Extrait de l'arrêt n° 2/2004 du 14 janvier 2004 Numéros du rôle : 2542 et 2546 En cause : les recours en annulation totale ou partielle de la loi du 26 avril 2002 relative aux éléments essentiels du statut des membres du personnel des servi La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges L. François, M(...) | Uittreksel uit arrest nr. 2/2004 van 14 januari 2004 Rolnummers 2542 en 2546 In zake : de beroepen tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het statuut van de personeelslede Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters L. Fran(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 2/2004 du 14 janvier 2004 | Uittreksel uit arrest nr. 2/2004 van 14 januari 2004 |
Numéros du rôle : 2542 et 2546 | Rolnummers 2542 en 2546 |
En cause : les recours en annulation totale ou partielle de la loi du | In zake : de beroepen tot gehele of gedeeltelijke vernietiging van de |
26 avril 2002 relative aux éléments essentiels du statut des membres | wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het statuut |
du personnel des services de police et portant diverses autres | van de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse |
dispositions relatives aux services de police, introduits par J.-Y. | andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten, ingesteld |
Stevens et autres et par l'a.s.b.l. Syndicat de la police belge et | door J.-Y. Stevens en anderen en door de v.z.w. Syndicaat van de |
autres. | Belgische politie en anderen. |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée des présidents M. Melchior et A. Arts, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en A. Arts, en de rechters |
François, M. Bossuyt, A. Alen, J.-P. Moerman et E. Derycke, assistée | L. François, M. Bossuyt, A. Alen, J.-P. Moerman en E. Derycke, |
du greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, | bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des recours et procédure | I. Onderwerp van de beroepen en rechtspleging |
Par requêtes adressées à la Cour par lettres recommandées à la poste | Bij verzoekschriften die aan het Hof zijn toegezonden bij op 23 en 24 |
oktober 2002 ter post aangetekende brieven en ter griffie zijn | |
les 23 et 24 octobre 2002 et parvenues au greffe les 24 et 25 octobre | ingekomen op 24 en 25 oktober 2002, is beroep tot gehele of |
2002, un recours en annulation totale ou partielle (articles 129 et | gedeeltelijke (artikelen 129 en 137) vernietiging ingesteld van de wet |
137) de la loi du 26 avril 2002 relative aux éléments essentiels du | van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het statuut van |
statut des membres du personnel des services de police et portant | de personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere |
diverses autres dispositions relatives aux services de police (publiée | bepalingen met betrekking tot de politiediensten (bekendgemaakt in het |
au Moniteur belge du 30 avril 2002, deuxième édition) a été introduit | Belgisch Staatsblad van 30 april 2002, tweede uitgave) door : |
par : - J.-Y. Stevens, demeurant à 5170 Lustin, rue des Quatre Arbres 31, P. | - J.-Y. Stevens, wonende te 5170 Lustin, rue des Quatre Arbres 31, P. |
Cappuyns, demeurant à 1380 Lasne, rue Charlier 5, P. Delcroix, | Cappuyns, wonende te 1380 Lasne, rue Charlier 5, P. Delcroix, wonende |
demeurant à 1340 Ottignies, chaussée de la Croix 14, E. Lispet, | te 1340 Ottignies, chaussée de la Croix 14, E. Lispet, wonende te 5350 |
demeurant à 5350 Evelette, route de Résimont 127, R. Noga, demeurant à | |
4420 Montegnée, rue Joseph Dejardin 115, et O. Onkelincx-Hubeaux, | Evelette, route de Résimont 127, R. Noga, wonende te 4420 Montegnée, |
demeurant à 5580 Rochefort, rue des Fermes 11; | rue Joseph Dejardin 115, en O. Onkelincx-Hubeaux, wonende te 5580 |
Rochefort, rue des Fermes 11; | |
- l'a.s.b.l. Syndicat de la police belge, ayant son siège à 1060 | - de v.z.w. Syndicaat van de Belgische politie, met zetel te 1060 |
Bruxelles, avenue Henri Jaspar 114/19, A. Delcourt, demeurant à 6141 | Brussel, Henri Jasparlaan 114/19, A. Delcourt, wonende te 6141 |
Forchies-la-Marche, rue des Prisonniers de Guerre 28, E. Lebon, | Forchies-la-Marche, rue des Prisonniers de Guerre 28, E. Lebon, |
demeurant à 5000 Namur, rue des Perdrix 15, R. Bamps, demeurant à 6700 | wonende te 5000 Namen, rue des Perdrix 15, R. Bamps, wonende te 6700 |
Arlon, route de Neufchâteau 445, A. Moulin, demeurant à 5140 | Aarlen, route de Neufchâteau 445, A. Moulin, wonende te 5140 |
Sombreffe, chaussée de Bruxelles 22, M. Liekens, demeurant à 1140 | Sombreffe, chaussée de Bruxelles 22, M. Liekens, wonende te 1140 |
Bruxelles, rue de la Plaine d'Aviation 38, J.-M. Le Moine, demeurant à | Brussel, Vliegpleinstraat 38, J.-M. Le Moine, wonende te 1560 |
1560 Hoeilaart, Biesmanstraat 77, C. Pevenage, demeurant à 1390 | Hoeilaart, Biesmanstraat 77, C. Pevenage, wonende te 1390 Graven, |
Grez-Doiceau, Ruelle des Croix 31, G. Willemart, demeurant à 2100 | Ruelle des Croix 31, G. Willemart, wonende te 2100 Belgrade, rue des |
Belgrade, rue des Balsamines 13, C. Denayer, demeurant à 5340 Gesves, | Balsamines 13, C. Denayer, wonende te 5340 Gesves, rue Les Fonds 92, |
rue Les Fonds 92, et I. Carlier, demeurant à 5000 Namur, rue J. Hamoir 34. | en I. Carlier, wonende te 5000 Namen, rue J. Hamoir 34. |
Par ordonnance du 31 octobre 2002, la Cour a joint les affaires. | Bij beschikking van 31 oktober 2002 heeft het Hof de zaken samengevoegd. |
(...) | (...) |
II. En droit | II. In rechte |
(...) | (...) |
Quant à la confirmation législative rétroactive de l'arrêté royal du | Ten aanzien van de retroactieve wettelijke bekrachtiging van het |
30 mars 2001 portant la position juridique du personnel des services | koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie |
van het personeel van de politiediensten (eerste middel in de zaak nr. | |
de police (premier moyen dans l'affaire no 2542 et premier et | 2542 en eerste en derde middel in de zaak nr. 2546) |
troisième moyens dans l'affaire no 2546) | |
B.1.1. Il résulte de l'examen des requêtes que ces moyens portent sur | B.1.1. Uit het onderzoek van de verzoekschriften blijkt dat die |
les articles 129, 136, 137 et 138, 2o, de la loi du 26 avril 2002 | middelen betrekking hebben op de artikelen 129, 136, 137 en 138, 2o, |
relative aux éléments essentiels du statut des membres du personnel | van de wet van 26 april 2002 houdende de essentiële elementen van het |
des services de police et portant diverses autres dispositions | statuut van de personeelsleden van de politiediensten en houdende |
relatives aux services de police. Les requérants font grief à ces | diverse andere bepalingen met betrekking tot de politiediensten. De |
dispositions d'influencer de manière décisive des procédures | verzoekende partijen verwijten die bepalingen dat ze op ingrijpende |
wijze hangende jurisdictionele procedures beïnvloeden, met miskenning | |
juridictionnelles en cours, en méconnaissance des articles 10 et 11 de | van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang |
la Constitution, lus isolément ou combinés avec d'autres dispositions | gelezen met andere grondwettelijke bepalingen, algemene |
de la Constitution, des principes généraux du droit, ainsi que des | rechtsbeginselen en bepalingen van verscheidene internationale |
dispositions de plusieurs conventions internationales. | verdragen. |
B.1.2. L'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 dispose : | B.1.2. Artikel 131 van de programmawet van 30 december 2001 bepaalt : |
« La partie XII de l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la position | « Deel XII van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling |
juridique du personnel des services de police est confirmée. » | van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten wordt |
Quant à l'article 168 de la loi-programme, il énonce : | bekrachtigd. » Artikel 168 van de programmawet luidt : |
« La présente loi entre en vigueur le 1er janvier 2002, à l'exception de : | « Deze wet treedt in werking op 1 januari 2002, met uitzondering van : |
[...] | [...] |
les articles 120, 129 et 130 qui produisent leurs effets le 1er avril 2001; | - de artikelen 120, 129 en 130 die uitwerking hebben op 1 april 2001; |
[...]. » | [...]. » |
L'article 129 de la loi du 26 avril 2002 dispose : | Artikel 129 van de wet van 26 april 2002 bepaalt : |
« A l'article 168, quinzième tiret, de la loi-programme du 30 décembre | « In artikel 168 van de programmawet van 30 december 2001 worden in |
2001, les mots ' et 131 ' sont insérés entre le mot ' 130 ' et le mot | het vijftiende streepje, de woorden ' en 131 ' ingevoegd tussen het |
' qui '. » | woord ' 130 ' en het woord ' die '. » |
Les articles 136 à 138 de la même loi énoncent : | De artikelen 136 tot 138 van dezelfde wet luiden : |
« Art. 136.Les articles I.I.1er, II.I.11, II.II.1er, II.II.2, |
« Art. 136.De artikelen I.I.1, II.I.11, II.II.1, II.II.2, II.III.1, |
II.III.1er, alinéas 1er, 2 et 3, II.III.2, III.III.1er, III.III.2, | eerste, tweede en derde lid, II.III.2, III.III.1, III.III.2, III.V.1, |
III.V.1er, III.V.2, IV.I.4, IV.I.5, IV.I.6, IV.I.7, IV.I.8, IV.I.9, | III.V.2, IV.I.4, IV.I.5, IV.I.6, IV.I.7, IV.I.8, IV.I.9, IV.I.10, |
IV.I.10, IV.I.11, IV.I.15, alinéa 2, IV.I.35, IV.I.41, IV.I.42, | IV.I.11, IV.I.15, tweede lid, IV.I.35, IV.I.41, IV.I.42, IV.I.43, |
IV.I.43, IV.I.44, IV.I.45, IV.I.46, IV.I.49, VII.I.1er, VII.I.2, | IV.I.44, IV.I.45, IV.I.46, IV.I.49, VII.I.1, VII.I.2, VII.I.3, |
VII.I.3, VII.I.4, VII.I.5, VII.I.10, alinéa 1er, VII.I.13, VII.I.21, | VII.I.4, VII.I.5, VII.I.10, eerste lid, VII.I.13, VII.I.21, eerste en |
alinéas 1er et 2, VII.I.26, VII.I.27, alinéa 2, VII.I.28, alinéa 1er, | tweede lid, VII.I.26, VII.I.27, tweede lid, VII.I.28, eerste lid, |
VII.I.29, VII.I.30, VII.I.40, alinéa 1er, VII.I.41, alinéa 1er, | VII.I.29, VII.I.30, VII.I.40, eerste lid, VII.I.41, eerste lid, |
VII.I.44, VII.II.1er, § 2, VII.II.2, VII.II.4, VII.II.5, VII.II.6, | VII.I.44, VII.II.1, § 2, VII.II.2, VII.II.4, VII.II.5, VII.II.6, |
VII.II.7, VII.II.8, VII.II.11, alinéa 2, VII.II.12, alinéa 2, | VII.II.7, VII.II.8, VII.II.11, tweede lid, VII.II.12, tweede lid, |
VII.II.28, VII.II.29, VII.III.1er, VII.III.2, VII.III.3, alinéa 1er, | VII.II.28, VII.II.29, VII.III.1, VII.III.2, VII.III.3, eerste lid, VII.III.4, eerste lid, |
VII.III.4, alinéa 1er, VII.III.8, alinéa 1er, VII.III.16, alinéa 1er, | VII.III.8, eerste lid, VII.III.16, eerste lid, VII.III.19, VII.III.20, |
VII.III.19, VII.III.20, alinéa 1er, VII.III.53, VII.III.86, | eerste lid, VII.III.53, VII.III.86, VII.III.87, VII.III.88, |
VII.III.87, VII.III.88, VII.III.124, VII.III.125, VII.III.129, | VII.III.124, VII.III.125, VII.III.129, VII.IV.2, VII.IV.4, VII.IV.5, |
VII.IV.2, VII.IV.4, VII.IV.5, VII.IV.6, VII.IV.7, VII.IV.8, VII.IV.9, | VII.IV.6, VII.IV.7, VII.IV.8, VII.IV.9, VII.IV.13, tweede lid, |
VII.IV.13, alinéa 2, VII.IV.14, alinéa 2, VII.IV.15, alinéa 2, IX.I.1er, | VII.IV.14, tweede lid, VII.IV.15, tweede lid, IX.I.1, IX.I.2, eerste |
IX.I.2, alinéas 1er et 3, IX.I.3, IX.I.4, IX.I.6, alinéa 4, IX.I.7, | en derde lid, IX.I.3, IX.I.4, IX.I.6, vierde lid, IX.I.7, eerste lid, |
alinéa 1er, IX.I.8, IX.I.10, IX.I.12, X.I.1er, XI.II.1er, alinéa 1er, | IX.I.8, IX.I.10, IX.I.12, X.I.1, XI.II.1, eerste lid, XI.II.2, |
XI.II.2, XI.II.16, XI.II.23, § 1er, XI.II.24, XI.II.25, XI.II.26, | XI.II.16, XI.II.23, § 1, XI.II.24, XI.II.25, XI.II.26, XI.II.27 en |
XI.II.27 et XI.II.28 de l'arrêté royal du 30 mars 2001 portant la | XI.II.28 van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van |
position juridique du personnel des services de police, sont | de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, worden |
confirmés. | bevestigd. |
Art. 137.Pour son application, la partie XII de l'arrêté royal du 30 |
Art. 137.Voor de toepassing van deel XII van het koninklijk besluit |
mars 2001 portant la position juridique du personnel des services de | van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel |
police, confirmée par l'article 131 de la loi-programme du 30 décembre | van de politiediensten, bekrachtigd bij artikel 131 van de |
2001, doit être lue avec la version du même arrêté telle que fixée à | programmawet van 30 december 2001, moet dat deel XII worden |
samengelezen met de versie van voornoemd besluit van 30 maart 2001 | |
la date d'entrée en vigueur de la présente loi. Les modifications | zoals vastgelegd op de datum van inwerkingtreding van deze wet. De |
apportées à l'arrêté royal du 30 mars 2001 précité après cette date | wijzigingen van voornoemd besluit van 30 maart 2001 na die datum van |
d'entrée en vigueur sont d'application conforme à cette partie XII | inwerkingtreding zijn slechts van overeenkomstige toepassing op dat |
dans la mesure et pour autant que ce soit explicitement prévu. | deel XII voor zover en in de mate dat daar uitdrukkelijk wordt in |
Art. 138.La présente loi entre en vigueur le jour de sa publication |
voorzien. Art. 138.Deze wet treedt in werking de dag waarop zij in het Belgisch |
au Moniteur belge , à l'exception de : | Staatsblad wordt bekendgemaakt, met uitzondering van : |
1o l'article 97 qui produit ses effets le 1er janvier 2001; | 1o artikel 97 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 2001; |
2o les articles 1er à 96, 130, 131 et 136 qui produisent leurs effets | 2o de artikelen 1 tot 96, 130, 131 en 136 die uitwerking hebben met |
le 1er avril 2001. » | ingang van 1 april 2001. » |
B.1.3. Les parties requérantes soutiennent que la confirmation en | B.1.3. De verzoekende partijen betogen dat de in het geding zijnde |
cause ne serait pas celle qu'avait prévue l'article 184 de la | bekrachtiging niet diegene zou zijn waarin bij artikel 184 van de |
Constitution, dès lors qu'elle ne porte pas sur les éléments | Grondwet was voorzien, aangezien zij geen betrekking heeft op de |
essentiële elementen van het statuut van de personeelsleden van de | |
essentiels du statut des membres du personnel des services de police | geïntegreerde politiediensten. Aangezien niet in de bekritiseerde |
intégrés. N'ayant pas été prévue, la confirmation critiquée | bekrachtiging was voorzien, zou zij een geldigverklaring vormen die |
constituerait une validation contraire aux articles 10 et 11 de la | strijdig is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre zij |
Constitution, en ce qu'elle interfère dans une procédure | |
juridictionnelle en cours, sans être motivée par des considérations | ingrijpt in een hangend rechtsgeding, zonder gemotiveerd te zijn door |
d'intérêt général. | overwegingen van algemeen belang. |
Dans leur troisième moyen, les requérants dans l'affaire no 2546 | In hun derde middel zijn de verzoekende partijen in de zaak nr. 2546 |
estiment que l'article 138 de la loi du 26 avril 2002, qui donne un | van mening dat artikel 138 van de wet van 26 april 2002, waarbij |
effet rétroactif au 1er avril 2001 aux articles de cette loi qui | terugwerkende kracht tot 1 april 2001 wordt verleend aan de artikelen |
van die wet die bepalingen bevatten die reeds « op min of meer | |
contiennent des dispositions figurant déjà « de façon plus ou moins | soortgelijke wijze » waren vermeld in de delen I tot XI van het |
similaire » dans les parties I à XI de l'arrêté royal du 30 mars 2001 | koninklijk besluit van 30 maart 2001 en die bepalingen bekrachtigen |
et qui confirment des dispositions figurant dans lesdites parties a | die in de voormelde delen zijn opgenomen, tot doel heeft de |
pour objet d'influencer de manière discriminatoire les procédures | jurisdictionele procedures waarvan die reglementaire bepalingen het |
juridictionnelles dont ces dispositions réglementaires sont l'objet. | voorwerp uitmaken, op discriminerende wijze te beïnvloeden. |
B.1.4. Ces moyens sont analogues à ceux examinés par la Cour, à propos | B.1.4. Die middelen zijn analoog met die welke het Hof, in verband met |
de la loi-programme du 30 décembre 2001 et des dispositions attaquées | de programmawet van 30 december 2001 en de hierbij bestreden |
ici, dans son arrêt no 102/2003 du 22 juillet 2003. Ils doivent être | bepalingen, heeft onderzocht in zijn arrest nr. 102/2003 van 22 juli |
rejetés pour les mêmes motifs, figurant sub B.16.1 à B.16.8 dudit | 2003. Ze moeten om dezelfde redenen, vermeld sub B.16.1 tot B.16.8 van |
arrêt. | voormeld arrest, worden verworpen. |
Quant au second moyen dans l'affaire no 2542 | Ten aanzien van het tweede middel in de zaak nr. 2542 |
B.2.1. Les requérants allèguent la violation des articles 10 et 11 de | B.2.1. De verzoekers voeren de schending aan van de artikelen 10 en 11 |
la Constitution, lus isolément ou combinés avec d'autres dispositions | van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met andere |
constitutionnelles, législatives ou réglementaires, en ce que les | grondwettelijke, wettelijke of reglementaire bepalingen, in zoverre de |
dispositions attaquées intègrent au grade d'inspecteur de police de la | bestreden bepalingen in de graad van inspecteur van politie van de |
police intégrée, d'une part, les sous-chefs et premiers sous-chefs | geïntegreerde politie, enerzijds, de onderluchthavenmeesters en eerste |
d'aérodrome de gendarmerie et, d'autre part, les maréchaux et premiers | onderluchthavenmeesters bij de rijkswacht integreren, en, anderzijds, |
maréchaux des logis de gendarmerie revêtus de la qualité d'officier de | de wachtmeesters en eerste wachtmeesters bij de rijkswacht die de |
police judiciaire et d'officier de police administrative, alors qu'ils | hoedanigheid hebben van officier van gerechtelijke politie en van |
officier van bestuurlijke politie, terwijl zij, volgens hen, | |
auraient dû être intégrés, selon eux, dans le grade d'officier de la | geïntegreerd hadden moeten worden in de graad van officier van de |
gendarmerie et, partant, dans le grade d'officier de la police | rijkswacht en vandaar in de graad van officier van de geïntegreerde |
intégrée. | politie. |
B.2.2. Ce moyen est identique à celui que la Cour a examiné, à propos | B.2.2. Dat middel is identiek aan datgene dat het Hof heeft onderzocht |
de l'article XII.II.15 de l'arrêté royal du 30 mars 2001, confirmé par | in verband met artikel XII.II.15 van het koninklijk besluit van 30 |
l'article 131 de la loi-programme du 30 décembre 2001 et auquel | maart 2001, bekrachtigd bij artikel 131 van de programmawet van 30 |
l'article 137 de la loi attaquée se réfère. La disposition attaquée a | december 2001 en waarnaar artikel 137 van de bestreden wet verwijst. |
De bestreden bepaling werd bij dat arrest vernietigd, in zoverre zij | |
été annulée par cet arrêt en ce qu'elle a pour conséquence que les | tot gevolg heeft dat de voormalige onderluchthavenmeesters en eerste |
anciens sous-chefs d'aérodrome et premiers sous-chefs d'aérodrome qui | onderluchthavenmeesters die voor het behoud van hun oorspronkelijk |
ont choisi le maintien de leur statut d'origine ne conservent pas la | statuut hebben gekozen, de hoedanigheid van officier van gerechtelijke |
qualité d'officier de police judiciaire, auxiliaire du procureur du | politie, hulpofficier van de procureur des Konings, en van officier |
Roi, et d'officier de police administrative. | van bestuurlijke politie niet behouden. |
Le moyen doit être rejeté pour le surplus, pour les motifs donnés sub | Het middel moet voor het overige worden verworpen om de redenen |
B.17.3 à B.17.6 dudit arrêt. | vermeld sub B.17.3 tot B.17.6 van voormeld arrest. |
Quant au deuxième moyen dans l'affaire no 2546 | Ten aanzien van het tweede middel in de zaak nr. 2546 |
B.3.1.1. Dans le deuxième moyen dans l'affaire no 2546, les requérants | B.3.1.1. In het tweede middel in de zaak nr. 2546 voeren de verzoekers |
allèguent la violation des articles 10 et 11 de la Constitution lus | de schending aan van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan |
isolément ou en combinaison avec plusieurs dispositions législatives | niet in samenhang gelezen met verscheidene wetsbepalingen en met |
algemene rechtsbeginselen, in zoverre de bestreden bepalingen de | |
et avec des principes généraux du droit en ce que les dispositions | inspecteurs en afdelingsinspecteurs van de voormalige gerechtelijke |
attaquées intègrent dans un grade de niveau 2, avec une échelle de | politie die een graad van niveau 2+ hadden binnen de voormalige |
gerechtelijke politie, integreren in een graad van niveau 2 met een | |
traitement du niveau 2+, les inspecteurs et inspecteurs divisionnaires | loonschaal van niveau 2+ (artikel XII.II.18 van het koninklijk besluit |
van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel | |
de l'ancienne police judiciaire qui disposaient d'un grade de niveau | van de politiediensten, bekrachtigd bij artikel 131 van de |
2+ au sein de celle-ci (article XII.II.18 de l'arrêté royal du 30 mars | programmawet van 30 december 2001). |
2001 portant la position juridique du personnel des services de | |
police, confirmé par l'article 131 de la loi-programme du 30 décembre | |
2001). B.3.1.2. Ils font grief à l'article XII.II.21, alinéa 3, du même | B.3.1.2. Zij verwijten artikel XII.II.21, derde lid, van hetzelfde |
arrêté d'insérer les inspecteurs divisionnaires 2C dans l'échelle de | besluit dat het de afdelingsinspecteurs 2C inschaalt in de loonschaal |
traitement M5.2 et à l'article XII.VII.17 de cet arrêté de permettre | M5.2, en artikel XII.VII.17 van dat besluit dat het de enkele |
aux seuls inspecteurs divisionnaires 2D d'être promus au grade de | afdelingsinspecteurs 2D in staat stelt bevorderd te worden tot de |
commissaire de police dès qu'ils comptent quatre années d'ancienneté | graad van politiecommissaris, zodra zij vier jaar anciënniteit in die |
dans cette échelle de traitement, tandis que les inspecteurs | loonschaal hebben, terwijl de afdelingsinspecteurs 2C een dergelijke |
divisionnaires 2C ne peuvent bénéficier d'une telle promotion | automatische bevordering niet kunnen genieten, aangezien zij worden |
automatique dès lors qu'ils sont insérés dans l'échelle de traitement | ingeschaald in de loonschaal M5.2, met toepassing van het voormelde |
M5.2, en application du susdit article XII.II.21, alinéa 3, confirmé. | bekrachtigde artikel XII.II.21, derde lid. |
B.3.1.3. Ils font valoir que les inspecteurs divisionnaires C, | B.3.1.3. Zij voeren aan dat de afdelingsinspecteurs C, geslaagden voor |
lauréats de l'examen D, seraient discriminés par le fait que l'article | het examen D, zouden worden gediscrimineerd doordat artikel XII.VII.11 |
XII.VII.11 du même arrêté ne reprend pas le brevet 2D. Cet « oubli » | van hetzelfde besluit niet het brevet 2D overneemt. Die « vergetelheid |
aurait pour effet que ces inspecteurs ne sont pas insérés dans | » zou tot gevolg hebben dat die inspecteurs niet worden ingeschaald in |
l'échelle M7bis, ce qui leur aurait permis d'être promus au grade de | de loonschaal M7bis, wat hen nochtans ertoe in staat zou hebben |
commissaire au terme de quatre années. | gesteld na vier jaar tot de graad van commissaris te worden bevorderd. |
B.3.1.4. Les parties requérantes allèguent une discrimination à | B.3.1.4. De verzoekende partijen voeren een discriminatie aan ten |
l'égard des commissaires judiciaires divisionnaires 1C qui sont | aanzien van de gerechtelijke afdelingscommissarissen 1C die, krachtens |
insérés, en vertu de l'article XII.II.25 du même arrêté, au grade de | artikel XII.II.25 van hetzelfde besluit, in de graad van |
commissaire de police, à l'échelle barémique O4, soit dans le même | politiecommissaris, worden ingeschaald in de loonschaal O4, zijnde in |
cadre que les officiers autres que généraux ou supérieurs de la | hetzelfde kader als dat van de andere officieren dan hoofd- of |
gendarmerie. Cette intégration aurait pour effet d'assimiler de | opperofficieren van de rijkswacht. Die inschaling zou tot gevolg |
manière discriminatoire les commissaires judiciaires divisionnaires 1C | hebben dat de gerechtelijke afdelingscommissarissen 1C op |
aux commissaires 1B alors que, selon les requérants, ces deux | discriminerende wijze worden gelijkgesteld met de commissarissen 1B, |
catégories occupaient des places tout à fait différentes au sein de | terwijl, volgens de verzoekers, beide categorieën volkomen |
l'ancienne police judiciaire. | verschillende posten bekleedden binnen de voormalige gerechtelijke |
Elles prétendent encore qu'il est discriminatoire d'avoir inséré les | politie. Zij beweren verder dat het discriminerend is dat de gerechtelijke |
commissaires judiciaires divisionnaires 1C à l'échelle barémique O4. | afdelingscommissarissen 1C zijn ingeschaald in de loonschaal O4. |
B.3.1.5. Les requérants reprochent aux articles XII.II.25, 27 et 28, | B.3.1.5. De verzoekers verwijten de artikelen XII.II.25, 27 en 28, |
ainsi qu'au tableau D1 de l'annexe 11 du même arrêté de prendre en | alsmede de tabel D1 van bijlage 11 van hetzelfde besluit dat de door |
considération les primes et allocations perçues par les gendarmes et | de rijkswachters en de leden van de voormalige gemeentepolitie |
les membres de l'ancienne police communale pour leur insertion dans la | ontvangen premies en toelagen in aanmerking worden genomen bij hun |
nouvelle police alors que tel n'aurait pas été le cas pour les membres | inschaling in de nieuwe politie, terwijl zulks niet het geval zou zijn |
de l'ancienne police judiciaire. | geweest voor de leden van de voormalige gerechtelijke politie. |
B.3.1.6. Les parties requérantes dénoncent une discrimination à | B.3.1.6. De verzoekende partijen klagen een discriminatie aan ten |
l'égard des commissaires en chef de la police judiciaire, qui | aanzien van de hoofdcommissarissen van de gerechtelijke politie, die |
résulterait des articles XII.II.31 et XII.II.34 confirmés du même | zou voortvloeien uit de bekrachtigde artikelen XII.II.31 en XII.II.34 |
arrêté en ce qu'ils inséreraient les commissaires en chef de la police | van hetzelfde besluit, in zoverre die artikelen de hoofdcommissarissen |
judiciaire dans l'échelle de traitement O6 ou O7 suivant la taille du | van de gerechtelijke politie zouden inschalen in de loonschaal O6 of |
ressort où ils exercent leurs fonctions, sans tenir compte de ce | O7 naar gelang van de omvang van het ambtsgebied waar zij hun functies |
qu'ils disposent, dans ce grade, d'une ancienneté de plus ou de moins | uitoefenen, zonder rekening te houden met het feit of ze in die graad |
de six années et alors que le critère de l'ancienneté a été pris en | over een anciënniteit beschikken van meer of minder dan zes jaar en |
terwijl het criterium van anciënniteit in aanmerking is genomen voor | |
considération pour les colonels de gendarmerie. | de kolonels bij de rijkswacht. |
B.3.1.7. Les parties requérantes dénoncent le caractère | B.3.1.7. De verzoekende partijen klagen het discriminerende karakter |
discriminatoire du mécanisme de commissionnement organisé par les | aan van het in de artikelen XII.VII.21, XII.VII.22 en XII.VII.23 van |
articles XII.VII.21, XII.VII.22 et XII.VII.23 du même arrêté. | hetzelfde besluit georganiseerde mechanisme van aanstelling. |
B.3.1.8. Les parties requérantes reprochent à l'article XII.VII.16 du | B.3.1.8. De verzoekende partijen verwijten artikel XII.VII.16 van |
hetzelfde besluit dat het niet van toepassing is op de ambtenaren van | |
même arrêté de ne pas s'appliquer aux agents de la police judiciaire | de gerechtelijke politie die houder zijn van een van de brevetten |
qui sont titulaires d'un des brevets repris par la disposition | vermeld in de voormelde bepaling, maar die worden ingeschaald in de |
précitée mais qui sont insérés dans l'échelle de traitement M3.2. | loonschaal M3.2. |
B.3.2. Ces dispositions avaient été confirmées par l'article 131 de la | B.3.2. Die bepalingen werden bekrachtigd bij artikel 131 van de |
loi-programme du 30 décembre 2001 (qui ne fait pas l'objet de l'actuel | programmawet van 30 december 2001 (dat niet het voorwerp uitmaakt van |
recours) et non par la loi du 26 avril 2002 qui fait l'objet du | onderhavig beroep) en niet bij de wet van 26 april 2002, die het |
recours dans l'affaire no 2546. | voorwerp uitmaakt van het beroep in de zaak nr. 2546. |
Le moyen est donc irrecevable. | Het middel is derhalve onontvankelijk. |
Quant au quatrième moyen dans l'affaire no 2546 | Ten aanzien van het vierde middel in de zaak nr. 2546 |
B.4.1. Les requérants dans l'affaire no 2546 reprochent aux articles 3 | B.4.1. De verzoekende partijen in de zaak nr. 2546 verwijten de |
et 136 de la loi attaquée d'établir les grades de la nouvelle police | artikelen 3 en 136 van de bestreden wet dat zij de graden van de |
sans prévoir l'existence d'un niveau 2+ alors qu'ils bénéficiaient des | nieuwe politie vaststellen, zonder te voorzien in een niveau 2+, |
avantages pécuniaires d'un tel niveau lorsqu'ils appartenaient à la | terwijl zij de geldelijke voordelen van een dergelijk niveau genoten |
wanneer zij tot de gerechtelijke politie behoorden en indienstnemingen | |
police judiciaire et que des recrutements à des emplois de ce niveau | voor betrekkingen van dat niveau in de toekomst mogelijk zullen zijn. |
seront possibles dans le futur. Ils estiment que l'assimilation au | Zij zijn van mening dat de aan hen opgelegde gelijkstelling met niveau |
niveau 2 qui leur est imposée les prive de la possibilité d'accéder à | 2 hun de mogelijkheid ontzegt om toegang te hebben tot betrekkingen |
des emplois de niveau 2+ dans l'administration générale. | van niveau 2+ in het algemeen bestuur. |
B.4.2. L'article 3 de la loi du 26 avril 2002 dispose : | B.4.2. Artikel 3 van de wet van 26 april 2002 bepaalt : |
« Chaque cadre visé à l'article 117, alinéa 1er, de la loi comprend un | « Elk kader bedoeld in artikel 117, eerste lid, van de wet omvat één |
ou plusieurs grades qui se succèdent dans l'ordre hiérarchique suivant : | of meer graden die elkaar in navolgende hiërarchische orde opvolgen : |
1o le cadre d'officiers : | 1o het officierskader : |
a) commissaire divisionnaire de police; | a) hoofdcommissaris van politie; |
b) commissaire de police; | b) commissaris van politie; |
c) aspirant commissaire de police; | c) aspirant-commissaris van politie; |
2o le cadre moyen : | 2o het middenkader : |
a) inspecteur principal de police; | a) hoofdinspecteur van politie; |
b) aspirant inspecteur principal de police; | b) aspirant-hoofdinspecteur van politie; |
3o le cadre de base : | 3o het basiskader : |
a) inspecteur de police; | a) inspecteur van politie; |
b) aspirant inspecteur de police; | b) aspirant-inspecteur van politie; |
4o le cadre d'auxiliaires de police : | 4o het kader van hulpagenten van politie : |
a) agent auxiliaire de police; | a) hulpagent van politie; |
b) aspirant agent auxiliaire de police. | b) aspirant-hulpagent van politie. |
Les officiers visés au 1o, a), sont les officiers supérieurs. » | De officieren bedoeld in 1o, a), zijn de hogere officieren. » |
L'article 136 de la même loi a été reproduit sub B.1.2. | Artikel 136 van dezelfde wet is weergegeven sub B.1.2. |
B.4.3. Le grief est identique à celui qui a été examiné par la Cour | B.4.3. De grief is identiek aan die welke het Hof heeft onderzocht in |
dans l'arrêt no 102/2003 à propos de l'article XII.II.18 de l'arrêté | het arrest nr. 102/2003 in verband met artikel XII.II.18 van het |
royal du 30 mars 2001, confirmé par l'article 131 de la loi-programme | koninklijk besluit van 30 maart 2001, bekrachtigd bij artikel 131 van |
du 30 décembre 2001. Cette disposition a été annulée en ce qu'elle | de programmawet van 30 december 2001. Die bepaling is vernietigd, in |
intègre les inspecteurs et inspecteurs divisionnaires de l'ancienne | zoverre zij de inspecteurs en afdelingsinspecteurs van de voormalige |
police judiciaire dans le grade d'inspecteur principal de la nouvelle | gerechtelijke politie integreert in de graad van hoofdinspecteur van |
police. | de nieuwe politie. |
Le moyen doit être accueilli pour les mêmes motifs que ceux fondant | Het middel dient gegrond te worden verklaard om dezelfde redenen als |
cette annulation, donnés sub B.20.1 à B.20.7 dudit arrêt. | die waarop die vernietiging berust, vermeld sub B.20.1 tot B.20.7 van |
voormeld arrest. | |
Quant au cinquième moyen dans l'affaire no 2546 | Ten aanzien van het vijfde middel in de zaak nr. 2546 |
B.5.1. Les requérants dans l'affaire no 2546 reprochent aux articles 3 | B.5.1. De verzoekende partijen in de zaak nr. 2546 verwijten de |
à 96 et 136 de la loi du 26 avril 2002 de recopier ou de confirmer des | artikelen 3 tot 96 en 136 van de wet van 26 april 2002 bepalingen over |
dispositions qui, de manière discriminatoire, contiendraient des | te nemen of te bekrachtigen die, op discriminerende wijze, delegaties |
délégations ou des subdélégations portant sur des compétences que la | of subdelegaties in verband met bevoegdheden die de Grondwet aan de |
Constitution réserve au législateur, notamment les dispositions | wetgever voorbehoudt zouden bevatten, met name de bepalingen opgenomen |
figurant aux articles II.I.11 et III.V.1er de l'arrêté royal du 30 | in de artikelen II.I.11 en III.V.1 van het koninklijk besluit van 30 |
mars 2001. | maart 2001. |
B.5.2. Le moyen est irrecevable en tant qu'il porte sur d'autres | B.5.2. Het middel is onontvankelijk in zoverre het betrekking heeft op |
délégations et subdélégations de pouvoir que celles que contiendraient | andere delegaties en subdelegaties van bevoegdheid dan die welke de |
les dispositions des articles II.I.11 et III.V.1er de l'arrêté royal | bepalingen van de artikelen II.I.11 en III.V.1 van het koninklijk |
du 30 mars 2001 : faute en effet de préciser de quelles dispositions | besluit van 30 maart 2001 zouden bevatten : immers, door niet te |
il s'agit, le moyen ne permet ni aux parties ni à la Cour de | preciseren om welke bepalingen het gaat, maakt het middel het noch de |
déterminer avec précision l'objet du grief. | partijen, noch het Hof mogelijk het onderwerp van de grief nauwkeurig |
vast te stellen. | |
B.5.3. Les articles II.I.11 et III.V.1er de l'arrêté royal du 30 mars | B.5.3. De artikelen II.I.11 en III.V.1 van het koninklijk besluit van |
2001 disposent : | 30 maart 2001 bepalen : |
« Art. II.I.11. Sans préjudice de l'article 54 de la loi, les | « Art. II.I.11. Onverminderd artikel 54 van de wet, worden de |
officiers sont nommés par Nous. | officieren door Ons benoemd. |
Sans préjudice de l'article 56 de la loi, les autres membres du | Onverminderd artikel 56 van de wet, worden de overige personeelsleden |
personnel sont nommés par le ministre ou engagés par le ministre ou | benoemd door de minister of in dienst genomen door de minister of de |
par le directeur du service de la police fédérale qu'il désigne. » | directeur van de door hem aangewezen dienst van de federale politie. » |
« Art. III.V.1er. Le ministre fixe le code déontologique des services | « Art. III.V.1. De minister stelt de deontologische code van de |
de police. | politiediensten vast. |
Sans préjudice de l'alinéa 1er, les membres du personnel qui ont une | Onverminderd het eerste lid, blijven de personeelsleden die een |
qualification professionnelle spécifique restent soumis au code | bijzondere beroepskwalificatie genieten onderworpen aan de daaraan |
déontologique y afférent. » | verbonden deontologische code. » |
B.5.4. Les articles précités de l'arrêté royal du 30 mars 2001 ont été | B.5.4. De voormelde artikelen van het koninklijk besluit van 30 maart |
confirmés par l'article 136 de la loi attaquée. Le législateur a ainsi | 2001 werden bekrachtigd bij artikel 136 van de bestreden wet. De |
fait siennes les dispositions contenant les délégations critiquées par | wetgever heeft zich aldus de bepalingen toegeëigend waarin de in het |
le moyen. | middel bekritiseerde delegaties vervat zijn. |
B.5.5. Les articles 27 et 50 de la loi du 26 avril 2002 disposent : | B.5.5. De artikelen 27 en 50 van de wet van 26 april 2002 bepalen : |
« Art. 27.Sauf en cas d'application de l'article 54 de la loi, les |
« Art. 27.Behalve bij toepassing van artikel 54 van de wet, worden de |
officiers sont nommés par le Roi. | officieren door de Koning benoemd. |
Sauf en cas d'application de l'article 56 de la loi, les autres | Behalve met toepassing van artikel 56 van de wet, worden de overige |
membres du personnel sont nommés par le ministre ou engagés par le | personeelsleden benoemd door de minister of in dienst genomen door de |
ministre ou par le directeur du service de la police fédérale qu'il | minister of de directeur van de door hem aangewezen dienst van de |
désigne. » | federale politie. » |
« Art. 50.Le Roi fixe le code de déontologie des services de police. |
« Art. 50.De Koning stelt de deontologische code van de politiediensten vast. |
Sous réserve de l'application de l'alinéa 1er, les membres du | Onder voorbehoud van de toepassing van het eerste lid, blijven de |
personnel qui ont une qualification professionnelle spécifique restent | personeelsleden die een bijzondere beroepskwalificatie genieten, |
soumis au code de déontologie y afférent. » | onderworpen aan de daaraan verbonden deontologische code. » |
B.5.6. En attribuant au pouvoir législatif la compétence de régler les | B.5.6. Door de bevoegdheid inzake de regeling van de essentiële |
elementen van het statuut van de personeelsleden van de | |
éléments essentiels du statut des membres du personnel des services de | politiediensten aan de wetgevende macht toe te wijzen, heeft de |
police, le Constituant a voulu éviter que le pouvoir exécutif règle | Grondwetgever willen vermijden dat die aangelegenheid zou worden |
seul cette matière; l'article 184 de la Constitution garantit ainsi | geregeld door de uitvoerende macht alleen; aldus waarborgt artikel 184 |
qu'elle fera l'objet de décisions prises par une assemblée délibérante | van de Grondwet dat daarover wordt beslist door een democratisch |
démocratiquement élue. | verkozen beraadslagende vergadering. |
Bien que cette disposition réserve ainsi, en cette matière, la | Hoewel die bepaling, in die aangelegenheid, de normatieve bevoegdheid |
compétence normative au législateur fédéral - lequel doit en régler les éléments essentiels -, elle n'exclut pas que soit laissé un pouvoir limité d'exécution au Roi, voire à d'autres autorités désignées par le législateur. Une telle délégation n'est pas contraire au principe de légalité pour autant que l'habilitation soit définie de manière suffisamment précise et porte sur l'exécution de mesures dont les éléments essentiels sont fixés préalablement par le législateur. Il y a lieu d'examiner dès lors si l'habilitation donnée au Roi par les dispositions attaquées respecte les limites ainsi définies. B.5.7. Il ne peut être raisonnablement soutenu que l'habilitation donnée en matière de nominations (article II.1.11 de l'arrêté et | aldus voorbehoudt aan de federale wetgever - die de essentiële elementen ervan moet regelen -, sluit zij niet uit dat een beperkte uitvoeringsbevoegdheid aan de Koning, of zelfs aan andere door de wetgever aangewezen overheden, wordt overgelaten. Een dergelijke delegatie is niet in strijd met het legaliteitsbeginsel, voor zover de machtiging voldoende nauwkeurig is omschreven en betrekking heeft op de tenuitvoerlegging van maatregelen waarvan de essentiële elementen voorafgaandelijk door de wetgever zijn bepaald. Bijgevolg dient te worden onderzocht of de bij de bestreden bepalingen aan de Koning verleende machtiging binnen de aldus vastgestelde perken blijft. B.5.7. Er kan niet redelijkerwijs staande worden gehouden dat de inzake benoemingen verleende machtiging (artikel II.1.11 van het |
article 27 de la loi) excède les limites précisées en B.5.6 : d'une | besluit en artikel 27 van de wet) de onder B.5.6 gepreciseerde perken |
te buiten gaat : enerzijds, omdat de wetgever de voorwaarden voor de | |
part, parce que le législateur a arrêté les conditions de nomination | benoeming van de betrokkenen heeft vastgesteld; anderzijds, omdat het |
des intéressés; d'autre part, parce que subordonner à l'intervention | feit dat de aanwijzing van de betrokken ambtenaren afhankelijk wordt |
du législateur la désignation des agents en cause ne serait pas | gemaakt van het optreden van de wetgever, niet verenigbaar zou zijn |
compatible avec les exigences d'efficacité du service auquel ils | met de vereisten inzake doeltreffendheid van de dienst waartoe zij |
appartiennent. | behoren. |
B.5.8. L'habilitation donnée au ministre par l'article III.V.1er de | B.5.8. De machtiging die artikel III.V.1 van het koninklijk besluit |
l'arrêté royal du 30 mars 2001 et au Roi par l'article 50 de la loi du | van 30 maart 2001 aan de minister en artikel 50 van de wet van 26 |
26 avril 2002 n'est pas davantage critiquable. Les règles de | april 2002 aan de Koning verlenen, kan evenmin worden bekritiseerd. De |
déontologie sont en effet définies dans l'intérêt d'une profession ou | deontologische regels worden immers vastgesteld in het belang van een |
d'un service public et concernent des manquements qui ne font pas | beroep of van een openbare dienst en hebben betrekking op |
nécessairement l'objet d'une définition précise. Dans ces conditions, | tekortkomingen die niet noodzakelijk het voorwerp van een precieze |
le législateur a pu estimer qu'il ne lui revenait pas de fixer de | definitie uitmaken. In die omstandigheden vermocht de wetgever te |
telles règles et qu'il convenait qu'elles le soient par les autorités | oordelen dat het niet aan hem stond dergelijke regels vast te stellen |
responsables du bon fonctionnement des services en cause. | en dat die moesten worden vastgesteld door de overheden die |
verantwoordelijk zijn voor de goede werking van de betrokken diensten. | |
B.5.9. Le moyen ne peut être retenu. | B.5.9. Het middel kan niet worden aangenomen. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
- annule les articles 3 et 136 de la loi du 26 avril 2002 « relative | - vernietigt de artikelen 3 en 136 van de wet van 26 april 2002 « |
aux éléments essentiels du statut des membres du personnel des | houdende de essentiële elementen van het statuut van de |
services de police et portant diverses autres dispositions relatives | personeelsleden van de politiediensten en houdende diverse andere |
aux services de police » en ce qu'ils ont pour effet d'intégrer les | bepalingen met betrekking tot de politiediensten », in zoverre zij tot |
inspecteurs et inspecteurs divisionnaires de l'ancienne police judiciaire dans le grade d'inspecteur principal de la nouvelle police; - rejette les recours pour le surplus. Ainsi prononcé en langue française, en langue néerlandaise et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 14 janvier 2004. Le greffier, L. Potoms. Le président, | gevolg hebben dat de inspecteurs en de afdelingsinspecteurs van de voormalige gerechtelijke politie worden geïntegreerd in de graad van hoofdinspecteur van de nieuwe politie; - verwerpt de beroepen voor het overige. Aldus uitgesproken in het Frans, het Nederlands en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 14 januari 2004. De griffier, L. Potoms. De voorzitter, |
M. Melchior. | M. Melchior. |