← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 76/2007 du 10 mai 2007 Numéro du rôle : 4073 En cause : la
question préjudicielle relative à l'article 1736 du Code civil, posée par le Tribunal de commerce de
Tongres. La Cour constitutionnelle, composée des pré après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant
: I. Objet de la question préjudicielle et procédu(...)"
Extrait de l'arrêt n° 76/2007 du 10 mai 2007 Numéro du rôle : 4073 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1736 du Code civil, posée par le Tribunal de commerce de Tongres. La Cour constitutionnelle, composée des pré après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédu(...) | Uittreksel uit arrest nr. 76/2007 van 10 mei 2007 Rolnummer 4073 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1736 van het Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van koophandel te Tongeren. Het Grondwettelijk Hof, sameng wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Extrait de l'arrêt n° 76/2007 du 10 mai 2007 | Uittreksel uit arrest nr. 76/2007 van 10 mei 2007 |
Numéro du rôle : 4073 | Rolnummer 4073 |
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 1736 du Code | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1736 van het |
civil, posée par le Tribunal de commerce de Tongres. | Burgerlijk Wetboek, gesteld door de Rechtbank van koophandel te |
La Cour constitutionnelle, | Tongeren. Het Grondwettelijk Hof, |
composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters |
Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman, E. Derycke et J. Spreutels, assistée | L. Lavrysen, A. Alen, J.-P. Moerman, E. Derycke en J. Spreutels, |
du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Arts, | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Arts, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 17 novembre 2006 en cause de Mia Bijloos contre | Bij vonnis van 17 november 2006 in zake Mia Bijloos tegen Florence |
Florence Broux, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le | |
20 novembre 2006, le Tribunal de commerce de Tongres a demandé à la Cour | Broux, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 20 |
« de contrôler par voie préjudicielle l'applicabilité de l'article | november 2006, heeft de Rechtbank van koophandel te Tongeren het Hof |
1736 du Code civil au regard du principe d'égalité inscrit à l'article | verzocht « de toepasselijkheid van artikel 1736 B.W. prejudicieel te toetsen |
10 de la Constitution, afin de vérifier si, dans le cas présent de | aan het gelijkheidsbeginsel, zoals neergeschreven in artikel 10 van de |
l'article 14, alinéa 3, de la loi sur les baux commerciaux, le | Grondwet, om na te gaan of er in voorliggende situatie van artikel 14, |
principe d'égalité est violé, et de vérifier plus précisément s'il | derde lid van de Handelshuurwet een schending is van het |
existe une inégalité entre, d'une part, la situation du bailleur, qui | gelijkheidsbeginsel, en meer bepaald na te gaan of er een ongelijkheid |
doit respecter un congé de 18 mois, et celle du preneur, qui ne | bestaat tussen enerzijds de situatie van de verhuurder, die een |
opzegtermijn van achttien maanden dient te respecteren, en de situatie | |
devrait tenir compte, en application de l'article 1736 du Code civil, | van de huurder, die in toepassing van artikel 1736 B.W. slechts |
que d'un congé d'un mois ». | rekening zou dienen te houden met een opzegtermijn van één maand ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. La question préjudicielle porte sur la compatibilité de l'article | B.1. De prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of |
artikel 1736 van het Burgerlijk Wetboek bestaanbaar is met de | |
1736 du Code civil avec les articles 10 et 11 de la Constitution en | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het, in het kader van |
tant qu'il instaurerait, dans le cadre d'un bail commercial devenu | een handelshuurovereenkomst die van onbepaalde duur is geworden, een |
d'une durée indéterminée, une différence de traitement entre le | verschil in behandeling zou instellen tussen de huurder, die een |
preneur, qui doit respecter un congé d'un mois, et le bailleur qui, en | opzeggingstermijn van één maand in acht moet nemen, en de verhuurder, |
application de l'article 14 de la loi du 30 avril 1951 sur les baux | die met toepassing van artikel 14, derde lid, van de handelshuurwet |
commerciaux, doit respecter un congé de dix-huit mois. | van 30 april 1951 een opzeggingstermijn van achttien maanden in acht |
B.2. L'article 1736 du Code civil, remplacé par l'article 8 de la loi | moet nemen. B.2. Artikel 1736 van het Burgerlijk Wetboek, vervangen bij artikel 8 |
du 20 février 1991 « modifiant et complétant les dispositions du Code | van de wet van 20 februari 1991 « houdende wijziging van de bepalingen |
civil relatives aux baux à loyer », est libellé comme suit : | van het Burgerlijk Wetboek inzake huishuur », luidt als volgt : |
« Sans préjudice de l'article 1758, le bail conclu pour une durée | « Onverminderd het bepaalde in artikel 1758, wordt de voor onbepaalde |
indéterminée est censé fait au mois. | duur gesloten huurovereenkomst geacht te zijn aangegaan per maand. |
Il ne pourra y être mis fin que moyennant un congé d'un mois ». | De overeenkomst kan slechts worden beëindigd met inachtneming van een |
B.3. Le juge a quo considère qu'en l'absence d'une réglementation | opzeggingstermijn van een maand ». |
dérogatoire spécifique, le délai de droit commun d'un mois, prévu à | B.3. De verwijzende rechter gaat ervan uit dat, bij ontstentenis van |
l'article 1736 du Code civil, s'applique au congé qui est donné par le | een afwijkende, bijzondere regeling, de in artikel 1736 van het |
preneur dans le cadre d'un bail commercial à durée indéterminée | Burgerlijk Wetboek vermelde gemeenrechtelijke opzeggingstermijn van |
résultant de l'application de l'article 14, alinéa 3, de la loi sur les baux commerciaux, parce que le preneur, forclos du droit au renouvellement, a été laissé en possession des lieux loués, après l'expiration du bail à durée déterminée. Conformément à cette dernière disposition, le bailleur pourra mettre fin au nouveau bail à durée indéterminée qui s'est formé, moyennant un congé de dix-huit mois au moins, sans préjudice du droit, pour le preneur, de demander le renouvellement. La Cour examine la disposition en cause dans l'interprétation qui lui est donnée par la juridiction a quo. B.4. La différence de traitement repose sur un critère objectif, à savoir la qualité de la partie au bail à durée indéterminée qui s'est formé, soit celle de preneur, soit celle de bailleur. Elle résulte de l'absence, dans l'article 14, alinéa 3, de la loi sur les baux commerciaux, d'un congé spécifique pour le preneur, ce qui a comme | één maand geldt voor de opzegging die wordt gegeven door de huurder in het kader van een handelshuurovereenkomst van onbepaalde duur die, met toepassing van artikel 14, derde lid, van de handelshuurwet tot stand is gekomen doordat de huurder, na vervallen te zijn van het recht op hernieuwing, door de verhuurder in het bezit van het verhuurde goed werd gelaten na het beëindigen van de huur voor bepaalde duur. Overeenkomstig die laatste bepaling kan de verhuurder de tot stand gekomen nieuwe huur van onbepaalde duur beëindigen mits hij ze ten minste achttien maanden vooraf opzegt, onverminderd het recht van de huurder om hernieuwing te vragen. Het Hof beoordeelt de in het geding zijnde bepaling in de interpretatie die ervan wordt gegeven door de verwijzende rechter. B.4. Het verschil in behandeling berust op een objectief criterium, namelijk de hoedanigheid van de partij bij de tot stand gekomen huurovereenkomst van onbepaalde duur, als huurder respectievelijk verhuurder. Het vloeit voort uit de ontstentenis, in artikel 14, derde lid, van de handelshuurwet, van een specifieke opzeggingstermijn voor |
conséquence que la disposition de droit commun en cause est réputée | de huurder, waardoor de in het geding zijnde gemeenrechtelijke |
s'appliquer, alors que le bailleur, conformément à l'alinéa 3 de | bepaling van toepassing wordt geacht, terwijl de verhuurder |
l'article 14 de la loi sur les baux commerciaux, doit respecter un | overeenkomstig het derde lid van artikel 14 van de handelshuurwet een |
congé de dix-huit mois. | opzeggingstermijn van achttien maanden in acht dient te nemen. |
B.5. Il ressort des travaux préparatoires de la loi du 30 avril 1951 | B.5. Uit de parlementaire voorbereiding van de wet van 30 april 1951 |
que le législateur entendait à la fois assurer une certaine stabilité | blijkt dat de wetgever de handelszaak een zekere stabiliteit wilde |
verzekeren ten voordele van de huurder in het kader van een | |
handelshuurovereenkomst en tegelijkertijd een punt van evenwicht wilde | |
au fonds de commerce au bénéfice du preneur d'un bail commercial et | vinden tussen de belangen van de huurder en die van de verhuurder. |
trouver un point d'équilibre entre les intérêts du preneur et ceux du | Volgens de parlementaire voorbereiding beantwoordde de opzet van de |
bailleur. Selon ces travaux préparatoires, le but de la loi répondait « au souci | wet « aan het streven om de gewettigde economische en sociale belangen |
de garantir les intérêts économiques et sociaux légitimes des classes | van de Middenstand te vrijwaren tegen de onvastheid en de aanleidingen |
moyennes contre l'instabilité et les sources d'abus que comporte le | tot misbruiken die gepaard gaan met het stelsel van de volledige |
régime de la liberté absolue des conventions de bail ». Les mêmes | vrijheid van de huurovereenkomsten ». Diezelfde parlementaire |
travaux préparatoires mentionnent que le but était triple : « 1° | voorbereiding vermeldt dat het doel drievoudig was : « 1° aan de |
handeldrijvende huurder waarborgen van duur en initiatief te | |
donner au preneur commerçant les garanties de durée et d'initiative; | verschaffen; 2° hem de hernieuwing van de huurovereenkomst te |
2° lui assurer le renouvellement du bail quand le propriétaire n'a pas | verzekeren wanneer de eigenaar geen gegronde redenen heeft om anders |
de raisons fondées de disposer autrement des lieux et, à offre égale, | over de plaatsen te beschikken en, bij gelijk aanbod, de voorkeur ten |
la préférence à tout tiers enchérisseur; 3° établir à son profit | opzichte van elk opbiedend derde; 3° te zijnen bate verschillende |
diverses indemnités sanctionnant soit la fraude à la loi, soit la | vergoedingen in te voeren als waarborg hetzij tegen ontduiking van de |
concurrence illicite ou l'appropriation de la clientèle à l'occasion | wet, hetzij tegen ongeoorloofde mededinging of toeëigening van |
cliëntele bij gelegenheid van het verstrijken van een | |
d'une fin de bail, soit enfin l'enrichissement sans cause » (Doc. | huurovereenkomst, hetzij, ten slotte, tegen verrijking zonder oorzaak |
parl., Chambre, 1947-1948, n° 20, pp. 2, 4 et 5). | » (Parl. St., Kamer, 1947-1948, nr. 20, pp. 2, 4 en 5). |
Il a été souligné qu'« un point d'équilibre [était] à trouver entre la | Er werd onderstreept dat « een evenwicht gevonden [moest] worden |
protection du fonds de commerce, au sens large, et le respect des | tussen de bescherming van de handelszaak, in de ruime zin genomen, en |
intérêts légitimes des propriétaires d'immeubles » et qu'il convenait | de eerbiediging van de wettige belangen van de eigenaars » en dat het |
« de concilier les intérêts en présence » (Doc. parl., Sénat, | betaamde « de tegenover elkaar staande belangen te verzoenen » (Parl. |
1948-1949, n° 384, pp. 2 et 3). | St., Senaat, 1948-1949, nr. 384, pp. 2 en 3). |
B.6. L'article 14, alinéa 3, de la loi sur les baux commerciaux | B.6. Artikel 14, derde lid, van de handelshuurwet mildert de sanctie |
tempère, pour le preneur, la sanction attachée au non-respect des | voor het niet in acht nemen van de vormen en termijnen in het kader |
formes et des délais dans le cadre d'une demande de renouvellement du | van een aanvraag tot huurhernieuwing, voor de huurder : wanneer die |
bail : lorsque ce preneur est laissé par le bailleur en possession des | door de verhuurder in het bezit wordt gelaten van het gehuurde goed, |
voorziet die bepaling in de totstandkoming van een | |
biens loués, cette disposition prévoit qu'un bail d'une durée | handelshuurovereenkomst van onbepaalde duur die door de verhuurder |
indéterminée prend cours, auquel le bailleur ne pourra mettre fin que | slechts kan worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van achttien |
moyennant un congé de dix-huit mois. En revanche, le législateur n'a | maanden in acht wordt genomen. Daarentegen heeft de wetgever niet |
pas prévu de protection particulière en faveur du bailleur contre le | voorzien in een bijzondere bescherming van de verhuurder tegen |
congé donné par le preneur dans une telle hypothèse. L'application du | opzegging door de huurder in een dergelijk geval. De toepassing van de |
congé de droit commun d'un mois prévu par l'article 1736 du Code | gemeenrechtelijke opzeggingstermijn van één maand in artikel 1736 van |
civil, qui en est la conséquence, ne saurait toutefois être considérée | het Burgerlijk Wetboek, die daaruit voortvloeit, kan evenwel niet |
comme une mesure disproportionnée, compte tenu du but de la loi sur | worden beschouwd als een onevenredige maatregel in het licht van de |
les baux commerciaux en général et de l'article 14 de cette loi en | doelstelling van de handelshuurwet in het algemeen en van artikel 14 |
particulier. | van die wet in het bijzonder. |
En effet, le bail à durée indéterminée n'est que la conséquence de | De huurovereenkomst van onbepaalde duur is immers het gevolg van het |
l'inaction du bailleur, qui, à l'expiration du bail à durée | louter stilzitten van de verhuurder, die de huurder, na het |
déterminée, a laissé le preneur en possession des lieux loués, de | verstrijken van de huurovereenkomst van bepaalde duur, in het bezit |
sorte que celui-ci peut ensuite prétendre à une protection renforcée | heeft gelaten van het verhuurde goed, zodat die vermag verder |
contre un congé donné par le bailleur, laquelle consiste en un préavis | aanspraak te maken op een verhoogde bescherming tegen opzegging door |
de verhuurder, die bestaat in het in acht nemen van een | |
de dix-huit mois. En outre, l'article 1736 du Code civil, qui | opzeggingstermijn van achttien maanden. Bovendien is artikel 1736 van |
het Burgerlijk Wetboek, dat wordt toegepast indien de huurovereenkomst | |
s'applique si le bail à durée indéterminée est résilié par le preneur, | van onbepaalde duur wordt opgezegd door de huurder, van aanvullend |
est de droit supplétif, si bien que, comme le juge a quo le relève, | recht, zodat de partijen, zoals de verwijzende rechter aangeeft, |
les parties peuvent conclure des conventions dérogatoires. La simple | afwijkende overeenkomsten kunnen afsluiten. De enkele vaststelling dat |
constatation que le congé d'un mois, que le preneur est tenu de | een opzeggingstermijn van één maand, die met toepassing van artikel |
respecter en application de l'article 1736 du Code civil, est plutôt | 1736 van het Burgerlijk Wetboek door de huurder in acht moet worden |
court pour permettre au bailleur de réaffecter le bien, n'est pas | genomen, vrij kort is om te voorzien in de herbestemming van het goed |
suffisante pour conférer à la mesure un caractère disproportionné. | door de verhuurder, is niet voldoende om de maatregel een onevenredig |
karakter te verlenen. | |
B.7. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 1736 du Code civil ne viole pas les articles 10 et 11 de la | Artikel 1736 van het Burgerlijk Wetboek schendt de artikelen 10 en 11 |
Constitution dans l'interprétation selon laquelle il s'applique au | van de Grondwet niet in zoverre het van toepassing wordt geacht op de |
congé donné par le preneur dans le cadre d'un bail commercial qui, | opzegging die wordt gegeven door de huurder in het kader van een |
conformément à l'article 14, alinéa 3, de la loi sur les baux | handelshuurovereenkomst die overeenkomstig artikel 14, derde lid, van |
commerciaux, est devenu un bail d'une durée indéterminée. | de handelshuurwet van 30 april 1951 van onbepaalde duur is geworden. |
Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989, à | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989, op de openbare |
l'audience publique du 10 mai 2007. | terechtzitting van 10 mei 2007. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
Le président, | De voorzitter, |
A. Arts. | A. Arts. |