← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 185/2004 du 16 novembre 2004 Numéros du rôle : 2883 et 2895 En
cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 30, § 2, du décret flamand du 22
décembre 1995 contenant diverses mesures d'accompagnement La Cour d'arbitrage, composée
des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges R. Henneuse, L(...)"
Extrait de l'arrêt n° 185/2004 du 16 novembre 2004 Numéros du rôle : 2883 et 2895 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 30, § 2, du décret flamand du 22 décembre 1995 contenant diverses mesures d'accompagnement La Cour d'arbitrage, composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges R. Henneuse, L(...) | Uittreksel uit arrest nr. 185/2004 van 16 november 2004 Rolnummers 2883 en 2895 In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 30, § 2, van het Vlaamse decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begr Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters R. Henn(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 185/2004 du 16 novembre 2004 | Uittreksel uit arrest nr. 185/2004 van 16 november 2004 |
Numéros du rôle : 2883 et 2895 | Rolnummers 2883 en 2895 |
En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 30, § 2, | In zake : de prejudiciële vragen betreffende artikel 30, § 2, van het |
du décret flamand du 22 décembre 1995 contenant diverses mesures | Vlaamse decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot |
d'accompagnement du budget 1996, avant sa modification par le décret | begeleiding van de begroting 1996, vóór de wijziging ervan bij het |
du 18 mai 1999, posées par la Cour d'appel de Gand. | decreet van 18 mei 1999, gesteld door het Hof van Beroep te Gent. |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée des présidents A. Arts et M. Melchior, et des juges R. | samengesteld uit de voorzitters A. Arts en M. Melchior, en de rechters |
Henneuse, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, E. Derycke et J. Spreutels, | R. Henneuse, L. Lavrysen, J.-P. Snappe, E. Derycke en J. Spreutels, |
assistée du greffier P.-Y. Dutilleux, présidée par le président A. | bijgestaan door de griffier P.-Y. Dutilleux, onder voorzitterschap van |
Arts, | voorzitter A. Arts, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen en rechtspleging |
a. Par arrêt du 16 décembre 2003 en cause de la Région flamande contre | a. Bij arrest van 16 december 2003 in zake het Vlaamse Gewest tegen M. |
M. Smitz-Fransoo, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour | Smitz-Fransoo, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof |
d'arbitrage le 2 janvier 2004, la Cour d'appel de Gand a posé la | is ingekomen op 2 januari 2004, heeft het Hof van Beroep te Gent de |
question préjudicielle suivante : | volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 30, § 2, du décret flamand du 22 décembre 1995 contenant | « Schendt artikel 30, § 2, van het decreet van de Vlaamse Raad van 22 |
diverses mesures d'accompagnement du budget 1996, dans la version | december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting |
antérieure à l'insertion d'un alinéa 2 par l'article 2 du décret du | 1996, in de versie vóór toevoeging van een tweede lid bij artikel 2 |
Parlement flamand du 18 mai 1999, viole-t-il les articles 10 et 11 de | van het decreet van het Vlaams Parlement van 18 mei 1999, de artikelen |
la Constitution 1994 en ce qu'il dispose qu'une habitation est réputée | 10 en 11 van de Grondwet 1994, doordat het bepaalt dat een woning als |
désaffectée lorsqu'elle n'a pas servi effectivement d'habitation | |
pendant au moins 12 mois consécutifs sans distinguer en fonction de la | leegstand wordt beschouwd wanneer ze gedurende ten minste 12 |
opeenvolgende maanden niet effectief wordt gebruikt in overeenstemming | |
met de woonfunctie, zonder onderscheid te maken naar gelang van de | |
raison pour laquelle elle n'a pas servi d'habitation et plus | reden van dergelijk gebruik en meer bepaald zonder het geval te |
précisément sans distinguer l'hypothèse où cette situation est | onderscheiden waarin dergelijk gebruik gevolg is van redenen |
indépendante de la volonté du titulaire d'un des droits réels énumérés | onafhankelijk van de wil van de houder van een van de zakelijke |
à l'article 27, § 1er, du même décret, comme, en l'espèce, lorsque le | rechten opgesomd in artikel 27, § 1, van zelfde decreet, zoals te |
titulaire du droit réel donne l'habitation en location comme espace | dezen wanneer de vermelde houder van het zakelijk recht de woning |
d'habitation et que le locataire, en infraction aux dispositions du | verhuurt als woonruimte en de huurder in strijd met de bepalingen van |
contrat de bail et indépendamment de la volonté du titulaire précité, | de huurovereenkomst en onafhankelijk van de wil van de vermelde houder |
n'utilise pas effectivement cette habitation en conformité avec la | deze woning niet effectief gebruikt in overeenstemming met de |
fonction d'habitation ? » | woonfunctie ? » |
b. Par arrêt du 13 janvier 2004 en cause de D. Deruelle et autres | b. Bij arrest van 13 januari 2004 in zake D. Deruelle en anderen tegen |
contre la Région flamande, dont l'expédition est parvenue au greffe de | het Vlaamse Gewest, waarvan de expeditie ter griffie van het |
la Cour d'arbitrage le 26 janvier 2004, la Cour d'appel de Gand a posé | Arbitragehof is ingekomen op 26 januari 2004, heeft het Hof van Beroep |
la question préjudicielle suivante : | te Gent de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 30, § 2, du décret du Conseil flamand du 22 décembre 1995 | « Schendt artikel 30, § 2, van het decreet van de Vlaamse Raad van 22 |
contenant diverses mesures d'accompagnement du budget 1996, dans sa | december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting |
version antérieure à l'adjonction d'un alinéa 2 par l'article 2 du | 1996, in de versie vóór toevoeging van een tweede lid bij artikel 2 |
décret du Parlement flamand du 18 mai 1999, viole-t-il les articles | van het decreet van het Vlaams Parlement van 18 mei 1999, de artikelen |
10, 11 et 172 de la Constitution 1994, compte tenu du but visé par le | 10, 11 en 172 van de Grondwet 1994, in acht genomen het door het |
décret précité, en ce qu'il dispose qu'une habitation est réputée être | vermelde decreet beoogde doel, doordat het bepaalt dat een woning als |
désaffectée lorsqu'elle n'a pas servi effectivement d'habitation | |
pendant au moins 12 mois consécutifs et qu'une habitation qui, comme | leegstaand wordt beschouwd wanneer ze gedurende ten minste 12 |
opeenvolgende maanden niet effectief wordt gebruikt in overeenstemming | |
en l'espèce, est effectivement utilisée à des fins commerciales est | met de woonfunctie, en aldus een woning die zoals te dezen effectief |
donc réputée être désaffectée (et taxable) ? » | wordt gebruikt voor handelsdoeleinden als (belastbaar) leegstaand wordt beschouwd ? » |
Ces affaires, inscrites sous les numéros 2883 et 2895 du rôle de la | Die zaken, ingeschreven onder de nummers 2883 en 2895 van de rol van |
Cour, ont été jointes. | het Hof, werden samengevoegd. |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. Le décret du 22 décembre 1995 contenant diverses mesures | B.1. Het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot |
d'accompagnement du budget 1996 instaure une taxe frappant les | begeleiding van de begroting 1996 voert een heffing in op leegstaande |
bâtiments désaffectés ou laissés à l'abandon et les habitations | of verwaarloosde gebouwen en op leegstaande, verwaarloosde, |
désaffectées, laissées à l'abandon, inadaptées ou inhabitables, | ongeschikte of onbewoonbare woningen die zijn opgenomen in een daartoe |
figurant dans un inventaire destiné à cette fin. | bestemde inventaris. |
En vertu de l'article 30, § 2, du décret du 22 décembre 1995, dans sa | Volgens artikel 30, § 2, van het decreet van 22 december 1995, vóór |
rédaction antérieure à sa modification par l'article 2 du décret du 18 | het werd gewijzigd bij artikel 2 van het decreet van 18 mei 1999 |
mai 1999 modifiant le décret du 22 décembre 1995 contenant diverses | houdende wijziging van het decreet van 22 december 1995 houdende |
mesures d'accompagnement du budget 1996, « une habitation est réputée | bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, « [wordt] een woning |
[...] beschouwd als leegstand wanneer ze gedurende ten minste 12 | |
être désaffectée lorsqu'elle n'a pas servi effectivement d'habitation | opeenvolgende maanden niet effectief wordt gebruikt in overeenstemming |
pendant au moins douze mois consécutifs ». | met de woonfunctie ». |
B.2. Il est, en premier lieu, demandé à la Cour si cette disposition | B.2. Het Hof wordt allereerst gevraagd of die bepaling verenigbaar is |
est compatible avec le principe constitutionnel d'égalité et de | met het grondwettelijke beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie, |
non-discrimination ainsi qu'avec le principe constitutionnel d'égalité | en met het grondwettelijke beginsel van gelijkheid en |
et de non-discrimination en matière fiscale en tant qu'une habitation | niet-discriminatie in fiscale aangelegenheden, in zoverre een woning |
qui est utilisée à des fins commerciales doit être considérée comme | die wordt gebruikt voor handelsdoeleinden volgens die bepaling als |
désaffectée en vertu de cette disposition. | leegstaand moet worden beschouwd. |
Il est ensuite demandé à la Cour si cette disposition est compatible | Het Hof wordt vervolgens ondervraagd over de verenigbaarheid van die |
avec les articles 10 et 11 de la Constitution en tant que la taxe | bepaling met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre de |
visant à lutter contre la désaffectation est due lorsqu'une habitation | leegstandsheffing verschuldigd is wanneer een woning gebruikt wordt |
est utilisée à des fins commerciales en dépit des dispositions du | voor handelsdoeleinden in weerwil van de bepalingen van de |
contrat de bail et indépendamment de la volonté du redevable. | huurovereenkomst en onafhankelijk van de wil van de belastingplichtige. |
B.3. Dans le décret du 22 décembre 1995, une habitation était, à | B.3. Een woning werd in het decreet van 22 december 1995 |
l'origine, définie comme « tout bâtiment ou partie de celui-ci destiné | oorspronkelijk gedefinieerd als « elk gebouw of deel ervan dat |
principalement à servir de domicile ou de résidence d'une ou plusieurs | hoofdzakelijk bestemd is als woon- of verblijfplaats van één of |
personnes » (article 24, 6°, du décret du 22 décembre 1995). | meerdere personen » (artikel 24, 6°, van het decreet van 22 december 1995). |
Cette disposition a été modifiée par l'article 5 du décret du 7 | Die bepaling werd gewijzigd bij artikel 5 van het decreet van 7 juli |
juillet 1998 contenant diverses mesures d'accompagnement de | 1998 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de |
l'ajustement du budget 1998, qui définit une habitation comme suit : « | begroting 1998, dat een woning als volgt definieert : « elk onroerend |
tout bien immeuble ou partie de celui-ci destiné principalement à | goed of deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting |
servir de logement d'une famille ou d'une personne vivant seule ». | van een gezin of alleenstaande ». Met die wijziging werd beoogd de |
Cette modification visait à reprendre la définition de la notion | definitie van het begrip woning in de Vlaamse Wooncode over te nemen « |
d'habitation du Code flamand du logement, « afin d'éviter des | om eventuele discussies rond een mogelijk verschillende inhoud te |
discussions éventuelles au sujet d'un possible contenu différent : ce | vermijden : wat een woning is voor de heffing, moet ook een woning |
qui constitue une habitation pour la taxe, doit également l'être pour | |
le Code du logement et inversement » (Doc., Parlement flamand, | zijn voor de Wooncode en omgekeerd » (Parl. St., Vlaams Parlement, |
1997-1998, n° 1049/1, p. 3). | 1997-1998, nr. 1049/1, p. 3). |
En l'absence d'une définition de la notion de « destination principale | Bij gebrek aan een definitie van het begrip « de hoofdzakelijke |
» au logement d'un bâtiment ou d'une partie de celui-ci, cette | bestemming » van een gebouw of een deel ervan als woning, wordt die |
destination est déterminée en fonction de la destination concrète que | bestemming bepaald aan de hand van de feitelijke bestemming die de |
le redevable a donnée au bâtiment, pour autant que, lorsque cette | heffingsplichtige aan het gebouw gaf voor zover, wanneer die |
destination concrète diffère de la destination légale originaire, | feitelijke bestemming afwijkt van de oorspronkelijke wettelijke |
cette modification de fonction ait fait l'objet d'un permis conforme à | bestemming, die functiewijziging werd vergund, overeenkomstig de |
la législation sur l'aménagement du territoire et l'urbanisme. | wetgeving op de ruimtelijke ordening en de stedenbouw. |
Il en résulte qu'un bâtiment qui est destiné à l'habitation, même s'il | Het gevolg is dat een gebouw dat bestemd is als woning, ook al staat |
n'est pas inoccupé, sera dans certains cas soumis à la taxe du fait | het niet leeg, in sommige gevallen onderhevig wordt aan de heffing, |
qu'il n'est pas habité : « si l'utilisation d'une habitation n'est pas | omdat er niet in wordt gewoond : « het gebruik van een woning, die |
conforme à la fonction d'habitation, elle sera considérée comme | niet overeenstemt met de woonfunctie, wordt als leegstand beschouwd » |
désaffectée » (Doc., Conseil flamand, 1995-1996, n° 147/1, p. 25). | (Parl. St., Vlaamse Raad, 1995-1996, nr. 147/1, p. 25). |
B.4. La taxe visant à lutter contre la désaffectation, instaurée par | B.4. De door het decreet van 22 december 1995 ingevoerde |
le décret du 22 décembre 1995, s'inscrit dans une « politique | leegstandsheffing past in het kader van « een integraal beleid dat de |
intégrale visant à améliorer la qualité de la vie et du cadre | verbetering van de leef- en omgevingskwaliteit beoogt » (Parl. St., |
environnant » (Doc., Conseil flamand, 1995-1996, n° 147/1, p. 16). | Vlaamse Raad, 1995-1996, nr. 147/1, p. 16). Volgens de decreetgever |
Selon le législateur décrétal, l'abandon, la désaffectation et la | zijn verwaarlozing, leegstand en de bedenkelijke woonkwaliteit van |
qualité douteuse de certaines habitations sont « les symptômes et la | sommige woningen « symptoom en oorzaak [...] van de achteruitgang van |
cause [...] de la détérioration du climat de vie, de l'infériorisation | het leefklimaat, van de sociale achterstelling van de bewoners en |
sociale des occupants et finalement du délitement du tissu social » (ibid ). La taxe visant à lutter contre la désaffectation a avant tout un effet dissuasif, elle poursuit ensuite un but de sanctionnement à l'égard de ceux qui contribuent, en laissant leur habitation désaffectée et à l'abandon, à la dégradation de la qualité de la vie et du cadre environnant et elle constitue, en troisième lieu, une source de financement d'initiatives qui améliorent la qualité de la vie et du cadre environnant (ibid. ). Les travaux préparatoires font encore apparaître que la disposition litigieuse « s'inscrit dans la politique de lutte contre la désaffectation aux étages des magasins, qui constitue l'une des | uiteindelijk van de desintegratie van het sociale en maatschappelijke weefsel » (ibid.). De leegstandsheffing heeft allereerst een ontradingseffect, werkt ten tweede bestraffend ten aanzien van degenen die door leegstand en verwaarlozing bijdragen tot de verloedering van de leef- en omgevingskwaliteit en dient ten derde als financieringsbron voor initiatieven die de leef- en omgevingskwaliteit verbeteren (ibid.). Uit de parlementaire voorbereiding blijkt nog dat de in het geding zijnde bepaling « kadert [...] in het beleid tegen leegstand boven |
principales formes de désaffectation » (Doc., Conseil flamand, | winkels, hetgeen één van de voornaamste vormen van leegstand is » |
1995-1996, n° 147/12, 26). « A partir du moment où une partie d'un | (Parl. St., Vlaamse Raad, 1995-1996, nr. 147/12, p. 26). « Zodra een |
bâtiment peut être considérée comme habitation, les règles de la | gedeelte van een gebouw als woning kan worden beschouwd, zijn de |
désaffectation d'habitations sont applicables à cette partie, alors | regels van leegstand voor woningen van toepassing op dat gedeelte, |
que, pour le reste, les règles applicables à un bâtiment restent | terwijl voor de rest de regels voor een gebouw van toepassing blijven |
d'application (règle des 50 p.c.). Cela revêt une importance pour | (50 percent regel). Dat is van belang inzake wonen boven winkels » |
l'habitation aux étages des magasins » (ibid., p. 28). | (ibid., p. 28). |
Le législateur décrétal entend donc lutter contre « l'exode de groupes | De decreetgever wil aldus « de uittocht van de meer welvarende |
de population plus fortunés, principalement dans les grandes villes » | bevolkingsgroepen » tegengaan, « vooral dan in de grote steden » |
(Doc., Conseil flamand, 1995-1996, n° 147/1, p. 16). | (Parl. St., Vlaamse Raad, 1995-1996, nr. 147/1, p. 16). |
B.5. En prévoyant à l'article 30, § 2, du décret du 22 décembre 1995 qu'il est question de désaffectation d'une habitation lorsqu'elle n'a pas servi effectivement d'habitation pendant au moins douze mois consécutifs, le législateur décrétal a pris une mesure qui est pertinente par rapport à l'objectif de lutte contre la désaffectation. La Cour doit cependant vérifier si cette mesure est proportionnée en tant qu'il découle de la disposition litigieuse qu'une habitation qui est utilisée à des fins commerciales doit être considérée comme désaffectée. B.6. Lorsqu'une habitation a été utilisée à d'autres fins et qu'elle a dès lors été considérée comme désaffectée en vertu de la disposition litigieuse, la taxe pouvait être évitée en modifiant la destination de l'habitation, à condition, le cas échéant, d'obtenir le permis requis. En soumettant à la taxe visant à lutter contre la désaffectation une habitation qui, contrairement à cette destination légale, est utilisée à d'autres fins, sauf modification de la destination conformément aux dispositions applicables en matière d'aménagement du territoire, le législateur décrétal incite d'ailleurs le redevable à respecter ces dispositions. Etant donné que le législateur décrétal entendait lutter contre l'exode urbain (B.4), il a, de surcroît, aussi raisonnablement pu considérer qu'il ne suffisait pas qu'un bien ayant pour destination légale l'habitation soit effectivement utilisé, mais qu'un tel bien doit également être utilisé en conformité avec sa fonction d'habitation. Cela vaut en particulier pour les espaces situés au-dessus des magasins, un des principaux soucis du législateur décrétal. | B.5. Door in artikel 30, § 2, van het decreet van 22 december 1995 te bepalen dat er sprake is van leegstand van een woning wanneer ze gedurende ten minste twaalf opeenvolgende maanden niet effectief wordt gebruikt in overeenstemming met de woonfunctie, heeft de decreetgever een maatregel genomen die pertinent is ten aanzien van het doel van de bestrijding van de leegstand. Het Hof dient evenwel na te gaan of die maatregel evenredig is in zoverre uit de in het geding zijnde bepaling voortvloeit dat een woning die voor handelsdoeleinden wordt gebruikt als leegstaand moet worden beschouwd. B.6. Wanneer een woning voor andere doeleinden werd gebruikt, en bijgevolg op grond van de in het geding zijnde bepaling als leegstaand werd beschouwd, kon de heffing worden vermeden door de bestemming ervan te wijzigen, op voorwaarde dat, wanneer de bestemmingswijziging vergunningsplichtig was, hiervoor de vereiste vergunning werd verkregen. Door een woning die, in strijd met de wettelijke bestemming ervan, voor andere doeleinden wordt gebruikt, aan de leegstandsheffing te onderwerpen, behoudens een bestemmingswijziging conform de toepasselijke bepalingen inzake ruimtelijke ordening, zet de decreetgever de belastingplichtige trouwens ertoe aan die bepalingen na te leven. Gelet op het feit dat de decreetgever de stadsvlucht beoogde tegen te gaan (B.4), vermocht hij bovendien ook redelijkerwijs aan te nemen dat het niet volstond dat een wettelijk als woning bestemd goed effectief wordt gebruikt, maar dat een dergelijk goed ook in overeenstemming met zijn woonfunctie moet worden gebruikt. Dit geldt inzonderheid met betrekking tot de ruimtes boven winkels, die één van de voornaamste zorgen van de decreetgever uitmaakten. |
B.7. L'article 30, § 2, du décret du 22 décembre 1995, dans sa | B.7. Artikel 30, § 2, van het decreet van 22 december 1995, zoals het |
rédaction antérieure à sa modification par le décret du 18 mai 1999, | bestond vóór de wijziging ervan bij het decreet van 18 mei 1999, heeft |
n'a pas d'effets disproportionnés à l'égard de la catégorie des | geen onevenredige gevolgen ten aanzien van de categorie van |
redevables dont un bâtiment destiné à l'habitation est effectivement | heffingsplichtigen van wie een als woning bestemd gebouw effectief |
utilisé à d'autres fins, comme, en l'espèce, à des fins commerciales. | wordt gebruikt voor andere doeleinden, zoals in casu voor |
Dans cette mesure, la disposition litigieuse est compatible avec les | handelsdoeleinden. In die mate is de in het geding zijnde bepaling |
articles 10, 11 et 172 de la Constitution. | verenigbaar met de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet. |
La première question préjudicielle appelle une réponse négative. | De eerste prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
B.8. La deuxième question préjudicielle porte sur le cas où une | B.8. De tweede prejudiciële vraag betreft het geval waarbij een |
habitation est utilisée à des fins commerciales par un locataire en | huurder een woning gebruikt voor handelsdoeleinden in weerwil van de |
dépit des dispositions du contrat de bail et indépendamment de la | bepalingen van de huurovereenkomst en onafhankelijk van de wil van de |
volonté du redevable. | belastingplichtige. |
La Cour constate qu'en l'espèce, le législateur décrétal n'intervient | Het Hof stelt vast dat de decreetgever te dezen op generlei wijze |
en aucune manière dans les relations contractuelles entre le redevable | ingrijpt in de contractuele verhoudingen tussen de belastingplichtige |
et son locataire et que les règles de droit commun restent donc | en zijn huurder, en dat bijgevolg de regels van het gemeen recht |
intégralement applicables entre eux. | tussen hen onverkort van toepassing zijn. |
La seconde question préjudicielle appelle une réponse négative. | De tweede prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
L'article 30, § 2, du décret flamand du 22 décembre 1995 contenant | Artikel 30, § 2, van het Vlaamse decreet van 22 december 1995 houdende |
diverses mesures d'accompagnement du budget 1996, dans sa rédaction | bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, vóór de wijziging |
antérieure à sa modification par l'article 2 du décret du 18 mai 1999 | ervan bij artikel 2 van het decreet van 18 mei 1999 houdende wijziging |
modifiant le décret du 22 décembre 1995 contenant diverses mesures | van het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot |
d'accompagnement du budget 1996, ne viole pas les articles 10, 11 et | begeleiding van de begroting 1996, schendt niet de artikelen 10, 11 en |
172 de la Constitution. | 172 van de Grondwet. |
Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 16 novembre 2004. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 16 november 2004. |
Le greffier, | De griffier, |
P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |
Le président, | De voorzitter, |
A. Arts. | A. Arts. |