← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 103/2008 du 10 juillet 2008 Numéro du rôle : 4399 En cause
: les questions préjudicielles relatives à l'article 7, § 1 er , de la loi du
20 juillet 1991 portant des dispositions sociales et diverses La
Cour constitutionnelle, composée des présidents M. Bossuyt et M. Melchior, et des juges P. Ma(...)"
| Extrait de l'arrêt n° 103/2008 du 10 juillet 2008 Numéro du rôle : 4399 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 7, § 1 er , de la loi du 20 juillet 1991 portant des dispositions sociales et diverses La Cour constitutionnelle, composée des présidents M. Bossuyt et M. Melchior, et des juges P. Ma(...) | Uittreksel uit arrest nr. 103/2008 van 10 juli 2008 Rolnummer 4399 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 7, § 1, van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en diverse bepalingen Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en M. Melchior, en de rechter(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Extrait de l'arrêt n° 103/2008 du 10 juillet 2008 | Uittreksel uit arrest nr. 103/2008 van 10 juli 2008 |
| Numéro du rôle : 4399 | Rolnummer 4399 |
| En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 7, § 1er, | In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 7, § 1, van de |
| de la loi du 20 juillet 1991 portant des dispositions sociales et | wet van 20 juli 1991 houdende sociale en diverse bepalingen |
| diverses (assujettissement de certains agents du secteur public à | (toepassing van de verzekering tegen de werkloosheid op sommige |
| l'assurance contre le chômage), posées par le Tribunal du travail de | personeelsleden van de overheidssector), gesteld door de |
| Malines. | Arbeidsrechtbank te Mechelen. |
| La Cour constitutionnelle, | Het Grondwettelijk Hof, |
| composée des présidents M. Bossuyt et M. Melchior, et des juges P. | samengesteld uit de voorzitters M. Bossuyt en M. Melchior, en de |
| Martens, R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Snappe, | rechters P. Martens, R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, |
| J.-P. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels et T. Merckx-Van Goey, | J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke, J. Spreutels en T. Merckx-Van |
| assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. | Goey, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder |
| Bossuyt, | voorzitterschap van voorzitter M. Bossuyt, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
| Par jugement du 13 décembre 2007 en cause de Harry Cuypers contre | Bij vonnis van 13 december 2007 in zake Harry Cuypers tegen de |
| l'Office national de l'emploi, dont l'expédition est parvenue au | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, waarvan de expeditie ter griffie |
| greffe de la Cour le 19 décembre 2007, le Tribunal du travail de | van het Hof is ingekomen op 19 december 2007, heeft de |
| Malines a posé les questions préjudicielles suivantes : | Arbeidsrechtbank te Mechelen de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
| « 1. L'article 7, § 1er, de la loi du 20 juillet 1991 portant des | « 1. Is artikel 7, § 1, van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale |
| dispositions sociales et diverses (M.B. 01.08.1991) est-il conforme | en diverse bepalingen (B.S. 01.08.1991) in overeenstemming met de in |
| aux principes d'égalité et de non-discrimination inscrits aux articles | |
| 10 et 11 de la Constitution en tant qu'il a pour effet que des | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet voorziene beginselen van |
| personnes dont la relation de travail dans un service public n'est pas | gelijkheid en niet-discriminatie, in zoverre het ertoe leidt dat |
| rompue de manière unilatérale, qui, du fait de cette relation de | personen wier arbeidsverhouding in een overheidsdienst niet eenzijdig |
| travail, ne sont pas soumises au régime en matière d'emploi et de | wordt verbroken, die uit hoofde van die arbeidsverhouding niet |
| chômage, mais pour lesquelles le service public est disposé à | onderworpen zijn aan de regeling inzake arbeidsvoorziening en |
| permettre, par le paiement de cotisations patronales, l'application à | werkloosheid, maar ten behoeve van wie de overheidsdienst bereid is |
| leur égard du régime de licenciement particulier organisé par les | om, via de betaling van werkgeversbijdragen, de door de artikelen 7 |
| articles 7 à 13 de la loi précitée du 20 juillet 1991, sont traitées | tot en met 13 van de voornoemde wet van 20 juli 1991 georganiseerde |
| de la même manière que les personnes dont la relation de travail dans | bijzondere ontslagregeling op hen toepassing te laten vinden, op |
| un service public n'est pas rompue de manière unilatérale, qui, en | dezelfde wijze worden behandeld als de personen wier arbeidsverhouding |
| raison de cette relation de travail, ne sont pas soumises au régime en | in een overheidsdienst niet eenzijdig wordt verbroken, die uit hoofde |
| matière d'emploi et de chômage, et pour lesquelles le service public | van die arbeidsverhouding niet onderworpen zijn aan de regeling inzake |
| n'est pas disposé à permettre, par le paiement de cotisations | arbeidsvoorziening en werkloosheid, en ten behoeve van wie de |
| patronales, l'application à leur égard du régime de licenciement | overheidsdienst niet bereid is om, via de betaling van |
| particulier organisé par les articles 7 à 13 de la loi précitée du 20 | werkgeversbijdragen, de door de artikelen 7 tot en met 13 van de |
| juillet 1991 ? | |
| 2. L'article 7, § 1er, de la loi du 20 juillet 1991 portant des | voornoemde wet van 20 juli 1991 georganiseerde bijzondere |
| ontslagregeling op hen toepassing te laten vinden ? | |
| dispositions sociales et diverses (M.B. 01.08.1991) est-il conforme | 2. Is artikel 7, § 1, van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en |
| aux principes d'égalité et de non-discrimination inscrits aux articles | diverse bepalingen (B.S. 01.08.1991) in overeenstemming met de in de |
| 10 et 11 de la Constitution en tant qu'il a pour effet que des | artikelen 10 en 11 van de Grondwet voorziene beginselen van gelijkheid |
| personnes qui mettent elles-mêmes un terme à leur relation de travail | en niet-discriminatie, in zoverre het ertoe leidt dat personen die |
| dans un service public afin d'exercer chez un autre employeur un | zelf een einde maken aan hun arbeidsverhouding in een overheidsdienst |
| emploi contractuel auquel il est ensuite mis fin par ce dernier | teneinde bij een andere werkgever een contractuele betrekking uit te |
| employeur, qui, en raison de leur relation de travail antérieure dans | oefenen die nadien door die laatste werkgever wordt beëindigd, die uit |
| un service public, ne sont pas soumises au régime en matière d'emploi | hoofde van hun eerdere arbeidsverhouding in een overheidsdienst niet |
| et de chômage et pour lesquelles le service public est disposé à | onderworpen zijn aan de regeling inzake arbeidsvoorziening en |
| permettre, par le paiement de cotisations patronales, l'application à | werkloosheid, en ten behoeve van wie de overheidsdienst bereid is om, |
| leur égard du régime de licenciement particulier organisé par les | via de betaling van werkgeversbijdragen, de door de artikelen 7 tot en |
| articles 7 à 13 de la loi précitée du 20 juillet 1991, sont traitées | met 13 van de voornoemde wet van 20 juli 1991 georganiseerde |
| bijzondere ontslagregeling op hen toepassing te laten vinden, | |
| autrement que les personnes dont la relation de travail dans un | verschillend worden behandeld dan de personen waarvan de |
| service public prend fin parce qu'il y est mis un terme | arbeidsverhouding in een overheidsdienst een einde neemt omdat zij |
| unilatéralement par l'autorité, éventuellement en raison de faits | eenzijdig verbroken wordt door de overheid, mogelijk wegens |
| graves, voire pénalement punissables, qui, en raison de leur relation | zwaarwichtige, zelfs strafrechtelijk sanctioneerbare feiten, die uit |
| de travail antérieure, dans un service public, ne sont pas soumises au | hoofde van hun eerdere arbeidsverhouding in een overheidsdienst niet |
| régime en matière d'emploi et de chômage et pour lesquelles le service | onderworpen zijn aan de regeling inzake arbeidsvoorziening en |
| public est tenu d'appliquer le régime de licenciement particulier | werkloosheid, en ten overstaan van wie de overheidsdienst verplicht is |
| organisé par les articles 7 à 13 de la loi précitée du 20 juillet 1991 | om de door de artikelen 7 tot en met 13 van de voornoemde wet van 20 |
| juli 1991 georganiseerde bijzondere ontslagregeling toepassing te | |
| ? ». | laten vinden ? ». |
| (...) | (...) |
| III. En droit | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| B.1. Pour être admis au bénéfice des allocations de chômage, le | B.1. Om toegelaten te worden tot het recht op werkloosheidsuitkeringen |
| travailleur à temps plein doit accomplir un stage comportant un | moet de voltijdse werknemer een wachttijd hebben doorlopen van een |
| certain nombre de jours, en fonction de son âge (article 30, alinéa 1er, | bepaald aantal arbeidsdagen, afhankelijk van zijn leeftijd (artikel |
| de l'arrêté royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du | 30, eerste lid, van het koninklijk besluit van 25 november 1991 |
| chômage). Sont pris en considération comme prestations de travail, le travail effectif normal et les prestations supplémentaires sans repos compensatoire, effectués dans une profession ou une entreprise assujettie à la sécurité sociale, secteur chômage (article 37, § 1er, du même arrêté royal). B.2. Les membres du personnel statutaire d'un service public n'effectuent pas de prestations de travail dans le cadre d'une profession ou d'une entreprise assujettie à la sécurité sociale, secteur chômage. Ils ne sont donc pas admis, en principe, au bénéfice des allocations de chômage. | houdende de werkloosheidsreglementering). Als arbeidsprestaties worden in aanmerking genomen de normale werkelijke arbeid en de meerprestaties zonder inhaalrust verricht in een onder de sociale zekerheid, sector werkloosheid, vallend beroep of onderneming (artikel 37, § 1, van hetzelfde koninklijk besluit). B.2. De statutaire personeelsleden in overheidsdienst verrichten geen arbeidsprestaties in een onder de sociale zekerheid, sector werkloosheid, vallend beroep of onderneming. Zij worden dus in beginsel niet toegelaten tot het recht op werkloosheidsuitkeringen. |
| Par la loi du 20 juillet 1991 portant des dispositions sociales et | Met de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en diverse bepalingen |
| diverses, le législateur a toutefois prévu une exception. Plus | heeft de wetgever evenwel in een uitzondering voorzien. Meer bepaald |
| précisément, le chapitre II du titre I de cette loi porte sur l'« | hoofdstuk II van titel I van die wet betreft de « Toepassing van de |
| Assujettissement de certains agents du secteur public et de | verzekering tegen werkloosheid, de ziekteverzekering (sector |
| l'enseignement subventionné libre à l'assurance contre le chômage, à | uitkeringen) en de moederschapsverzekering op sommige personeelsleden |
| l'assurance maladie (secteur des indemnités) et à l'assurance maternité ». | van de overheidssector en van het vrij gesubsidieerd onderwijs ». |
| B.3. L'article 7, § 1er, de la loi du 20 juillet 1991, qui fait partie | B.3. Artikel 7, § 1, van de wet van 20 juli 1991, dat deel uitmaakt |
| du chapitre précité, dispose : | van het voormelde hoofdstuk, bepaalt : |
| « Ce chapitre est applicable à toute personne : | « Dit hoofdstuk is van toepassing is op elke persoon : |
| - dont la relation de travail dans un service public ou tout autre | - wiens arbeidsverhouding in een overheidsdienst of in elke andere |
| organisme de droit public prend fin parce qu'elle est rompue | publiekrechtelijke instelling een einde neemt omdat zij eenzijdig |
| unilatéralement par l'autorité ou parce que l'acte de nomination est | wordt verbroken door de overheid of omdat de benoemingsakte wordt |
| annulé, retiré, abrogé ou non renouvelé, | vernietigd, ingetrokken, opgeheven of niet hernieuwd, |
| - et qui du fait de cette relation de travail n'est pas assujettie aux | - en die uit hoofde van die arbeidsverhouding niet onderworpen is aan |
| dispositions de la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du 28 | de bepalingen van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de |
| décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs | besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke |
| salariés, en ce qu'elles concernent le régime de l'emploi et du | zekerheid der arbeiders, die betrekking hebben op de regeling inzake |
| chômage et le secteur des indemnités de l'assurance obligatoire contre | arbeidsvoorziening en werkloosheid en op de sector uitkeringen van de |
| la maladie et l'invalidité ». | verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit ». |
| B.4. Le chapitre précité prévoit un régime qui, par dérogation à la | B.4. Het voormelde hoofdstuk voorziet in een regeling die met name de |
| règle générale, admet les personnes mentionnées à l'article 7, § 1er, | in artikel 7, § 1, vermelde personen, in afwijking van de algemene |
| au bénéfice des allocations de chômage. L'article 10 du même chapitre | regel, toelaat tot het recht op werkloosheidsuitkeringen. Artikel 10 |
| prévoit une régularisation des cotisations sociales pour la période | van hetzelfde hoofdstuk voorziet in een regularisatie van de |
| qui correspond au nombre de jours de travail dont la personne | socialezekerheidsbijdragen voor de periode die overeenstemt met het |
| licenciée, eu égard à la catégorie d'âge à laquelle elle appartient, | aantal werkdagen dat de ontslagen persoon, gelet op de leeftijdsgroep |
| doit justifier pour être admise au bénéfice des allocations de | waartoe hij behoort, moet bewijzen om gerechtigd te zijn op de |
| chômage. | werkloosheidsuitkeringen. |
| B.5. Dans les travaux préparatoires la mesure en cause a été justifiée | B.5. De in het geding zijnde maatregel wordt in de parlementaire |
| comme suit : | voorbereiding als volgt verantwoord : |
| « Les dispositions du chapitre II du titre Ier du projet visent à | « Met hoofdstuk II van titel I van het ontwerp wordt beoogd een |
| créer un dispositif en faveur des agents statutaires dont la relation | regeling te treffen ten behoeve van statutaire ambtenaren wier |
| de travail prend fin à cause d'un acte unilatéral de l'autorité | dienstverband wordt beëindigd door een eenzijdige handeling van de |
| compétente (hiérarchique ou de tutelle) ou d'une annulation par un | bevoegde (hiërarchische of toeziende) overheid of vernietigd door de |
| collège juridique administratif. Cette solution s'inscrit dans le | toeziende overheid of door een administratief rechtscollege. Die |
| cadre de la ' lutte contre la pauvreté ' qui constitue un des | regeling past in het kader van de ' strijd tegen de armoede ' die de |
| objectifs du Gouvernement. Des agents nommés à titre définitif ne sont pas assujettis au régime général de la sécurité sociale, régime qui contient notamment le système des indemnités de chômage et celui des interventions en matière d'invalidité et de maladie. La démission de ces agents, pour quelque motif que ce soit, sans qu'ils puissent faire valoir des droits à la pension, implique automatiquement, pour eux et pour les membres de leur famille, la perte de revenus professionnels. Le seul moyen qui leur reste est l'appel à l'intervention du C.P.A.S. Dans un Etat moderne, axé sur le bien-être de chacun, cette situation n'est plus acceptable. C'est pourquoi le Gouvernement propose, par une fiction juridique, d'assujettir ces agents qui ont été licenciés ou dont la nomination a été annulée, au système général de la sécurité sociale. De cette façon, ces agents, de même que les membres de leur famille pourront bénéficier des indemnités éventuelles de chômage ainsi que des indemnités de l'assurance maladie et invalidité. » (Doc. parl., Sénat, 1990-1991, n° 1374-2, pp. 8 et 9; Doc. parl., Chambre, | Regering heeft opgenomen in haar doelstellingen. Vastbenoemde ambtenaren zijn niet ingeschakeld in het algemeen stelsel van de sociale zekerheid, dat inzonderheid voorziet in werkloosheidsuitkeringen en in tegemoetkomingen bij ziekte en invaliditeit. Wanneer die ambtenaren om welke reden ook worden ontslagen vooraleer zij pensioengerechtigd zijn, vallen zij samen met hun gezinsleden zonder inkomen. Hun enige uitweg blijft dan een beroep te doen op steun van het O.C.M.W. Een dergelijke toestand is in een moderne welvaartsstaat onaanvaardbaar. Daarom stelt de Regering thans voor, door middel van een juridische fictie, deze ambtenaren wier dienstverband werd verbroken of vernietigd, in te schakelen in de algemene regeling inzake sociale zekerheid. Aldus zullen zij en hun gezin kunnen rekenen op eventuele werkloosheidsuitkeringen en op uitkeringen inzake ziekte- en invaliditeitsverzekering » (Parl. St., Senaat, 1990-1991, nr. |
| 1990-1991, n° 1695/6, pp. 4 et 5). | 1374-2, pp. 8-9; Parl. St., Kamer, 1990-1991, nr. 1695/6, pp. 4-5). |
| B.6. Les questions préjudicielles tendent en substance à demander à la | B.6. De prejudiciële vragen strekken in essentie ertoe van het Hof te |
| Cour si la disposition en cause viole les articles 10 et 11 de la | vernemen of de in het geding zijnde bepaling de artikelen 10 en 11 van |
| Constitution en ce qu'elle déclare que le chapitre précité de la loi | de Grondwet schendt doordat zij het voormelde hoofdstuk van de wet van |
| du 20 juillet 1991 est applicable à toute personne travaillant dans un | 20 juli 1991 wel van toepassing verklaart op elke persoon in een |
| service public, dont la relation de travail est rompue de manière | overheidsdienst wiens arbeidsverhouding eenzijdig door de overheid |
| unilatérale par l'autorité publique, éventuellement en raison de faits | wordt verbroken, mogelijk wegens zwaarwichtige en zelfs strafbare |
| graves, voire pénalement punissables, alors que cette disposition | feiten, doch niet op de persoon die zelf een einde maakt aan zijn |
| n'est pas applicable à la personne qui met elle-même un terme à sa | arbeidsverhouding in een overheidsdienst teneinde bij een andere |
| relation de travail dans un service public afin d'exercer auprès d'un | werkgever een contractuele betrekking uit te oefenen die vervolgens |
| autre employeur un emploi contractuel, auquel il est ensuite mis fin | door die laatste werkgever wordt beëindigd (tweede prejudiciële |
| par ce dernier (deuxième question préjudicielle), même si le service | vraag), zelfs niet indien die overheidsdienst bereid is om, middels de |
| public est disposé à permettre, par le paiement de cotisations | betaling van werkgeversbijdragen, de door het voormelde hoofdstuk van |
| patronales, l'application à cette personne du régime organisé par le | |
| chapitre précité de la loi du 20 juillet 1991 (première question | de wet van 20 juli 1991 georganiseerde regeling op hem toepassing te |
| préjudicielle). | laten vinden (eerste prejudiciële vraag). |
| B.7. Le Conseil des ministres conteste la pertinence des questions | B.7. De Ministerraad betwist de pertinentie van de prejudiciële |
| préjudicielles. Si une discrimination était constatée, il en | vragen. Indien een discriminatie wordt vastgesteld, zou dit tot gevolg |
| résulterait que la disposition en cause ne pourrait plus être | hebben dat de in het geding zijnde bepaling niet meer mag worden |
| appliquée. La réponse de la Cour ne saurait dès lors entraîner une | toegepast. Het antwoord van het Hof zou derhalve niet tot een |
| extension, mais seulement une limitation du régime particulier de | uitbreiding, doch slechts tot een beperking van de bijzondere |
| licenciement. | ontslagregeling kunnen leiden. |
| B.8. Sans qu'il soit nécessaire d'examiner l'exception précitée, il | B.8. Zonder dat het nodig is in te gaan op de voormelde exceptie, moet |
| convient de constater que la différence de traitement fondée sur le | worden vastgesteld dat het verschil in behandeling op grond van de |
| mode de rupture de la relation de travail est liée tant à l'objectif | wijze van beëindiging van de arbeidsverhouding in verband staat, zowel |
| du régime particulier de licenciement, exposé en B.5, qu'au principe | met de doelstelling van de bijzondere ontslagregeling, uiteengezet in |
| général du système des allocations de chômage, lequel exige qu'un | B.5, als met het algemene uitgangspunt van de werkloosheidsuitkering, |
| chômeur soit privé de travail et de rémunération par suite de | dat vereist dat een werkloze wegens omstandigheden onafhankelijk van |
| circonstances indépendantes de sa volonté (article 44 de l'arrêté | zijn wil zonder arbeid en zonder loon moet zijn (artikel 44 van het |
| royal du 25 novembre 1991 portant réglementation du chômage). | koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de |
| Par conséquent, ce n'est pas sans justification objective et | werkloosheidsreglementering). |
| raisonnable que le législateur a réservé le régime particulier de | Het is bijgevolg niet zonder objectieve en redelijke verantwoording |
| licenciement à « toute personne dont la relation de travail dans un service public ou tout autre organisme de droit public prend fin parce qu'elle est rompue unilatéralement par l'autorité ou parce que l'acte de nomination est annulé, retiré, abrogé ou non renouvelé » (seconde question préjudicielle) et qu'il n'a pas permis au service public de donner, selon son bon vouloir, une application plus étendue à ce régime particulier de licenciement (première question préjudicielle). B.9. La circonstance que des faits graves, voire pénalement punissables, peuvent constituer le motif de la rupture unilatérale de la relation de travail par l'autorité publique n'enlève rien à la pertinence de la mesure. Ainsi qu'il ressort des travaux préparatoires, cette circonstance n'entraîne d'ailleurs aucune différence de traitement : « Deux membres interrogent le Ministre au sujet des dispositions applicables, principalement en ce qui concerne les allocations de chômage, en cas de licenciement pour faute grave (par exemple un vol) d'un agent de l'Etat nommé à titre définitif. Le Ministre précise que le projet de loi vise à ce qu'un agent de l'Etat licencié ait les mêmes droits, en matière d'allocations de chômage et d'assurance maladie-invalidité, qu'un travailleur ou un employé licenciés dans le secteur privé. Cela signifie, toutefois, que les dispositions relatives aux allocations de chômage deviennent applicables à l'agent de l'Etat licencié. En conséquence, le droit aux allocations de chômage d'un agent de l'Etat licencié pour faute grave pourra éventuellement être suspendu par les juridictions du travail ou par | dat de wetgever de bijzondere ontslagregeling heeft voorbehouden aan « elke persoon wiens arbeidsverhouding in een overheidsdienst of in elke andere publiekrechtelijke instelling een einde neemt omdat zij eenzijdig wordt verbroken door de overheid of omdat de benoemingsakte wordt vernietigd, ingetrokken, opgeheven of niet hernieuwd » (tweede prejudiciële vraag) en dat hij aan de overheidsdienst niet de mogelijkheid heeft geboden om die bijzondere ontslagregeling naar eigen goedvinden een ruimere toepassing te verlenen (eerste prejudiciële vraag). B.9. Het gegeven dat zwaarwichtige en zelfs strafbare feiten de reden kunnen zijn voor het eenzijdig verbreken van een arbeidsverhouding door de overheid, kan aan de pertinentie van de maatregel geen afbreuk doen. Zoals blijkt uit de parlementaire voorbereiding, heeft dat gegeven overigens geen verschil in behandeling tot gevolg : « Twee leden ondervragen de Minister over het toepasselijk stelsel, voornamelijk inzake werkloosheidsuitkeringen, bij ontslag van een vastbenoemd ambtenaar op grond van zware fout (bijvoorbeeld diefstal). De Minister verduidelijkt dat het ontwerp van wet tot doel heeft dat een ontslagen ambtenaar dezelfde rechten zou kunnen laten gelden inzake werkloosheidsverzekering en ziekte- en invaliditeitsverzekering als een ontslagen arbeider of bediende uit de privé-sector. Dit betekent evenwel dat op de ontslagen ambtenaar de regels inzake werkloosheidsuitkeringen van toepassing worden. Derhalve zal het recht op werkloosheidsuitkeringen van een ambtenaar ontslagen op grond van zware fout, door de arbeidsgerechten of door de arbeidsinspecteur |
| l'inspecteur du travail » (Doc. parl., Sénat, 1990-1991, n° 1374-2, p. | desgevallend kunnen worden geschorst » (Parl. St., Senaat, 1990-1991, |
| 9). | nr. 1374-2, p. 9). |
| B.10. Les questions préjudicielles appellent une réponse négative. | B.10. De prejudiciële vragen dienen ontkennend te worden beantwoord. |
| Par ces motifs, | Om die redenen, |
| la Cour | het Hof |
| dit pour droit : | zegt voor recht : |
| L'article 7, § 1er, de la loi du 20 juillet 1991 portant des | Artikel 7, § 1, van de wet van 20 juli 1991 houdende sociale en |
| dispositions sociales et diverses ne viole pas les articles 10 et 11 | diverse bepalingen schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
| de la Constitution. Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
| conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989, à | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989, op de openbare |
| l'audience publique du 10 juillet 2008. | terechtzitting van 10 juli 2008. |
| Le greffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
| Le président, | De voorzitter, |
| M. Bossuyt. | M. Bossuyt. |