zaken, het |
aux articles 10, 11 et 172 de la Constitution en ce que les sociétés | gelijkheidsbeginsel dat is geformuleerd in de artikelen 10, 11 en 172 |
qui réalisent un bénéfice imposable supérieur au montant limite fixé à | van de Grondwet doordat de vennootschappen die een belastbare winst |
behalen die meer bedraagt dan het grensbedrag dat is vastgelegd bij | |
l'article 215 C.I.R./92 sont exclues du bénéfice de l'absence de | artikel 215 van het WIB 1992, zijn uitgesloten van het voordeel dat |
majoration due sur l'impôt se rapportant aux trois premiers exercices | erin bestaat dat geen vermeerdering verschuldigd is op de belasting |
comptables à partir de sa constitution alors que les sociétés dont le | die betrekking heeft op de eerste drie boekjaren vanaf de oprichting |
bénéfice imposable ne dépasse pas ce montant ne supportent pas ces | ervan, terwijl de vennootschappen waarvan de belastbare winst dat |
majorations ? ». | bedrag niet overschrijdt, die vermeerderingen niet betalen ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1.1. Tel qu'il est applicable au litige pendant devant le juge a | B.1.1. Zoals het van toepassing is op het voor de verwijzende rechter |
quo, l'article 218 du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 1992) | hangende geschil, bepaalt artikel 218 van het Wetboek van de |
dispose : | inkomstenbelastingen 1992 (WIB 1992) : |
« § 1. L'impôt calculé conformément aux articles 215 à 217 est | « § 1. De belasting berekend overeenkomstig de artikelen 215 tot 217 |
éventuellement majoré comme il est prévu en matière d'impôt des | |
personnes physiques par les articles 157 à 168, en cas d'absence ou | wordt eventueel vermeerderd zoals vermeld in de artikelen 157 tot 168, |
d'insuffisance de versements anticipés. | ingeval geen of ontoereikende voorafbetalingen zijn gedaan. |
Par dérogation aux articles 160 et 165, la limitation de la majoration | In afwijking van de artikelen 160 en 165, vinden de beperking van de |
à 90 p.c. et le relèvement de la base de calcul à 106 p.c. de l'impôt | vermeerdering tot 90 pct. en de verhoging van de berekeningsgrondslag |
dû à l'Etat, ne sont cependant pas applicables. | tot 106 pct. van de Rijksbelasting evenwel geen toepassing. |
§ 2. Aucune majoration n'est due sur l'impôt, calculé conformément à | § 2. Geen vermeerdering is verschuldigd op de overeenkomstig artikel |
l'article 215, alinéa 2, qui se rapporte aux trois premiers exercices | 215, tweede lid, berekende belasting, die betrekking heeft op de |
comptables à partir de la constitution de la société ». | eerste drie boekjaren vanaf de oprichting van de vennootschap ». |
Le paragraphe 2 de cet article a été inséré par l'article 14 de la loi | Paragraaf 2 van dat artikel werd ingevoegd bij artikel 14 van de wet |
du 24 décembre 2002 « modifiant le régime des sociétés en matière | van 24 december 2002 « tot wijziging van de vennootschapsregeling |
d'impôts sur les revenus et instituant un système de décision | inzake inkomstenbelastingen en tot instelling van een systeem van |
anticipée en matière fiscale ». | voorafgaande beslissingen in fiscale zaken ». |
B.1.2. L'article 49 de la loi du 22 décembre 2009 portant des | B.1.2. Artikel 49 van de wet van 22 december 2009 houdende fiscale en |
dispositions fiscales et diverses a remplacé l'article 218, § 2, du CIR 1992 par la disposition suivante : | diverse bepalingen heeft artikel 218, § 2, van het WIB 1992 vervangen door de volgende bepaling : |
« Dans le chef d'une société qui, sur la base de l'article 15 du Code | « Ten name van een vennootschap die op grond van artikel 15 van het |
des sociétés, est considérée comme petite société, aucune majoration | Wetboek van vennootschappen als kleine vennootschap wordt aangemerkt, |
n'est due sur l'impôt, qui se rapporte aux trois premiers exercices | is geen vermeerdering verschuldigd op de belasting die betrekking |
comptables à partir de sa constitution ». | heeft op de eerste drie boekjaren vanaf haar oprichting ». |
Compte tenu de ce que le litige pendant devant le juge a quo concerne | Rekening houdend met het feit dat het voor de verwijzende rechter |
l'exercice d'imposition 2008, la Cour ne doit pas tenir compte de | hangende geschil betrekking heeft op het aanslagjaar 2008, dient het |
cette modification. | Hof geen rekening te houden met die wijziging. |
B.2. Tel qu'il a été inséré par la loi du 24 décembre 2002, l'article | B.2. Zoals ingevoegd bij de wet van 24 december 2002, past artikel |
218, § 2, du CIR 1992 s'inscrit dans une réforme globale de l'impôt | 218, § 2, van het WIB 1992 in een algehele hervorming van de |
des sociétés par laquelle le législateur entend « réduire de façon | vennootschapsbelasting waarmee de wetgever « op een substantiële |
substantielle le taux de cet impôt », et ceci, « dans un cadre | manier het tarief van die belasting [wil] verlagen », en dat « in een |
budgétairement neutre, ce qui signifie que diverses dépenses fiscales | budgettair neutraal kader [, wat] betekent dat verschillende fiscale |
devront être réduites et qu'il sera par ailleurs mis fin à certaines | uitgaven zullen moeten worden verminderd en dat er bovendien komaf |
anomalies du régime fiscal actuel » (Doc. parl., Chambre, 2001-2002, | dient gemaakt met bepaalde anomalieën in het huidige fiscale stelsel » |
DOC 50-1918/001, p. 7). | (Parl. St., Kamer, 2001-2002, DOC 50-1918/001, p. 7). |
Cette disposition vise à encourager l'autofinancement des petites et | De bepaling strekt ertoe de autofinanciering van de kleine en |
moyennes entreprises (PME) en accordant une exonération du bénéfice | middelgrote ondernemingen (kmo's) aan te moedigen door het toestaan |
réservé (ibid., p. 33). Elle est uniquement applicable aux sociétés | van een vrijstelling ten gunste van de gereserveerde winst (ibid., p. |
qui peuvent bénéficier, pour l'exercice d'imposition en question, du | 33). Zij is alleen van toepassing op de vennootschappen die voor het |
betrokken aanslagjaar het verlaagde tarief van de | |
taux réduit à l'impôt des sociétés qui est fixé à l'article 215, | vennootschapsbelasting kunnen genieten dat is vastgesteld bij artikel |
alinéa 2, du CIR 1992. | 215, tweede lid, van het WIB 1992. |
Le taux ordinaire de l'impôt des sociétés est de 33 % (article 215, | Het gewone tarief van de vennootschapsbelasting bedraagt 33 pct. |
alinéa 1er, du CIR 1992). L'article 215, alinéa 2, du CIR 1992 dispose : | (artikel 215, eerste lid, van het WIB 1992). Artikel 215, tweede lid, van het WIB 1992 bepaalt : |
« Lorsque le revenu imposable n'excède pas 322.500 EUR, l'impôt est | « Wanneer het belastbare inkomen niet meer dan 322.500 EUR bedraagt, |
toutefois fixé comme suit : | wordt de belasting evenwel als volgt vastgesteld : |
1° sur la tranche de 0 à 25.000 EUR : 24,25 p.c.; | 1° op de schijf van 0 tot 25.000 EUR : 24,25 pct.; |
2° sur la tranche de 25.000 EUR à 90.000 EUR : 31 p.c.; | 2° op de schijf van 25.000 EUR tot 90.000 EUR : 31 pct.; |
3° sur la tranche de 90.000 EUR à 322.500 EUR : 34,5 p.c. ». | 3° op de schijf van 90.000 EUR tot 322.500 EUR : 34,5 pct. ». |
B.3. La question consiste à demander si l'article 218, § 2, du CIR | B.3. De vraag luidt of artikel 218, § 2, van het WIB 1992 de artikelen |
1992 viole les articles 10, 11 et 172 de la Constitution en ce que les | 10, 11 en 172 van de Grondwet schendt doordat het vennootschappen die |
sociétés qui répondent aux caractéristiques d'une PME mais dont le | beantwoorden aan de kenmerken van een kmo maar een belastbare winst |
bénéfice imposable dépasse la limite prévue à l'article 215, alinéa 2, | behalen die meer bedraagt dan het grensbedrag bepaald in artikel 215, |
du même Code sont exclues de l'exonération de toute majoration d'impôt | tweede lid, van hetzelfde Wetboek, uitsluit van de vrijstelling van |
pour absence ou insuffisance de versements anticipés, au cours des | belastingvermeerdering indien geen of ontoereikende voorafbetalingen |
trois premiers exercices fiscaux, alors que les sociétés qui répondent | zijn gedaan, gedurende de eerste drie belastingjaren, terwijl |
aux caractéristiques d'une PME mais dont le bénéfice imposable ne | vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van een kmo maar |
dépasse pas la limite précitée peuvent quant à elles bénéficier de | waarvan de belastbare winst niet meer bedraagt dan het voormelde |
l'exonération en question. | grensbedrag, wel de bedoelde vrijstelling kunnen genieten. |
B.4. Parallèlement aux objectifs généraux de la réforme, tels qu'ils | B.4. Naast de algemene doelstellingen van de hervorming zoals |
sont décrits en B.2, le législateur souhaitait « prendre un ensemble | beschreven in B.2, wenste de wetgever « een geheel van maatregelen |
de mesures spécifiquement orientées vers les PME » et leur accorder | [te] treffen die specifiek zijn afgestemd op de KMO's » en hun onder |
notamment « une exonération de toute majoration d'impôt en cas | andere « een vrijstelling [toe te staan] van belastingverhoging |
d'absence ou d'insuffisance de versements anticipés [...] au cours des | ingeval geen of ontoereikende voorafbetalingen zijn gedaan in de loop |
trois premiers exercices comptables suivant leur constitution » (Doc. | van de eerste drie boekjaren na hun oprichting » (Parl. St., Kamer, |
parl., Chambre, 2001-2002, DOC 50-1918/001, pp. 8-9). | 2001-2002, DOC 50-1918/001, pp. 8-9). |
B.5. S'il est justifié que le législateur prévoie un régime | B.5. Ook al is het gerechtvaardigd dat de wetgever voor de KMO's in |
dérogatoire pour les PME, en fonction des objectifs qu'il poursuit, la | een afwijkend stelsel voorziet op grond van de doelstellingen die hij |
Cour doit néanmoins examiner si le critère qu'il a retenu à cette fin | nastreeft, het Hof moet niettemin onderzoeken of het criterium dat hij |
est discriminatoire. Pour être compatible avec les articles 10, 11 et | daarvoor heeft gekozen, discriminerend is. Om bestaanbaar te zijn met |
172 de la Constitution, le critère sur lequel repose la différence de | de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet moet het criterium waarop |
traitement en cause doit être objectif et pertinent par rapport à | het in het geding zijnde verschil in behandeling berust, objectief en |
l'objet de la mesure considérée et au but qu'elle poursuit. | pertinent zijn ten opzichte van het onderwerp van de betrokken |
maatregel en het doel dat ermee wordt nagestreefd. | |
B.6. Comme l'a fait observer la section de législation du Conseil | B.6. Zoals de afdeling wetgeving van de Raad van State heeft doen |
d'Etat dans l'avis qu'elle a rendu au sujet de la disposition en cause | opmerken in het advies dat zij heeft gegeven over de in het geding |
(Doc. parl., Chambre, 2001-2002, DOC 50-1918/001, p. 110), le montant | zijnde bepaling (Parl. St., Kamer, 2001-2002, DOC 50-1918/001, p. |
absolu du bénéfice imposable au cours d'un exercice social déterminé | 110), is het absolute bedrag van de belastbare winst in de loop van |
n'est pas pertinent pour apprécier s'il s'agit d'une société ayant le | een welbepaald boekjaar niet pertinent om na te gaan of het gaat om |
een vennootschap met de kenmerken van een kmo, omdat er | |
caractère de PME, puisqu'il y a des sociétés qui ne répondent pas aux | vennootschappen zijn die niet beantwoorden aan de kenmerken van een |
caractéristiques d'une PME et auxquelles il arrive de réaliser, au | kmo en die in de loop van een welbepaald boekjaar een belastbare winst |
cours d'un exercice déterminé, un bénéfice imposable ne dépassant pas | verwezenlijken die niet meer bedraagt dan het grensbedrag dat is |
le seuil fixé par l'article 215 du CIR 1992. Par ailleurs, il y a des PME à qui il arrive de réaliser un bénéfice imposable supérieur à ce seuil, sans qu'elles en perdent, pour autant, le caractère de PME. B.7. La mise en oeuvre du critère retenu par la disposition en cause aura donc pour conséquence que certaines PME ne pourront pas être exonérées de la majoration d'impôt due pour absence ou insuffisance de versements anticipés, au cours des trois premiers exercices fiscaux, alors qu'elles se trouvent, par rapport aux objectifs spécifiques poursuivis par le législateur à leur égard, dans une situation semblable à celle des PME qui bénéficieront de l'exonération. B.8. Il s'ensuit que le critère retenu n'est pas pertinent et que la | vastgelegd bij artikel 215 van het WIB 1992. Er zijn overigens kmo's die soms een belastbare winst behalen die meer bedraagt dan dat grensbedrag zonder daarom niet meer te beantwoorden aan de kenmerken van een kmo. B.7. De toepassing van het criterium waarvoor werd geopteerd in de in het geding zijnde bepaling, zal dan ook tot gevolg hebben dat bepaalde kmo's niet kunnen worden vrijgesteld van de belastingvermeerdering die verschuldigd is wanneer geen of ontoereikende voorafbetalingen zijn gedaan, gedurende de eerste drie belastingjaren, terwijl zij zich, met betrekking tot de specifieke doelstellingen die de wetgever voor hen nastreeft, in een situatie bevinden die soortgelijk is aan die van de kmo's die de vrijstelling wel genieten. B.8. Daaruit volgt dat het gekozen criterium niet pertinent is en dat |
question préjudicielle appelle une réponse affirmative. | de prejudiciële vraag bevestigend moet worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 218, § 2, du Code des impôts sur les revenus 1992, tel qu'il | Artikel 218, § 2, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, |
a été inséré par l'article 14 de la loi du 24 décembre 2002 modifiant | zoals ingevoegd bij artikel 14 van de wet van 24 december 2002 tot |
le régime des sociétés en matière d'impôts sur les revenus et | wijziging van de vennootschapsregeling inzake inkomstenbelastingen en |
instituant un système de décision anticipée en matière fiscale, viole | tot instelling van een systeem van voorafgaande beslissingen in |
les articles 10, 11 et 172 de la Constitution en ce que les sociétés | fiscale zaken, schendt de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, |
qui répondent aux caractéristiques d'une PME mais dont le bénéfice | doordat het vennootschappen die beantwoorden aan de kenmerken van een |
kmo maar een belastbare winst behalen die meer bedraagt dan het | |
imposable dépasse la limite prévue à l'article 215, alinéa 2, du même | grensbedrag bepaald in artikel 215, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, |
Code ne sont pas exonérées de la majoration due en cas d'absence ou | niet vrijstelt van de vermeerdering die verschuldigd is indien geen of |
d'insuffisance de versements anticipés au cours des trois premiers | ontoereikende voorafbetalingen zijn gedaan gedurende de eerste drie |
exercices comptables à partir de leur constitution. | boekjaren vanaf de oprichting ervan. |
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 13 octobre 2011. | Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 13 oktober 2011. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
Le président, | De voorzitter, |
R. Henneuse. | R. Henneuse. |