← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 37/2006 du 1 er mars 2006 Numéro du rôle : 3722 En
cause : la question préjudicielle concernant l'article 42, § 3, des lois relatives aux allocations
familiales pour travailleurs salariés, coordonnées pa La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior
et A. Arts, et des juges R. Henneuse, M(...)"
Extrait de l'arrêt n° 37/2006 du 1 er mars 2006 Numéro du rôle : 3722 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 42, § 3, des lois relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés, coordonnées pa La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. Henneuse, M(...) | Uittreksel uit arrest nr. 37/2006 van 1 maart 2006 Rolnummer 3722 In zake : de prejudiciële vraag over artikel 42, § 3, van de bij koninklijk besluit van 19 december 1939 samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbe Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 37/2006 du 1er mars 2006 | Uittreksel uit arrest nr. 37/2006 van 1 maart 2006 |
Numéro du rôle : 3722 | Rolnummer 3722 |
En cause : la question préjudicielle concernant l'article 42, § 3, des | In zake : de prejudiciële vraag over artikel 42, § 3, van de bij |
lois relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés, | koninklijk besluit van 19 december 1939 samengeordende wetten |
coordonnées par arrêté royal du 19 décembre 1939, posée par le | betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, gesteld door de |
Tribunal du travail de Liège. | Arbeidsrechtbank te Luik. |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters |
Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, J.-P. Snappe et E. Derycke, | R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, J.-P. Snappe en E. Derycke, |
assistée du greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, | bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 10 juin 2005 en cause de J. Geraerts contre l'ASBL | Bij vonnis van 10 juni 2005 in zake J. Geraerts tegen de v.z.w. Caisse |
Caisse de compensation pour allocations familiales de la région | de compensation pour allocations familiales de la région liégeoise en |
liégeoise et l'ASBL Caisse d'allocations familiales de la | de v.z.w. Caisse d'allocations familiales de la construction, du |
construction, du commerce, de l'industrie et de l'artisanat, dont | commerce, de l'industrie et de l'artisanat, waarvan de expeditie ter |
l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 15 juin | griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 15 juni 2005, heeft de |
2005, le Tribunal du travail de Liège a posé la question préjudicielle | Arbeidsrechtbank te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
suivante : « L'article 42, § 3, des lois coordonnées relatives aux allocations | « Schendt artikel 42, § 3, van de samengeordende wetten betreffende de |
familiales pour travailleurs salariés viole-t-il les articles 10 et 11 | kinderbijslag voor loonarbeiders de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
de la Constitution en ce qu'il exclut les orphelins qui sont | doordat het de wezen die het verhoogde tarief voor wezen, bepaald bij |
bénéficiaires du taux majoré pour orphelins prévu par l'article 50bis | artikel 50bis van de samengeordende wetten, genieten, uitsluit van de |
des lois coordonnées du regroupement autour de l'allocataire prévu par | gezinshereniging rond de bijslagtrekkende bepaald in hetzelfde artikel |
le même article 42, § 3, des lois coordonnées ? ». | 42, § 3, van de samengeordende wetten ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1.1. La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles | B.1.1. Het Hof wordt gevraagd naar de bestaanbaarheid met de artikelen |
10 et 11 de la Constitution de l'article 42, § 3, des lois relatives | 10 en 11 van de Grondwet van artikel 42, § 3, van de bij koninklijk |
aux allocations familiales pour travailleurs salariés, coordonnées par | |
l'arrêté royal du 19 décembre 1939 (ci-après : lois coordonnées). | besluit van 19 december 1939 samengeordende wetten betreffende de |
kinderbijslag voor loonarbeiders (hierna : samengeordende wetten). | |
B.1.2. L'article 42 des lois coordonnées dispose : | B.1.2. Artikel 42 van de samengeordende wetten bepaalt : |
« § 1er. Pour la détermination du rang visé aux articles 40, 42bis, | « § 1. Voor de bepaling van de rang, bedoeld bij de artikelen 40, |
44, 44bis et 50ter, il est tenu compte de la chronologie des | 42bis, 44, 44bis en 50ter wordt rekening gehouden met de volgorde van |
naissances des enfants bénéficiaires en vertu des présentes lois, de | geboorten van de kinderen, die rechtgevend zijn krachtens deze wetten, |
l'arrêté royal du 8 avril 1976 établissant le régime des prestations | het koninklijk besluit van 8 april 1976 houdende regeling van de |
familiales en faveur des travailleurs indépendants, de l'arrêté royal | gezinsbijslag ten voordele van de zelfstandigen, het koninklijk |
du 26 mars 1965 relatif aux allocations familiales allouées à | besluit van 26 maart 1965 betreffende de kinderbijslag voor bepaalde |
certaines catégories du personnel rétribué par l'Etat, de la loi du 20 | categorieën van het door de Staat bezoldigd personeel, de wet van 20 |
juillet 1971 instituant des prestations familiales garanties et des | juli 1971 tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag en de |
conventions internationales de sécurité sociale en vigueur en | internationale overeenkomsten van de sociale zekerheid van kracht in |
Belgique. | België. |
Les allocations familiales sont accordées compte tenu du nombre | De kinderbijslag die betaald wordt aan een enkele bijslagtrekkende |
d'enfants bénéficiaires, lorsqu'elles sont payées à un seul allocataire. | wordt verleend rekening houdend met het aantal rechtgevende kinderen. |
Lorsqu'il y a plusieurs allocataires, pour la détermination du rang | Indien er verschillende bijslagtrekkenden zijn wordt voor de |
visée à l'alinéa 1er, il est tenu compte de l'ensemble des enfants | rangbepaling bedoeld in het eerste lid rekening gehouden met het |
bénéficiaires aux conditions suivantes : | geheel van de rechtgevende kinderen onder de volgende voorwaarden : |
1° les allocataires doivent avoir la même résidence principale au sens | 1° de bijslagtrekkenden moeten dezelfde hoofdverblijfplaats hebben in |
de l'article 3, alinéa 1er, 5°, de la loi du 8 août 1983 organisant un Registre national des personnes physiques, exception faite des cas dans lesquels il ressort d'autres documents officiels produits à cet effet, que la cohabitation des allocataires est effective bien qu'elle ne corresponde pas ou plus avec l'information obtenue auprès du Registre national; 2° les allocataires doivent être, soit conjoints, soit parents ou alliés au premier, au deuxième ou au troisième degré, soit des personnes déclarant former un ménage de fait. Cette déclaration vaut jusqu'à preuve du contraire. La parenté acquise par adoption est prise en considération. | de zin van artikel 3, eerste lid, 5°, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, behalve wanneer uit andere daartoe overgelegde officiële documenten blijkt dat de bijslagtrekkenden wel degelijk samenwonen, ook al stemt dat niet of niet meer overeen met de informatie verkregen van het Rijksregister; 2° de bijslagtrekkenden moeten ofwel echtgenoten zijn ofwel bloed- of aanverwanten in de eerste, tweede of derde graad, ofwel personen die verklaren een feitelijk gezin te vormen. Die verklaring geldt tot bewijs van het tegendeel. Het ouderschap dat is verworven door adoptie wordt in aanmerking genomen. |
§ 2. Pour la détermination du rang visée au § 1er, il est également | § 2. Voor de rangbepaling bedoeld in § 1 wordt eveneens rekening |
tenu compte des enfants placés conformément à l'article 70 ou | gehouden met de kinderen die geplaatst zijn overeenkomstig artikel 70 |
conformément à l'article 33 de l'arrêté royal du 8 avril 1976 précité, | of overeenkomstig artikel 33 van voormeld koninklijk besluit van 8 |
lorsque l'allocataire ou les allocataires concernés perçoivent le | april 1976, wanneer de betrokken bijslagtrekkende of bijslagtrekkenden |
tiers des allocations familiales pour ces enfants. | voor deze kinderen het derde van de kinderbijslag ontvangen. |
§ 3. Pour la détermination du rang visée aux §§ 1er et 2, il n'est pas | § 3. Voor de rangbepaling bedoeld in §§ 1 en 2 wordt geen rekening |
tenu compte de l'orphelin attributaire au taux visé à l'article 50bis | gehouden met de wees die rechthebbende is tegen het bedrag bepaald bij |
ou à l'article 18 de l'arrêté royal du 8 avril 1976 précité ». | artikel 50bis of bij artikel 18 van het voormeld koninklijk besluit van 8 april 1976 ». |
B.1.3. L'article 40 des lois coordonnées dispose : | B.1.3. Artikel 40 van de samengeordende wetten bepaalt : |
« Les caisses de compensation pour allocations familiales, ainsi que | « De kinderbijslagfondsen, alsook de in artikel 18 bedoelde overheden |
les autorités et établissements publics visés à l'article 18, | en openbare instellingen, verlenen ten behoeve van de rechtgevende |
accordent aux enfants bénéficiaires une allocation mensuelle de : | kinderen een maandelijkse bijslag van : |
1° 68,42 EUR pour le premier enfant; | 1° 68,42 EUR voor het eerste kind; |
2° 126,60 EUR pour le deuxième enfant; | 2° 126,60 EUR voor het tweede kind; |
3° 189,02 EUR pour le troisième enfant et pour chacun des suivants ». | 3° 189,02 EUR voor het derde kind en voor elk volgend kind ». |
B.1.4. L'article 50bis des lois coordonnées dispose : | B.1.4. Artikel 50bis van de samengeordende wetten bepaalt : |
« L'allocation familiale mensuelle dont bénéfice l'orphelin visé à | « De maandelijkse kinderbijslag waarop de wees bedoeld in artikel |
l'article 56bis, § 1er, s'élève à 262,84 EUR ». | 56bis, § 1, gerechtigd is, bedraagt 262,84 EUR ». |
B.1.5. L'article 56bis des lois coordonnées dispose : | B.1.5. Artikel 56bis van de samengeordende wetten bepaalt : |
« § 1er. Est attributaire d'allocations familiales aux taux prévus à | « § 1. Is rechthebbende op kinderbijslag tegen de bedragen bepaald in |
l'article 50bis, l'orphelin, si au moment du décès de l'un de ses parents, le père ou la mère a satisfait aux conditions pour prétendre à au moins six allocations forfaitaires mensuelles en vertu des présentes lois, au cours des douze mois précédant immédiatement le décès. § 2. Les allocations familiales prévues au § 1er sont toutefois accordées aux taux prévus à l'article 40, lorsque le père survivant ou la mère survivante est engagé(e) dans les liens d'un mariage ou forme un ménage de fait avec une personne autre qu'un parent ou allié jusqu'au 3e degré inclusivement. La cohabitation de l'auteur survivant avec une personne autre qu'un parent ou allié jusqu'au 3e degré inclusivement, fait présumer, jusqu'à preuve du contraire, l'existence d'un ménage de fait. | artikel 50bis, de wees indien op het ogenblik van het overlijden van één van de ouders, de vader of de moeder in de loop van de twaalf maanden die onmiddellijk het overlijden voorafgaan de voorwaarden heeft vervuld om aanspraak te maken op ten minste zes maandelijkse forfaitaire bijslagen. § 2. De in § 1 bedoelde kinderbijslag wordt evenwel verleend tegen de schaal bepaald in artikel 40 als de overlevende vader of moeder een huwelijk aangaat of een feitelijk gezin vormt met een persoon die geen bloed- of aanverwant is tot en met de derde graad. Het samenwonen van de overlevende ouder met een persoon die geen bloed- of aanverwant is tot en met de derde graad doet vermoeden tot bewijs van het tegendeel dat er sprake is van een feitelijk gezin. |
Le bénéfice du § 1er peut être invoqué à nouveau si l'auteur survivant | Het voordeel van § 1 mag opnieuw ingeroepen worden wanneer de |
ne cohabite plus avec le conjoint avec lequel un nouveau mariage a été | overlevende ouder niet meer samenwoont met de echtgenoot waarmee een |
contracté ou avec la personne avec laquelle un ménage de fait a été | nieuw huwelijk was aangegaan of met de persoon met wie een feitelijk |
formé. La séparation de fait doit apparaître par la résidence | gezin gevormd werd. De feitelijke scheiding moet blijken uit de |
principale séparée des personnes en cause, au sens de l'article 3, | afzonderlijke hoofdverblijfplaats van de personen in kwestie, in de |
alinéa 1er, 5°, de la loi du 8 août 1983 organisant un registre national des personnes physiques, exception faite des cas dans lesquels il ressort d'autres documents officiels produits à cet effet, que la séparation de fait est effective bien qu'elle ne corresponde pas ou plus avec l'information obtenue auprès dudit registre. Le présent paragraphe n'est pas applicable lorsque l'orphelin est abandonné par son auteur survivant ». B.2.1. Estimant que la charge liée aux enfants ne dépend pas du statut d'orphelin ou non des aînés, le juge a quo interroge la Cour sur une éventuelle discrimination générée par l'article 42, § 3, précité, en ce qu'il exclut du regroupement autour de l'allocataire les orphelins qui sont bénéficiaires du taux majoré pour orphelin prévu par | zin van artikel 3, eerste lid, 5°, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van het Rijksregister van de natuurlijke personen, met uitzondering van gevallen waarbij uit andere daarvoor overgelegde officiële documenten blijkt dat de feitelijke scheiding effectief is, ook al stemt dit niet of niet meer overeen met de informatie verkregen bij het voormelde register. Deze paragraaf is niet toepasselijk indien de wees door zijn overlevende ouder verlaten is ». B.2.1. De verwijzende rechter, die van mening is dat de last die is verbonden aan de kinderen niet afhangt van het feit of de oudsten al dan niet het statuut van wees hebben, vraagt het Hof naar een mogelijke discriminatie die zou worden teweeggebracht door het voormelde artikel 42, § 3, in zoverre het de wezen die het in artikel 50bis van de samengeordende wetten bedoelde verhoogde tarief voor wezen genieten, uitsluit van de gezinshereniging rond de |
l'article 50bis des lois coordonnées. | bijslagtrekkende. |
B.2.2. Il ressort du jugement de renvoi que le juge a quo entend | B.2.2. Uit het verwijzingsvonnis blijkt dat de verwijzende rechter de |
comparer la situation des enfants bénéficiaires d'allocations | situatie van de kinderen die recht geven op kinderbijslag wil |
familiales selon que leurs frères ou soeurs aînés bénéficient du taux | vergelijken naargelang hun oudere broers of zussen het verhoogde |
majoré pour orphelin prévu par l'article 50bis des lois coordonnées ou | tarief voor wezen bedoeld in artikel 50bis van de samengeordende |
n'en bénéficient pas : dans le premier cas, la détermination du rang | wetten al dan niet genieten : in het eerste geval kan bij de bepaling |
de ces enfants bénéficiaires d'allocations familiales ne peut pas | van de rang van die kinderen die recht geven op kinderbijslag geen |
prendre en compte les frères et soeurs aînés, tandis que dans le | rekening worden gehouden met de oudere broers en zussen, terwijl in |
second cas, la détermination du rang prend en compte les frères et | het tweede geval bij de bepaling van de rang wel rekening wordt |
soeurs aînés. | gehouden met de oudere broers en zussen. |
B.3. L'article 42, § 3, des lois coordonnées établit une différence de traitement entre enfants bénéficiaires d'allocations familiales, en ce qui concerne la détermination du rang à prendre en considération pour le calcul du montant des allocations, selon que les enfants plus âgés faisant partie du ménage sont bénéficiaires ou non d'allocations au taux majoré pour orphelin prévu par l'article 50bis des lois coordonnées. B.4. Les règles constitutionnelles de l'égalité et de la non-discrimination n'excluent pas qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et qu'elle soit raisonnablement justifiée. L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la nature des principes en cause; le principe d'égalité est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but visé. B.5. L'octroi d'allocations familiales vise à contribuer aux frais d'entretien et d'éducation des enfants. Il offre une compensation partielle à l'augmentation des charges supportées par le ménage lors | B.3. Artikel 42, § 3, van de samengeordende wetten roept een verschil in behandeling in het leven onder kinderen die recht geven op kinderbijslag, wat betreft de vaststelling van de rang waarmee rekening dient te worden gehouden voor de berekening van het bedrag van de bijslag, naargelang de oudere kinderen die deel uitmaken van het gezin al dan niet recht geven op bijslag tegen het verhoogde tarief voor wezen bedoeld in artikel 50bis van de samengeordende wetten. B.4. De grondwettelijke regels van de gelijkheid en de niet-discriminatie sluiten niet uit dat een verschil in behandeling tussen categorieën van personen wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is. Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het gelijkheidsbeginsel is geschonden wanneer vaststaat dat er geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. B.5. De toekenning van de kinderbijslag strekt ertoe bij te dragen in de kosten voor onderhoud en opvoeding van de kinderen. Ze biedt een gedeeltelijke compensatie voor de toegenomen lasten die het gezin moet dragen bij uitbreiding ervan. Het zijn de betrokken kinderen die recht geven op de bijslag. Het begrip rang binnen het gezin en het |
de l'extension de celui-ci. Ce sont les enfants concernés qui sont | dienovereenkomstige progressieve karakter van de bedragen van de |
bénéficiaires des allocations. La notion de rang au sein du ménage et | uitbetaalde bijslag gaan, volgens het verslag aan de Koning dat het |
la progressivité correspondante des montants des allocations servies | koninklijk besluit van 21 april 1997 « houdende sommige bepalingen |
partent, selon le rapport au Roi précédant l'arrêté royal du 21 avril | betreffende de gezinsbijslag ter uitvoering van artikel 21 van de wet |
1997 « portant certaines dispositions relatives aux prestations | |
familiales en exécution de l'article 21 de la loi du 26 juillet 1996 | van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot |
portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité | vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels » |
des régimes légaux des pensions », « du postulat que la charge à | voorafgaat, uit van « het beginsel dat de te dragen last door het |
supporter par la famille augmente en fonction de sa taille » (Moniteur | |
belge 30 avril 1997, p. 10514). Le même rapport énonce : « Le principe | gezin vergroot volgens de omvang » (Belgisch Staatsblad 30 april 1997, |
est que le groupement doit se faire autour de l'allocataire, | p. 10514). Hetzelfde rapport stelt : « Het principe impliceert een |
c'est-à-dire la personne qui élève l'enfant et à qui les allocations | groepering rond de bijslagtrekkende, m.a.w. de persoon die het kind |
familiales sont payées, ou autour des allocataires dans le même ménage | opvoedt en aan wie kinderbijslag wordt betaald, of rond meerdere |
» (ibid., p. 10515). | bijslagtrekkenden in hetzelfde gezin » (ibid., p. 10515). |
B.6. La différence de traitement entre enfants lorsqu'il s'agit de | B.6. Het verschil in behandeling tussen kinderen bij het bepalen van |
déterminer leur rang selon qu'ils bénéficient du taux majoré de | hun rang al naargelang ze het in artikel 50bis van de samengeordende |
l'article 50bis des lois coordonnées repose sur un critère objectif et | wetten bedoelde verhoogde tarief genieten, berust op een objectief en |
pertinent par rapport aux objectifs légaux. | pertinent criterium ten aanzien van de wettelijke doelstellingen. |
En effet, le régime général des allocations familiales est un régime | Het algemene stelsel van de kinderbijslag is immers een |
d'assurance, ce qui implique que les ressources de ses bénéficiaires | verzekeringsstelsel, wat impliceert dat de inkomsten van de |
ne sont pas prises en compte pour déterminer l'existence du droit d'en | rechthebbenden niet in aanmerking worden genomen om het bestaan van |
bénéficier. Toutefois, ce régime général est corrigé en faveur de | het recht op kinderbijslag vast te stellen. Dat algemene stelsel wordt |
catégories de bénéficiaires dignes d'une attention particulière, par | echter gecorrigeerd ten gunste van categorieën van rechtgevenden die |
zich in een behartigenswaardige situatie bevinden, bijvoorbeeld wegens | |
exemple en raison de la perte d'un des parents. | het verlies van een van de ouders. |
B.7.1. L'article 56bis, § 1er, des lois coordonnées ouvre à l'orphelin le droit à des allocations spéciales, quelle que soit la situation économique au moment du décès du parent de cet orphelin. L'allocation au taux majoré pour orphelin vise à compenser les difficultés d'ordre matériel et moral liées à la perte d'un parent en ouvrant un droit autonome à l'enfant, qui est à la fois attributaire et bénéficiaire de cette allocation à un taux majoré. B.7.2. Compte tenu du fait que l'orphelin bénéficie d'un droit autonome à une allocation spéciale à un taux majoré et que cette allocation poursuit un objectif spécifique par rapport à celui poursuivi par le régime général des allocations familiales, le législateur a toujours estimé pertinent de ne pas prendre en compte les bénéficiaires d'allocations d'orphelin dans le calcul des allocations familiales pour travailleurs salariés. | B.7.1. Artikel 56bis, § 1, van de samengeordende wetten opent voor de wees het recht op bijzondere kinderbijslag, ongeacht de economische situatie waarin het overlijden van de ouder van die wees plaatsvindt. De verhoogde wezenbijslag strekt ertoe de moeilijkheden van materiële en morele aard die zijn verbonden aan het verlies van een ouder te compenseren door een autonoom recht te openen voor het kind, dat tegelijk rechthebbende van en rechtgevende op die verhoogde bijslag is. B.7.2. Rekening houdende met het feit dat de wees een autonoom recht op een bijzondere bijslag tegen een verhoogd tarief geniet en dat die bijslag een specifieke doelstelling nastreeft in vergelijking met de doelstelling die wordt nagestreefd met het algemene stelsel van de kinderbijslag, heeft de wetgever het steeds relevant geacht geen rekening te houden met de rechtgevenden op wezengeld bij de berekening van de kinderbijslag voor loonarbeiders. |
Ainsi, l'article 13 de l'arrêté-loi du 21 août 1946 « complétant et | Aldus riep artikel 13 van de besluitwet van 21 augustus 1946 « |
houdende aanvulling en wijziging van zekere bepalingen van den | |
modifiant certaines dispositions des textes coordonnés de la loi du 4 | geordenden tekst van de wet van 4 Augustus 1930, houdende |
août 1930 portant généralisation des allocations familiales en faveur | veralgemeening van den kinderbijslag ten voordeele van de |
des travailleurs salariés », créait des allocations familiales en | loontrekkende arbeiders » een kinderbijslag ten gunste van de wezen in |
faveur des orphelins en insérant un article 56bis dans les lois | het leven, door een artikel 56bis in te voegen in de samengeordende |
coordonnées, tout en disposant en son dernier alinéa : | wetten en in het laatste lid daarvan te bepalen : |
« Pour le calcul des allocations familiales auxquelles un travailleur | « Voor de berekening van den kinderbijslag waarop een werknemer recht |
a droit du chef de son travail, il ne peut lui être tenu compte | heeft uit hoofde van zijn arbeid, mag er geen rekening gehouden worden |
d'orphelins bénéficiant de cet avantage en vertu du présent article ». | met de weezen die van dit voordeel genieten krachtens dit artikel ». |
B.7.3. Alors que l'arrêté royal n° 122 du 30 décembre 1982 « modifiant | B.7.3. Terwijl het koninklijk besluit nr. 122 van 30 december 1982 « |
les lois coordonnées relatives aux allocations familiales pour | tot wijziging van de samengeordende wetten betreffende de |
travailleurs salariés » visait à éliminer un certain nombre | kinderbijslag voor loonarbeiders » ertoe strekte een aantal anomalieën |
d'anomalies dans le régime des prestations familiales pour | in de gezinsbijslagregeling voor werknemers te elimineren teneinde |
travailleurs salariés afin de tenir compte de la charge familiale | rekening te houden met de reële gezinslast van de bijslagtrekkende, |
réelle de l'allocataire, le rapport au Roi précédant cet arrêté royal | preciseerde het verslag aan de Koning dat dit koninklijk besluit |
précisait que « tant pour l'ouverture du droit aux allocations | voorafgaat, dat « zoals voor de opening van het recht op kinderbijslag |
familiales par l'attributaire que pour déterminer le montant total des | door de rechthebbende, als voor het bepalen van het totaal bedrag van |
allocations familiales, il ne sera pas tenu compte de l'orphelin | de gezinsbijslag geen rekening gehouden zal worden met de wees die |
attributaire d'allocations familiales aux taux majorés qui possède en | rechthebbend is op de verhoogde wezenbijslag, die een autonoom recht |
fait un droit autonome et à un taux uniforme » (Moniteur belge 12 | bezit maar een eenvormig bedrag » (Belgisch Staatsblad 12 januari |
janvier 1983, p. 371). | 1983, p. 371). |
Ce même rapport poursuivait : « Par contre, il sera tenu compte du | Datzelfde verslag luidde voorts : « Daarentegen zal wel rekening |
fait que l'orphelin se trouve dans le ménage, lorsque par exemple la | gehouden worden met het feit dat de wees zich in het gezin bevindt, |
veuve est remariée et a des enfants de son deuxième mariage pour | wanneer bijvoorbeeld de weduwe hertrouwd is en kinderen heeft uit het |
déterminer ainsi le montant de l'allocation d'orphelin au barème | tweede huwelijk, om het bedrag van de wezenbijslag aan het gewone |
ordinaire en fonction de la charge familiale réelle du nouveau ménage | barema aldus te kunnen bepalen in funktie van de reële gezinslast van |
» (ibid. ). | het nieuwe gezin » (ibid. ). |
In het verslag aan de Koning dat het in B.5 vermelde koninklijk | |
Dans le rapport au Roi précédant l'arrêté royal du 21 avril 1997 cité | besluit van 21 april 1997 voorafgaat, waarbij de tekst van het huidige |
en B.5, qui introduit le texte de l'actuel article 42 en cause, il est | in het geding zijnde artikel 42 wordt ingevoerd, wordt vastgesteld dat |
précisé que « comme précédemment, l'orphelin bénéficiaire | « zoals voorheen [...] de rechthebbende wees tegen de verhoogde |
d'allocations familiales majorées est exclu du groupement » (Moniteur | kinderbijslag [wordt] uitgesloten van de groepering » (Belgisch |
belge 30 avril 1997, p. 10515). | Staatsblad 30 april 1997, p. 10515). |
B.7.4. Le principe d'absence de prise en compte des bénéficiaires | B.7.4. Het beginsel dat bij de berekening van de kinderbijslag, waarin |
d'allocations d'orphelin dans le calcul des allocations familiales, | is voorzien sinds de invoering van de wezenbijslag, geen rekening |
prévu depuis la création des allocations d'orphelin, est la | wordt gehouden met diegenen die wezenbijslag genieten, is het gevolg |
conséquence du choix du législateur d'accorder aux orphelins un droit | van de keuze van de wetgever om aan de wezen een autonoom recht op een |
autonome à une allocation spéciale à un taux majoré. | bijzondere bijslag tegen een verhoogd tarief toe te kennen. |
Si, outre le taux majoré dont ils bénéficient, les orphelins devaient | Indien de wezen, naast het verhoogde tarief waarop ze recht geven, in |
entrer en ligne de compte pour la détermination du rang des autres | aanmerking worden genomen voor de rangbepaling van de andere kinderen |
enfants du ménage, il en résulterait des implications financières qui | van het gezin, zouden daaruit financiële implicaties voortvloeien die |
dépasseraient l'objectif spécifique poursuivi lorsque le législateur a | de specifieke doelstelling zouden overschrijden die werd nagestreefd |
décidé d'accorder une attention particulière aux orphelins et a | toen de wetgever heeft beslist om bijzondere aandacht te besteden aan |
déterminé le taux de la majoration d'allocation qui leur était | de wezen en het verhoogde tarief heeft vastgesteld voor de bijslag die |
accordée. | hun werd toegekend. |
Compte tenu de ce qui précède, la circonstance qu'un orphelin ne soit | Rekening houdende met wat voorafgaat, is de omstandigheid dat een wees |
pas pris en compte pour le groupement autour de l'allocataire n'est | niet in aanmerking wordt genomen voor de gezinshereniging rond de |
donc pas discriminatoire. | bijslagtrekkende dus niet discriminerend. |
B.8. Pour le surplus, l'exclusion de l'enfant bénéficiaire d'une | B.8. Voor het overige heeft, wat betreft de vaststelling van de rang, |
allocation d'orphelin pour la détermination du rang n'a pas d'effets | de uitsluiting van het kind dat wezenbijslag geniet geen onevenredige |
disproportionnés au regard de l'objectif poursuivi par la notion de | gevolgen ten aanzien van het met het begrip rang nagestreefde doel, |
rang, à savoir considérer que l'augmentation des charges est | namelijk ervan uitgaan dat de verhoging van de kosten rechtstreeks |
corrélative à l'augmentation de la taille de la famille, dès lors que | verband houdt met het groter worden van het gezin, aangezien het |
le montant de cette allocation majorée d'orphelin est de nature à | bedrag van die verhoogde wezenbijslag van dien aard is dat het feit |
compenser l'absence de prise en compte, pour la détermination du rang, | dat, voor de vaststelling van de rang, geen rekening wordt gehouden |
des enfants qui bénéficient de l'allocation au taux majoré pour | met de kinderen die de verhoogde wezenbijslag genieten, wordt |
orphelin. | gecompenseerd. |
B.9. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.9. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 42, § 3, des lois relatives aux allocations familiales pour | Artikel 42, § 3, van de bij koninklijk besluit van 19 december 1939 |
travailleurs salariés, coordonnées par arrêté royal du 19 décembre | samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders |
1939, ne viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 1er mars 2006. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 1 maart 2006. |
Le greffier, Le président, | De griffier, De voorzitter, |
L. Potoms. M. Melchior. | L. Potoms. M. Melchior. |