← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 135/2005 du 19 juillet 2005 Numéro du rôle : 3190 En cause
: la question préjudicielle concernant l'article 11, § 5, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet
1967 organisant le statut social des travailleurs indépend La
Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges M. Bossuyt, A.(...)"
Extrait de l'arrêt n° 135/2005 du 19 juillet 2005 Numéro du rôle : 3190 En cause : la question préjudicielle concernant l'article 11, § 5, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 organisant le statut social des travailleurs indépend La Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges M. Bossuyt, A.(...) | Uittreksel uit arrest nr. 135/2005 van 19 juli 2005 Rolnummer 3190 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 11, § 5, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstan Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters M. Boss(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 135/2005 du 19 juillet 2005 | Uittreksel uit arrest nr. 135/2005 van 19 juli 2005 |
Numéro du rôle : 3190 | Rolnummer 3190 |
En cause : la question préjudicielle concernant l'article 11, § 5, de | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 11, § 5, van het |
l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 organisant le statut social | koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het |
des travailleurs indépendants, posée par le Tribunal du travail de | sociaal statuut der zelfstandigen, gesteld door de Arbeidsrechtbank te |
Courtrai. | Kortrijk. |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges M. | samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters |
Bossuyt, A. Alen, J.-P. Snappe, E. Derycke et J. Spreutels, assistée | M. Bossuyt, A. Alen, J.-P. Snappe, E. Derycke en J. Spreutels, |
du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. Arts, | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van voorzitter A. Arts, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
Par jugement du 3 décembre 2004 en cause de l'a.s.b.l. Acerta Sociaal | Bij vonnis van 3 december 2004 in zake de v.z.w. Acerta Sociaal |
Verzekeringsfonds contre F. Meyfroidt, dont l'expédition est parvenue | Verzekeringsfonds tegen F. Meyfroidt, waarvan de expeditie ter griffie |
au greffe de la Cour d'arbitrage le 8 décembre 2004, le Tribunal du | van het Arbitragehof is ingekomen op 8 december 2004, heeft de |
travail de Courtrai a posé la question préjudicielle suivante : | Arbeidsrechtbank te Kortrijk de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 11, § 5, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 | « Schendt artikel 11, § 5, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 |
organisant le statut social des travailleurs indépendants, tel qu'il | juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der |
était en vigueur jusqu'au 31 décembre 2002, viole-t-il les articles 10 | zelfstandigen zoals van kracht tot en met 31 december 2002 de |
et 11 de la Constitution lorsqu'il réclame à la personne pensionnée | artikelen 10 en 11 van de Grondwet wanneer het de gepensioneerde, die |
qui cumule sa pension de retraite avec une activité professionnelle | zijn rustpensioen cumuleert met een toegelaten beroepsactiviteit bij |
autorisée des cotisations qui, à revenu égal, sont plus élevées | gelijke inkomsten meer bijdragen laat betalen wanneer hij kinderlast |
lorsque cette personne a charge d'enfant que lorsqu'elle n'a pas cette | heeft dan wanneer hij zonder kinderlast is, doordat het bedoelde |
charge, parce que l'article 11, § 5, en cause a pour conséquence que | artikel 11, § 5, de berekening van de verschuldigde bijdragen van de |
le calcul des cotisations dues sur le revenu annuel que la personne | gepensioneerde die een toegelaten beroepsactiviteit als zelfstandige |
pensionnée qui exerce une activité autorisée, en qualité | uitoefent, op het jaarlijks inkomen dat hij cumuleert met de uitkering |
d'indépendant, cumule avec la prestation dont elle bénéficie, dépend | die hij geniet, laat afhangen van een verschillend plafond volgens het |
d'un plafond différent selon que cette personne a ou non charge | geval de gepensioneerde kinderlast heeft of niet, wanneer hij die het |
d'enfant, lorsque celui qui bénéficie d'une pension de retraite s'est | rustpensioen geniet er zich toe verbonden heeft zijn inkomen te |
engagé à ne pas dépasser la limite de revenus prévue pour un pensionné | beperken tot de inkomensgrens voorzien voor een gepensioneerde zonder |
sans charge d'enfant, de sorte que la personne pensionnée ayant charge | kinderlast, zodat de gepensioneerde met kinderlast bij een gelijk |
d'enfant doit, à revenu égal, payer des cotisations plus élevées que | inkomen meer bijdragen dient te betalen dan de gepensioneerde zonder |
la personne pensionnée sans charge d'enfant ? ». | kinderlast ? ». |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
Quant à l'objet de la question préjudicielle | Wat het onderwerp van de prejudiciële vraag betreft |
B.1.1. L'article 11 de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 | B.1.1. Artikel 11 van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 |
organisant le statut social des travailleurs indépendants (ci-après | houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen (hierna |
l'arrêté royal n° 38) règle le mode de calcul des cotisations des | het koninklijk besluit nr. 38) regelt de wijze waarop de bijdragen |
indépendants assujettis à l'arrêté royal. | worden berekend van de aan het koninklijk besluit onderworpen |
zelfstandigen. | |
Selon l'article 11, § 2, alinéa 3, de cet arrêté, | Volgens artikel 11, § 2, derde lid, van dat besluit |
« le calcul des cotisations dues pour une année déterminée se fait sur | « [geschiedt] de berekening van de voor een bepaald jaar verschuldigde |
la base des revenus professionnels [...] afférents à l'exercice | bijdragen [...] op basis van de beroepsinkomsten [...], die betrekking |
d'imposition dont le millésime désigne la deuxième année civile | hebben op het aanslagjaar waarvan het jaartal verwijst naar het tweede |
précédant immédiatement celle au cours de laquelle les cotisations | kalenderjaar dat onmiddellijk datgene voorafgaat waarvoor de bijdragen |
sont dues ». | verschuldigd zijn ». |
L'article 11, § 5, alinéa 1er, de cet arrêté concerne le calcul des | Artikel 11, § 5, eerste lid, van dat besluit betreft de berekening van |
cotisations dues par les personnes pensionnées qui continuent à | de bijdragen van gepensioneerden die binnen de door de wet toegestane |
exercer une activité professionnelle indépendante dans les limites | perken een zelfstandige beroepsactiviteit blijven uitoefenen. De tekst |
autorisées par la loi. Cette disposition, telle qu'elle s'appliquait | van die bepaling, zoals zij van toepassing was op het aan de |
au litige soumis au juge a quo, était libellée comme suit : | verwijzende rechter voorgelegde geschil, luidde als volgt : |
« Lorsqu'une pension de retraite ou de survie ou un avantage en tenant | « Wanneer een rust- of overlevingspensioen of een gelijkaardig |
lieu, pour le paiement desquels interviennent des conditions relatives | voordeel, voor de betaling waarvan voorwaarden gesteld zijn met |
à l'exercice d'une activité professionnelle, est effectivement payable | betrekking tot de uitoefening van een beroepsbezigheid, effectief |
à l'assujetti en vertu du régime de pension des travailleurs | betaalbaar is aan de onderworpene krachtens de pensioenregeling voor |
indépendants ou d'un autre régime de pension, l'application des §§ 2 | zelfstandigen of een andere pensioenregeling, mag de toepassing van de |
et 3 ne peut avoir pour effet de faire cotiser l'intéressé, à partir | §§ 2 en 3 niet tot gevolg hebben de belanghebbende, met ingang van het |
du trimestre au cours duquel cette pension ou cet avantage prend | kwartaal waarin dat pensioen of dat voordeel ingaat, bijdragen te doen |
cours, sur un revenu supérieur à 112,99 p.c. du revenu annuel que | betalen op een inkomen hoger dan 112,99 pct. van het jaarlijks inkomen |
l'intéressé peut, pour l'année en cause, cumuler avec la prestation | dat de belanghebbende, voor het betrokken jaar, mag cumuleren met de |
dont il bénéficie ». | uitkering die hij geniet ». |
B.1.2. Cette disposition a pour effet que, sauf lorsque l'application | B.1.2. Die bepaling heeft tot gevolg dat, behoudens wanneer de |
de l'article 11, § 2, est plus avantageuse, la cotisation d'un | toepassing van artikel 11, § 2, voordeliger zou zijn, de bijdrage van |
bénéficiaire de pension qui exerce une activité professionnelle | een pensioengerechtigde die een beperkte zelfstandige |
indépendante limitée est calculée sur le revenu annuel maximal que | beroepsactiviteit uitoefent, wordt berekend op het maximale jaarlijkse |
l'intéressé peut cumuler avec la prestation dont il bénéficie. | inkomen dat de betrokkene mag cumuleren met de uitkering die hij |
Ce revenu annuel maximal est déterminé par l'article 107, § 2, A, 2°, | geniet. Dat maximale jaarlijkse inkomen wordt bepaald door artikel 107, § 2, |
de l'arrêté royal du 22 décembre 1967 portant règlement général | A, 2°, van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende |
relatif à la pension de retraite et de survie des travailleurs | algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der |
indépendants. Conformément à l'article 107, § 3, B, alinéa 2, dudit | zelfstandigen. Overeenkomstig artikel 107, § 3, B, tweede lid, van |
arrêté, ce montant est majoré lorsque le bénéficiaire a la charge | datzelfde besluit wordt, wanneer de gerechtigde de hoofdzakelijke last |
principale d'au moins un enfant. | heeft van ten minste één kind, dat bedrag verhoogd. |
B.1.3. Ainsi, la personne assujettie à l'article 11, § 5, de l'arrêté | B.1.3. Hierdoor is de aan artikel 11, § 5, van het koninklijk besluit |
royal n° 38 qui a la charge principale d'au moins un enfant et qui | nr. 38 onderworpen persoon die de hoofdzakelijke last heeft van ten |
peut par conséquent cumuler un revenu annuel maximal plus élevé avec | minste één kind en die bijgevolg een hoger maximaal jaarlijks inkomen |
sa prestation, est redevable d'une cotisation plus élevée que la | mag cumuleren met zijn uitkering, een hogere bijdrage verschuldigd dan |
personne qui n'a pas d'enfant à charge, même si, dans la pratique, le | de persoon die geen kind ten laste heeft, ook al zou in de praktijk |
revenu réel de la première personne n'est pas supérieur au revenu | het reële inkomen van de eerste niet hoger zijn dan het maximale |
annuel maximal que la seconde personne peut cumuler avec sa | jaarlijkse inkomen dat de tweede mag cumuleren met zijn uitkering. De |
prestation. Le juge a quo demande à la Cour si cette différence de | verwijzende rechter vraagt het Hof of dat verschil in behandeling |
traitement est compatible avec les articles 10 et 11 de la | bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
Constitution. B.2.1. Selon le Conseil des ministres, le juge a quo interroge en | B.2.1. Volgens de Ministerraad ondervraagt de verwijzende rechter het |
réalité la Cour sur la différence de traitement qui résulterait du | Hof in werkelijkheid over het verschil in behandeling dat zou |
fait que la modification de l'article 11, § 5, de l'arrêté royal n° 38 | voortvloeien uit het feit dat de wijziging van artikel 11, § 5, van |
het koninklijk besluit nr. 38 bij de programmawetten van 2 augustus | |
par les lois-programmes des 2 août 2002 et 24 décembre 2002 n'est | 2002 en van 24 december 2002 slechts van toepassing is op de bedragen |
applicable qu'aux montants dus pour la période postérieure au 31 | verschuldigd voor de periode na 31 december 2002. |
décembre 2002. B.2.2. Les lois-programmes des 2 août 2002 et 24 décembre 2002 ont | B.2.2. De programmawetten van 2 augustus 2002 en van 24 december 2002 |
complété comme suit l'article 11, § 5, alinéa 1er : | hebben artikel 11, § 5, eerste lid, aangevuld als volgt : |
« En ce qui concerne les montants dus pour la période postérieure au 31 décembre 2002, le bénéficiaire d'une pension de retraite ou de survie ou d'un avantage en tenant lieu qui a la charge principale d'au moins un enfant peut toutefois demander à ne cotiser que sur 112,99 p.c. du revenu annuel qu'il aurait pu, pour l'année en cause, cumuler avec la prestation dont il bénéfice s'il n'avait pas d'enfant à charge, à condition de s'engager à ne pas dépasser cette limite de revenus. Le Roi définit ce qu'on entend par la charge principale d'un enfant, détermine les modalités de cette demande et l'incidence du non respect de l'engagement ». B.2.3. Les parties devant la Cour ne peuvent modifier ou faire | « Wat de bedragen betreft die verschuldigd zijn voor de periode na 31 december 2002, kan de begunstigde van een rust- of overlevingspensioen of van een gelijkaardig voordeel die de hoofdzakelijke last van ten minste één kind heeft, evenwel vragen enkel bij te dragen op het jaarlijks inkomen dat hij, voor het betrokken jaar, zou hebben kunnen cumuleren met de uitkering die hij geniet indien hij geen kind ten laste had, op voorwaarde dat hij zich ertoe verbindt deze inkomstengrens niet te overschrijden. De Koning omschrijft wat moet worden verstaan onder de hoofdzakelijke last van een kind en bepaalt de nadere regels van deze aanvraag alsmede de weerslag van het niet respecteren van de verbintenis ». B.2.3. De partijen voor het Hof vermogen niet de draagwijdte van de |
modifier la portée de la question préjudicielle posée par le juge a | door de verwijzende rechter gestelde prejudiciële vraag te wijzigen of |
quo. Il n'est dès lors pas possible de donner suite à l'argument du | te laten wijzigen. Op het argument van de Ministerraad, dat neerkomt |
Conseil des ministres, qui équivaut à une reformulation de l'objet de | op een herformulering van het onderwerp van de prejudiciële vraag, kan |
la question préjudicielle. | bijgevolg niet worden ingegaan. |
Quant au fond | Ten gronde |
B.3. Conformément à l'article 11, § 2, de l'arrêté royal n° 38, le | B.3. Overeenkomstig artikel 11, § 2, van het koninklijk besluit nr. 38 |
calcul des cotisations dues par les indépendants se fait sur la base | worden de bijdragen van de zelfstandigen berekend op basis van het |
des revenus professionnels de la troisième année antérieure, fixés en | fiscaal vastgestelde beroepsinkomen van het derde voorafgaande jaar. |
vertu de la législation fiscale. La base de calcul des montants des | De berekeningsbasis van de verschuldigde bijdragen is dus niet het |
cotisations dues n'est donc pas le revenu réel de l'indépendant au | reële inkomen van de zelfstandige op het ogenblik dat de bijdragen |
moment où les cotisations sont exigibles, mais celui d'une année de | verschuldigd zijn, maar dat van een refertejaar dat er drie jaar aan |
référence antérieure de trois ans. | voorafgaat. |
B.4. Cependant, lorsque l'intéressé, dans les limites fixées par | B.4. Wanneer de betrokkene evenwel, binnen de bij artikel 107 van het |
l'article 107 de l'arrêté royal du 22 décembre 1967 portant règlement | koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement |
général relatif à la pension de retraite et de survie des travailleurs | betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen |
indépendants, cumule une activité professionnelle indépendante avec | bepaalde grenzen, een zelfstandige beroepsactiviteit combineert met |
une pension de retraite, l'application de cette règle peut avoir pour | een rustpensioen, kan de toepassing van die regel tot gevolg hebben |
effet que les cotisations dont il est redevable sont calculées sur la | dat de door hem verschuldigde bijdragen worden berekend op basis van |
base des revenus qu'il a perçus au moment où il n'était pas encore à | het inkomen dat hij verkreeg op het ogenblik dat hij nog niet in ruste |
la retraite. Ceci pourrait entraîner une disproportion entre la charge | was gesteld. Dit zou tot gevolg kunnen hebben dat een onevenredigheid |
des cotisations et les revenus de l'exercice en cours. | ontstaat tussen de bijdragelast en de inkomsten van het lopende jaar. |
B.5. Om hieraan tegemoet te komen, bepaalt het in het geding zijnde | |
B.5. Pour y remédier, l'article 11, § 5, alinéa 1er, en cause de | artikel 11, § 5, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 38, zoals |
l'arrêté royal n° 38, tel qu'il s'appliquait au litige soumis au juge a quo, disposait que la cotisation due ne pouvait être supérieure à celle à payer sur un revenu s'élevant à 112,99 p.c. du revenu annuel que l'intéressé peut cumuler avec la prestation dont il bénéficie. Cette disposition contient dès lors une dérogation à la règle prévue à l'article 11, § 2, de l'arrêté royal n° 38, au profit de l'assujetti qui cumule sa pension de retraite avec une activité indépendante. Le calcul de la cotisation se fait ainsi sur un revenu qui correspond davantage à celui dont l'intéressé bénéficie au moment où la cotisation est due. B.6. A cet égard, l'utilisation par le législateur d'un montant forfaitaire - le revenu annuel maximal que l'assujetti peut cumuler avec sa pension - sur lequel la cotisation sera calculée, le cas échéant, tient au fait que le revenu réel de l'intéressé n'est pas connu au moment où la cotisation est due. Le législateur n'a pas non plus souhaité instaurer un système de paiements provisoires, suivis de régularisations. Il ressort du | het van toepassing was op het aan de verwijzende rechter voorgelegde geschil, dat de verschuldigde bijdrage niet hoger kan zijn dan de bijdrage die moet worden betaald op een inkomen van 112,99 pct. van het jaarlijkse inkomen dat de betrokkene mag cumuleren met zijn uitkering. Die bepaling houdt bijgevolg een afwijking in van de in artikel 11, § 2, van het koninklijk besluit nr. 38 neergelegde regel, ten voordele van de bijdrageplichtige die zijn rustpensioen combineert met een zelfstandige activiteit. Hierdoor wordt de bijdrage berekend op een inkomen dat beter overeenstemt met het inkomen dat de betrokkene geniet op het ogenblik dat die bijdrage verschuldigd is. B.6. Dat de wetgever hierbij een forfaitair bedrag hanteert waarop de bijdrage in voorkomend geval zal worden berekend - het maximale jaarlijkse inkomen dat de bijdrageplichtige mag cumuleren met zijn pensioenuitkering - houdt verband met het feit dat het reële inkomen van de betrokkene op het ogenblik waarop de bijdrage verschuldigd is, niet bekend is. De wetgever wenste ook niet een systeem in te voeren van voorlopige betalingen, gevolgd door regularisaties. Uit het verslag aan de Koning |
rapport au Roi précédant l'arrêté royal n° 38 que les objectifs | dat aan het koninklijk besluit nr. 38 voorafgaat, blijkt dat beoogd |
poursuivis étaient d'opérer une rationalisation fondamentale en | werd door een grondige rationalisatie te zoeken naar een gezonde |
recherchant des bases financières saines, en mettant fin aux | financiële basis en een einde te maken aan de verschillen in de wijze |
différences de mode de calcul des cotisations dans les secteurs des | waarop de bijdragen in de drie sectoren, namelijk pensioenen, |
pensions, des allocations familiales et de l'assurance soins de santé | kinderbijslagen en verzekering voor geneeskundige verzorging, worden |
et en réduisant en conséquence des frais administratifs qui étaient | berekend, en dientengevolge de administratieve kosten die zeer hoog |
très élevés, toute économie dans ce domaine permettant une | waren te verminderen, terwijl elke besparing op dat vlak een |
augmentation proportionnelle des avantages alloués (Moniteur belge du | proportionele verhoging van de toegekende voordelen mogelijk zou maken |
29 juillet 1967, pp. 8071 et 8072). L'article 11, § 5, en cause | (Belgisch Staatsblad van 29 juli 1967, pp. 8071 en 8072). Het in het |
s'inscrit dans le cadre de cet objectif de simplification | geding zijnde artikel 11, § 5, past in het kader van dat doel van |
administrative, puisqu'une seule opération permet de procéder au | administratieve vereenvoudiging, aangezien door middel van slechts één |
calcul et à la perception des cotisations. | operatie wordt overgegaan tot de berekening en de inning van de |
Ce sont au demeurant les mêmes considérations qui ont donné lieu à la | bijdragen. Dezelfde overwegingen lagen trouwens ten grondslag aan de in artikel |
règle fixée à l'article 11, § 2, alinéa 3, de l'arrêté royal n° 38, | 11, § 2, derde lid, van het koninklijk besluit nr. 38 bepaalde regel |
selon laquelle le calcul des cotisations dues par les indépendants se | |
fait sur la base des revenus professionnels de la troisième année | volgens welke de bijdragen van de zelfstandigen worden berekend op |
antérieure, fixés en vertu de la législation fiscale, règle dont la | basis van het fiscaal vastgestelde beroepsinkomen van het derde |
Cour a considéré dans son arrêt n° 100/99 du 15 septembre 1999 qu'elle | voorafgaande jaar, waarvan het Hof in zijn arrest nr. 100/99 van 15 |
ne violait pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | september 1999 heeft geoordeeld dat hij de artikelen 10 en 11 van de |
Grondwet niet schendt. | |
B.7. L'application de la disposition en cause a pour effet de faire | B.7. De toepassing van de in het geding zijnde bepaling heeft tot |
gevolg dat een verschil in behandeling ontstaat tussen een | |
naître une différence de traitement entre un assujetti qui a la charge | bijdrageplichtige die de hoofdzakelijke last van ten minste één kind |
principale d'au moins un enfant et un assujetti qui n'a pas d'enfant à | heeft, en een bijdrageplichtige die geen kind ten laste heeft : omdat |
charge : puisque le revenu annuel maximal que la première catégorie | het maximale jaarlijkse inkomen dat de eerste categorie mag cumuleren |
peut cumuler avec la prestation qu'elle reçoit est supérieur à celui | met de uitkering die hij ontvangt hoger is dan dat van de tweede |
de la seconde catégorie, la cotisation due est plus élevée, même si le | categorie, is de verschuldigde bijdrage hoger, ook al gaat het reële |
revenu réel de l'intéressé ne dépasse pas le revenu annuel maximal de | inkomen van de betrokkene het maximale jaarlijkse inkomen van de |
la seconde catégorie. | tweede categorie niet te boven. |
B.8. Cette distinction repose sur un critère objectif, à savoir le | B.8. Dat onderscheid berust op een objectief criterium, namelijk het |
revenu annuel maximal qu'un assujetti peut cumuler avec sa prestation | maximale jaarlijkse inkomen dat een bijdrageplichtige mag cumuleren |
en qualité de bénéficiaire d'une pension. | met zijn uitkering als pensioengerechtigde. |
Le critère est pertinent par rapport à l'objectif poursuivi, et les | Het criterium is pertinent ten aanzien van het nagestreefde doel, en |
effets de la mesure litigieuse ne sont pas disproportionnés à celui-ci. En effet, il n'est pas déraisonnable que le législateur, qui entendait faire davantage correspondre le revenu sur la base duquel se fait le calcul des cotisations avec le revenu dont l'assujetti bénéficie au moment où cette cotisation est due, parte du postulat que la personne qui a la charge principale d'au moins un enfant et qui peut cumuler avec sa prestation un revenu annuel maximal supérieur à celui d'une personne sans enfant à charge, doit payer une cotisation plus élevée. B.9. La possibilité que le revenu réel d'une personne qui a la charge principale d'au moins un enfant n'excède pas le revenu annuel maximal qu'une personne sans enfant à charge peut cumuler avec sa pension de retraite n'y change rien. Lorsque le législateur, qui souhaitait, pour les raisons mentionnées en B.6, que le calcul et la perception des cotisations se fassent au moyen d'une seule opération, fixe le mode de calcul de ces cotisations, il doit pouvoir faire usage de catégories qui, nécessairement, n'appréhendent la diversité des situations qu'avec un certain degré d'approximation. B.10. Enfin, il ne peut être déduit de la simple modification d'une réglementation légale que l'ancienne législation serait inconstitutionnelle. | de gevolgen van de in het geding zijnde maatregel zijn er niet onevenredig mee. Het is immers niet onredelijk dat de wetgever, die beoogde het inkomen op basis waarvan de bijdragen worden berekend, beter te doen overeenstemmen met het inkomen dat de bijdrageplichtige geniet op het ogenblik dat die bijdrage verschuldigd is, ervan uitgaat dat de persoon die de hoofdzakelijke last heeft van ten minste één kind en die een hoger maximaal jaarlijks inkomen mag cumuleren met zijn uitkering dan een persoon zonder kind ten laste, een hogere bijdrage dient te betalen. B.9. De mogelijkheid dat het reële inkomen van een persoon die de hoofdzakelijke last heeft van ten minste één kind, het maximale jaarlijkse inkomen dat een persoon zonder kind ten laste mag cumuleren met zijn rustpensioen niet te boven gaat, doet hieraan geen afbreuk. Wanneer de wetgever, die om de in B.6 vermelde redenen wenste dat de berekening en de inning van de bijdragen door middel van slechts één operatie zou gebeuren, de berekeningswijze van die bijdragen vaststelt, moet hij gebruik kunnen maken van categorieën die noodzakelijkerwijs de verscheidenheid van de toestanden slechts met een zekere graad van benadering opvangen. B.10. Ten slotte kan uit de loutere wijziging van een wettelijke regeling niet worden afgeleid dat de vroegere wetgeving ongrondwettig zou zijn. |
B.11. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.11. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 11, § 5, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 | Artikel 11, § 5, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 |
organisant le statut social des travailleurs indépendants, avant sa | houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen, vóór de |
modification par l'article 63 de la loi-programme du 2 août 2002 et | wijziging ervan bij artikel 63 van de programmawet van 2 augustus 2002 |
par l'article 2 de la loi-programme (I) du 24 décembre 2002, ne viole | en bij artikel 2 van de programmawet (I) van 24 december 2002, schendt |
pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 19 juillet 2005. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 19 juli 2005. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
Le président, | De voorzitter, |
A. Arts. | A. Arts. |