← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 146/2003 du 12 novembre 2003 Numéro du rôle : 2576 En cause
: la question préjudicielle relative à l'article 145/1, 3 o , du Code des impôts sur
les revenus 1992, posée par le Tribunal de première instance de La Cour d'arbitrage, composée
du président A. Arts et du juge L. François, faisant fonction de p(...)"
| Extrait de l'arrêt n° 146/2003 du 12 novembre 2003 Numéro du rôle : 2576 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 145/1, 3 o , du Code des impôts sur les revenus 1992, posée par le Tribunal de première instance de La Cour d'arbitrage, composée du président A. Arts et du juge L. François, faisant fonction de p(...) | Uittreksel uit arrest nr. 146/2003 van 12 november 2003 Rolnummer 2576 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 145/1, 3 o , van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank van eerste aanleg Het Arbitragehof, samengesteld uit voorzitter A. Arts en rechter L. François, waarnemend voorzit(...) |
|---|---|
| COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
| Extrait de l'arrêt n° 146/2003 du 12 novembre 2003 | Uittreksel uit arrest nr. 146/2003 van 12 november 2003 |
| Numéro du rôle : 2576 | Rolnummer 2576 |
| En cause : la question préjudicielle relative à l'article 145/1, 3o, | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 145/1, 3o, van het |
| du Code des impôts sur les revenus 1992, posée par le Tribunal de | Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gesteld door de Rechtbank |
| première instance de Louvain. | van eerste aanleg te Leuven. |
| La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
| composée du président A. Arts et du juge L. François, faisant fonction | samengesteld uit voorzitter A. Arts en rechter L. François, waarnemend |
| de président, et des juges R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, | voorzitter, en de rechters R. Henneuse, E. De Groot, L. Lavrysen, |
| J.-P. Snappe et E. Derycke, assistée du greffier L. Potoms, présidée | J.-P. Snappe en E. Derycke, bijgestaan door de griffier L. Potoms, |
| par le président A. Arts, | onder voorzitterschap van voorzitter A. Arts, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet de la question préjudicielle et procédure | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging |
| Par jugement du 8 novembre 2002 en cause de R. Hertsens et D. De Graef | Bij vonnis van 8 november 2002 in zake R. Hertsens en D. De Graef |
| contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la | tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het |
| Cour d'arbitrage le 29 novembre 2002, le Tribunal de première instance | Arbitragehof is ingekomen op 29 november 2002, heeft de Rechtbank van |
| de Louvain a posé la question préjudicielle suivante : | eerste aanleg te Leuven de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « L'article 145/1, 3o, du C.I.R. 1992, applicable aux exercices | « Schendt artikel 145/1, 3o, W.I.B. 1992, zoals van toepassing voor de |
| d'imposition 1995, 1996 et 1997, viole-t-il les articles 10 et 11 de | aanslagjaren 1995, 1996 en 1997, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
| la Constitution en ce que, lorsque des époux bâtissent ensemble une | |
| habitation familiale sur une parcelle de terrain qui est la propriété | doordat wanneer echtgenoten samen een gezinswoning bouwen op een stuk |
| de l'un d'eux et qu'ils contractent un emprunt hypothécaire en vue de | grond dat eigendom is van één van hen, en voor de bouw van deze woning |
| la construction de cette habitation, l'époux qui n'est pas | samen een hypothecaire lening aangaan, de echtgenoot die geen eigenaar |
| propriétaire du terrain ne peut déduire de ses revenus imposables les | is van de grond de sommen besteed tot aflossing van de lening niet van |
| sommes affectées à l'amortissement de l'emprunt ? » | zijn belastbare inkomsten kan aftrekken ? » |
| (...) | (...) |
| III. En droit | III. In rechte |
| (...) | (...) |
| B.1. La question préjudicielle porte sur la compatibilité de l'article | B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op de bestaanbaarheid van |
| 145/1, 3o, du Code des impôts sur les revenus 1992 (ci-après : C.I.R. | artikel 145/1, 3o, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 |
| 1992) avec les articles 10 et 11 de la Constitution. | (hierna : W.I.B. 1992) met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
| Cette disposition, dans la version applicable à l'instance principale, | Die bepaling, in de redactie zoals van toepassing op het bodemgeschil, |
| énonçait : | luidde : |
| « Dans les limites et aux conditions prévues aux articles 145/2 à | « Binnen de grenzen en onder de voorwaarden bepaald in de artikelen |
| 145/16, il est accordé une réduction d'impôt calculée sur les dépenses | 145/2 tot 145/16 wordt een belastingvermindering verleend die wordt |
| suivantes qui ont été effectivement payées pendant la période | berekend op de volgende uitgaven die tijdens het belastbare tijdperk |
| imposable : | werkelijk zijn betaald : |
| [...] | [...] |
| 3o à titre de sommes affectées à l'amortissement ou à la | 3o als betalingen voor de aflossing of wedersamenstelling van een |
| reconstitution d'un emprunt hypothécaire, contracté en vue de | hypothecaire lening die is aangegaan om een in België gelegen woning |
| construire, acquérir ou transformer une habitation située en Belgique | te bouwen, te verwerven of te verbouwen en gewaarborgd is door een |
| et garanti par une assurance temporaire au décès à capital décroissant; ». | tijdelijke verzekering bij overlijden met afnemend kapitaal; ». |
| B.2. Les travaux préparatoires de la loi du 28 décembre 1992 portant | B.2. De parlementaire voorbereiding van de wet van 28 december 1992 |
| des dispositions fiscales, financières et diverses, dont l'article 86 | houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen, waarvan artikel 86 |
| a inséré la disposition litigieuse, énoncent : | de in het geding zijnde bepaling heeft ingevoegd, vermeldt : |
| « Le Gouvernement considère qu'il s'indique de rendre plus équitable | « De Regering heeft gemeend het fiscaal stelsel dat thans inzake |
| le régime fiscal qui s'applique actuellement, en matière d'impôts | directe belastingen geldt voor het lange termijnsparen rechtvaardiger |
| directs, à l'épargne à long terme. | te moeten maken. |
| Il souhaite par ailleurs maîtriser l'expansion que l'on constate des | Terzelfdertijd wil zij een vastgestelde expansie in de fiscale |
| dépenses fiscales, expansion qui intervient au niveau de la déduction | uitgaven onder controle houden, expansie die zich voordoet op het stuk |
| des primes ou de l'amortissement en capital liés à l'acquisition de biens immobiliers. Le Gouvernement entend toutefois continuer à favoriser l'acquisition par les contribuables de leur propre logement, en accordant un avantage fiscal plus important pour cette habitation. Le Gouvernement souhaite atteindre son premier objectif, en remplaçant le régime actuel de déduction ' revenu de revenu ' (régime dans lequel l'avantage fiscal croît avec le niveau des revenus), par un système dans lequel les dépenses effectuées dans le cadre de l'épargne à long terme, bénéficieront d'un avantage fiscal qui se calculera en appliquant à ces dépenses un taux moyen amélioré, assorti d'un plafond. | van de aftrekken van premies of kapitaalaflossingen die verband houden met het verwerven van onroerende goederen. Teneinde het verwerven van een eigen woning te blijven aanmoedigen wil de Regering evenwel een hoger belastingvoordeel voorbehouden voor die woning. De eerste doelstelling wil zij verwezenlijken door de huidige aftrek ' inkomen van inkomen ', (waarbij het voordeel groter wordt naargelang het inkomen stijgt) te vervangen door een stelsel waarbij de uitgaven die in het kader van het lange termijnsparen worden gedaan een belastingvoordeel verkrijgen dat wordt bepaald door op die uitgaven een verbeterd gemiddeld tarief toe te passen met een onder- en een bovengrens. |
| [...] | [...] |
| Le second objectif est réalisé en rendant plus sélectives les | De tweede doelstelling wordt verwezenlijkt door het bouwsparen |
| conditions de l'épargne-logement et en ne maintenant un avantage | selectiever te maken en een analoog belastingvoordeel als het huidige |
| fiscal analogue à celui qui existe actuellement que pour les emprunts | |
| contractés à partir du 1er janvier 1993 en vue de construire, acquérir | voortaan enkel te verlenen voor de vanaf 1 januari 1993 afgesloten |
| ou transformer l'unique habitation en propriété du contribuable. Pour | |
| les emprunts conclus précédemment, il suffira qu'ils aient été | leningen voor het bouwen, verwerven of het verbouwen van een enige |
| contractés pour une seule habitation c'est-à-dire l'habitation qui | woning van de belastingplichtige. Voor de vroeger afgesloten leningen |
| peut bénéficier de la déduction pour habitation prévue par l'article | zal het volstaan dat zij zijn aangegaan voor een eigen woonhuis, dat |
| 16 CIR 1992. | wil zeggen, een woning waarvoor de woningaftrek van artikel 16 WIB |
| 1992 kan worden verleend. | |
| Dans la mesure où l'avantage fiscal accordé pour l'épargne à long | Vermits, behoudens voor de enige woning of het eigen woonhuis, het |
| terme - autre que celui relatif à l'unique habitation en propriété ou | belastingvoordeel op de uitgaven in het lange termijnsparen wordt |
| à une seule habitation - sera désormais réduit, le Gouvernement estime | teruggeschroefd, heeft de Regering gemeend ook de belastingheffing op |
| qu'il convient également d'atténuer la charge fiscale pesant sur les | de kapitalen die op het einde van het contract worden uitgekeerd te |
| capitaux liquidés à l'expiration du contrat. » (Doc. parl., Chambre, | moeten verzachten. » (Parl. St., Kamer, 1992-1993, nr. 717/1, pp. |
| 1992-1993, no 717/1, pp. 26-27) | 26-27) |
| Le commentaire des articles énonce : | De artikelsgewijze commentaar vermeldt : |
| « L'article 79 vise à octroyer un avantage fiscal plus élevé au | « Artikel 79 beoogt een hoger belastingvoordeel te geven aan de |
| contribuable qui amortit un emprunt hypothécaire ou reconstitue au moyen d'une assurance-vie individuelle un tel emprunt, affecté à la construction, l'acquisition ou la transformation de son unique habitation en propriété située en Belgique, du moins lorsqu'il s'agit d'un emprunt contracté à partir du 1er janvier 1993. La condition ' d'habitation unique ' doit s'apprécier au moment de la conclusion du contrat de prêt. Pour les emprunts contractés avant cette date la notion plus large d'' une seule habitation ' reste applicable. Elle vise l'habitation susceptible de bénéficier de la déduction pour habitation prévue par l'article 16 CIR 1992. | belastingplichtige die een hypothecaire lening aflost of zulke lening via een individuele levensverzekering wedersamenstelt en die heeft gediend om zijn in België gelegen enige woning te bouwen, te verwerven of te verbouwen, althans wanneer het gaat om een vanaf 1 januari 1993 afgesloten lening. Aan de voorwaarde ' enige woning ' moet zijn voldaan bij het afsluiten van het contract van lening. Voor de bouwleningen afgesloten vóór die datum blijft de enigszins bredere notie ' eigen woonhuis ' gelden, dat wil zeggen de woning waarvoor de woningaftrek van artikel 16 WIB 1992 kan worden toegestaan. |
| [...] | [...] |
| Il appartient toutefois au contribuable d'apporter la preuve qu'au | |
| moment de la conclusion du contrat d'emprunt, il est propriétaire de | Het behoort evenwel aan de belastingplichtige het bewijs te leveren |
| son unique habitation en propriété (emprunts contractés à partir du 1er | dat hij bij het aangaan van de lening eigenaar is van zijn enige |
| janvier 1993) ou de la seule habitation qui peut bénéficier de la | woning (leningen vanaf 1 januari 1993) of van een eigen woonhuis |
| déduction pour habitation prévue par l'article 16 CIR 1992 (emprunts | waarvoor hij de leningaftrek van artikel 16 WIB 1992 kan verkrijgen |
| contractés avant le 1er janvier 1993). » (Doc. parl., Chambre, | (leningen afgesloten vóór 1 januari 1993). » (Parl. St., Kamer, |
| 1992-1993, no 717/1, pp. 34-35) | 1992-1993, nr. 717/1, pp. 34-35) |
| B.3. Le juge a quo observe que bien que la disposition litigieuse ne | B.3. De verwijzende rechter merkt op dat, hoewel de in het geding |
| le prévoie pas expressément, la jurisprudence admet généralement que, | zijnde bepaling niet uitdrukkelijk voorschrijft dat de |
| pour pouvoir bénéficier de la réduction d'impôt, le contribuable doit | belastingplichtige, om de belastingvermindering te kunnen genieten, |
| eigenaar moet zijn van de betrokken woning, zulks door de rechtspraak | |
| être propriétaire de l'habitation concernée (Cass., 17 mai 1996; | toch algemeen wordt aanvaard (Cass., 17 mei 1996; Antwerpen, 26 april |
| Anvers, 26 avril 1993 et 8 mars 1994; Liège, 16 février 1994 et 5 | 1993 en 8 maart 1994; Luik, 16 februari 1994 en 5 februari 1997). Dan |
| février 1997). Le juge a quo, qui se rallie à cette jurisprudence, se | rijst volgens de verwijzende rechter, die zich bij die rechtspraak |
| demande ensuite s'il n'est pas discriminatoire que lorsque des | aansluit, de vraag of het niet discriminerend is dat, wanneer |
| conjoints construisent ensemble une habitation familiale sur une | echtgenoten samen een gezinswoning bouwen op een perceel grond dat |
| parcelle de terrain qui est la propriété d'un seul d'entre eux et | eigendom is van één van hen, en voor de bouw van die woning samen een |
| qu'ils contractent ensemble un emprunt hypothécaire en vue de cette | hypothecaire lening aangaan en samen die lening aflossen, de |
| construction et le remboursent ensemble, le conjoint qui n'est pas | echtgenoot die geen eigenaar is van de grond, niet de in het geding |
| propriétaire du terrain ne peut bénéficier de la réduction d'impôt susvisée. | zijnde belastingvermindering kan genieten. |
| Exceptions du Conseil des ministres | Excepties van de Ministerraad |
| B.4.1. Selon le Conseil des ministres, la question préjudicielle ne | B.4.1. Volgens de Ministerraad blijkt uit de prejudiciële vraag niet |
| fait pas apparaître quelle distinction la disposition litigieuse | welk onderscheid de in het geding zijnde bepaling zou invoeren en ten |
| établirait, ni à l'égard de quelles catégories de personnes cette | aanzien van welke categorieën van personen die bepaling een verschil |
| disposition créerait une différence de traitement. | in behandeling zou doen ontstaan. |
| B.4.2. Il ressort des motifs de la décision de renvoi que, dans la | B.4.2. Uit de motivering van de verwijzingsbeslissing blijkt dat in de |
| lecture que le juge a quo fait de la disposition litigieuse, la Cour | lezing die de verwijzende rechter aan de in het geding zijnde bepaling |
| se voit soumettre une différence de traitement en ce qui concerne le | geeft, aan het Hof een verschil in behandeling wordt voorgelegd wat |
| bénéfice de la réduction d'impôt entre des catégories de conjoints | het voordeel van de belastingvermindering betreft tussen categorieën |
| selon qu'un des conjoints ou les deux sont propriétaires de la | van echtgenoten, naargelang één van hen dan wel beiden eigenaar zijn |
| parcelle de terrain sur laquelle l'habitation est construite. | van het perceel grond waarop de woning wordt gebouwd. |
| B.4.3. Le point de vue du Conseil des ministres ne peut être admis. | B.4.3. De zienswijze van de Ministerraad kan niet worden aangenomen. |
| B.5.1. Selon le Conseil des ministres, la catégorie des personnes qui | B.5.1. Volgens de Ministerraad is de categorie van de personen die |
| se trouvent dans la situation des parties dans l'instance principale | zich in de situatie van de partijen in het bodemgeschil bevinden, niet |
| n'est pas comparable à la catégorie des conjoints qui acquièrent ou | vergelijkbaar met de categorie van de echtgenoten die een onroerend |
| érigent un bien immobilier en indivision, ni à la catégorie des | goed in onverdeeldheid verwerven of oprichten, noch met de categorie |
| conjoints, même mariés sous le régime légal, qui acquièrent ensemble | van de echtgenoten, zelfs gehuwd onder het wettelijke stelsel, die |
| un bien immobilier. | gemeenschappelijk een onroerend goed verwerven. |
| B.5.2. Tant à l'égard des catégories de conjoints dont il s'agit dans | B.5.2. Zowel ten aanzien van de categorieën van echtgenoten die in de |
| la décision de renvoi qu'à l'égard des catégories que mentionne le | verwijzingsbeslissing worden onderkend als ten aanzien van die welke |
| Conseil des ministres, la question se pose de savoir si la qualité de | de Ministerraad vermeldt, rijst de vraag of de hoedanigheid van |
| propriétaire du bien immobilier pour lequel une réduction d'impôt | eigenaar van het onroerend goed aan wie in voorkomend geval een |
| peut, le cas échéant, être accordée est en rapport avec l'objectif de | belastingvermindering kan worden verleend, in verband staat met de |
| la mesure examinée. | doelstelling van de onderzochte maatregel. |
| B.5.3. L'exception ne peut être admise. | B.5.3. De exceptie kan niet worden aangenomen. |
| Quant au fond | Ten gronde |
| B.6.1. La disposition litigieuse prévoit, dans certaines limites et | B.6.1. De in het geding zijnde bepaling voorziet binnen bepaalde |
| sous certaines conditions, une réduction d'impôt pour l'amortissement | grenzen en onder bepaalde voorwaarden in een belastingvermindering |
| d'un emprunt hypothécaire contracté en vue de construire, d'acquérir | voor aflossingen van een hypothecaire lening, aangegaan om een woning |
| ou de transformer une habitation. | te bouwen, te verwerven of te verbouwen. |
| B.6.2. En prenant en compte l'emprunt hypothécaire contracté pour | B.6.2. Door de hypothecaire lening in aanmerking te nemen die is |
| construire, acquérir ou transformer l'habitation visée par la | aangegaan om de woning die in de in het geding zijnde bepaling is |
| disposition litigieuse, le législateur a indiqué, comme le confirment | beoogd, te bouwen, te verwerven of te verbouwen, heeft de wetgever, |
| les travaux préparatoires (B.2), que le contribuable doit être le | zoals de parlementaire voorbereiding bevestigt (B.2), te kennen |
| propriétaire de cette habitation pour pouvoir bénéficier de cette réduction d'impôt. B.7. Il appartient au législateur, et non à la Cour, de juger du caractère opportun d'une mesure fiscale qui, dans certaines limites et sous certaines conditions, entend octroyer une réduction d'impôt. Lorsqu'il prend une telle mesure, le législateur doit toutefois respecter le principe d'égalité et de non-discrimination. B.8.1. Les travaux préparatoires précités indiquent les objectifs que le législateur a entendu poursuivre en adoptant la mesure litigieuse. Il apparaît que le législateur a voulu octroyer un avantage fiscal au contribuable qui, entre autres, amortit un emprunt hypothécaire qui a servi à construire, à acquérir ou à transformer son unique habitation sise en Belgique. B.8.2. Pour réaliser l'objectif de favoriser l'accès à la propriété d'une habitation, le législateur a pu prendre en compte la qualité de propriétaire pour accorder la réduction d'impôt en question. Ce critère revêt un caractère objectif et est pertinent par rapport à ce but. A cet égard, il convient de tenir compte du fait que, par | gegeven dat de belastingplichtige, om die belastingvermindering te kunnen genieten, eigenaar van die woning dient te zijn. B.7. Het staat aan de wetgever, en niet aan het Hof, om de opportuniteit van een fiscale maatregel te beoordelen die ertoe strekt binnen bepaalde grenzen en onder bepaalde voorwaarden een belastingvermindering te verlenen. Bij het nemen van zulk een maatregel dient de wetgever evenwel het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie na te leven. B.8.1. In de voormelde parlementaire voorbereiding worden de doelstellingen weergegeven die de wetgever met de in het geding zijnde maatregel beoogde na te streven. Daaruit blijkt dat de wetgever beoogde een belastingvoordeel toe te kennen aan de belastingplichtige die, onder meer, een hypothecaire lening aflost die heeft gediend om zijn in België gelegen enige woning te bouwen, te verwerven of te verbouwen. B.8.2. Ter verwezenlijking van de doelstelling om de toegang tot de eigendom van een woning te bevorderen vermocht de wetgever de hoedanigheid van eigenaar in aanmerking te nemen om de betreffende belastingvermindering te verlenen. Dat criterium heeft een objectief karakter en is pertinent ten aanzien van die doelstelling. Hierbij dient in aanmerking te worden genomen dat, ten gevolge van het recht van natrekking, ingeschreven in artikel |
| suite du droit d'accession, prévu à l'article 552 du Code civil, le | 552 van het Burgerlijk Wetboek, de eigenaar van het perceel grond, in |
| propriétaire de la parcelle de terrain devient, en principe, également | beginsel, tevens de eigenaar wordt van het gebouw dat op dat perceel |
| le propriétaire de l'immeuble construit sur cette parcelle. | wordt gebouwd. |
| B.8.3. La mesure litigieuse n'est pas disproportionnée à cet objectif. | B.8.3. De in het geding zijnde maatregel is niet onevenredig met die doelstelling. |
| En effet, les conjoints peuvent avoir recours aux moyens qu'offre la | De echtgenoten kunnen immers een beroep doen op de middelen die de wet |
| loi pour répartir la propriété autrement que de la façon qui | biedt om de eigendom anders te verdelen dan uit de toepassing van het |
| découlerait de l'application de l'article 552 précité du Code civil. | voormelde artikel 552 van het Burgerlijk Wetboek zou voortvloeien. Het |
| Le fait que ces moyens ne soient pas utilisés relève du choix des | niet aanwenden van zulke middelen is een keuze van de echtgenoten om |
| conjoints de ne pas rendre commune la propriété d'un des deux. | de eigendom van één van hen niet gemeenschappelijk te maken. |
| B.9. La question préjudicielle appelle une réponse négative. | B.9. De prejudiciële vraag dient ontkennend te worden beantwoord. |
| Par ces motifs, | Om die redenen, |
| la Cour | het Hof |
| dit pour droit : | zegt voor recht : |
| L'article 145/1, 3o, du Code des impôts sur les revenus 1992, dans la | Artikel 145/1, 3o, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, |
| rédaction que lui a donnée l'article 86 de la loi du 28 décembre 1992 | in de redactie eraan gegeven door artikel 86 van de wet van 28 |
| portant des dispositions fiscales, financières et diverses, ne viole | december 1992 houdende fiscale, financiële en diverse bepalingen, |
| pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
| Ainsi prononcé en langue néerlandaise et en langue française, | Aldus uitgesproken in het Nederlands en het Frans, overeenkomstig |
| conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
| la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 12 novembre 2003. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 12 november 2003. |
| Le greffier, | De griffier, |
| L. Potoms. | L. Potoms. |
| Le président, | De voorzitter, |
| A. Arts. | A. Arts. |