← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 88/2006 du 24 mai 2006 Numéro du rôle : 3792 En cause : la
question préjudicielle relative aux articles 11.IV et 12 de la loi du 25 octobre 1919 « sur la mise en
gage du fonds de commerce, l'escompte et le gage de la La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et
des juges R. Henneuse, M(...)"
| Extrait de l'arrêt n° 88/2006 du 24 mai 2006 Numéro du rôle : 3792 En cause : la question préjudicielle relative aux articles 11.IV et 12 de la loi du 25 octobre 1919 « sur la mise en gage du fonds de commerce, l'escompte et le gage de la La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. Henneuse, M(...) | Uittreksel uit arrest nr. 88/2006 van 24 mei 2006 Rolnummer 3792 In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 11.IV en 12 van de wet van 25 oktober 1919 « betreffende het in pand geven van de handelszaak, het disconto en het in pand ge Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...) |
|---|---|
| COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
| Extrait de l'arrêt n° 88/2006 du 24 mai 2006 | Uittreksel uit arrest nr. 88/2006 van 24 mei 2006 |
| Numéro du rôle : 3792 | Rolnummer 3792 |
| En cause : la question préjudicielle relative aux articles 11.IV et 12 | In zake : de prejudiciële vraag over de artikelen 11.IV en 12 van de |
| de la loi du 25 octobre 1919 « sur la mise en gage du fonds de | wet van 25 oktober 1919 « betreffende het in pand geven van de |
| commerce, l'escompte et le gage de la facture, ainsi que l'agréation | handelszaak, het disconto en het in pand geven van de factuur, alsmede |
| et l'expertise des fournitures faites directement à la consommation », | de aanvaarding en de keuring van de rechtstreeks voor het verbruik |
| posée par le Tribunal de première instance de Bruxelles. | gedane leveringen », gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel. |
| La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
| composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters |
| Henneuse, M. Bossuyt, J.-P. Snappe, E. Derycke et J. Spreutels, | R. Henneuse, M. Bossuyt, J.-P. Snappe, E. Derycke en J. Spreutels, |
| assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van |
| Melchior, | voorzitter M. Melchior, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
| Par jugement du 6 octobre 2005 en cause de la SA Fortis Banque contre | Bij vonnis van 6 oktober 2005 in zake de NV Fortis Bank tegen de NV |
| la SA CBC Banque et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe | CBC Banque en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het |
| de la Cour d'arbitrage le 20 octobre 2005, le Tribunal de première | Arbitragehof is ingekomen op 20 oktober 2005, heeft de Rechtbank van |
| instance de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : | eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « Si les articles 11.IV et 12 de la loi du 25 octobre 1919 sur la mise | « Indien de artikelen 11.IV en 12 van de wet van 25 oktober 1919 |
| en gage sur le fonds de commerce complétés par les articles 4 à 10 et | betreffende het in pand geven van de handelszaak, aangevuld door de |
| tout particulièrement 5 du titre 1er de la loi du 5 mai 1872 formant | artikelen 4 tot 10 en in het bijzonder door artikel 5 van titel I van |
| le titre VI du Code de Commerce sont lus comme permettant au | de wet van 5 mei 1872, die titel VI van het Wetboek van Koophandel |
| créancier-gagiste de faire saisir-exécuter les meubles corporels | vormt, zo worden gelezen dat zij de pandhoudende schuldeiser toestaan |
| couverts par le gage sans faire décerner au préalable le commandement | uitvoerend beslag te laten leggen op de roerende goederen die door het |
| visé à l'article 1499 du Code judiciaire, n'en découle-t-il pas au | pand worden gedekt zonder voorafgaandelijk het in artikel 1499 van het |
| Gerechtelijk Wetboek bedoelde bevel te laten uitvaardigen, vloeit | |
| regard des articles 10 et 11 de la Constitution une rupture de | daaruit dan, ten aanzien van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
| l'égalité entre, d'une part, le débiteur-gagiste et le débiteur | een verbreking van de gelijkheid voort tussen, enerzijds, de |
| ordinaire, tout comme, d'autre part, entre le créancier-gagiste et le | pandschuldenaar en de gewone schuldenaar en, anderzijds, tussen de |
| créancier ordinaire ? Et si la réponse est affirmative, cette rupture | pandhoudende schuldeiser en de gewone schuldeiser ? En is, zo ja, die |
| se justifie-t-elle ? ». | verbreking verantwoord ? ». |
| (...) | (...) |
| III. En droit | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| B.1.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles | |
| 10 et 11 de la Constitution des articles 11.IV et 12 de la loi du 25 | B.1.1. Aan het Hof wordt gevraagd of de artikelen 11.IV en 12 van de |
| octobre 1919 sur la mise en gage du fonds de commerce, l'escompte et | wet van 25 oktober 1919 betreffende het in pand geven van een |
| le gage de la facture, ainsi que l'agréation et l'expertise des | handelszaak, het disconto en het in pand geven van de factuur, alsmede |
| fournitures faites directement à la consommation (ci-après : la loi du | de aanvaarding en de keuring van de rechtstreeks voor het verbruik |
| 25 octobre 1919). | gedane leveringen (hierna : de wet van 25 oktober 1919) bestaanbaar |
| zijn met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. | |
| Ces dispositions ont été introduites par l'article 2 de l'arrêté royal | Die bepalingen werden ingevoerd bij artikel 2 van het koninklijk |
| n° 282 du 30 mars 1936 « modifiant la loi du 25 octobre 1919 sur le | besluit nr. 282 van 30 maart 1936 « tot wijziging van de wet van 25 |
| crédit professionnel en faveur de la petite bourgeoisie commerçante et | october 1919 betreffende het beroepskrediet ten bate van de kleine |
| industrielle ». Cet arrêté royal a été confirmé par une loi du 4 mai 1936. | burgerij in handel en nijverheid ». Dat koninklijk besluit werd bevestigd bij een wet van 4 mei 1936. |
| B.1.2. L'article 11 de la loi du 25 octobre 1919 dispose : | B.1.2. Artikel 11 van de wet van 25 oktober 1919 bepaalt : |
| « I. Le créancier au bénéfice duquel un fonds de commerce a été donné | « I. Tegelijk met de in mora-stelling beteekend aan den ontleener, en |
| en gage peut, simultanément avec la mise en demeure signifiée à | zonder toelating van den rechter, kan de schuldeischer ten bate van |
| l'emprunteur, et sans permission du juge, faire saisir pour sûreté des | wien een handelszaak in pand werd gegeven, tot zekerheid van de hem |
| sommes qui lui sont dues, tous les éléments constitutifs du fonds de | verschuldigde bedragen al de elementen welke de in pand gegeven |
| commerce donné en gage. | handelszaak vormen, doen in beslag nemen. |
| II. Il peut aussi saisir les matières premières, matériel et | II. Hij kan ook de grondstoffen, het materieel en de gereedschappen in |
| outillage, lorsqu'ils ont été déplacés sans son consentement; et il | beslag nemen wanneer deze zonder zijn toestemming werden verplaatst, |
| conserve sur eux son privilège pourvu qu'il en ait fait la | en hij behoudt daarop zijn voorrecht mits hij het binnen den tijd van |
| revendication dans un délai de six mois. | zes maanden heeft opgeëischt. |
| L'acquéreur de bonne foi peut cependant opposer l'article 2279 du Code | Hij die ze te goeder trouw heeft verkregen kan echter artikel 2279 van |
| civil. | het Burgerlijk Wetboek aanvoeren. |
| III. Le saisi peut toujours être constitué gardien. | III. De beslagene kan steeds als bewaarder aangesteld worden. |
| IV. Il ne peut être procédé à la vente sur les saisies opérées en | IV. Tot den verkoop op de krachtens voorgaande bepalingen gedane |
| vertu des dispositions précédentes, qu'après qu'elles auront été | inbeslagnemingen, kan slechts worden overgegaan, nadat deze op de |
| déclarées valables par le président du tribunal de commerce, sur | vordering van den schuldeischer die de vervolging instelt, door den |
| requête du créancier poursuivant. Il est procédé, en suite de cette | voorzitter van de rechtbank van koophandel geldig werden verklaard. |
| requête, comme prévu à l'article 12 ». | Ingevolge die vordering wordt gehandeld op de wijze voorzien bij artikel 12 ». |
| L'article 12 de la même loi dispose : | Artikel 12 van dezelfde wet bepaalt : |
| « La réalisation du fonds de commerce donné en gage sera poursuivie | « Het te gelde maken van de in pand gegeven handelszaak moet worden |
| conformément aux articles 4 à 10 du titre Ier de la loi du 5 mai 1872, | vervolgd overeenkomstig de artikelen 4 tot 10 van titel I der wet van |
| formant le titre VI du Code de commerce. | 5 Mei 1872, welke titel VI van het Wetboek van Koophandel uitmaakt. |
| Le président pourra autoriser le créancier à faire vendre le fonds de | De voorzitter kan den schuldeischer toelating verleenen om de |
| commerce soit en bloc, soit en détail ». | handelszaak hetzij in haar geheel, hetzij bij deelen te verkoopen ». |
| B.1.3. Les articles 4 à 10 de la loi du 5 mai 1872 « portant révision | B.1.3. De artikelen 4 tot 10 van de wet van 5 mei 1872 « houdende |
| des dispositions du Code de commerce relatives au gage et à la | herziening der beschikkingen betreffende het pand en de commissie », |
| die titel VI van het eerste boek van het Wetboek van Koophandel vormen | |
| commission », formant le titre VI du livre Ier (ci-après : la loi du 5 | (hierna : de wet van 5 mei 1872), zoals ze van toepassing zijn op het |
| mai 1872), tels qu'ils sont applicables au litige en cause, disposent | in het geding zijnde geschil, bepalen : |
| : « Article 4.A défaut de payement à l'échéance de la créance garantie |
« Artikel 4.Indien de door het pand gewaarborgde schuldvordering niet |
| par le gage, le créancier peut, après une mise en demeure signifiée à | voldaan is op de vervaldag, kan de schuldeiser, na een aanmaning te |
| l'emprunteur et au tiers bailleur de gage, s'il y en a un, et en | hebben betekend aan de lener en in voorkomend geval aan de |
| s'adressant par requête au président du tribunal de commerce, obtenir | derde-pandgever, op een verzoekschrift aan de voorzitter van de |
| rechtbank van koophandel machtiging verkrijgen om het pand, hetzij | |
| l'autorisation de faire vendre le gage, soit publiquement, soit de gré | openbaar, hetzij uit de hand, naar keuze van de voorzitter, te doen |
| à gré, au choix du président et par la personne qu'il désigne. Il ne sera statué sur cette requête que deux jours francs après qu'elle aura été signifiée au débiteur et au bailleur de gage, s'il y en a un, avec invitation de faire, dans l'intervalle, parvenir au président leurs observations, s'il y échet. S'il s'agit de fonds publics ou devises, la vente sera exécutée en Bourse : - pour les titres ou devises admis à la cote, aux séances ordinaires de la Bourse ou à l'une des Bourses où ils sont cotés. - pour les autres, aux ventes publiques organisées par la Commission de la Bourse. Le président du tribunal désignera, pour chacune des Bourses où se fera la vente, un agent de change inscrit au tableau, qui procédera à la vente conformément au règlement de la Bourse et sans autres formalités. Article 5.L'ordonnance ainsi obtenue n'est exécutoire qu'après avoir |
verkopen door de persoon die deze aanwijst. Op dat verzoekschrift wordt eerst beslist twee vrije dagen nadat het aan de schuldenaar en in voorkomend geval aan de derde-pandgever is betekend met verzoek om in die tussentijd hun eventuele opmerkingen aan de voorzitter te doen toekomen. De effecten en deviezen worden verkocht op de beurs : - de genoteerde, op de gewone vergaderingen van de beurs of van een der beurzen waar zij genoteerd worden; - de niet genoteerde, op de veilingen van de beurscommissie. De voorzitter van de rechtbank wijst voor elk van de beurzen waar de verkoop zal geschieden, een op de lijst van die beurs ingeschreven wisselagent aan, die tot de verkoop zal overgaan overeenkomstig het beursreglement, zonder verdere formaliteiten. Artikel 5.De aldus verkregen beschikking is eerst uitvoerbaar nadat |
| été signifiée à l'emprunteur et au tiers bailleur de gage, s'il y en a | ze aan de lener en in voorkomend geval aan de derde-pandgever betekend |
| un, avec indication des jour, lieu et heure auxquels ils sera procédé | is, met aanwijzing van de dag, plaats en uur van de veiling, indien |
| à la vente publique, si elle a été ordonnée. Ladite ordonnance devient | deze bevolen is. Die beschikking wordt definitief en geldt als in |
| définitive et en dernier ressort si, dans les trois jours de cette | laatste aanleg gewezen, indien de lener of in voorkomend geval de |
| signification, l'emprunteur ou le tiers bailleur de gage, s'il y en a | derde-pandgever binnen drie dagen na de betekening er geen verzet |
| un, n'y forme pas opposition avec assignation devant le tribunal de | tegen doet met dagvaarding voor de rechtbank van koophandel. |
| commerce. Article 6.Le délai pour interjeter appel du jugement rendu sur cette |
Artikel 6.De termijn om hoger beroep in te stellen tegen het op dat |
| opposition sera de huit jours à dater de la signification. | verzet gewezen vonnis is acht dagen te rekenen van de betekening. |
Article 7.L'ordonnance et le jugement sont de plein droit exécutoires |
Artikel 7.De beschikking en het vonnis zijn van rechtswege |
| sans caution, nonobstant l'opposition ou l'appel. | uitvoerbaar zonder borgtocht niettegenstaande verzet of hoger beroep. |
Article 8.Les délais ci-avant fixés ne sont pas susceptibles d'être |
Artikel 8.De hierboven gestelde termijnen kunnen niet worden verlengd |
| augmentés en raison des distances. | wegens de afstand. |
| Si le débiteur ou le tiers bailleur de gage, s'il y en a un, n'est pas | Indien de schuldenaar of in voorkomend geval de derde-pandgever zijn |
| domicilié dans le ressort du tribunal de commerce ou s'il n'y a pas fait élection de domicile, les significations mentionnées aux articles qui précèdent, sauf celle dont il est question à l'article 4, sont valablement faites au greffe de ce tribunal. Article 9.L'exercice des droits conférés au créancier gagiste par les articles précédents n'est pas suspendu par le décès du débiteur ou du tiers bailleur de gage. Article 10.Toute clause qui autoriserait le créancier à s'approprier le gage ou à en disposer, sans les formalités ci-dessus prescrites, est nulle ». B.2. Le juge a quo interroge la Cour sur une éventuelle discrimination entre, d'une part, le créancier-gagiste ou le débiteur-gagiste sur |
woonplaats niet heeft binnen het rechtsgebied van de rechtbank van koophandel of aldaar geen keuze van woonplaats gedaan heeft, worden de in de vorige artikelen vermelde betekeningen, behalve die waarvan sprake is in artikel 4, op geldige wijze gedaan ter griffie van die rechtbank. Artikel 9.De uitoefening van de rechten bij de vorige artikelen aan de pandhoudende schuldeiser toegekend, wordt niet geschorst door het overlijden van de schuldenaar of van de derde-pandgever. Artikel 10.Elk beding waarbij de schuldeiser zou worden gemachtigd zich het pand toe te eigenen of erover te beschikken zonder inachtneming van de hiervoren bepaalde vormen, is nietig ». B.2. De verwijzende rechter ondervraagt het Hof over de mogelijke discriminatie tussen, enerzijds, de schuldeiser of de schuldenaar van |
| fonds de commerce et, d'autre part, le créancier ou le débiteur de | een pand op een handelszaak en, anderzijds, de gemeenrechtelijke |
| droit commun, si les articles 11.IV et 12 de la loi du 25 octobre | schuldeiser of schuldenaar indien de artikelen 11.IV en 12 van de wet |
| 1919, complétés par les articles 4 à 10 du titre IV du Code de | van 25 oktober 1919, aangevuld met de artikelen 4 tot 10 van titel IV |
| commerce, sont interprétés comme permettant au créancier-gagiste sur | van het Wetboek van Koophandel zo worden geïnterpreteerd dat zij de |
| fonds de commerce de faire saisir-exécuter les meubles corporels | schuldeiser die een pand heeft op een handelszaak toestaan uitvoerend |
| couverts par le gage, sans faire décerner au préalable le commandement | beslag te laten leggen op de roerende goederen die door het pand |
| visé par l'article 1499 du Code judiciaire. | worden gedekt, zonder voorafgaandelijk het in artikel 1499 van het |
| Gerechtelijk Wetboek beoogde bevel te laten uitvaardigen. | |
| L'article 1499 du Code judiciaire dispose en effet : | Artikel 1499 van het Gerechtelijk Wetboek bepaalt immers : |
| « Toute saisie-exécution mobilière est précédée d'un commandement au | « Aan elk uitvoerend beslag op roerend goed gaat een bevel aan de |
| débiteur, fait au moins un jour avant la saisie et contenant, si le | schuldenaar vooraf, dat ten minste een dag voor het beslag wordt |
| titre consiste en une décision judiciaire, la signification de | gedaan en dat, indien de titel bestaat uit een rechterlijke |
| celle-ci, si elle n'est pas encore intervenue ». | beslissing, de betekening daarvan bevat indien dit nog niet gebeurd is |
| B.3.1. En adoptant la loi du 25 octobre 1919, le législateur visait à | ». B.3.1. Met de aanneming van de wet van 25 oktober 1919 trachtte de |
| permettre à la « petite bourgeoisie commerçante et industrielle » | wetgever « de kleine burgerij in handel en nijverheid » in staat te |
| stellen makkelijker toegang te hebben tot het krediet, uitgaande van | |
| d'accéder plus facilement au crédit, en partant du constat que « le | de vaststelling dat « de kleine handelaar doorgaans enkel zijn |
| petit négociant ne possède généralement que son fonds de commerce et | handelszaak bezit en geen enkele waarborg kan bieden in ruil voor het |
| n'a aucune garantie à offrir en échange du crédit qu'il recherche » | door hem gezochte krediet » (eigen vertaling) (Parl. St., Senaat, |
| (Doc. parl., Sénat, 1918-1919, n° 242, p. 1). | 1918-1919, nr. 242, p. 1). |
| En autorisant un commerçant à consentir, aux conditions déterminées | |
| par la loi du 25 octobre 1919, un gage sur son fonds de commerce, le | Doordat de wetgever een handelaar toestaat, onder de in de wet van 25 |
| oktober 1919 vastgestelde voorwaarden, zijn handelszaak in pand te | |
| législateur a ainsi créé une nouvelle sûreté réelle, adaptée aux | geven, heeft hij aldus een nieuwe zakelijke zekerheid in het leven |
| réalités économiques et aux besoins des commerçants qui sollicitent un | geroepen die is aangepast aan de economische realiteit en de behoeften |
| crédit. | van de handelaars die een krediet aanvragen. |
| Les travaux préparatoires de la loi du 25 octobre 1919 énoncent ainsi | De parlementaire voorbereiding van de wet van 25 oktober 1919 stelt |
| : | aldus : |
| « Zulk pand laat toe, ten bate van het krediet, voordeel te trekken | |
| « Pareil gage permet de tirer parti, en vue du crédit, du seul avoir | uit het eenige vermogen dat de kleinhandelaar en de kleinnijveraar |
| que le petit négociant et le petit industriel possède, sans qu'il | bezit, zonder dat hij het uit de hand moete geven » (Parl. St., Kamer, |
| doive s'en dessaisir » (Doc. parl., Chambre, 1913-1914, n° 28, p. 3). | 1913-1914, nr. 28, p. 3). B.3.2. Aldus is het pand op een handelszaak, in tegenstelling tot het |
| B.3.2. Ainsi, contrairement au gage civil (articles 2071 et suivants | burgerlijk pand (artikelen 2071 en volgende van het Burgerlijk |
| du Code civil) et au gage commercial (article 1er de la loi du 5 mai | Wetboek) en het handelspand (artikel 1 van de wet van 5 mei 1872), een |
| 1872), le gage sur fonds de commerce est un gage sans dépossession, | pand zonder buitenbezitstelling, vermits de in pand gegeven |
| puisque le fonds de commerce mis en gage, nécessaire à l'activité | handelszaak, die noodzakelijk is voor de economische activiteit van de |
| économique du commerçant, demeure entre les mains de celui-ci, qui en | handelaar, in handen blijft van laatstgenoemde, die, door de |
| est, par le fait même du gage, le gardien (article 8 de la loi du 25 | inpandgeving zelf, de bewaarder is (artikel 8 van de wet van 25 |
| octobre 1919) et qui en conserve donc, sous réserve des droits du | oktober 1919) en die dus, onder voorbehoud van de rechten van de |
| créancier-gagiste, la maîtrise. | pandhoudende schuldeiser, het zeggenschap erover behoudt. |
| Il en résulte que le gage sur fonds de commerce est une sûreté réelle | Daaruit volgt dat het pand op een handelszaak een zakelijke zekerheid |
| dont l'assiette est fluctuante, puisqu'elle porte sur l'ensemble des | is waarvan de berekeningsbasis fluctueert, vermits zij betrekking |
| valeurs qui composent le fonds de commerce, notamment la clientèle, | heeft op het geheel der waarden die de handelszaak uitmaken, met name |
| l'enseigne, l'organisation commerciale, les marques, le droit au bail, | de klandizie, het uithangbord, de handelsinrichting, de merken, het |
| le mobilier de magasin et l'outillage, sauf stipulation contraire | recht op de huurceel, het mobilair van het magazijn en het |
| (article 2 de la loi du 25 octobre 1919) : l'ensemble des biens qui | gereedschap, behoudens strijdig beding (artikel 2 van de wet van 25 |
| constituent le fonds de commerce se modifient donc nécessairement en | oktober 1919) : het geheel van de goederen die de handelszaak |
| fonction de l'activité de celui qui a donné son fonds de commerce en | uitmaken, wijzigt dus noodzakelijkerwijze volgens de activiteit van |
| gage. | diegene die zijn handelszaak in pand heeft gegeven. |
| B.4.1. La nature particulière de ce gage sans dépossession et à | B.4.1. De bijzondere aard van dat pand zonder buitenbezitstelling en |
| l'assiette fluctuante a conduit le législateur à organiser | met fluctuerende berekeningsbasis heeft de wetgever ertoe gebracht te |
| spécifiquement aussi bien les conditions de constitution de cette | voorzien in een specifieke regeling, zowel voor de voorwaarden van die |
| sûreté réelle que la procédure de réalisation du gage sur fonds de | zakelijke zekerheidsstelling als voor de procedure van tegeldemaking |
| commerce, « réglée de façon expéditive et rapide » (Doc. parl., | van het pand op een handelszaak « [die] op snelle en practische wijze |
| Chambre, 1913-1914, n° 28, p. 3). | [is] ingericht » (Parl. St., Kamer, 1913-1914, nr. 28, p. 3). |
| B.4.2. Ainsi, le gage sur fonds de commerce est constitué par acte | B.4.2. Aldus wordt het pand op de handelszaak gevestigd bij |
| authentique ou sous seing privé (article 3 de la loi du 25 octobre | authentieke of bij onderhandse akte (artikel 3 van de wet van 25 |
| 1919), il ne peut être consenti initialement qu'à des créanciers qui | oktober 1919), kan het pand bij het begin enkel worden gegeven aan |
| sont des établissements de crédit agréés ou des établissements | schuldeisers die kredietinstellingen zijn die een vergunning hebben |
| financiers (article 7 de la loi du 25 octobre 1919) et doit, pour être | verkregen of financiële instellingen (artikel 7 van de wet van 25 |
| opposable aux tiers, satisfaire à des exigences de publicité (articles | oktober 1919) en moet het pand, teneinde tegenstelbaar te zijn aan |
| derden, voldoen aan vereisten van openbaarheid (artikelen 4 en | |
| 4 et suivants de la loi du 25 octobre 1919). | volgende van de wet van 25 oktober 1919). |
| B.4.3. Afin de préserver la substance de sa garantie, le | B.4.3. Teneinde de bestanddelen van die waarborg te vrijwaren, kan de |
| créancier-gagiste sur fonds de commerce peut, simultanément avec la | schuldeiser die een pand heeft op een handelszaak, tegelijkertijd met |
| mise en demeure signifiée au débiteur et sans permission du juge, | de ingebrekestelling die is betekend aan de schuldenaar en zonder |
| procéder à une saisie pour sûreté des sommes qui lui sont dues - une | toelating van de rechter, overgaan tot een beslag tot zekerheid van |
| saisie conservatoire - des éléments constitutifs du fonds de commerce | hem verschuldigde bedragen - een bewarend beslag - van de elementen |
| (article 11.I de la loi du 25 octobre 1919). | welke de handelszaak vormen (artikel 11.I van de wet van 25 oktober |
| B.4.4. En ce qui concerne la procédure même de réalisation du fonds de | 1919). B.4.4. Wat betreft de procedure zelf van tegeldemaking van de |
| commerce, à défaut de paiement à l'échéance, le créancier-gagiste sur | handelszaak, zal de schuldeiser die een pand heeft op een handelszaak, |
| fonds de commerce ne pourra alors procéder à la vente « sur les | bij gebreke van betaling op de vervaldatum, slechts dan kunnen |
| saisies opérées » qu'après avoir saisi par requête le président du | overgaan tot verkoop van de in beslag genomen goederen nadat de zaak |
| tribunal de commerce aux fins de faire constater la validité de la | bij verzoekschrift is voorgelegd aan de voorzitter van de rechtbank |
| van koophandel teneinde de geldigheid van de inbeslagneming te laten | |
| saisie (article 11.IV de la loi du 25 octobre 1919) et d'obtenir | vaststellen (artikel 11.IV van de wet van 25 oktober 1919) en de |
| l'autorisation de vendre, conformément aux articles 4 à 10 de la loi | machtiging tot verkoop te verkrijgen overeenkomstig de artikelen 4 tot |
| du 5 mai 1872, formant le titre VI du Code de commerce (article 12 de | 10 van de wet van 5 mei 1872, die titel VI van het Wetboek van |
| la loi du 25 octobre 1919). | Koophandel vormen (artikel 12 van de wet van 25 oktober 1919). |
| Il ne pourra être statué sur cette requête que deux jours francs après | Op dat verzoekschrift kan eerst worden beslist twee vrije dagen nadat |
| sa signification au débiteur et au tiers constituant, s'il y en a un, | het aan de schuldenaar en in voorkomend geval aan de derde-pandgever |
| avec invitation de faire parvenir au président leurs observations | is betekend, met verzoek hun opmerkingen aan de voorzitter te doen |
| (article 4 de la loi du 5 mai 1872). | toekomen (artikel 4 van de wet van 5 mei 1872). |
| L'ordonnance ainsi obtenue ne sera exécutoire qu'après avoir été | De aldus verkregen beschikking zal slechts uitvoerbaar zijn nadat ze |
| signifiée au débiteur, et au tiers constituant, s'il y en a un, avec | aan de schuldenaar en in voorkomend geval aan de derde-pandgever is |
| indication des jour, lieu et heure de la vente publique, et ne | betekend, met aanwijzing van de dag, plaats en uur van de veiling, en |
| deviendra définitive et en dernier ressort qu'en l'absence | zal slechts definitief worden en gelden als in laatste aanleg gewezen |
| d'opposition avec assignation devant le tribunal de commerce du | wanneer de schuldenaar of de derde-pandgever binnen drie dagen na de |
| débiteur ou du tiers bailleur de gage, dans les trois jours de la | betekening geen verzet met dagvaarding voor de rechtbank van |
| signification (article 5 de la loi du 5 mai 1872). | koophandel aantekent (artikel 5 van de wet van 5 mei 1872). |
| B.4.5. Enfin, l'article 10 de la loi du 5 mai 1872 frappe de nullité | B.4.5. Ten slotte maakt artikel 10 van de wet van 5 mei 1872 elk |
| beding nietig waarbij de schuldeiser zou worden gemachtigd zich het | |
| toute clause qui autoriserait le créancier à s'approprier le gage ou à | pand toe te eigenen of erover te beschikken zonder inachtneming van de |
| formaliteiten waarin aldus is voorzien. | |
| en disposer sans respecter les formalités ainsi prévues. | B.5.1. In het verslag aan de Koning dat aan het voormeld koninklijk |
| B.5.1. Le rapport au Roi précédant l'arrêté royal précité n° 282 du 30 | besluit nr. 282 van 30 maart 1936 voorafgaat, waarbij de huidige tekst |
| mars 1936, qui a introduit le texte actuel des articles 11 et 12 de la | van de artikelen 11 en 12 van de wet van 25 oktober 1919 werd |
| loi du 25 octobre 1919, expose que le projet d'arrêté tend à remédier | ingevoerd, wordt uiteengezet dat het ontwerp-besluit ertoe strekt de |
| à l'insuffisance de certaines des dispositions de la loi du 25 octobre | ontoereikendheid te verhelpen van sommige bepalingen van de wet van 25 |
| 1919, en ayant notamment pour objet de renforcer les garanties données | oktober 1919, doordat het onder meer tot doel heeft de aan de |
| au créancier (Moniteur belge , 7 avril 1936, p. 2374). | schuldeiser verleende waarborgen te versterken (Belgisch Staatsblad , 7 april 1936, p. 2374). |
| B.5.2. Ainsi, en ce qui concerne le texte de l'article 11, le rapport | B.5.2. Aldus stelt het verslag aan de Koning, wat betreft de tekst van |
| au Roi constate : « Le privilège conféré au créancier gagiste sur fonds de commerce est analogue à celui du propriétaire sur le mobilier garnissant l'immeuble loué. Mais tandis que le propriétaire est armé à l'égard du locataire défaillant par la procédure de saisie-gagerie, le créancier gagiste sur fonds de commerce ne bénéficie d'aucune arme spéciale, si ce n'est la saisie conservatoire. Il semble logique d'organiser en faveur du privilège du créancier gagiste sur fonds de commerce une procédure | artikel 11, vast : « Het voorrecht verleend aan den op handelszaken pandhebbenden schuldeischer komt overeen met het voorrecht van den eigenaar op de meubelen welke het verhuurd eigendom stoffeeren. Doch terwijl de eigenaar ten opzichte van den ingebreke blijvenden huurder gebruik kan maken van de procedure van pandbeslag, beschikt de op handelszaken pandhebbende schuldeischer over geen bijzonder rechtsmiddel, buiten het conservatoir beslag. Het komt logisch voor, ten behoeve van het voorrecht van den op handelszaken pandhebbenden schuldeischer een rechtspleging in te voeren gelijkaardig aan deze van |
| analogue à celle de la saisie-gagerie organisée par l'article 819 du | het pandbeslag, ingesteld bij artikel 819 van het Wetboek van |
| Code de procédure civile. C'est ce que fait l'article 11 nouveau. | Burgerlijke Rechtsvordering. Zulks doet het nieuw artikel 11. |
| Le créancier bénéficiaire de la mise en gage du fonds de commerce | De schuldeischer, te wiens behoeve de handelszaak in pand werd gegeven |
| pourra désormais, en cas de défaillance de son débiteur, saisir | kan voortaan, ingeval zijn schuldenaar in gebreke blijft, de |
| immédiatement le fonds de commerce » (ibid., p. 2375). | handelszaak onmiddellijk in beslag nemen » (ibid., p. 2375). |
| B.5.3. En ce qui concerne le texte de l'article 12, le rapport au Roi | B.5.3. Wat betreft de tekst van artikel 12, stelt het verslag aan de |
| énonce : | Koning : |
| « La loi du 25 octobre 1919 organise une procédure compliquée pour la | « Bij de wet van 25 October 1919 wordt een ingewikkelde rechtspleging |
| réalisation du fonds de commerce; elle ne tient pas compte du fait que | voorzien betreffende de tegeldemaking van de handelszaak; zij houdt |
| le fonds de commerce peut être donné en gage par un tiers se portant | geen rekening met het feit dat de handelszaak in pand kan worden |
| caution du débiteur principal. | gegeven door een derde, die borg staat voor den hoofdschuldenaar. |
| Le projet d'arrêté rattache désormais la procédure de réalisation du | Bij het ontwerp van besluit wordt de rechtspleging tot tegeldemaking |
| fonds de commerce à celle des gages commerciaux, telle qu'elle est | van de handelszaak voortaan verbonden aan deze betreffende de |
| établie par les articles 4 à 10 du titre Ier de la loi du 5 mai 1872 | handelspanden, zooals zij bij de artikelen 4 tot 10, titel I der wet |
| (titre VI du Code de commerce). | van 5 Mei 1872 (titel VI van het Wetboek van Koophandel) bepaald |
| Cette procédure donne au débiteur saisi toutes [les] garanties avant | wordt. Deze regeling geeft aan den beslagen schuldenaar alle waarborgen |
| qu'il puisse être procédé à la réalisation du gage et prévoit en même | alvorens tot het te gelden maken van het pand kan worden overgegaan, |
| temps le cas où le fonds de commerce a été donné en gage par la | en voorziet terzelfdertijd het geval dat de handelszaak door den borg |
| caution du débiteur principal » (ibid. ). | van den hoofdschuldenaar in pand werd gegeven » (ibid. ). |
| B.6. Compte tenu de ce qui précède, et sans qu'il soit besoin de se | B.6. Rekening houdend met wat voorafgaat en zonder dat uitspraak dient |
| prononcer sur la nature de la saisie d'un fonds de commerce mis en | te worden gedaan over de aard van de inbeslagneming van een in pand |
| gage, la Cour constate qu'il existe une différence de traitement entre | gegeven handelszaak, stelt het Hof vast dat er een verschil in |
| les débiteurs et les créanciers dans le cadre d'un gage sur fonds de | behandeling is tussen de schuldenaars en schuldeisers in het raam van |
| commerce et les débiteurs et créanciers de droit commun. | een pand op een handelszaak en de gemeenrechtelijke schuldenaars en |
| schuldeisers. | |
| Cette différence est toutefois raisonnablement justifiée. | Dat verschil in behandeling is evenwel in redelijkheid verantwoord. |
| B.7.1. En effet, il existe entre le créancier-gagiste sur fonds de | B.7.1. Er bestaat immers tussen de schuldeiser die een pand heeft op |
| commerce et le débiteur-gagiste sur fonds de commerce - comme entre | een handelszaak en de schuldenaar die een handelszaak in pand heeft |
| tout créancier et son débiteur qui a consenti un gage, civil, | gegeven - zoals tussen elke schuldeiser en zijn schuldenaar die een |
| commercial ou sur fonds de commerce - une sûreté réelle qui a été | burgerlijk pand, een handelspand of een pand op een handelszaak heeft |
| consentie conventionnellement. | gegeven - een zakelijke zekerheid die bij overeenkomst is verleend. |
| B.7.2. Dans le cas d'un gage portant sur l'ensemble des biens qui | B.7.2. In het geval van een pand dat betrekking heeft op het geheel |
| constituent le fonds de commerce, la nature fluctuante de ce gage | van de goederen die de handelszaak vormen, heeft de fluctuerende aard |
| particulier sans dépossession a conduit le législateur à déroger aux règles du droit commun des saisies, dans le but de garantir l'efficacité de cette sûreté nouvelle qui visait à favoriser le crédit pour l'industrie et le commerce. Ainsi, d'une part, le créancier est autorisé à saisir de manière conservatoire, sans permission du juge, les éléments constitutifs du fonds de commerce donné en gage. D'autre part, la procédure même de réalisation du gage sur fonds de commerce est alignée sur celle organisée pour le gage commercial. Cette procédure particulière de réalisation, rappelée en B.4.4, | van dat bijzonder pand zonder buitenbezitstelling de wetgever ertoe gebracht af te wijken van de regels van het gemeenrechtelijk beslagrecht, met de bedoeling de doeltreffendheid te waarborgen van die nieuwe zekerheid die ertoe strekte het krediet te bevorderen in handel en nijverheid. Aldus, wordt, enerzijds, de schuldeiser ertoe gemachtigd, zonder toelating van de rechter, bewarend beslag te leggen op elementen die de in pand gegeven handelszaak vormen. Anderzijds, wordt de procedure zelf van tegeldemaking van het pand op een handelszaak afgestemd op die waarin wordt voorzien voor het handelspand. De bijzondere procedure van tegeldemaking van het handelspand, die in herinnering is gebracht in B.4.4, waarborgt bovendien een controle van |
| garantit en outre un contrôle de la régularité de la procédure par le | de regelmatigheid van de procedure door de voorzitter van de rechtbank |
| président du tribunal de commerce, ainsi qu'une information répétée du | van koophandel, alsmede een herhaalde informatieverstrekking aan de |
| débiteur-gagiste sur fonds de commerce. | schuldenaar die een handelszaak in pand heeft gegeven. |
| B.7.3. Pour le surplus, la circonstance que le débiteur-gagiste sur | B.7.3. Voor het overige is de omstandigheid dat aan de schuldenaar die |
| fonds de commerce ne se voie pas signifier un commandement préalable à | een handelszaak in pand heeft gegeven geen bevel wordt betekend dat |
| la réalisation des biens constituant le gage, n'est pas de nature à porter atteinte à ses droits, dès lors qu'il est averti non seulement de la saisie des biens mis en gage, mais aussi de la requête adressée au président du tribunal de commerce, ainsi que de l'ordonnance éventuelle autorisant la vente des biens saisis. B.8. La question préjudicielle appelle par conséquent une réponse négative. Par ces motifs, la Cour | voorafgaat aan de tegeldemaking van de goederen die het pand vormen, niet van dien aard dat ze diens rechten aantast, aangezien hij niet alleen wordt verwittigd van de inbeslagneming van de in pand gegeven goederen maar ook van het aan de voorzitter van de rechtbank van koophandel gerichte verzoekschrift, alsmede van de eventuele beschikking waarbij de verkoop van de in beslag genomen goederen wordt toegelaten. B.8. De prejudiciële vraag dient bijgevolg ontkennend te worden beantwoord. Om die redenen, het Hof |
| dit pour droit : | zegt voor recht : |
| Les articles 11.IV et 12 de la loi du 25 octobre 1919 « sur la mise en | De artikelen 11.IV en 12 van de wet van 25 oktober 1919 « betreffende |
| het in pand geven van de handelszaak, het disconto en het in pand | |
| gage du fonds de commerce, l'escompte et le gage de la facture, ainsi | geven van de factuur, alsmede de aanvaarding en de keuring van de |
| que l'agréation et l'expertise des fournitures faites directement à la | rechtstreeks voor het verbruik gedane leveringen », schenden de |
| consommation » ne violent pas les articles 10 et 11 de la | artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
| Constitution. Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
| conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
| la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 24 mai 2006. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 24 mei 2006. |
| Le greffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
| Le président, | De voorzitter, |
| M. Melchior. | M. Melchior. |