← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 56/2006 du 19 avril 2006 Numéro du rôle : 3727 En cause :
le recours en annulation du décret de la Région flamande du 17 décembre 2004 « portant confirmation des
autorisations urbanistiques accordées par le Gouvernemen La Cour d'arbitrage, composée
des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. Martens, R.(...)"
Extrait de l'arrêt n° 56/2006 du 19 avril 2006 Numéro du rôle : 3727 En cause : le recours en annulation du décret de la Région flamande du 17 décembre 2004 « portant confirmation des autorisations urbanistiques accordées par le Gouvernemen La Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. Martens, R.(...) | Uittreksel uit arrest nr. 56/2006 van 19 april 2006 Rolnummer 3727 In zake : het beroep tot vernietiging van het decreet van het Vlaamse Gewest van 17 december 2004 « houdende bekrachtiging van de stedenbouwkundige vergunningen verleend doo Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters P. Mart(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 56/2006 du 19 avril 2006 | Uittreksel uit arrest nr. 56/2006 van 19 april 2006 |
Numéro du rôle : 3727 | Rolnummer 3727 |
En cause : le recours en annulation du décret de la Région flamande du | In zake : het beroep tot vernietiging van het decreet van het Vlaamse |
17 décembre 2004 « portant confirmation des autorisations | Gewest van 17 december 2004 « houdende bekrachtiging van de |
urbanistiques accordées par le Gouvernement flamand le 12 novembre | stedenbouwkundige vergunningen verleend door de Vlaamse Regering op 12 |
2004 en application du décret du 14 décembre 2001 pour quelques permis | november 2004 in toepassing van het decreet van 14 december 2001 voor |
de bâtir auxquels s'appliquent des raisons obligatoires de grand | enkele bouwvergunningen waarvoor dwingende redenen van groot algemeen |
intérêt public », introduit par la commune de Beveren et autres. | belang gelden », ingesteld door de gemeente Beveren en anderen. |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges P. | samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters |
Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. Lavrysen, A. Alen, | P. Martens, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, L. Lavrysen, A. |
J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke et J. Spreutels, assistée du | Alen, J.-P. Snappe, J.-P. Moerman, E. Derycke en J. Spreutels, |
greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Arts, | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Arts, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet du recours et procédure | I. Onderwerp van het beroep en rechtspleging |
Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 18 | Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 18 juni 2005 |
juin 2005 et parvenue au greffe le 20 juin 2005, un recours en | ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 20 juni |
2005, is beroep tot vernietiging ingesteld van het decreet van het | |
annulation du décret de la Région flamande du 17 décembre 2004 « | Vlaamse Gewest van 17 december 2004 « houdende bekrachtiging van de |
portant confirmation des autorisations urbanistiques accordées par le | |
Gouvernement flamand le 12 novembre 2004 en application du décret du | stedenbouwkundige vergunningen verleend door de Vlaamse Regering op 12 |
14 décembre 2001 pour quelques permis de bâtir auxquels s'appliquent | november 2004 in toepassing van het decreet van 14 december 2001 voor |
des raisons obligatoires de grand intérêt public » (publié au Moniteur | enkele bouwvergunningen waarvoor dwingende redenen van groot algemeen |
belge du 20 décembre 2004, deuxième édition) a été introduit par la | belang gelden » (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 20 |
december 2004, tweede editie) door de gemeente Beveren, J. Creve, | |
commune de Beveren, J. Creve, demeurant à 9130 Kieldrecht, Oud | wonende te 9130 Kieldrecht, Oud Arendberg 111, M. Vergauwen, wonende |
te 9130 Doel, Camermanstraat 12, R. Van Buel, wonende te 9130 Doel, | |
Arendberg 111, M. Vergauwen, demeurant à 9130 Doel, Camermanstraat 12, | Engelsesteenweg 80, M. Rijssens, wonende te 9130 Doel, Engelsesteenweg |
R. Van Buel, demeurant à 9130 Doel, Engelsesteenweg 80, M. Rijssens, | 80, L. Adriaenssen, wonende te 9130 Doel, Vissersstraat 11, G. |
demeurant à 9130 Doel, Engelsesteenweg 80, L. Adriaenssen, demeurant à | Adriaenssen, wonende te 9130 Doel, Vissersstraat 11, I. Tempelaer, |
9130 Doel, Vissersstraat 11, G. Adriaenssen, demeurant à 9130 Doel, | wonende te 9130 Doel, Vissersstraat 11, C. Coolen, wonende te 9130 |
Vissersstraat 11, I. Tempelaer, demeurant à 9130 Doel, Vissersstraat | |
11, C. Coolen, demeurant à 9130 Doel, Scheldemolenstraat 87, H. Van | Doel, Scheldemolenstraat 87, H. Van Reeth, wonende te 9130 Kieldrecht, |
Reeth, demeurant à 9130 Kieldrecht, Oud Arendberg 111, J. Soetens, | Oud Arendberg 111, J. Soetens, wonende te 9130 Doel, Camermanstraat |
demeurant à 9130 Doel, Camermanstraat 12, G. Van De Walle, demeurant à | 12, G. Van De Walle, wonende te 9130 Doel, Scheldemolenstraat 61, M. |
9130 Doel, Scheldemolenstraat 61, M. Apers, demeurant à 9130 Doel, | |
Scheldemolenstraat 61, I. De Paepe, demeurant à 9130 Doel, | Apers, wonende te 9130 Doel, Scheldemolenstraat 61, I. De Paepe, |
Scheldemolenstraat 65, H. Barbieres, demeurant à 9130 Doel, | wonende te 9130 Doel, Scheldemolenstraat 65, H. Barbieres, wonende te |
9130 Doel, Hooghuisstraat 13, E. Peeters, wonende te 9130 Doel, | |
Hooghuisstraat 13, E. Peeters, demeurant à 9130 Doel, Hooghuisstraat | Hooghuisstraat 13, C. Kimpe, wonende te 9130 Doel, Vissersstraat 21, |
13, C. Kimpe, demeurant à 9130 Doel, Vissersstraat 21, J. Malcorps, | J. Malcorps, wonende te 9130 Doel, Camermanstraat 11, C. De Wael, |
demeurant à 9130 Doel, Camermanstraat 11, C. De Wael, demeurant à 9130 | wonende te 9130 Doel, Pastorijstraat 28, W. De Nijs, wonende te 9130 |
Doel, Pastorijstraat 28, W. De Nijs, demeurant à 9130 Doel, | Doel, Pastorijstraat 28, H. Orleans, wonende te 9130 Doel, |
Pastorijstraat 28, H. Orleans, demeurant à 9130 Doel, Camermanstraat | Camermanstraat 11, S. Collier, wonende te 9130 Doel, Engelsesteenweg |
11, S. Collier, demeurant à 9130 Doel, Engelsesteenweg 100, Jeanne De | 100, Jeanne De Paepe, wonende te 9130 Doel, Scheldemolenstraat 65, |
Paepe, demeurant à 9130 Doel, Scheldemolenstraat 65, Jerome De Paepe, | Jerome De Paepe, wonende te 9130 Doel, Scheldemolenstraat 65, C. De |
demeurant à 9130 Doel, Scheldemolenstraat 65, C. De Cleene, demeurant | Cleene, wonende te 9130 Doel, Engelsesteenweg 62, P. Loncelle, wonende |
à 9130 Doel, Engelsesteenweg 62, P. Loncelle, demeurant à 9130 Doel, | te 9130 Doel, Engelsesteenweg 44, G. Maesen, wonende te 9130 Doel, |
Engelsesteenweg 44, G. Maesen, demeurant à 9130 Doel, Engelsesteenweg | Engelsesteenweg 68, R. Van Mol, wonende te 9130 Doel, Hertog |
68, R. Van Mol, demeurant à 9130 Doel, Hertog Prosperstraat 4, F. | Prosperstraat 4, F. Verhulst, wonende te 9130 Doel, Hertog |
Verhulst, demeurant à 9130 Doel, Hertog Prosperstraat 4, O. Van As, | Prosperstraat 4, O. Van As, wonende te 9130 Doel, Engelsesteenweg 63, |
demeurant à 9130 Doel, Engelsesteenweg 63, B. De Bock, demeurant à | B. De Bock, wonende te 9130 Doel, Zoetenberm 26, A. Collier, wonende |
9130 Doel, Zoetenberm 26, A. Collier, demeurant à 9130 Kieldrecht, Oud | te 9130 Kieldrecht, Oud Arendberg 118, J. De Vriendt, wonende te 9130 |
Arendberg 118, J. De Vriendt, demeurant à 9130 Doel, Engelsesteenweg | Doel, Engelsesteenweg 8, G. Gillis, wonende te 9130 Doel, |
8, G. Gillis, demeurant à 9130 Doel, Vissersstraat 33, et B. Brijs, | Vissersstraat 33, en B. Brijs, wonende te 9130 Doel, |
demeurant à 9130 Doel, Scheldemolenstraat 51. | Scheldemolenstraat 51. |
(...) | (...) |
II. En droit | II. In rechte |
(...) | (...) |
Quant aux dispositions attaquées | Ten aanzien van de bestreden bepalingen |
B.1. Le recours en annulation est dirigé contre le décret de la Région | B.1. Het beroep tot vernietiging is gericht tegen het decreet van het |
flamande du 17 décembre 2004 « portant confirmation des autorisations | Vlaamse Gewest van 17 december 2004 « houdende bekrachtiging van de |
urbanistiques accordées par le Gouvernement flamand le 12 novembre | stedenbouwkundige vergunningen verleend door de Vlaamse Regering op 12 |
2004 en application du décret du 14 décembre 2001 pour quelques permis | november 2004 in toepassing van het decreet van 14 december 2001 voor |
de bâtir auxquels s'appliquent des raisons obligatoires de grand | enkele bouwvergunningen waarvoor dwingende redenen van groot algemeen |
intérêt public » (Moniteur belge du 20 décembre 2004, deuxième | belang gelden » (Belgisch Staatsblad van 20 december 2004, tweede |
édition). Ce décret est libellé comme suit : | editie). Dat decreet luidt als volgt : |
« Article 1er.Le présent décret règle une matière régionale. |
« Artikel 1.Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid. |
Art. 2.Les [...] autorisations urbanistiques [suivantes] accordées |
Art. 2.De volgende stedenbouwkundige vergunningen, verleend door de |
par le Gouvernement flamand le 12 novembre 2004, sont confirmées : | Vlaamse Regering op 12 november 2004, worden bekrachtigd : |
1° l'autorisation urbanistique pour l'exécution de travaux de voirie | 1° de stedenbouwkundige vergunning voor het uitvoeren van wegenis- en |
et d'égouts parmi lesquels : | rioleringswerken waaronder : |
- aménagement d'un rond-point 'St.-Antoniusweg' y compris le tunnel | - aanleg van een rotonde St.-Antoniusweg met inbegrip van fietstunnel |
pour cyclistes et raccordement sud au ring; | en zuidelijke aansluiting ringweg; |
- réaménagement du 'St.-Antoniusweg' y compris le carrefour sud | - herinrichting St.-Antoniusweg met inbegrip van zuidelijk kruispunt |
'Molenweg' et aménagement d'une piste cyclable; | Molenweg en aanleg van een fietspad; |
- aménagement d'une route parallèle au sud du 'St.-Antoniusweg' | - aanleg van een parallelweg ten zuiden van de heringerichte |
réaménagé; | St.-Antoniusweg; |
- réaménagement (déplacement partiel) 'Geslecht, Molenweg et | - herinrichting (deels verplaatsing) Geslecht, Molenweg en |
St.-Annalaan'; | St.-Annalaan; |
- aménagement d'égouts à l'ouest d'Indaver, par le rond-point vers la | - aanleg riolering ten westen van Indaver, via rotonde naar het |
darse nord y compris la construction d'une construction d'évacuation | noordelijk insteekdok met inbegrip van de bouw van een |
des eaux; | uitwateringsconstructie; |
- aménagement d'une assise de chemin de fer au sud du | - aanleg spoorzate ten zuiden van St.-Antoniusweg, richting spoorzate |
'St.-Antoniusweg'; | Liefkenshoek; |
2° l'autorisation urbanistique pour l'aménagement d'un rond-point au | 2° de stedenbouwkundige vergunning voor het aanleggen van een rotonde |
carrefour du 'Hazopweg' et la 'Steenlandlaan' y compris le [dépavage] | op de kruising van de Hazopweg en Steenlandlaan met inbegrip van het |
d'une partie de la 'Steenlandlaan' en vue du désenclavement de la | opbreken van een gedeelte van de Steenlandlaan voor de ontsluiting van |
'Waaslandhaven Zuid'; | de Waaslandhaven Zuid; |
3° l'autorisation urbanistique pour l'aménagement d'une route de | 3° de stedenbouwkundige vergunning voor de aanleg van een |
communication entre le 'Geslecht' et la digue de l'Escaut et pour | verbindingsweg tussen het Geslecht en de Scheldedijk en de aanleg van |
l'aménagement d'une voie en cul-de-sac à partir du faisceau 'Kalis' (assise et rails); | een doodloper vanuit Kalisbundel noordwaarts (spoorzaten en sporen); |
4° l'autorisation urbanistique pour l'aménagement d'une zone de | 4° de stedenbouwkundige vergunning voor de aanleg van het |
prairies destinées à l'avifaune 'Doelpolder Noord' et de la crique | weidevogelgebied Doelpolder Noord en de kreek in Buffer Noord met |
dans le 'Buffer Noord', la réalisation d'une construction d'entrée et de sortie des [...] eaux de l'Escaut dans la digue de l'Escaut, un pont à travers la crique au droit du 'Oostlangeweg', l'aménagement d'une digue et d'un fossé de polder. En vue de la gestion des eaux de la zone, deux barrages sont construits entre la crique et la zone de prairies destinées à l'avifaune, l'évacuation des eaux existante est fermée et un nouveau conduit d'évacuation des eaux usées vers le sud est aménagé le long du 'Oostlangeweg' ». Quant à l'exception d'irrecevabilité B.2.1. Le Gouvernement flamand fait valoir que les parties requérantes n'ont aucun intérêt au recours en annulation parce qu'on ne peut apercevoir en quoi les préjudices allégués par elles seraient causés par le décret de confirmation attaqué. B.2.2. Le recours en annulation des parties requérantes contient un exposé des faits dont il doit apparaître qu'il est porté atteinte à leurs intérêts. Le préjudice qu'elles décrivent ne porte pas seulement sur leurs intérêts en matière de conditions de logement, d'environnement, de santé, de sécurité et de viabilité, mais également | onder meer het uitgraven van een kreek, de realisatie van een in- en uitlaatconstructie voor het Scheldewater in de Scheldedijk, een overbrugging van de kreek in de Oostlangeweg, de aanleg van een dijk en een poldergracht. Voor de waterhuishouding van het gebied worden 2 stuwen gebouwd op de overgang tussen de kreek en het weidevogelgebied, wordt de bestaande afwatering afgesloten en wordt een nieuwe afvalwaterleiding naar het zuiden gelegd langsheen de Oostlangeweg »; Ten aanzien van de exceptie van niet-ontvankelijkheid B.2.1. De Vlaamse Regering voert aan dat de verzoekende partijen geen belang hebben bij het beroep tot vernietiging omdat niet kan worden ingezien hoe de door de verzoekende partijen aangevoerde nadelen door het bestreden bekrachtigingsdecreet zouden worden veroorzaakt. B.2.2. De verzoekende partijen zetten in hun beroep tot vernietiging de feiten uiteen waaruit moet blijken dat zij in hun belangen worden geschaad. Het door hen beschreven nadeel heeft niet uitsluitend betrekking op hun belangen inzake woonklimaat, leefmilieu, gezondheid, |
sur leurs intérêts en ce qui concerne la procédure qui a été suivie | veiligheid en leefbaarheid, maar eveneens op hun belangen met |
pour octroyer les permis de bâtir, dont le décret de confirmation | betrekking tot de procedure die werd gevolgd om de bouwvergunningen te |
entrepris constitue un élément indissociable. Il découle de l'article | verlenen, waarvan het bestreden bekrachtigingsdecreet een |
5 du décret du 14 décembre 2001, qui constitue le fondement de la confirmation, le 17 décembre 2004, des permis d'urbanisme délivrés, qu'en cas d'annulation du décret de confirmation, les permis d'urbanisme en question, devenus normes législatives, devront eux aussi être réputés n'avoir pas été délivrés. B.2.3. Selon le Gouvernement flamand, les parties requérantes ne peuvent être lésées par des permis qui ont été délivrés aux fins de permettre les mesures de compensations environnementales prévues par le décret attaqué. | onlosmakelijk onderdeel vormt. Uit artikel 5 van het decreet van 14 december 2001, dat de grondslag vormt op basis waarvan de verleende stedenbouwkundige vergunningen op 17 december 2004 konden worden bekrachtigd, vloeit voort dat, bij een eventuele vernietiging van het bekrachtigingsdecreet, ook de bedoelde stedenbouwkundige vergunningen, die wetskrachtige normen zijn geworden, zullen moeten worden geacht niet te zijn verleend. B.2.3. Volgens de Vlaamse Regering kunnen de verzoekende partijen niet worden benadeeld door vergunningen die zijn verleend om de natuurcompenserende maatregelen te verwezenlijken waarin het bestreden decreet voorziet. |
B.2.4. Le décret du 14 décembre 2001, le décret attaqué et les permis | B.2.4. Uit het decreet van 14 december 2001, het bestreden decreet en |
de bâtir que ce dernier confirme ainsi que toutes les mesures | de daarbij bekrachtigde bouwvergunningen en alle decretale en andere |
décrétales et autres prises pour respecter et exécuter en particulier | maatregelen genomen om inzonderheid de vogel- en habitatrichtlijnen in |
les directives concernant les oiseaux et les habitats naturels font | |
apparaître la corrélation entre, d'une part, les permis de bâtir | acht te nemen en uit te voeren, blijkt de samenhang tussen, enerzijds, |
visant à réaliser les objectifs qui ont eu pour effet de déclarer « de | de bouwvergunningen ter verwezenlijking van de doelstellingen waardoor |
grand intérêt général et stratégique obligatoire » les travaux, | de werken, handelingen en inrichtingen om het Deurganckdok aan te |
opérations et aménagements destinés à construire et rendre | leggen en operationeel te maken « van dwingend groot algemeen en |
opérationnel le « Deurganckdok » afin de justifier une dérogation aux | strategisch belang » werden verklaard om een afwijking van de |
procédures existantes et, d'autre part, les permis de bâtir destinés à | bestaande procedures te verantwoorden, en, anderzijds, de |
réaliser des mesures de compensations environnementales et de | bouwvergunningen ter realisatie van natuurcompenserende en |
viabilité. En outre, les griefs ne sont pas exclusivement dirigés | leefbaarheidsmaatregelen. Bovendien zijn de grieven niet uitsluitend |
contre les objectifs matériels des permis litigieux délivrés, mais | gericht tegen de inhoudelijke doelstellingen van de bedoelde verleende |
tout autant contre la procédure qui a été suivie, dont le caractère | vergunningen, doch evenzeer tegen de gevolgde procedure, waarvan het |
discriminatoire est allégué. | discriminatoire karakter wordt aangevoerd. |
B.2.5. L'exception est rejetée. | B.2.5. De exceptie wordt verworpen. |
Quant au fond | Ten gronde |
Premier moyen | Eerste middel |
B.3. Dans le premier moyen, les parties requérantes font valoir que | B.3. In het eerste middel voeren de verzoekende partijen aan dat |
artikel 2 van het bestreden decreet een schending inhoudt van de | |
l'article 2 du décret attaqué viole les articles 10, 11, 13, 22 et 23 | artikelen 10, 11, 13, 22 en 23 van de Grondwet, al dan niet in |
de la Constitution, lus ou non en combinaison avec les articles 6 et 8 | samenhang gelezen met de artikelen 6 en 8 van het Europees Verdrag |
de la Convention européenne des droits de l'homme, avec l'article 14 | voor de Rechten van de Mens, met artikel 14 van het Internationaal |
du Pacte international relatif aux droits civils et politiques et avec | Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten en met het verbod op |
l'interdiction du détournement de pouvoir. | machtsafwending. |
Le premier moyen se compose de deux branches; la deuxième branche | Het eerste middel bestaat uit twee onderdelen; het tweede onderdeel |
comprend deux sous-branches. | omvat twee subonderdelen. |
Première branche | Eerste onderdeel |
B.4. Dans une première branche, les parties requérantes dénoncent la | B.4. In een eerste onderdeel voeren de verzoekende partijen de |
violation des articles 10 et 11 de la Constitution par l'article 2 du | schending aan van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet door artikel 2 |
décret attaqué, en ce que, du fait de la confirmation décrétale des | van het bestreden decreet, doordat ingevolge de decretale |
permis d'urbanisme, il est dérogé, sans justification objective et | bekrachtiging van de stedenbouwkundige vergunningen, zonder objectieve |
raisonnable, aux règles de droit commun en matière de modification des | en redelijke verantwoording wordt afgeweken van de gemeenrechtelijke |
plans d'aménagement et d'octroi des permis d'urbanisme et d'autres | regels inzake het wijzigen van plannen van aanleg en het verlenen van |
autorisations. | stedenbouwkundige en andere vergunningen. |
B.5. Par le décret attaqué, et en particulier son article 2, le | B.5. Met het bestreden decreet, inzonderheid artikel 2, heeft de |
législateur décrétal flamand a appliqué la procédure de confirmation | Vlaamse decreetgever toepassing gemaakt van de bekrachtigingsprocedure |
prescrite par l'article 5 du décret du 14 décembre 2001 « pour | die werd voorgeschreven in artikel 5 van het decreet van 14 december |
quelques permis de construire pour lesquels valent des raisons | 2001 « voor enkele bouwvergunningen waarvoor dwingende redenen van |
[impérieuses] d'intérêt général ». Ce décret a déjà été attaqué par | groot algemeen belang gelden ». Dat decreet werd reeds bestreden met |
des recours en annulation que la Cour a rejetés par son arrêt n° | beroepen tot vernietiging die door het Hof werden verworpen bij het |
94/2003 du 2 juillet 2003. | arrest nr. 94/2003 van 2 juli 2003. |
B.6.1. Ainsi que la Cour l'a jugé dans cet arrêt et l'a répété dans | B.6.1. Zoals het Hof in dat arrest oordeelde en in het arrest nr. |
l'arrêt n° 151/2003, il n'était pas incompatible avec les articles 10 | 151/2003 heeft herhaald, was het niet onbestaanbaar met de artikelen |
et 11 de la Constitution que le législateur décrétal prévoie une | 10 en 11 van de Grondwet, dat de decreetgever voorzag in een procedure |
procédure dans laquelle le Gouvernement flamand et, le cas échéant, | waarbij de Vlaamse Regering, en in voorkomend geval andere |
d'autres autorités compétentes pour délivrer des permis, soient | vergunningverlenende overheden, werden gemachtigd om, bij het verlenen |
autorisés à déroger aux affectations prévues par les plans | van de stedenbouwkundige en andere vergunningen voor een reeks werken, |
d'aménagement, lors de l'octroi de permis d'urbanisme et d'autres | handelingen en inrichtingen waardoor het Deurganckdok kon worden |
permis pour une série de travaux, d'opérations et d'aménagements | aangelegd en operationeel gemaakt en die op grond van de in B.9.2 van |
permettant de construire et de rendre opérationnel le « Deurganckdok | het arrest nr. 94/2003 vermelde redenen van « dwingend groot algemeen |
», et qui, pour les motifs mentionnés en B.9.2 de l'arrêt n° 94/2003, | en strategisch belang verklaard » waren, een uitzondering te maken op |
avaient été déclarés « de grand intérêt général et stratégique | de bestemmingen van de plannen van aanleg. Die machtiging werd evenwel |
obligatoire ». Cette autorisation a toutefois été accordée uniquement | |
« en raison de l'intérêt général et stratégique exceptionnel des | slechts verleend « omwille van het uitzonderlijk algemeen en |
travaux limitativement énumérés » (Doc. parl., Parlement flamand, | strategisch belang van de limitatief opgesomde werken » (Parl. St., |
2001-2002, n° 872/1, p. 17). En outre, l'autorisation accordée était | Vlaams Parlement, 2001-2002, nr. 872/1, p. 17). De verleende |
limitée, d'une part, quant à son objet et, d'autre part, quant à sa | machtiging was beperkt, enerzijds, wat het voorwerp betreft en, |
durée de validité (ibid., p. 5). | anderzijds, wat de geldigheidsduur betreft (ibid., p. 5). |
La Cour a aussi jugé que les articles 10 et 11 de la Constitution | Het Hof oordeelde tevens dat de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
n'étaient pas non plus violés en tant que l'article 5 du décret | evenmin waren geschonden in zoverre in artikel 5 van het voormelde |
précité du 14 décembre 2001 prescrivait une procédure particulière de | decreet van 14 december 2001 een bijzondere procedure werd |
contrôle par le Parlement flamand, sous forme de confirmation, laquelle peut à son tour être contestée par un recours en annulation auprès de la Cour. B.6.2. Les parties requérantes critiquent la manière dont le Parlement flamand a utilisé, lors de la confirmation des permis d'urbanisme, le pouvoir de contrôle qui lui était conféré par le décret du 14 décembre 2001. La Cour constate, à l'instar de ce qu'elle a déjà fait dans l'arrêt n° 151/2003, que le Parlement flamand a appliqué la procédure de | voorgeschreven waarbij middels de bekrachtiging een controle door het Vlaams Parlement wordt ingesteld, die zelf met een beroep tot vernietiging bij het Hof kan worden betwist. B.6.2. De verzoekende partijen bekritiseren de wijze waarop het Vlaams Parlement bij de bekrachtiging van de stedenbouwkundige vergunningen gebruik heeft gemaakt van de controlebevoegdheid die het Vlaams Parlement bij het decreet van 14 december 2001 werd verleend. Het Hof stelt vast, zoals het ook in het arrest nr. 151/2003 reeds heeft gedaan, dat het Vlaams Parlement toepassing heeft gemaakt van de bekrachtigingsprocedure voorgeschreven in artikel 5 van het decreet |
confirmation prescrite par l'article 5 du décret du 14 décembre 2001, | van 14 december 2001, met toepassing van de daarbij vastgestelde |
dans le respect des conditions y afférentes. Il ressort des travaux | voorwaarden. Uit de parlementaire voorbereiding (Parl. St., Vlaams |
préparatoires (Doc. parl., Parlement flamand, 2004-2005, n° 125/2, p. | Parlement, 2004-2005, nr. 125/2, p. 12) blijkt dat over elk van de |
verschillende bouwvergunningen die dienden te worden bekrachtigd een | |
12) que chacun des différents permis de bâtir à confirmer a pu faire | inhoudelijk debat kon worden gevoerd. Het Hof is niet bevoegd om te |
l'objet d'un débat de fond. La Cour n'est pas compétente pour juger de | oordelen over de intensiteit van de door een wetgevende vergadering |
la rigueur du contrôle exercé par une assemblée législative, ni en | uitgeoefende controle, noch in beginsel om zich uit te spreken over |
principe pour se prononcer sur son fonctionnement interne. | haar interne werking. |
B.7.1. Les parties requérantes soutiennent encore qu'il ne serait plus | B.7.1. De verzoekende partijen voeren nog aan dat het niet meer |
raisonnable, trois ans après l'adoption du décret du 14 décembre 2001, | redelijk zou zijn om drie jaar na het aannemen van het decreet van 14 |
d'encore délivrer et confirmer des permis de bâtir sur la base de ce | december 2001 nog bouwvergunningen af te geven en te bekrachtigen op |
décret. Dans ces circonstances, il ne pourrait plus être question | grond van dat decreet. In die omstandigheden zou van een beperkte |
d'une durée de validité limitée de l'autorisation de faire une | geldigheidsduur van de machtiging om een uitzondering te maken op de |
exception aux affectations des plans d'aménagement - comme il est | bestemmingen van de plannen van aanleg - zoals in de arresten nrs. |
indiqué dans les arrêts nos 94/2003 et 151/2003. | 94/2003 en 151/2003 aangegeven - geen sprake meer kunnen zijn. |
Bovendien werd op de dag van de afgifte van de stedenbouwkundige | |
vergunningen - 12 november 2004 - het gewestelijk ruimtelijk | |
En outre, le plan d'exécution spatial régional « Waaslandhaven fase 1 | uitvoeringsplan « Waaslandhaven fase 1 en omgeving » voorlopig |
en omgeving » a été provisoirement fixé le jour de la délivrance des | vastgesteld. Volgens de verzoekende partijen zou het dan ook niet |
permis d'urbanisme, à savoir le 12 novembre 2004. Selon les parties | |
requérantes, il n'aurait dès lors plus été nécessaire d'agir dans | nodig zijn geweest snel op te treden, aangezien het volgen van de |
l'urgence, puisque la procédure de droit commun - qui prévoit déjà une | gemeenrechtelijke procedure - waarin reeds in een afwijkende procedure |
procédure dérogatoire pour de tels travaux (article 103 du décret du | voor dergelijke werken is voorzien (artikel 103 van het decreet van 18 |
18 mai 1999 portant organisation de l'aménagement du territoire) - | mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening) - |
aurait également conduit à délivrer dans les délais les permis requis. | eveneens tot een tijdige afgifte van de vereiste vergunningen zou |
Par ailleurs, selon les parties requérantes, le Gouvernement flamand | hebben geleid. Overigens zou de Vlaamse Regering volgens de |
aurait pu fixer un plan d'exécution spatial depuis longtemps déjà. | verzoekende partijen reeds geruime tijd een ruimtelijk uitvoeringsplan |
hebben kunnen vaststellen. | |
B.7.2. En tant que les parties requérantes critiquent le choix fait | B.7.2. In zoverre de verzoekende partijen kritiek leveren op de keuze |
par le législateur décrétal d'appliquer, en lieu et place de la | die de decreetgever heeft gemaakt om, in plaats van de |
procédure de droit commun prévue par le décret précité du 18 mai 1999, la procédure fixée par le décret du 14 décembre 2001, il n'apparaît pas en quoi les dispositions citées dans le moyen auraient ainsi été violées. En tant que la critique des parties requérantes est dirigée contre le mode d'élaboration du plan d'exécution spatial « Waaslandhaven fase l en omgeving », la Cour n'est pas compétente pour en connaître, étant donné que ce grief ne porte pas sur une norme que la Cour peut contrôler. Pour le reste, on ne saurait déduire du constat que l'autorisation, | gemeenrechtelijke procedure waarin het voormelde decreet van 18 mei 1999 voorziet, de procedure vastgesteld bij het decreet van 14 december 2001 toe te passen, blijkt niet hoe daardoor de in het middel aangehaalde bepalingen zouden zijn geschonden. In zoverre de kritiek van de verzoekende partijen zou zijn gericht tegen de wijze van totstandkoming van het ruimtelijk uitvoeringsplan « Waaslandhaven fase 1 en omgeving » is het Hof niet bevoegd om kennis ervan te nemen, aangezien die grief geen betrekking heeft op een norm die het Hof vermag te toetsen. Voor het overige kan uit de vaststelling dat de machtiging, in het |
prévue dans le décret du 14 décembre 2001, de faire une exception aux affectations des plans d'aménagement a une durée de validité limitée, que celle-ci aurait été excédée en l'espèce. Indépendamment du fait que le décret du 14 décembre 2001 n'a pas fixé de délai dans lequel cette autorisation devait être utilisée, un délai d'environ trois ans ne saurait être qualifié de déraisonnable. Il en est d'autant plus ainsi lorsqu'on tient compte de la complexité de l'affaire. B.8. Le premier moyen en sa première branche ne peut être accueilli. Deuxième branche, sous-branche A | decreet van 14 december 2001, om een uitzondering te maken op de bestemmingen van de plannen van aanleg een beperkte geldigheidsduur heeft, niet worden afgeleid dat die geldigheidsduur te dezen zou zijn overschreden. Nog afgezien van het feit dat in het decreet van 14 december 2001 geen termijn is bepaald binnen welke van zulk een machtiging gebruik dient te worden gemaakt, kan een termijn van ongeveer drie jaren niet als onredelijk worden aangemerkt. Zulks geldt des te meer wanneer rekening wordt gehouden met de complexiteit van de zaak. B.8. Het eerste onderdeel van het eerste middel kan niet worden aangenomen. Tweede onderdeel, subonderdeel A |
B.9.1. Les parties requérantes dénoncent la violation, par le décret | B.9.1. De verzoekende partijen voeren de schending aan, door het |
attaqué, de l'article 13 de la Constitution, lu ou non en combinaison | bestreden decreet, van artikel 13 van de Grondwet, al dan niet in |
avec l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme et | samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de |
avec l'article 14 du Pacte international relatif aux droits civils et | Rechten van de Mens en met artikel 14 van het Internationaal Verdrag |
politiques, en ce que, par suite de la confirmation décrétale, elles ne pourraient plus s'adresser à leurs « juges naturels ». Ces dispositions exigeraient que, lorsqu'un législateur soumet des justiciables à une autre juridiction, cette dérogation fasse l'objet d'une loi matérielle et non d'une loi purement formelle. A défaut d'une loi matérielle, les parties requérantes se verraient privées d'une manière inconstitutionnelle de l'accès au Conseil d'Etat et au juge ordinaire. B.9.2. Le législateur décrétal n'intervient pas dans des procédures juridictionnelles pendantes, étant donné que le décret attaqué ne confirme aucun permis d'urbanisme qui était attaqué devant une instance juridictionnelle au moment de la confirmation. Le décret attaqué confirme seulement les permis d'urbanisme qui pouvaient être délivrés sur la base de l'habilitation conférée par le | inzake burgerrechten en politieke rechten, doordat zij zich ten gevolge van de decretale bekrachtiging niet meer tot hun « natuurlijke rechters » zouden kunnen wenden. Die bepalingen zouden vereisen dat wanneer een wetgever rechtsonderhorigen aan een ander rechtscollege onderwerpt, zulks dient te gebeuren op grond van een materiële wet en niet op grond van een louter formele wet. Bij ontstentenis van een materiële wet zou de verzoekende partijen op een ongrondwettige wijze de toegang tot de Raad van State en de gewone rechter worden ontzegd. B.9.2. De decreetgever grijpt niet in hangende jurisdictionele procedures in, aangezien het bestreden decreet geen stedenbouwkundige vergunningen bekrachtigt die op het ogenblik van de bekrachtiging bij een rechterlijke instantie werden bestreden. Het bestreden decreet bekrachtigt slechts de stedenbouwkundige vergunningen die mochten worden verleend op grond van de machtiging |
décret du 14 décembre 2001. Les tiers intéressés ne sont en outre pas privés du droit d'attaquer devant la Cour les permis d'urbanisme confirmés et ils ont du reste usé de cette faculté en introduisant l'actuel recours. Les parties requérantes ne se voient donc pas privées de leur droit à une protection juridictionnelle effective. Concernant le grief des parties requérantes selon lequel une loi matérielle serait requise pour garantir la protection juridique visée - une loi purement formelle ne suffisant pas -, la Cour considère, ainsi qu'elle l'a déjà jugé dans son arrêt n° 151/2003, que le décret | door het decreet van 14 december 2001. De belanghebbende derden zijn bovendien niet verstoken van het recht om de bekrachtigde stedenbouwkundige vergunningen te betwisten voor het Hof en hebben van die mogelijkheid overigens gebruik gemaakt middels het onderhavige beroep. De verzoekende partijen zijn dus niet beroofd van hun recht op een effectieve jurisdictionele bescherming. Wat betreft de grief van de verzoekende partijen volgens welke om de beoogde rechtsbescherming te waarborgen een materiële wet zou zijn vereist - een louter formele wet zou niet volstaan -, meent het Hof, zoals het reeds in het arrest nr. 151/2003 heeft geoordeeld, dat het |
attaqué constitue la disposition de droit interne requise, ayant une | bestreden decreet de vereiste bepaling van intern recht met algemene |
portée générale et impersonnelle, accessible aux parties requérantes | en onpersoonlijke draagwijdte uitmaakt waarvan de verzoekende partijen |
et énoncée de manière précise, de sorte qu'elles ont pu y adapter leur | kennis konden krijgen en die in duidelijke bewoordingen is gesteld |
comportement. | zodat zij hun gedrag erop hebben kunnen afstemmen. |
B.9.3. Le premier moyen en la sous-branche A de sa deuxième branche ne | B.9.3. Het subonderdeel A van het tweede onderdeel van het eerste |
peut être accueilli. | middel kan niet worden aangenomen. |
Deuxième branche, sous-branche B | Tweede onderdeel, subonderdeel B |
B.10.1. Les parties requérantes dénoncent la violation, par le décret | B.10.1. De verzoekende partijen voeren de schending aan, door het |
attaqué, des articles 22 et 23, 4°, de la Constitution, lus ou non en | bestreden decreet, van de artikelen 22 en 23, 4°, van de Grondwet, al |
combinaison avec l'article 8 de la Convention européenne des droits de | dan niet in samenhang gelezen met artikel 8 van het Europees Verdrag |
voor de Rechten van de Mens, doordat het bestreden | |
l'homme, en ce que le décret de confirmation attaqué enlèverait la | bekrachtigingsdecreet de rechtsbescherming die door de voormelde |
protection juridique offerte par les dispositions précitées. | bepalingen wordt geboden, zou ontnemen. |
B.10.2. Dans son arrêt n° 151/2003 du 26 novembre 2003, la Cour a | B.10.2. Het Hof heeft in zijn arrest nr. 151/2003 van 26 november 2003 |
examiné un moyen analogue pris contre le décret de la Région flamande | een soortgelijk middel, aangevoerd tegen het decreet van het Vlaamse |
du 29 mars 2002 et l'a rejeté dans les termes suivants : | Gewest van 29 maart 2002, onderzocht en het in volgende bewoordingen |
« B.15.1. Les parties requérantes allèguent également la violation des | verworpen : « B.15.1. De verzoekende partijen voeren ook een schending aan van de |
articles 10 et 11 combinés avec l'article 22 de la Constitution et | artikelen 10 en 11, in samenhang gelezen met artikel 22, van de |
avec l'article 8 de la Convention européenne des Droits de l'Homme. | Grondwet en artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de |
B.15.2. L'article 22 de la Constitution dispose : | Mens. B.15.2. Artikel 22 van de Grondwet bepaalt : |
' Chacun a droit au respect de sa vie privée et familiale, sauf dans | ' Ieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé-leven en zijn |
les cas et conditions fixés par la loi. | gezinsleven, behoudens in de gevallen en onder de voorwaarden door de wet bepaald. |
La loi, le décret ou la règle visée à l'article 134 garantissent la | De wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde regel waarborgen de |
protection de ce droit. ' | bescherming van dat recht. ' |
L'article 8 de la Convention européenne des droits de l'homme dispose | Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens bepaalt |
: | : |
' Toute personne a droit au respect de sa vie privée et familiale, de | ' Eenieder heeft recht op eerbiediging van zijn privé leven, zijn |
son domicile et de sa correspondance. | gezinsleven, zijn huis en zijn briefwisseling. |
Il ne peut y avoir ingérence d'une autorité publique dans l'exercice | Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan met betrekking |
de ce droit que pour autant que cette ingérence est prévue par la loi | tot de uitoefening van dit recht dan voor zover bij de wet is voorzien |
et qu'elle constitue une mesure qui, dans une société démocratique, | en in een democratische samenleving nodig is in het belang van 's |
est nécessaire à la sécurité nationale, à la sûreté publique, au | lands veiligheid, de openbare veiligheid, of het economisch welzijn |
bien-être économique du pays, à la défense de l'ordre et à la | van het land, de bescherming van de openbare orde en het voorkomen van |
prévention des infractions pénales, à la protection de la santé ou de | strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden, |
la morale, ou à la protection des droits et libertés d'autrui. ' | of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. ' |
B.15.3. Le droit au respect de la vie privée et familiale a pour but | B.15.3. Het recht op de eerbiediging van het privé- en gezinsleven |
essentiel de protéger les personnes contre les ingérences dans leur | heeft als essentieel doel de personen te beschermen tegen inmengingen |
vie privée, leur vie familiale, leur domicile et leur correspondance. | in hun privé-leven, hun gezinsleven, hun woning of hun briefwisseling. |
La proposition qui a précédé l'adoption de l'article 22 de la | Het voorstel dat is voorafgegaan aan de aanneming van artikel 22 van |
Constitution insistait sur ' la protection de la personne, la | de Grondwet beklemtoonde ' de bescherming van de persoon, de erkenning |
reconnaissance de son identité, l'importance de son épanouissement et | van zijn identiteit en de belangrijkheid van zijn ontplooiing en die |
celui de sa famille ' et soulignait la nécessité de protéger la vie | van zijn gezin ' en het onderstreepte de noodzaak om het privé- en |
privée et familiale des ' risques d'ingérence que peuvent constituer, | gezinsleven te beschermen tegen ' inmenging, onder meer als gevolg van |
notamment par le biais de la modernisation constante des techniques de | de onafgebroken ontwikkeling van de informatietechnieken, wanneer |
l'information, les mesures d'investigation, d'enquête et de contrôle | maatregelen van opsporing, onderzoek en controle door de overheid en |
menées par les pouvoirs publics et organismes privés, dans | particuliere instellingen worden uitgevoerd bij het uitoefenen van hun |
l'accomplissement de leurs fonctions ou de leurs activités ' (Doc. | functie of hun activiteit ' (Parl. St., Senaat, B.Z. 1991-1992, nr. |
parl., Sénat, S.E. 1991-1992, n° 100-4/2°, p. 3). | 100-4/2°, p. 3). |
B.15.4. Il ressort en outre des travaux préparatoires de l'article 22 | B.15.4. Uit de parlementaire voorbereiding van artikel 22 van de |
de la Constitution que le Constituant a cherché ' le plus possible la | Grondwet blijkt bovendien dat de Grondwetgever ' een zo groot |
[...] concordance avec l'article 8 de la Convention européenne de | mogelijke concordantie [heeft willen nastreven] met artikel 8 van het |
sauvegarde des droits de l'homme et des libertés fondamentales [...], | Europees Verdrag tot Bescherming van de rechten van de mens en de |
afin d'éviter toute contestation sur le contenu respectif de l'article | fundamentele vrijheden, teneinde betwistingen over de inhoud van dit |
de la Constitution et de l'article 8 de la [Convention] ' (Doc. parl., | Grondwetsartikel respectievelijk artikel 8 van het EVRM te vermijden ' |
Chambre, 1993-1994, n° 997/5, p. 2). | (Parl. St., Kamer, 1993-1994, nr. 997/5, p. 2). |
B.15.5. Il résulte du texte même de l'article 22 de la Constitution | B.15.5. Uit de tekst zelf van artikel 22 van de Grondwet volgt dat de |
que les régions, dans l'exercice de leurs compétences, doivent | gewesten, in de uitoefening van hun bevoegdheden, de eerbiediging van |
garantir le respect de la vie privée. | het privé-leven moeten waarborgen. |
B.15.6. Aucune des mesures confirmées par le décret attaqué ne peut | B.15.6. Geen van de door het bestreden decreet bekrachtigde |
être considérée comme une violation directe de cette disposition ou | maatregelen kan worden beschouwd als een rechtstreekse miskenning van |
une ingérence injustifiée dans l'épanouissement personnel ou familial | die bepaling of als een ongeoorloofde inmenging in de persoonlijke of |
des parties requérantes. | familiale ontwikkeling van de verzoekende partijen. |
Les mesures en cause exercent certes sur celui-ci une influence, | Weliswaar oefenen die maatregelen hierop een invloed uit, die in het |
laquelle est en particulier la conséquence des restrictions précitées | bijzonder het gevolg is van de voormelde eigendomsbeperkingen. Dat |
imposées au droit de propriété. Ceci ne suffit toutefois pas pour | volstaat evenwel niet om te besluiten tot schending van de in het |
conclure à la violation des droits fondamentaux cités dans le moyen. | middel vermelde grondrechten. De decreetgever heeft immers voldaan aan |
En effet, le législateur décrétal remplit toutes les conditions | alle formele en materiële voorschriften die een inmenging zouden |
formelles et matérielles susceptibles de justifier une ingérence. | kunnen verantwoorden. Zo voorziet het bestreden decreet in de vereiste |
C'est ainsi que le décret attaqué prévoit la disposition de droit | bepaling van intern recht met algemene en onpersoonlijke draagwijdte |
interne requise, ayant une portée générale et impersonnelle, | waarvan de verzoekende partijen kennis konden krijgen en die in |
accessible aux parties requérantes et énoncée de manière précise, de | duidelijke bewoordingen is gesteld zodat zij hun gedrag erop hebben |
sorte qu'elles ont pu y adapter leur comportement. En outre, le décret | kunnen afstemmen. Bovendien getuigt het bestreden decreet van het |
attaqué témoigne du caractère nécessaire, dans une société | noodzakelijk karakter, in een democratische samenleving, van de |
démocratique, de l'ingérence, dans l'intérêt du bien-être économique | inmenging, in het belang van de economische welvaart van het gewest |
de la région qui, comme il a déjà été démontré dans l'arrêt n° | die, zoals reeds in het arrest nr. 94/2003 is aangetoond, ook te dezen |
94/2003, est aussi recherché en l'espèce. | wordt nagestreefd. |
B.16.1. Les parties requérantes dénoncent enfin la violation des | B.16.1. De verzoekende partijen voeren ten slotte een schending aan |
articles 10 et 11 combinés avec l'article 23 de la Constitution, en | van de artikelen 10 en 11, in samenhang gelezen met artikel 23, van de |
tant que cet article garantit le droit à la protection d'un | Grondwet, in zoverre dat artikel het recht op de bescherming van een |
environnement sain. | gezond leefmilieu waarborgt. |
B.16.2. L'article 23 de la Constitution dispose : | B.16.2. Artikel 23 van de Grondwet bepaalt : |
' Chacun a le droit de mener une vie conforme à la dignité humaine. | ' Ieder heeft het recht een menswaardig leven te leiden. |
A cette fin, la loi, le décret ou la règle visée à l'article 134 | Daartoe waarborgen de wet, het decreet of de in artikel 134 bedoelde |
garantissent, en tenant compte des obligations correspondantes, les | regel, rekening houdend met de overeenkomstige plichten, de |
droits économiques, sociaux et culturels, et déterminent les | economische, sociale en culturele rechten, waarvan ze de voorwaarden |
conditions de leur exercice. | voor de uitoefening bepalen. |
Ces droits comprennent notamment : | Die rechten omvatten inzonderheid : |
[...] | [...] |
4° le droit à la protection d'un environnement sain; | 4° het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu; |
[...]. ' | [...]. ' |
B.16.3. Conformément à l'article 23 de la Constitution, qui range le | B.16.3. Overeenkomstig artikel 23 van de Grondwet, dat het recht op de |
droit à la protection d'un environnement sain parmi les droits | bescherming van een gezond leefmilieu opneemt onder de economische, |
économiques, sociaux et culturels, il appartient au législateur | sociale en culturele rechten, staat het aan de bevoegde wetgever om de |
compétent de déterminer les conditions d'exercice de ces droits. La manière dont le décret d'habilitation comme le décret de confirmation ont été adoptés fait apparaître que le législateur décrétal a pris les mesures nécessaires pour concilier le droit à la protection d'un environnement sain avec l'objectif qui était à la base des permis de bâtir confirmés. La confirmation des permis de bâtir ne peut dès lors pas être considérée comme une mesure disproportionnée qui autoriserait à conclure à une discrimination des parties requérantes dans l'exercice de leur droit à la protection d'un environnement sain ». B.10.3. Il n'existe, en l'espèce, aucune raison de statuer autrement. | voorwaarden voor de uitoefening van die rechten te bepalen. Uit de wijze waarop zowel het machtigingsdecreet als het bekrachtigingsdecreet tot stand zijn gekomen, blijkt dat de decreetgever de nodige maatregelen heeft genomen om het recht op de bescherming van een gezond leefmilieu te verzoenen met de doelstelling die ten grondslag ligt aan de bekrachtigde bouwvergunningen. De bekrachtiging van de bouwvergunningen kan dan ook niet worden beschouwd als een onevenredige maatregel die het mogelijk zou maken te besluiten tot een discriminatie van de verzoekende partijen in de uitoefening van hun recht op de bescherming van een gezond leefmilieu ». B.10.3. Er zijn te dezen geen redenen om anders te beslissen. |
B.10.4. Le premier moyen en la sous-branche B de sa deuxième branche | B.10.4. Het subonderdeel B van het tweede onderdeel van het eerste |
ne peut être accueilli. | middel kan niet worden aangenomen. |
Second moyen | Tweede middel |
B.11. Les parties requérantes allèguent que le décret attaqué viole | B.11. De verzoekende partijen voeren aan dat het bestreden decreet de |
les règles répartitrices de compétences et les articles 10 et 11 de la | bevoegdheidverdelende regels en de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
Constitution, lus en combinaison avec la répartition constitutionnelle | schendt, in samenhang gelezen met de grondwettelijke |
de compétences entre les pouvoirs législatif et exécutif, laquelle | bevoegdheidsverdeling tussen de wetgevende en de uitvoerende macht, |
trouve notamment son expression dans les articles 33, 36, 37, 39, 107, | die haar uitdrukking onder meer vindt in de artikelen 33, 36, 37, 39, |
115, § 2, et 121, § 2, de la Constitution. | 107, 115, § 2, en 121, § 2, van de Grondwet. |
B.12.1. Dans son arrêt n° 151/2003, la Cour a examiné un moyen | B.12.1. Het Hof heeft in zijn arrest nr. 151/2003 een soortgelijk |
analogue dirigé contre le décret de la Région flamande du 29 mars 2002 | middel, aangevoerd tegen het decreet van het Vlaamse Gewest van 29 |
et l'a rejeté dans les termes suivants : | maart 2002, onderzocht en het in volgende bewoordingen verworpen : |
« B.9.1. La Cour n'est pas compétente pour censurer une disposition qui violerait la répartition des compétences entre le pouvoir législatif et le pouvoir exécutif, sauf si cette violation méconnaît les règles répartitrices de compétences entre l'Etat, les communautés et les régions ou si un législateur, en imposant à une autorité administrative de prendre une mesure qui ne relève pas de la compétence de celle-ci, prive ainsi une catégorie de personnes de l'intervention d'une assemblée démocratiquement élue, prévue par la Constitution. B.9.2. Les parties requérantes se bornent à soutenir que le législateur décrétal flamand aurait exercé une compétence appartenant au Gouvernement flamand, mais elles n'indiquent pas en quoi elles auraient été privées, de manière discriminatoire, d'une garantie constitutionnelle, l'intervention d'une autorité législative étant, au contraire, de nature à renforcer leur protection juridique. | « B.9.1. Het Hof is niet bevoegd om een bepaling te vernietigen die de bevoegdheidsverdeling tussen de wetgevende macht en de uitvoerende macht zou schenden, tenzij die schending indruist tegen de regels inzake de bevoegdheidsverdeling tussen de Staat, de gemeenschappen en de gewesten of tenzij een wetgever, door de administratieve overheid op te dragen een maatregel te nemen die niet onder haar bevoegdheid valt, aldus een categorie van personen uitsluit van het optreden van een democratisch verkozen vergadering, waarin de Grondwet voorziet. B.9.2. De verzoekende partijen beperken zich ertoe aan te voeren dat de Vlaamse decreetgever een bevoegdheid van de Vlaamse Regering zou hebben uitgeoefend, maar zij vermelden niet hoe aan hen op discriminerende wijze een grondwettelijke waarborg zou zijn ontzegd, terwijl het optreden van een wetgevende overheid van dien aard is dat het hun rechtsbescherming bevordert. |
B.9.3. Les articles 36, 37 et 39 de la Constitution, invoqués dans le | B.9.3. De artikelen 36, 37 en 39 van de Grondwet, die in het middel |
moyen, concernent les compétences respectives des pouvoirs fédéraux. | worden aangevoerd, betreffen de respectieve bevoegdheden van de |
Quant aux articles 33, 115, § 2, et 121, § 2, de la Constitution, ils | federale overheden. De artikelen 33, 115, § 2, en 121, § 2, van de |
n'impliquent par eux-mêmes aucune règle répartitrice de compétences au | Grondwet houden op zichzelf geen bevoegdheidverdelende regel in de zin |
sens de l'article 1er, 1°, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la | van artikel 1, 1°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
Cour d'arbitrage. Les parties requérantes n'indiquent pas quelles | Arbitragehof in. De verzoekende partijen tonen niet aan welke andere ' |
autres règles constitutionnelles répartitrices de compétences, pour | bevoegdheidverdelende regels van de Grondwet ', waaraan het Hof vermag |
lesquelles la Cour est compétente, seraient violées ». | te toetsen, zouden zijn geschonden ». |
B.12.2. En tant que le moyen dénonce la différence de protection | B.12.2. In zoverre het middel het verschil in rechtsbescherming |
juridique qui résulte de la confirmation par le décret attaqué des | aanklaagt dat voortvloeit uit de bekrachtiging van de door de Vlaamse |
permis délivrés par le Gouvernement flamand, il se confond avec la | Regering verleende vergunningen door het bestreden decreet, valt het |
sous-branche A de la deuxième branche du premier moyen, déjà examinée | samen met het reeds in B.9.2 onderzochte subonderdeel A van het tweede |
en B.9.2. | onderdeel van het eerste middel. |
B.12.3. Au sujet de la violation alléguée de l'article 107 de la | B.12.3. Wat de aangevoerde schending van artikel 107 van de Grondwet |
Constitution, les parties n'exposent pas et la Cour n'aperçoit pas en | betreft, zetten de partijen niet uiteen en ziet het Hof niet in hoe |
quoi cette disposition de la Constitution pourrait être violée par le | die grondwetsbepaling door het bestreden decreet zou kunnen zijn |
décret attaqué. Au demeurant, l'article 107 de la Constitution concerne des compétences de l'autorité fédérale. B.12.4. Le renvoi par les parties requérantes à l'arrêt n° 99/2004 n'est pas pertinent, étant donné que cet arrêt porte sur une intervention du législateur dans un litige pendant, ce qui n'est pas le cas en l'espèce. B.13. Le second moyen ne peut être accueilli. Par ces motifs, la Cour rejette le recours. Ainsi prononcé en langue néerlandaise, en langue française et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 19 avril 2006. Le greffier, P.-Y. Dutilleux. Le président, | geschonden. Overigens heeft artikel 107 van de Grondwet betrekking op bevoegdheden van de federale overheid. B.12.4. De verwijzing door de verzoekende partijen naar het arrest nr. 99/2004 is niet dienend, aangezien dat arrest betrekking heeft op een optreden van de wetgever in een hangend rechtsgeding, wat te dezen niet het geval is. B.13. Het tweede middel kan niet worden aangenomen. Om die redenen, het Hof verwerpt het beroep. Aldus uitgesproken in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 19 april 2006. De griffier, P.-Y. Dutilleux. De voorzitter, |
A. Arts. | A. Arts. |