← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 136/2010 du 9 décembre 2010 Numéro du rôle : 4867 En cause
: les questions préjudicielles relatives à l'article 365, § 2, du Code judiciaire, posées par
le Tribunal de première instance de Bruxelles. La Cour co composée
des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, des juges E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-(...)"
Extrait de l'arrêt n° 136/2010 du 9 décembre 2010 Numéro du rôle : 4867 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 365, § 2, du Code judiciaire, posées par le Tribunal de première instance de Bruxelles. La Cour co composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, des juges E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-(...) | Uittreksel uit arrest nr. 136/2010 van 9 december 2010 Rolnummer 4867 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 365, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel. Het Grondwett samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, de rechters E. De Groot, L. Lavrysen, A.(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 136/2010 du 9 décembre 2010 | Uittreksel uit arrest nr. 136/2010 van 9 december 2010 |
Numéro du rôle : 4867 | Rolnummer 4867 |
En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 365, § | In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 365, § 2, van het |
2, du Code judiciaire, posées par le Tribunal de première instance de | Gerechtelijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te |
Bruxelles. | Brussel. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents R. Henneuse et M. Bossuyt, des juges E. De | samengesteld uit de voorzitters R. Henneuse en M. Bossuyt, de rechters |
Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, | E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. |
J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey et P. Nihoul, et, conformément à | Derycke, J. Spreutels, T. Merckx-Van Goey en P. Nihoul, en, |
l'article 60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour | overeenkomstig artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989 |
constitutionnelle, du président émérite M. Melchior, assistée du | op het Grondwettelijk Hof, emeritus voorzitter M. Melchior, bijgestaan |
greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président émérite M. | door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van emeritus |
Melchior, | voorzitter M. Melchior, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
Par jugement du 21 janvier 2010 en cause de Jean-Claude Bodson contre | Bij vonnis van 21 januari 2010 in zake Jean-Claude Bodson tegen de |
Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is | |
l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 8 | ingekomen op 8 februari 2010, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te |
février 2010, le Tribunal de première instance de Bruxelles a posé les | |
questions préjudicielles suivantes : | Brussel de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
« 1. L'article 365, § 2, du Code judiciaire viole-t-il les articles 10 | « 1. Schendt artikel 365, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek de |
et 11 de la Constitution en tant qu'il valorise pour le calcul de | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het met het oog op de |
l'ancienneté visant à fixer le traitement des magistrats, l'expérience | berekening van de anciënniteit voor het bepalen van de wedde van de |
acquise au barreau et non l'expérience acquise par les délégués | magistraten, de ervaring bij de balie in aanmerking neemt en niet de |
ervaring van de vakbondsafgevaardigden die krachtens artikel 728, § 3, | |
syndicaux représentant les travailleurs devant les juridictions du | van het Gerechtelijk Wetboek de werknemers voor de arbeidsgerechten |
travail en vertu de l'article 728, § 3, du Code judiciaire alors que | vertegenwoordigen, terwijl de uitgeoefende functies en de verworven |
les fonctions exercées et l'expérience acquise peuvent être | ervaring als soortgelijk of op zijn minst als gelijkwaardig kunnen |
considérées comme similaires ou, à tout le moins, équivalentes ? | worden beschouwd ? |
2. L'article 365, § 2, du Code judiciaire viole-t-il les articles 10 | 2. Schendt artikel 365, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen |
et 11 de la Constitution en tant qu'il valorise pour le calcul de | 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het met het oog op de berekening |
van de anciënniteit voor het bepalen van de wedde van de magistraten, | |
l'ancienneté visant à fixer le traitement des magistrats, et en | en in het bijzonder diegenen die aan de arbeidsgerechten zijn |
particulier ceux affectés aux juridictions du travail, l'expérience | toegewezen, de ervaring bij de balie in aanmerking neemt en niet de |
acquise au barreau et non l'expérience acquise par les délégués | ervaring van de vakbondsafgevaardigden die krachtens artikel 728, § 3, |
syndicaux représentant les travailleurs devant les juridictions du | van het Gerechtelijk Wetboek de werknemers voor de arbeidsgerechten |
travail en vertu de l'article 728, § 3, du Code judiciaire alors que | vertegenwoordigen, terwijl de uitgeoefende functies en de verworven |
les fonctions exercées et l'expérience acquise sont similaires ou, à | ervaring soortgelijk of op zijn minst gelijkwaardig zijn, of zelfs, |
tout le moins, équivalentes, voire plus valorisantes pour les délégués | wat de vakbondsafgevaardigden betreft, waardevoller omdat die |
syndicaux parce que plus spécifiques ? | specifieker zijn ? |
3. L'article 365, § 2, du Code judiciaire viole-t-il les articles 10 | 3. Schendt artikel 365, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen |
et 11 de la Constitution en tant qu'il valorise pour le calcul de | 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het met het oog op de berekening |
l'ancienneté visant à fixer le traitement des magistrats, et en | van de anciënniteit voor het bepalen van de wedde van de magistraten, |
particulier ceux affectés aux juridictions du travail, l'expérience | en in het bijzonder diegenen die aan de arbeidsgerechten zijn |
acquise dans la charge de notaire et non l'expérience acquise par les | toegewezen, de ervaring tijdens de uitoefening van het ambt van |
délégués syndicaux représentant les travailleurs devant les | notaris in aanmerking neemt en niet de ervaring van de |
juridictions du travail en vertu de l'article 728, § 3, du Code | vakbondsafgevaardigden die krachtens artikel 728, § 3, van het |
judiciaire alors que les fonctions exercées et l'expérience acquise | Gerechtelijk Wetboek de werknemers voor de arbeidsgerechten |
par ces délégués syndicaux peuvent être considérées, en particulier en | vertegenwoordigen, terwijl de functies uitgeoefend en de ervaring |
ce qui concerne les règles et usages procéduraux, plus valorisantes ? | verworven door die vakbondsafgevaardigden als waardevoller kunnen |
worden beschouwd, in het bijzonder wat de procedurele regels en | |
». | gebruiken betreft ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. L'article 365 du Code judiciaire, tel qu'il a été modifié par les | B.1. Artikel 365 van het Gerechtelijk Wetboek, zoals gewijzigd bij de |
lois du 27 décembre 2002 et du 27 décembre 2004, dispose : | wetten van 27 december 2002 en 27 december 2004, bepaalt : |
« § 1er. Le traitement du magistrat qui, au moment de sa première | « § 1. De wedde van de magistraat die op het tijdstip van zijn eerste |
nomination, occupe une fonction permanente dans un service de l'Etat, rétribuée par celui-ci ou dans l'un des organismes prévus par la loi du 16 mars 1954, relative au contrôle de certains organismes d'intérêt public, ne peut être inférieur au traitement dont il bénéficiait dans cette fonction. Le traitement perçu est toutefois arrondi au taux de celui qui, calculé selon les prescriptions du régime des magistrats, lui est immédiatement supérieur. Ce traitement confère à l'intéressé pour le calcul de ses rétributions l'ancienneté attachée au traitement ainsi fixé. | benoeming een vast, door de Staat bezoldigd ambt of een vast ambt in een openbare instelling bedoeld in de wet van 16 maart 1954 betreffende het toezicht op sommige instellingen van openbaar nut bekleedt, mag niet lager zijn dan de wedde die hij in dat ambt werkelijk ontving. De ontvangen wedde wordt echter afgerond op het bedrag van de wedde die, berekend volgens de voorschriften van de regeling voor de magistraten, onmiddellijk hoger ligt. Deze wedde verleent aan de betrokkene, voor de berekening van zijn bezoldigingen, de anciënniteit die aan de aldus vastgestelde wedde verbonden is. |
§ 2. Entrent en compte pour le calcul de l'ancienneté : | § 2. Voor de berekening van de anciënniteit komen in aanmerking : |
a) le temps de l'inscription au barreau, ainsi que l'exercice de la | a) de tijd van inschrijving bij de balie, evenals de uitoefening van |
charge de notaire par un docteur, un licencié ou un master en droit; | het ambt van notaris door een doctor, licentiaat of master in de |
b) le temps consacré à l'enseignement du droit dans une université | rechten; b) de tijd besteed aan onderwijs van het recht aan een Belgische |
belge; | universiteit; |
c) la durée des fonctions exercées au Conseil d'Etat en qualité de | c) de tijd van ambtsvervulling bij de Raad van State als lid van de |
membre du Conseil d'Etat, de l'auditorat ou du bureau de coordination; | Raad van State, van het auditoraat of van het coördinatiebureau; |
d) sans préjudice de l'application des dispositions du § 1er, la durée | d) onverminderd de toepassing van de bepalingen van § 1, de duur van |
des services rendus qui dans le statut pécuniaire du personnel des | de diensten die volgens de bezoldigingsregeling van het personeel der |
ministères peuvent entrer en ligne de compte pour le calcul de | ministeries in aanmerking kunnen worden genomen voor de berekening van |
l'ancienneté pécuniaire des fonctionnaires appartenant au niveau 1 et | de geldelijke anciënniteit van de ambtenaren van niveau 1 en dit |
ce selon les mêmes modalités. | volgens dezelfde regels. |
Au cas où certaines de ces professions auraient été exercées en même | Indien sommige van die ambten gelijktijdig werden uitgeoefend, is de |
temps, le cumul de celles-ci n'est pas autorisé pour le calcul des | samenvoeging daarvan voor de berekening van de weddeverhogingen niet |
majorations de traitement. | geoorloofd. |
Au cas où certaines de ces professions auraient été exercées | Indien sommige van die ambten achtereenvolgens werden uitgeoefend, |
successivement, les temps d'exercice sont additionnés. Les services | wordt de duur van die uitoefening samengesteld. De overblijvende |
restant sont valorisés d'après l'importance qui leur est reconnue pour | diensten worden gevaloriseerd naar het belang dat eraan wordt |
la catégorie à laquelle ils appartiennent. | toegekend in de categorie waartoe zij behoren. |
Sous réserve de l'application des dispositions du point a), | Onder voorbehoud van de toepassing van de bepaling van punt a), komt |
l'expérience dans le secteur privé ou en tant qu'indépendant, exigée | echter de als benoemingsvoorwaarde vereiste ervaring in de |
comme condition de nomination, n'est toutefois prise en considération | privé-sector of als zelfstandige, slechts in aanmerking voor een |
que pour un durée maximale de six ans à partir du 1er janvier 2003 ». | maximumduur van zes jaar vanaf 1 januari 2003 ». |
B.2.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles | B.2.1. Aan het Hof wordt gevraagd of artikel 365, § 2, van het |
10 et 11 de la Constitution de l'article 365, § 2, du Code judiciaire, | Gerechtelijk Wetboek bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de |
en ce que cette disposition valorise, pour le calcul de l'ancienneté | Grondwet, in zoverre die bepaling, voor de berekening van de |
pécuniaire des magistrats, l'expérience acquise au barreau ou dans la | geldelijke anciënniteit van de magistraten, de ervaring aan de balie |
charge de notaire, sans valoriser l'expérience acquise en qualité de | of tijdens de uitoefening van het ambt van notaris in aanmerking |
délégué syndical représentant les travailleurs devant les juridictions | neemt, en niet de ervaring verworven als vakbondsafgevaardigde die |
du travail en vertu de l'article 728, § 3, du Code judiciaire, alors | krachtens artikel 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek de werknemers |
voor de arbeidsgerechten vertegenwoordigt, terwijl de op grond van | |
que l'expérience acquise sur la base de l'article 728, § 3, du Code | artikel 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek verworven ervaring |
judiciaire serait similaire, voire plus enrichissante que celle | vergelijkbaar zou zijn met of zelfs waardevoller dan de ervaring |
acquise au barreau ou dans la charge de notaire, plus spécifiquement | verworven aan de balie of tijdens de uitoefening van het ambt van |
quand il s'agit de calculer l'ancienneté statutaire d'un magistrat | notaris, meer bepaald voor de berekening van de geldelijke |
affecté aux juridictions du travail. | anciënniteit van een aan de arbeidsgerechten toegewezen magistraat. |
B.2.2. Les trois questions préjudicielles portent sur différents | B.2.2. De drie prejudiciële vragen hebben betrekking op verschillende |
aspects : la différence entre l'expérience au barreau et celle de | aspecten : het verschil tussen de ervaring aan de balie en die als |
délégué syndical agissant sur la base de l'article 728, § 3, du Code | vakbondsafgevaardigde die optreedt op grond van artikel 728, § 3, van |
judiciaire (première question préjudicielle); la différence soulevée | het Gerechtelijk Wetboek (eerste prejudiciële vraag); het verschil |
dans la première question préjudicielle, au regard du calcul de | opgeworpen in de eerste prejudiciële vraag, in het licht van de |
l'ancienneté pécuniaire d'un magistrat du tribunal du travail | berekening van de geldelijke anciënniteit van een magistraat van de |
(deuxième question préjudicielle); la différence entre l'expérience de | arbeidsrechtbank (tweede prejudiciële vraag); het verschil tussen de |
notaire et celle de délégué syndical agissant sur la base de l'article | ervaring als notaris en die als vakbondsafgevaardigde die optreedt op |
728, § 3, du Code judiciaire (troisième question préjudicielle). | grond van artikel 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek (derde |
prejudiciële vraag). | |
Dès lors qu'elles concernent différents aspects d'une même différence | Daar in de prejudiciële vragen wordt gewezen op verschillende aspecten |
de traitement critiquée, les questions préjudicielles doivent être | van eenzelfde bekritiseerd verschil in behandeling, dienen zij |
examinées ensemble. | gezamenlijk te worden onderzocht. |
B.3. Il ressort des faits du litige que le demandeur devant le juge a | B.3. Uit de feiten van het geschil blijkt dat de eiser voor de |
quo a été nommé juge au Tribunal du travail de Mons, et a, avant sa | verwijzende rechter is benoemd tot rechter bij de Arbeidsrechtbank te |
nomination, exercé de 1973 à 1993 une fonction de délégué syndical | Bergen en, vóór zijn benoeming, van 1973 tot 1993 een functie van |
consistant en outre en la représentation des travailleurs sur la base | vakbondsafgevaardigde heeft uitgeoefend die ondermeer bestond in de |
de l'article 728, § 3, du Code judiciaire; il sollicite la prise en | vertegenwoordiging van werknemers op grond van artikel 728, § 3, van |
het Gerechtelijk Wetboek; hij vraagt dat die functie in aanmerking | |
compte de cette fonction dans le calcul de son ancienneté pécuniaire | wordt genomen bij de berekening van zijn geldelijke anciënniteit van |
de juge au tribunal du travail. | rechter bij de arbeidsrechtbank. |
B.4. L'article 728, § 3, du Code judiciaire dispose : « En outre, devant les juridictions du travail, le délégué d'une organisation représentative d'ouvriers ou d'employés, porteur d'une procuration écrite, peut représenter l'ouvrier ou l'employé, partie au procès, accomplir en son nom les diligences que cette représentation comporte, plaider et recevoir toutes communications relatives à l'instruction et au jugement du litige. Devant ces mêmes juridictions, le travailleur indépendant peut, dans les litiges relatifs à ses propres droits et obligations en cette qualité ou en qualité de handicapé, être pareillement représenté par le délégué d'une organisation représentative d'indépendants. | B.4. Artikel 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt : « Voor de arbeidsgerechten mag bovendien de afgevaardigde van een representatieve organisatie van arbeiders of bedienden die een schriftelijke volmacht heeft, de arbeider of bediende, partij in het geding, vertegenwoordigen, in zijn naam alle handelingen verrichten die bij deze vertegenwoordiging behoren, pleiten en alle mededelingen ontvangen betreffende de behandeling en de berechting van het geschil. Voor dezelfde gerechten mag, op dezelfde wijze, de zelfstandige arbeider, in geschillen betreffende zijn eigen rechten en verplichtingen in die hoedanigheid of in de hoedanigheid van mindervalide, vertegenwoordigd worden door de afgevaardigde van een representatieve organisatie van zelfstandigen. |
[...] ». | [...] ». |
B.5. L'article 728, § 3, du Code judiciaire confère au délégué d'une | B.5. Artikel 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek kent aan de |
afgevaardigde van een vakorganisatie een bevoegdheid van | |
organisation syndicale un pouvoir de représentation doublement limité | vertegenwoordiging toe die op twee vlakken is beperkt : enerzijds, |
: d'une part, ce pouvoir de représentation ne concerne que les litiges | betreft die bevoegdheid van vertegenwoordiging alleen de geschillen |
portés devant les juridictions du travail, et, d'autre part, le | die voor de arbeidsgerechten worden aangebracht en, anderzijds, kan de |
délégué syndical ne peut représenter que les intérêts des | vakbondsafgevaardigde alleen de belangen van de werknemers |
travailleurs. | vertegenwoordigen. |
B.6. L'expérience du barreau présente des caractéristiques spécifiques | B.6. De ervaring aan de balie vertoont specifieke kenmerken die men |
que ne revêt aucune expérience acquise dans d'autres professions | niet aantreft in om het even welke ervaring opgedaan in andere |
juridiques. Cette spécificité tient au fait que l'expérience du | juridische beroepen. Die specifieke kenmerken houden verband met het |
barreau apporte par excellence la connaissance d'une série de réalités | feit dat ervaring aan de balie bij uitstek de kennis meebrengt van een |
auxquelles est également confronté le magistrat dans l'exercice de ses | aantal werkelijkheden waarmee ook een magistraat in zijn |
fonctions, ce qui lui donne notamment une meilleure compréhension du | ambtsuitoefening wordt geconfronteerd, wat hem onder meer een beter |
déroulement de la procédure judiciaire et du rôle des collaborateurs | inzicht verleent in het verloop van de gerechtelijke procedure en in |
de la justice, une meilleure connaissance des justiciables ainsi | de rol van de medewerkers van het gerecht, een betere kennis van de |
rechtsonderhorigen, een beter aanvoelen van het begrip van het | |
qu'une meilleure perception de la notion de débat contradictoire et du | contradictoir debat en van het beginsel van de rechten van de |
principe des droits de la défense. La pratique du barreau permet dès | verdediging. De praktijk aan de balie maakt het dan ook mogelijk de |
lors d'acquérir les qualités psychologiques, humaines et juridiques | psychologische, menselijke en juridische kwaliteiten te verwerven die |
que doivent posséder les juges. | de rechters moeten bezitten. |
B.7. L'expérience acquise en qualité de délégué syndical représentant | B.7. De ervaring als vakbondsafgevaardigde die op grond van artikel |
les travailleurs sur la base de l'article 728, § 3, du Code judiciaire | 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek, de werknemers |
n'est pas prise en compte par le législateur pour le calcul de | vertegenwoordigt, wordt door de wetgever niet in aanmerking genomen |
l'ancienneté pécuniaire des magistrats. Il convient d'observer à cet | bij de berekening van de geldelijke anciënniteit van de magistraten. |
égard que les délégués syndicaux agissant en vertu de l'article 728, § | Dienaangaande dient te worden opgemerkt dat de vakbondsafgevaardigden |
3, du Code judiciaire n'ont pas nécessairement la même expérience que les avocats. | die optreden krachtens artikel 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek |
En effet, comme il a été constaté en B.5, le pouvoir de représentation | niet noodzakelijk dezelfde ervaring hebben als de advocaten. |
Zoals is vastgesteld in B.5 is de bevoegdheid van vertegenwoordiging | |
des délégués syndicaux agissant en vertu de l'article 728, § 3, du | van de vakbondsafgevaardigden die optreden krachtens artikel 728, § 3, |
Code judiciaire est doublement limité, et constitue, en outre, une | van het Gerechtelijk Wetboek op twee vlakken beperkt en vormt zij |
dérogation au principe, prévu par l'article 728, § 1er, du Code | bovendien een afwijking op het beginsel, bepaald in artikel 728, § 1, |
judiciaire, selon lequel, lors de l'introduction de la cause et | van het Gerechtelijk Wetboek, volgens hetwelk, op het ogenblik van de |
ultérieurement, « les parties sont tenues de comparaître en personne | rechtsingang en later, « de partijen in persoon of bij advocaat |
ou par avocat ». | [dienen] te verschijnen ». |
B.8. En outre, les fonctions de délégué syndical agissant en vertu de | B.8. Bovendien hebben de functies van een vakbondsafgevaardigde die |
l'article 728, § 3, du Code judiciaire ne portent que sur la défense | optreedt krachtens artikel 728, § 3, van het Gerechtelijk Wetboek |
des intérêts des travailleurs, alors que les notaires sont confrontés | alleen betrekking op de verdediging van de belangen van de werknemers, |
terwijl de notarissen met zeer verschillende aspecten van het recht | |
à des aspects fort différents du droit. | worden geconfronteerd. |
B.9. Les questions préjudicielles appellent une réponse négative. | B.9. De prejudiciële vragen dienen ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 365, § 2, du Code judiciaire ne viole pas les articles 10 et | Artikel 365, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek schendt de artikelen 10 |
11 de la Constitution. | en 11 van de Grondwet niet. |
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 9 décembre 2010. | Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 9 december 2010. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
Le président, | De voorzitter, |
M. Melchior. | M. Melchior. |