← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 30/2008 du 28 février 2008 Numéro du rôle : 4208 En cause
: la question préjudicielle relative aux articles 50, alinéa 2, et 1051, alinéa 2, du Code judiciaire,
posée par la Cour d'appel de Mons. La Cour constituti composée des présidents
M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman(...)"
| Extrait de l'arrêt n° 30/2008 du 28 février 2008 Numéro du rôle : 4208 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 50, alinéa 2, et 1051, alinéa 2, du Code judiciaire, posée par la Cour d'appel de Mons. La Cour constituti composée des présidents M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman(...) | Uittreksel uit arrest nr. 30/2008 van 28 februari 2008 Rolnummer 4208 In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 50, tweede lid, en 1051, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door het Hof van Beroep te Bergen. |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Extrait de l'arrêt n° 30/2008 du 28 février 2008 | Uittreksel uit arrest nr. 30/2008 van 28 februari 2008 |
| Numéro du rôle : 4208 | Rolnummer 4208 |
| En cause : la question préjudicielle relative aux articles 50, alinéa | In zake : de prejudiciële vraag betreffende de artikelen 50, tweede |
| 2, et 1051, alinéa 2, du Code judiciaire, posée par la Cour d'appel de Mons. | lid, en 1051, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, gesteld door |
| La Cour constitutionnelle, | het Hof van Beroep te Bergen. |
| Het Grondwettelijk Hof, | |
| composée des présidents M. Melchior et M. Bossuyt, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en M. Bossuyt, en de |
| Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman, E. Derycke et J. Spreutels, assistée | rechters L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman, E. Derycke en J. |
| du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. Melchior, | Spreutels, bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
| Par arrêt du 10 mai 2007 en cause de Oscar Meuleman contre la SA « AXA | Bij arrest van 10 mei 2007 in zake Oscar Meuleman tegen de nv « AXA |
| Belgium », waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen | |
| Belgium », dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 29 | op 29 mei 2007, heeft het Hof van Beroep te Bergen de volgende |
| mai 2007, la Cour d'appel de Mons a posé la question préjudicielle suivante : | prejudiciële vraag gesteld : |
| « L'application combinée des articles 1051, alinéa 2, et 50, alinéa 2, | « Schendt de gecombineerde toepassing van de artikelen 1051, tweede |
| du Code judiciaire viole-t-elle les articles 10 et 11 de la | lid, en 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 |
| Constitution en ce qu'elle prévoit une prorogation du délai d'appel | en 11 van de Grondwet, in zoverre zij uitsluitend in een verlenging |
| uniquement si celui-ci commence et expire pendant les vacances | van de termijn van hoger beroep voorziet wanneer die termijn begint te |
| judiciaires en telle sorte qu'elle a notamment pour conséquence que le | lopen en ook verstrijkt binnen de gerechtelijke vakantie, zodat die |
| délai d'appel expire le 1er septembre lorsque la signification d'un | verlenging inzonderheid tot gevolg heeft dat de termijn van hoger |
| jugement intervient un 1er août, tandis que ce délai d'appel est | beroep op 1 september verstrijkt wanneer het vonnis is betekend op 1 |
| prorogé jusqu'au 15 septembre si cette signification intervient, par | augustus, terwijl die termijn van hoger beroep wordt verlengd tot 15 |
| september wanneer die betekening bijvoorbeeld de dag voordien, zijnde | |
| exemple, la veille, soit un 31 juillet ? ». | op 31 juli, gebeurde ? ». |
| (...) | (...) |
| III. En droit | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| B.1. La question préjudicielle porte sur les articles 50, alinéa 2, et | B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de artikelen 50, tweede |
| lid, en 1051, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek. De artikelen | |
| 1051, alinéa 2, du Code judiciaire. Les articles 50 et 1051, alinéas 1er | 50 en 1051, eerste en tweede lid, van dat Wetboek bepalen : |
| et 2, dudit Code énoncent : | |
| « Art. 50.Les délais établis à peine de déchéance ne peuvent être |
« Art. 50.De termijnen, op straffe van verval gesteld, mogen niet |
| abrégés, ni prorogés, même de l'accord des parties, à moins que cette | worden verkort of verlengd, zelfs met instemming van partijen, tenzij |
| déchéance n'ait été couverte dans les conditions prévues par la loi. | dat verval gedekt is onder de omstandigheden bij de wet bepaald. |
| Néanmoins, si le délai d'appel ou d'opposition prévu aux articles 1048 | Indien de termijn van hoger beroep of verzet voorzien in de artikelen |
| et 1051 et 1253quater, c) et d) prend cours et expire pendant les | 1048, 1051 en 1253quater, c) en d) binnen de gerechtelijke vakantie |
| vacances judiciaires, il est prorogé jusqu'au quinzième jour de | begint te lopen en ook verstrijkt, wordt hij verlengd tot de |
| l'année judiciaire nouvelle ». | vijftiende dag van het nieuw gerechtelijk jaar ». |
| « Art. 1051.Le délai pour interjeter appel est d'un mois à partir de |
« Art. 1051.De termijn om hoger beroep aan te tekenen is één maand, |
| la signification du jugement ou de la notification de celui-ci faite | te rekenen vanaf de betekening van het vonnis of de kennisgeving ervan |
| conformément à l'article 792, alinéas 2 et 3. | overeenkomstig artikel 792, tweede en derde lid. |
| Ce délai court également du jour de cette signification, à l'égard de | Deze termijn loopt eveneens vanaf de dag van die betekening ten |
| la partie qui a fait signifier le jugement ». | aanzien van de partij die het vonnis heeft doen betekenen ». |
| B.2. Aux termes de l'alinéa 2 de l'article 50 du Code judiciaire, le | B.2. Naar luid van het tweede lid van artikel 50 van het Gerechtelijk |
| délai d'appel prévu à l'article 1051 du même Code est prorogé jusqu'au | Wetboek wordt de termijn van hoger beroep, bepaald in artikel 1051 van |
| quinzième jour de l'année judiciaire nouvelle s'il prend cours et | hetzelfde Wetboek, verlengd tot de vijftiende dag van het nieuw |
| gerechtelijk jaar indien hij begint te lopen en verstrijkt tijdens de | |
| expire pendant les vacances judiciaires. | gerechtelijke vakantie. |
| B.3. La question préjudicielle porte sur la compatibilité des | B.3. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de bestaanbaarheid van |
| dispositions en cause avec les articles 10 et 11 de la Constitution en | de in het geding zijnde bepalingen met de artikelen 10 en 11 van de |
| ce qu'elles créent une différence de traitement entre les justiciables | Grondwet, doordat zij tussen de rechtzoekenden die hoger beroep |
| qui interjettent appel suivant la date à laquelle la décision qu'ils | instellen, een verschil in behandeling teweegbrengen naar gelang van |
| souhaitent voir réformer leur a été signifiée et à laquelle, par | de datum waarop de beslissing die zij hervormd wensen te zien, hun is |
| conséquent, prend cours le délai d'appel : alors que les justiciables pour lesquels le délai d'appel prend cours et expire durant les vacances judiciaires bénéficient de la prorogation prévue à l'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire, ceux pour lesquels ce délai prend cours à la veille de ces vacances ou, tout en ayant pris cours moins d'un mois avant la fin de celles-ci, expire au lendemain de ces vacances, n'en bénéficient pas et peuvent dès lors être tenus d'établir et d'introduire leur requête d'appel dans une période d'un mois pouvant en grande partie se situer dans le cours des vacances judiciaires. | betekend en waarop bijgevolg de termijn van hoger beroep begint te lopen : terwijl de rechtzoekenden voor wie de termijn van hoger beroep aanvangt en verstrijkt tijdens de gerechtelijke vakantie, de verlenging genieten die is voorgeschreven bij artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, geldt zulks niet voor de rechtzoekenden voor wie die termijn begint te lopen op de dag vóór die vakantie of, wanneer die minder dan een maand vóór het einde van die vakantie is beginnen te lopen, verstrijkt de dag na die vakantie, zodat zij ertoe gehouden kunnen zijn hun verzoekschrift tot hoger beroep op te stellen en in te dienen in een periode van een maand die grotendeels kan zijn gesitueerd tijdens de gerechtelijke vakantie. |
| B.4. La signification par exploit d'huissier fait courir le délai à la | B.4. De betekening bij deurwaardersexploot doet de termijn ingaan op |
| date de la remise de l'acte à la personne ou à son domicile ou à un | de datum van afgifte van de akte aan de persoon of op diens woonplaats |
| des endroits désignés à l'article 37 du Code judiciaire, c'est-à-dire | of op een van de plaatsen vermeld in artikel 37 van het Gerechtelijk |
| Wetboek, dat wil zeggen op de datum waarop de betrokkene kennis heeft | |
| à la date où l'intéressé a eu ou a pu avoir connaissance de l'acte | genomen of kennis heeft kunnen nemen van de betekende akte. Zoals de |
| signifié. Comme l'indique le juge a quo, l'article 1051, alinéa 2, du | verwijzende rechter aangeeft, is artikel 1051, tweede lid, van het |
| Gerechtelijk Wetboek, dat de termijn van hoger beroep doet lopen vanaf | |
| Code judiciaire, qui fait courir le délai d'appel du jour de la | de dag van de betekening ten aanzien van de partij die het vonnis |
| signification à l'égard de la partie qui a fait signifier le jugement, | heeft doen betekenen, niet van toepassing op de appellant en zou het |
| est inapplicable à l'appelant et aboutirait d'ailleurs, s'il l'était, | trouwens ertoe leiden, indien het toch van toepassing zou zijn, dat |
| à faire courir contre lui un délai dont le point de départ serait un | tegen hem een termijn begint te lopen waarvan het aanvangspunt een |
| acte dont il n'aurait pas connaissance. | akte zou zijn waarvan hij geen kennis zou hebben. |
| B.5. Dans sa rédaction initiale, l'article 50 du Code judiciaire | B.5. In de oorspronkelijke redactie ervan bepaalde artikel 50 van het |
| prévoyait que « si le délai d'appel ou d'opposition expire pendant les | Gerechtelijk Wetboek dat indien « de termijn van hoger beroep of |
| vacances judiciaires ou dans les huit jours qui suivent, il est | verzet [verstrijkt] gedurende de gerechtelijke vakantie of binnen acht |
| prorogé jusqu'au quinzième jour de l'année judiciaire ». Cette | dagen daarna, [hij] dan wordt [...] verlengd tot de vijftiende dag van |
| disposition était une innovation, les dispositions législatives | het gerechtelijk jaar ». Die bepaling was een nieuwigheid vermits de |
| antérieures ne prévoyant pas de telle prorogation (Doc. parl., Sénat, | vorige wetsbepalingen niet in dergelijke verlenging voorzagen (Parl. |
| 1969-1970, n° 11, p. 3). | St., Senaat, 1969-1970, nr. 11, p. 3). |
| Ladite disposition fut modifiée par la loi du 24 juin 1970 (dont est | Die bepaling werd gewijzigd bij de wet van 24 juni 1970 (waaruit het |
| issu l'article 50, alinéa 2, en cause) compte tenu de ce qu'elle | in het geding zijnde artikel 50, tweede lid, is voortgekomen), |
| aboutissait « à organiser un moratoire judiciaire de deux mois et demi | rekening houdend met het feit dat zij leidde tot « het invoeren van |
| et à retarder ainsi toutes les exécutions, alors que la réforme | een gerechtelijk verwijl van twee en een halve maand, waarbij alle |
| tenuitvoerleggingen worden vertraagd, terwijl de gerechtelijke | |
| judiciaire tend à accélérer le cours des affaires » (Doc. parl., | hervorming de vluggere afwikkeling van de zaken tot doel had » (Parl. |
| Sénat, ibid., pp. 2 et 3). Certains firent observer à cet égard « | St., Senaat, ibid., pp. 2 en 3). Sommigen merkten in dat verband op |
| qu'un arrêt signifié, par exemple, le 3 juin, ne sera réputé coulé en | dat « een vonnis betekend, bv. op 3 juni, slechts na 15 september in |
| force de chose jugée qu'après le 15 septembre » (Doc. parl., Sénat, | kracht van gewijsde kan worden geacht » (Parl. St., Senaat, 1969-1970, |
| 1969-1970, n° 138, p. 2). | nr. 138, p. 2). |
| Il fut décidé, non pas de revenir à la situation antérieure, mais de | Er werd beslist niet naar de vroegere situatie terug te keren, maar te |
| prévoir une prorogation n'aboutissant pas à de tels retards dans le | voorzien in een verlenging die niet tot een dergelijke vertraging in |
| déroulement des procédures (Doc. parl., Chambre, 1969-1970, n° 582/3, | de afwikkeling van de rechtsplegingen zou leiden (Parl. St., Kamer, |
| p. 3). | 1969-1970, nr. 582/3, p. 3). |
| B.6. Le législateur a ainsi entendu concilier, d'une part, le souci de | B.6. De wetgever heeft aldus de bekommernis om de rechtzoekende in |
| permettre au justiciable de se défendre, en évitant qu'une signification faite au cours des vacances judiciaires ne prenne le justiciable au dépourvu en raison d'un caractère de notoriété insuffisant (Doc. parl., Sénat, 1969-1970, n° 138, p. 2), et, d'autre part, le souci de ne pas retarder les procédures judiciaires. La variété des hypothèses est cependant telle que certains justiciables se trouvant dans des situations relativement proches font l'objet d'un traitement différent. Mais c'est la conséquence inévitable du choix qui a été fait par le législateur et qui impose, lorsque ce choix est justifiable, de tracer quelque part une limite. En l'espèce, il est justifié par le souci déjà évoqué de ne pas retarder les procédures judiciaires. B.7. L'option ainsi retenue par le législateur n'a pas d'effets disproportionnés compte tenu, d'une part, du principe général du droit | staat te stellen zich te verdedigen, en daarbij te vermijden dat een betekening tijdens de gerechtelijke vakantie hem zou overvallen omdat zij onvoldoende bekend zou zijn, enerzijds, (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 138, p. 2), willen verenigen met de bekommernis om de gerechtelijke procedures niet te vertragen, anderzijds. De verscheidenheid van de gevallen is evenwel van die aard dat sommige rechtzoekenden die zich in situaties bevinden die relatief sterk op elkaar lijken, het voorwerp uitmaken van een verschillende behandeling. Dat is echter het onvermijdelijke gevolg van de door de wetgever gemaakte keuze, die, wanneer die keuze kan worden verantwoord, ertoe noopt dat ergens een grens wordt getrokken. Te dezen is die keuze verantwoord door de reeds vermelde bekommernis om de gerechtelijke procedures niet te vertragen. B.7. De aldus door de wetgever gemaakte keuze heeft geen onevenredige gevolgen rekening houdend, enerzijds, met het algemene rechtsbeginsel |
| selon lequel la rigueur de la loi peut être tempérée en cas de force | dat de strengheid van de wet in geval van overmacht of van |
| majeure ou d'erreur invincible, principe auquel les dispositions en | onoverwinnelijke dwaling kan worden gemilderd, beginsel waarvan de in |
| cause n'ont pas dérogé et, d'autre part, de ce que les intéressés, | het geding zijnde bepalingen niet zijn afgeweken en, anderzijds, met |
| engagés dans une procédure et dès lors présumés prendre les mesures | het feit dat de betrokkenen, die de rechtspleging hebben ingesteld en |
| propres à la sauvegarde de leurs droits (Doc. parl., Sénat, 1969-1970, | derhalve worden geacht alle dienstige maatregelen tot vrijwaring van |
| n° 11, p. 3), ne sont pas tenus d'organiser leur défense dans des | hun rechten te nemen (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 11, p. 3), |
| niet ertoe zijn gehouden hun verdediging te organiseren in | |
| conditions qui devraient être considérées comme déraisonnablement | omstandigheden die onredelijk moeilijk zouden moeten worden geacht. De |
| difficiles. Le législateur a d'ailleurs observé que les délais d'appel | wetgever heeft trouwens opgemerkt dat de termijnen van hoger beroep in |
| en matière pénale étaient « encore beaucoup plus courts » et n'avaient | strafzaken « nog korter » waren en geen aanleiding hadden gegeven tot |
| pas été source de difficultés (ibid. ). | moeilijkheden (ibid.). |
| B.8. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.8. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Par ces motifs, | Om die redenen, |
| la Cour | het Hof |
| dit pour droit : | zegt voor recht : |
| Les articles 50, alinéa 2, et 1051, alinéa 2, du Code judiciaire ne | De artikelen 50, tweede lid, en 1051, tweede lid, van het Gerechtelijk |
| violent pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | Wetboek schenden de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
| Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
| conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989, à | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989, op de openbare |
| l'audience publique du 28 février 2008. | terechtzitting van 28 februari 2008. |
| Le greffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |
| Le président, | De voorzitter, |
| M. Melchior | M. Melchior |