Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 141/2005 du 13 septembre 2005 Numéro du rôle : 3187 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 161, 1°bis, du Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe, posée par le Tribunal de premièr La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. Henneuse, M(...)"
Extrait de l'arrêt n° 141/2005 du 13 septembre 2005 Numéro du rôle : 3187 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 161, 1°bis, du Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe, posée par le Tribunal de premièr La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. Henneuse, M(...) Uittreksel uit arrest nr. 141/2005 van 13 september 2005 Rolnummer 3187 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 161, 1°bis, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, gesteld door de Rechtbank van eerste aan Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters R. Henn(...)
COUR D'ARBITRAGE ARBITRAGEHOF
Extrait de l'arrêt n° 141/2005 du 13 septembre 2005 Uittreksel uit arrest nr. 141/2005 van 13 september 2005
Numéro du rôle : 3187 Rolnummer 3187
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 161, 1°bis, In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 161, 1°bis, van
du Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe, posée het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten, gesteld
par le Tribunal de première instance de Bruxelles. door de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel.
La Cour d'arbitrage, Het Arbitragehof,
composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges R. samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters
Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, J.-P. Snappe et E. Derycke, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot, J.-P. Snappe en E. Derycke,
assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président M. bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van
Melchior, voorzitter M. Melchior,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet de la question préjudicielle et procédure I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging
Par jugement du 26 novembre 2004 en cause de l'Université catholique Bij vonnis van 26 november 2004 in zake de « Université catholique de
de Louvain contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au Louvain » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie
greffe de la Cour d'arbitrage le 7 décembre 2004, le Tribunal de van het Arbitragehof is ingekomen op 7 december 2004, heeft de
première instance de Bruxelles a posé la question préjudicielle Rechtbank van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag
suivante : gesteld :
« L'article 161, 1°bis, du Code des droits d'enregistrement, « Schendt artikel 161, 1°bis, van het Wetboek der registratie-,
d'hypothèque et de greffe, interprété comme réservant aux universités hypotheek- en griffierechten, in die zin geïnterpreteerd dat het aan
dépendant des Communautés, à l'exclusion des universités libres de universiteiten die van de gemeenschappen afhangen, met uitsluiting
subventionnées par les Communautés, l'enregistrement gratuit des van de door de gemeenschappen gesubsidieerde vrije universiteiten, de
jugements et des arrêts portant leur condamnation, viole-t-il les kosteloze registratie voorbehoudt van de vonnissen en arresten waarbij
articles 10, 11, 24, § 4, et 172 de la Constitution en ce qu'il crée zij worden veroordeeld, de artikelen 10, 11, 24, § 4, en 172 van de
une différence de traitement entre ces deux catégories d'universités Grondwet, doordat het tussen die twee categorieën van universiteiten
sans qu'apparaissent des motifs objectifs et raisonnables justifiant een verschil in behandeling teweegbrengt zonder dat er objectieve en
redelijke motieven blijken te zijn die een dergelijk verschil
pareille différence ? ». verantwoorden ? ».
(...) (...)
III. En droit III. In rechte
(...) (...)
Quant à la disposition en cause Ten aanzien van de in het geding zijnde bepaling
B.1.1. En vertu des articles 19, 1°, 142 et suivants du Code des B.1.1. Krachtens de artikelen 19, 1°, 142 en volgende van het Wetboek
droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe, un droit der registratie-, hypotheek- en griffierechten is een registratierecht
d'enregistrement est dû sur les jugements et arrêts portant verschuldigd op de vonnissen en arresten houdende veroordeling tot
condamnation à des sommes ou valeurs mobilières dépassant 12.500 sommen of roerende waarden die het bedrag van 12.500 euro
euros. overschrijden.
B.1.2. L'article 161, 1°bis, du Code des droits d'enregistrement, B.1.2. Artikel 161, 1°bis, van het Wetboek der registratie-,
hypotheek- en griffierechten voorziet in kosteloze registratie voor :
d'hypothèque et de greffe prévoit que l'enregistrement est gratuit « de vonnissen en arresten houdende veroordeling van de Staat, de
pour : « les jugements et arrêts portant condamnation de l'Etat, des Gemeenschappen en de Gewesten, van de openbare instellingen die zijn
Communautés et des Régions, des établissements publics de l'Etat et opgericht door de Staat, en van de inrichtingen van de Gemeenschappen
des organismes des Communautés et des Régions ». en de Gewesten ».
B.2.1. Cette disposition est soumise à l'examen de la Cour. Elle a été B.2.1. Die bepaling wordt ter toetsing aan het Hof voorgelegd. Zij
introduite par l'article 169 de la loi du 22 décembre 1989 portant des werd ingevoerd bij artikel 169 van de wet van 22 december 1989
dispositions fiscales. houdende fiscale bepalingen.
Ayant pour buts essentiels de « permettre la modernisation de la De wet van 22 december 1989 had essentieel tot doel de « de
formalité de l'enregistrement » (Doc. parl., Sénat, 1989-1990, n° modernisering van de registratieformaliteit toe te laten » (Parl. St.,
806-1, p. 1) et de « satisfaire à certaines revendications des Senaat, 1989-1990, nr. 806-1, p. 1) en « tegemoet te komen aan
notaires et des huissiers de justice » (ibid.), la loi du 22 décembre bepaalde eisen van de notarissen en gerechtsdeurwaarders » (ibid. ) en
1989 a modifié, après la loi du 19 juin 1986, les règles relatives à heeft, na de wet van 19 juni 1986, de regels betreffende de inning en
la perception et au recouvrement des droits d'enregistrement sur les de invordering van de registratierechten op de vonnissen en de
jugements et arrêts, le « droit de condamnation » étant considéré arresten gewijzigd, waarbij het « veroordelingsrecht » werd «
comme une « rémunération du service rendu par la justice » (ibid., p. beschouwd als een vergoeding voor de dienst verleend door het gerecht
29). » (ibid., p. 29).
B.2.2. Dans le cadre de cette simplification des règles de perception B.2.2. In het kader van die vereenvoudiging van de inningsregels en de
et de l'amélioration des règles de recouvrement des droits de verbetering van de invorderingsregels van het veroordelingsrecht, werd
condamnation, l'exposé des motifs signalait que « l'article 169 du in de memorie van toelichting erop gewezen dat « artikel 169 van het
projet a pour objet de rendre les jugements et arrêts rendus contre ontwerp tot doel heeft de vonnissen en arresten uitgesproken lastens
l'Etat, les Régions, les Communautés et les établissements publics de Staat, de Gewesten, de Gemeenschappen en de openbare instellingen
d'Etat, des Régions et des Communautés dorénavant exempts du droit de van de Staat, van de Gewesten en van de Gemeenschappen voortaan van
condamnation » (ibid., p. 34). het veroordelingsrecht vrij te stellen » (ibid., p. 34).
B.2.3. Suite à une question parlementaire posée sur la ratio legis de B.2.3. Naar aanleiding van een parlementaire vraag over de ratio legis
la non-exonération des jugements et arrêts portant condamnation des van de niet-vrijstelling van de vonnissen en arresten houdende
pouvoirs locaux, il a été répondu que : « L'exonération des droits de condamnation prévue à l'article 161, 1°bis, du Code des droits d'enregistrement, d'hypothèque et de greffe se justifie pour les deux raisons suivantes : 1° il est mis fin à la situation suivant laquelle l'Etat, créancier des droits dus sur les arrêts et jugements, se réclame à lui-même les droits d'enregistrement; 2° le législateur a estimé devoir, dans le cas d'espèce, assimiler les Communautés et les Régions à l'Etat central. Les établissements publics de l'Etat, des Régions et des Communautés bénéficient de la même exemption parce que ces organismes sont assimilés, pour l'application des lois fiscales, aux instituions qui les créent. Compte tenu du fait que les pouvoirs locaux restent soumis au contrôle de tutelle et que le droit de condamnation garde à leur égard son caractère général de rémunération du service rendu par la Justice, il est logique qu'ils restent exclus de l'exonération des droits veroordeling van de lokale overheden, werd het volgende geantwoord : « De door artikel 161, 1°bis, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en griffierechten bepaalde vrijstelling van het veroordelingsrecht werd om twee redenen ingesteld : 1° aldus werd een einde gesteld aan de situatie waarbij de Staat, schuldeiser van de op arresten en vonnissen verschuldigde registratierechten, deze rechten lastens zichzelf diende in te vorderen; 2° de wetgever heeft gemeend ter zake de Gemeenschappen en de Gewesten met de centrale Staat te moeten gelijkstellen. De openbare instellingen van de Staat, van de Gewesten en van de Gemeenschappen genieten dezelfde vrijstelling vermits deze organen voor de toepassing van de fiscale wetten gelijkgesteld worden met de instellingen die ze heeft opgericht. Rekening houdende met het feit dat de opgesomde lokale machten aan voogdijtoezicht onderworpen blijven en gelet op het feit dat het veroordelingsrecht in hunnen hoofde haar algemeen karakter van een vergoeding voor een door de rechtbanken verleende dienst behoudt, is het logisch dat ze verstoken blijven van de vrijstelling van het registratierecht bepaald voor de Staat, de Gewesten en de
d'enregistrement prévue pour l'Etat, les Régions et les Communautés » Gemeenschappen » (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1990-1991, vraag nr.
(Questions et Réponses, Chambre, 1990-1991, question n° 629 du 17 629 van 17 oktober 1990, p. 11.700).
octobre 1990, p. 11.700).
Quant au fond Ten gronde
B.3. La Cour est interrogée sur la compatibilité avec les articles 10, B.3. Het Hof wordt ondervraagd over de bestaanbaarheid, met de
11, 24, § 4, et 172 de la Constitution de la différence de traitement artikelen 10, 11, 24, § 4, en 172 van de Grondwet, van het verschil in
behandeling dat onder de universiteiten zou bestaan, indien de in het
qui existerait entre les universités, si la disposition en cause est geding zijnde bepaling in die zin wordt geïnterpreteerd dat zij aan de
interprétée comme réservant aux universités dépendant des communautés, universiteiten die van de gemeenschappen afhangen, met uitsluiting van
à l'exclusion des universités libres subventionnées par les de vrije universiteiten die door de gemeenschappen worden
communautés, l'enregistrement gratuit des jugements et des arrêts gesubsidieerd, de kosteloze registratie voorbehoudt van de vonnissen
portant leur condamnation. en arresten waarbij zij worden veroordeeld.
B.4. Les universités sont des établissements d'enseignement au sens de B.4. De universiteiten zijn onderwijsinstellingen in de zin van
l'article 24, § 4, de la Constitution. Elles doivent dès lors toutes artikel 24, § 4, van de Grondwet. Zij moeten derhalve alle op een
être traitées de manière égale, à moins qu'il n'existe entre elles des gelijke manier worden behandeld, tenzij onderlinge objectieve
différences objectives permettant de justifier un traitement différent. verschillen een andere behandeling kunnen verantwoorden.
B.5. En vertu de l'article 172, alinéa 2, de la Constitution, le B.5. Krachtens artikel 172, tweede lid, van de Grondwet kan de
législateur est autorisé à établir des exemptions ou modérations wetgever vrijstelling of vermindering van belasting toekennen.
d'impôts. Il ne peut toutefois, en établissant une exemption fiscale au profit Wanneer hij ten voordele van sommige belastingplichtigen een fiscale
de certains redevables, méconnaître le principe d'égalité et de vrijstelling invoert, mag hij evenwel het beginsel van gelijkheid en
non-discrimination garanti par les articles 10, 11 et 24, § 4, de la niet-discriminatie dat bij de artikelen 10, 11 en 24, § 4, van de
Constitution. Grondwet wordt gewaarborgd, niet schenden.
B.6.1. En prévoyant l'enregistrement gratuit des jugements et arrêts B.6.1. Door te voorzien in de kosteloze registratie van de vonnissen
portant condamnation des organismes des communautés, la disposition en arresten waarin gemeenschapsinstellingen worden veroordeeld, heeft
litigieuse a pour effet de créer une différence de traitement entre de in het geding zijn bepaling tot gevolg dat een verschil in
les universités qui dépendent des communautés et les universités behandeling tot stand wordt gebracht tussen de universiteiten die van
libres subventionnées par les communautés, puisque seules les de gemeenschappen afhangen en de vrije universiteiten die door de
premières sont exemptées du droit de condamnation. gemeenschappen worden gesubsidieerd, vermits enkel de eerstvermelde
B.6.2. Cette différence de traitement repose sur un critère objectif. van het veroordelingsrecht worden vrijgesteld.
En effet, même si elles assument une mission d'enseignement, les B.6.2. Dat verschil in behandeling berust op een objectief criterium.
universités créées par les communautés et les universités libres Ook al nemen zij een onderwijsopdracht op zich, toch verschillen de
subventionnées diffèrent d'un point de vue organique, puisque les gemeenschapsuniversiteiten en de door de gemeenschappen gesubsidieerde
universités de communauté sont organiquement des services de droit public, tandis que les universités libres sont des personnes morales de droit privé qui assument une fonction de service public. B.6.3. Si cette différence de statuts ne suffit pas en soi à justifier toute différence de traitement entre universités, elle peut cependant justifier la pertinence d'une différence de traitement relative à une exemption fondée sur le statut de certaines personnes, établissements ou organismes, comme cela résulte de la justification exposée en B.2.3. Cette justification, certes donnée postérieurement à l'adoption de la disposition en cause, est toutefois directement liée, d'une part, à la vrije universiteiten op organiek vlak, vermits de gemeenschapsuniversiteiten - organiek - diensten naar publiek recht zijn, terwijl de vrije universiteiten privaatrechtelijke rechtspersonen zijn die een taak van openbare dienst waarnemen. B.6.3. Hoewel dat verschil in statuut op zich niet voldoende is om elk verschil in behandeling onder de universiteiten te verantwoorden, kan het toch de pertinentie verantwoorden van een verschil in behandeling dat betrekking heeft op een vrijstelling die gegrond is op het statuut van sommige personen, instellingen of organisaties, zoals dat blijkt uit de in B.2.3 gegeven verantwoording. Die verantwoording, die weliswaar na de goedkeuring van de in het geding zijnde bepaling is gegeven, is evenwel rechtstreeks verbonden,
volonté de simplification de la perception des droits d'enregistrement enerzijds, met de wil tot vereenvoudiging van de inning van de
sur les jugements et arrêts et, d'autre part, à la philosophie du registratierechten op de vonnissen en arresten en, anderzijds, met de
droit de condamnation, conçu depuis l'origine comme une « rémunération filosofie van het veroordelingsrecht, dat vanaf het begin werd opgevat
du service rendu par la justice » (Doc. parl., Chambre, 1985-1986, n° als een « vergoeding voor de dienst verleend door het gerecht » (Parl.
135/2, p. 4, et n° 135/3, p. 7; Doc. parl., Sénat, 1989-1990, n° St., Kamer, 1985-1986, nr. 135/2, p. 4, en nr. 135/3, p. 7; Parl. St.,
806-1, pp. 29 et 32, et n° 806-3, p. 36; Doc. parl., Chambre, Senaat, 1989-1990, nr. 806-1, pp. 29 en 32, en nr. 806-3, p. 36; Parl.
1989-1990, n° 1026/5, p. 52), ces deux éléments étant traduits dans St., Kamer, 1989-1990, nr. 1026/5, p. 52); die beide elementen komen
les modifications portées par la loi du 22 décembre 1989 précitée. tot uiting in de wijzigingen die bij de voormelde wet van 22 december
1989 zijn aangebracht.
B.6.4. Compte tenu de ce qui précède, le législateur a pu B.6.4. Rekening houdend met wat voorafgaat, vermocht de wetgever
raisonnablement estimer qu'il ne s'imposait pas d'étendre redelijkerwijze van oordeel te zijn dat het niet nodig was de
l'enregistrement gratuit à des établissements privés, même si ceux-ci kosteloze registratie uit te breiden tot de privé-instellingen, ook al
assument, à certains égards, une mission de service public. vervullen die, in sommige opzichten, een opdracht van openbare dienst.
B.7. La question préjudicielle appelle une réponse négative. B.7. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord.
Par ces motifs, Om die redenen,
la Cour het Hof
dit pour droit : zegt voor recht :
L'article 161, 1°bis, du Code des droits d'enregistrement, Artikel 161, 1°bis, van het Wetboek der registratie-, hypotheek- en
d'hypothèque et de greffe ne viole pas les articles 10, 11, 24, § 4, et 172 de la Constitution. griffierechten schendt de artikelen 10, 11, 24, § 4, en 172 van de Grondwet niet.
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 13 septembre 2005. Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 13 september 2005.
Le greffier, De griffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
Le président, De voorzitter,
M. Melchior. M. Melchior.
^