← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 63/2010 du 27 mai 2010 Numéro du rôle : 4784 En cause : la
question préjudicielle relative aux articles 68 et 69 de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles,
posée par le Conseil d'Etat. La Cour composée des présidents M.
Bossuyt et M. Melchior, des juges R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen,(...)"
Extrait de l'arrêt n° 63/2010 du 27 mai 2010 Numéro du rôle : 4784 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 68 et 69 de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, posée par le Conseil d'Etat. La Cour composée des présidents M. Bossuyt et M. Melchior, des juges R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen,(...) | Uittreksel uit arrest nr. 63/2010 van 27 mei 2010 Rolnummer 4784 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 68 en 69 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gesteld door de Raad van State. |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 63/2010 du 27 mai 2010 | Uittreksel uit arrest nr. 63/2010 van 27 mei 2010 |
Numéro du rôle : 4784 | Rolnummer 4784 |
En cause : la question préjudicielle relative aux articles 68 et 69 de | In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 68 en 69 van |
la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, posée | de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, |
par le Conseil d'Etat. | gesteld door de Raad van State. |
La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents M. Bossuyt et M. Melchior, des juges R. | samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en M. Melchior, de rechters |
Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. | R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, J.-P. |
Moerman, E. Derycke, J. Spreutels et T. Merckx-Van Goey, et, | Moerman, E. Derycke, J. Spreutels en T. Merckx-Van Goey, en, |
conformément à l'article 60bis de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | overeenkomstig artikel 60bis van de bijzondere wet van 6 januari 1989 |
sur la Cour constitutionnelle, du président émérite P. Martens, | op het Grondwettelijk Hof, emeritus voorzitter P. Martens, bijgestaan |
assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. | door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter |
Bossuyt, | M. Bossuyt, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par arrêt n° 196.639 du 5 octobre 2009 en cause de (I. et II.) la SCRL | Bij arrest nr. 196.639 van 5 oktober 2009 in zake (I. en II.) de cvba |
« Société pour la coordination de la production et du transport de | « Maatschappij voor coördinatie van produktie en transport van |
l'énergie électrique », instance reprise par la SA « Elia », | elektrische energie », rechtsgeding hervat door de nv « Elia », thans |
actuellement la SA « Elia Asset », et (III.) la SA « Elia Asset » | de nv « Elia Asset », en (III.) de nv « Elia Asset » tegen (I., II. en |
contre (I., II. et III.) la Région flamande, dont l'expédition est | III.) het Vlaamse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof |
parvenue au greffe de la Cour le 13 octobre 2009, le Conseil d'Etat a | is ingekomen op 13 oktober 2009, heeft de Raad van State de volgende |
posé la question préjudicielle suivante : | prejudiciële vraag gesteld : |
« Les articles 68 et 69 de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes | « Schenden de artikelen 68 en 69 van de Bijzondere wet van 8 augustus |
institutionnelles violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution coordonnée s'ils sont interprétés en ce sens qu'ils conféreraient au Gouvernement flamand une possibilité de délégation illimitée pour toutes les compétences que la loi a attribuées au gouvernement précité, sans les garanties nécessaires pour les justiciables soumis à ce régime, alors que le pouvoir exécutif fédéral ne dispose pas d'une pareille possibilité illimitée pour les compétences qui lui ont été attribuées et alors que les justiciables qui sont soumis aux règles du Gouvernement flamand, contrairement aux justiciables qui sont soumis à l'autorité fédérale, ne disposent donc pas des garanties qui les | 1980 tot hervorming der instellingen de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet indien zij aldus worden geïnterpreteerd dat zij aan de Vlaamse Regering een onbeperkte delegatiemogelijkheid zouden toekennen voor alle bevoegdheden die aan voormelde regering door de wet werden toegewezen, zonder de nodige waarborgen voor de aan die regeling onderworpen rechtsonderhorigen, terwijl de federale uitvoerende macht niet over zulke onbeperkte mogelijkheid beschikt voor de aan haar toegewezen bevoegdheden en terwijl de rechtsonderhorigen die aan de regels van de Vlaamse Regering onderworpen zijn in tegenstelling met de rechtsonderhorigen die aan de federale overheid onderworpen zijn aldus niet over de waarborgen |
protègent contre l'arbitraire ? ». | beschikken die hen tegen willekeur beschermen ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. Les dispositions en cause de la loi spéciale du 8 août 1980 de | B.1. De in het geding zijnde artikelen van de bijzondere wet van 8 |
réformes institutionnelles s'énoncent comme suit : | augustus 1980 tot hervorming der instellingen bepalen : |
« Art. 68.Sans préjudice des dispositions de la présente loi, chaque |
« Art. 68.Onverminderd de bepalingen van deze wet, regelt elke |
Gouvernement décide de ses règles de fonctionnement. | Regering haar werkwijze. |
Le Gouvernement détermine le statut de ses membres ». | De Regering bepaalt het statuut van haar leden. |
« Art. 69.Sans préjudice des délégations qu'il accorde, chaque |
Art. 69.Onverminderd de door haar toegestane delegaties, beraadslaagt |
Gouvernement délibère collégialement, selon la procédure du consensus | elke Regering collegiaal, volgens de in Ministerraad toegepaste |
suivie en Conseil des Ministres, de toutes affaires de sa compétence | procedure van de consensus, over alle zaken die tot haar bevoegdheid |
». | behoren ». |
B.2. La question préjudicielle porte sur la compatibilité des | B.2. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de bestaanbaarheid met |
dispositions en cause avec les articles 10 et 11 de la Constitution | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de in het geding |
dans la mesure où celles-ci, dans l'interprétation qui leur est | |
donnée, « conféreraient au Gouvernement flamand une possibilité de | zijnde bepalingen, in de gegeven interpretatie, « aan de Vlaamse |
délégation illimitée [...], alors que le pouvoir exécutif fédéral ne | regering een onbeperkte delegatiemogelijkheid zouden toekennen [...], |
terwijl de federale uitvoerende macht niet over zulke onbeperkte | |
dispose pas d'une pareille possibilité illimitée ». Les justiciables | mogelijkheid beschikt ». De rechtsonderhorigen die aan de Vlaamse |
qui sont soumis au Gouvernement flamand ne disposeraient donc pas des | Regering zijn onderworpen, zouden derhalve niet over dezelfde |
mêmes garanties contre l'arbitraire. | waarborgen tegen willekeur beschikken. |
B.3. Une différence de traitement dans les modalités, déterminées par | B.3. Een verschil in behandeling in de modaliteiten, bepaald door de |
la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, selon | bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, |
lesquelles une communauté ou une région exerce ses compétences, par | volgens welke een gemeenschap of een gewest haar of zijn bevoegdheden |
rapport à celles, résultant des dispositions constitutionnelles, selon | uitoefent, ten opzichte van de grondwetsbepalingen, volgens welke de |
lesquelles l'autorité fédérale exerce les siennes, est la conséquence | federale overheid de hare uitoefent, is het gevolg van de autonomie |
de l'autonomie accordée aux communautés et aux régions par ou en vertu | die de gemeenschappen en de gewesten door of krachtens de Grondwet is |
de la Constitution. | toegekend. |
B.4. En conséquence, les catégories de personnes mentionnées dans la | B.4. Bijgevolg zijn de in de prejudiciële vraag vermelde categorieën |
question préjudicielle ne sont pas comparables. | van personen niet vergelijkbaar. |
B.5. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.5. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
Les articles 68 et 69 de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes | De artikelen 68 en 69 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot |
institutionnelles ne violent pas les articles 10 et 11 de la | hervorming der instellingen schenden de artikelen 10 en 11 van de |
Constitution. | Grondwet niet. |
Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour constitutionnelle, à l'audience publique du 27 mai 2010. | Grondwettelijk Hof, op de openbare terechtzitting van 27 mei 2010. |
Le greffier, Le président, | De griffier, De voorzitter, |
P.-Y. Dutilleux. M. Bossuyt. | P.-Y. Dutilleux. M. Bossuyt. |