← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 93/2001 du 12 juillet 2001 Numéro du rôle : 2176 En cause :
la question préjudicielle relative à l'article 15 des dispositions légales concernant les débits de boissons
fermentées, coordonnées par l'arrêté royal du 3 avr La Cour d'arbitrage, composée
des présidents M. Melchior et H. Boel, et des juges A. Arts, R. He(...)"
Extrait de l'arrêt n° 93/2001 du 12 juillet 2001 Numéro du rôle : 2176 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 15 des dispositions légales concernant les débits de boissons fermentées, coordonnées par l'arrêté royal du 3 avr La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et H. Boel, et des juges A. Arts, R. He(...) | Uittreksel uit arrest nr. 93/2001 van 12 juli 2001 Rolnummer 2176 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 15 van de bij koninklijk besluit van 3 april 1953 gecoördineerde wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, z Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en H. Boel, en de rechters A. Arts(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 93/2001 du 12 juillet 2001 | Uittreksel uit arrest nr. 93/2001 van 12 juli 2001 |
Numéro du rôle : 2176 | Rolnummer 2176 |
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 15 des | In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 15 van de bij |
dispositions légales concernant les débits de boissons fermentées, | koninklijk besluit van 3 april 1953 gecoördineerde wetsbepalingen |
coordonnées par l'arrêté royal du 3 avril 1953, tel qu'il a été | inzake de slijterijen van gegiste dranken, zoals vervangen bij artikel |
remplacé par l'article 7 de la loi du 6 juillet 1967, posée par le | 7 van de wet van 6 juli 1967, gesteld door de Correctionele Rechtbank |
Tribunal correctionnel de Bruxelles. | te Brussel. |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée des présidents M. Melchior et H. Boel, et des juges A. Arts, | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en H. Boel, en de rechters |
R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot et J.-P. Snappe, assistée du | A. Arts, R. Henneuse, M. Bossuyt, E. De Groot en J.-P. Snappe, |
greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, | bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet de la question préjudicielle | I. Onderwerp van de prejudiciële vraag |
Par jugement du 7 octobre 1999 en cause de A. Lacouf contre l'Etat | Bij vonnis van 7 oktober 1999 in zake A. Lacouf tegen de Belgische |
belge et le procureur du Roi, dont l'expédition est parvenue au greffe | Staat en de procureur des Konings, waarvan de expeditie ter griffie |
de la Cour d'arbitrage le 14 mai 2001, le Tribunal de première | van het Arbitragehof is ingekomen op 14 mei 2001, heeft de Rechtbank |
instance de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : | van eerste aanleg te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 15 de l'arrêté royal du 3 avril 1953 coordonnant les | « Is artikel 15 van het koninklijk besluit van 3 april 1953 tot |
dispositions légales concernant les débits de boissons fermentées, tel | samenordening van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste |
que reprenant l'article 7 de la loi du 6 juillet 1967 modifiant les | dranken, zoals ingevoerd bij artikel 7 van de wet van 6 juli 1967 tot |
dispositions légales concernant les débits de boissons fermentées, | wijziging van de wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste |
est-il contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution coordonnée | dranken, strijdig met de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde |
en ce qu'il impose que, pour pouvoir bénéficier d'une réduction de la | Grondwet doordat het de verplichting oplegt dat, om een vermindering |
taxe d'ouverture des débits de boissons fermentées, le nouveau | van de openingsbelasting op de slijterijen van gegiste dranken te |
débitant produise, au moment où il fait la déclaration d'exploitation, | kunnen genieten, de nieuwe slijter bij de aangifte van de exploitatie, |
soit avant l'ouverture du débit, une déclaration du dernier exploitant | dit is vóór de opening van de slijterij, een verklaring van de laatste |
du débit existant en application de laquelle celui-ci renonce à se | exploitant van de bestaande slijterij voorlegt waarbij laatstgenoemde |
prévaloir des dispositions de l'article 20, § 1er, 4°, dudit arrêté | eraan verzaakt zich te beroepen op de bepalingen van artikel 20, § 1, |
royal, alors même que cette condition peut s'avérer par la suite | 4°, van voormeld koninklijk besluit, terwijl die voorwaarde nadien |
remplie dans les faits sans que le nouveau débitant n'ait cependant | feitelijk vervuld kan blijken hoewel de nieuwe slijter de voormelde |
produit l'attestation précitée, à défaut d'avoir pu retrouver l'ancien | verklaring niet heeft voorgelegd vanwege het feit dat hij de vroegere |
débitant, et que la réduction de taxe lui soit, pour cette seule | slijter niet heeft kunnen terugvinden, zodat de vermindering van de |
raison, refusée ?" | belasting hem enkel om die reden zou worden geweigerd ?" |
(...) | (...) |
III. En droit | III. In rechte |
(...) | (...) |
B.1. La question préjudicielle porte sur l'article 15 de l'arrêté | B.1. De prejudiciële vraag heeft betrekking op artikel 15 van het |
royal du 3 avril 1953 coordonnant les dispositions légales concernant | koninklijk besluit van 3 april 1953 tot samenordening van de |
les débits de boissons fermentées, modifié par l'article 7 de la loi | wetsbepalingen inzake de slijterijen van gegiste dranken, gewijzigd |
du 6 juillet 1967, lequel dispose : | bij artikel 7 van de wet van 6 juli 1967, dat bepaalt : |
« La taxe visée à l'article 9, § 1er, est réduite au tiers lorsque le | « De in artikel 9, § 1, bedoelde belasting wordt verminderd tot het |
nouveau débitant tombe sous l'application de l'article 19, 2° ou 3° et | derde, zo de nieuwe slijter onder de toepassing valt van artikel 19, |
que le dernier exploitant du débit existant qu'il reprend déclare, par | 2° of 3°, en zo de laatste exploitant van de bestaande slijterij die |
écrit, renoncer à se prévaloir des dispositions de l'article 20, § 1er, | hij overneemt, er schriftelijk van afziet aanspraak te maken op het |
4°, ou est décédé. » | bepaalde in artikel 20, § 1, 4°, dan wel overleden is. » |
B.2. La question préjudicielle interroge la Cour sur la compatibilité | B.2. De prejudiciële vraag ondervraagt het Hof over de bestaanbaarheid |
avec les articles 10 et 11 de la Constitution d'une des conditions | met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet van een van de voorwaarden |
auxquelles l'article 15 précité subordonne la réduction de la taxe | waarvan het voormelde artikel 15 de vermindering van de |
d'ouverture des débits de boissons - fournir une attestation écrite du | openingsbelasting op slijterijen afhankelijk maakt - het voorleggen |
dernier exploitant renonçant à se prévaloir de l'application de l'article 20, § 1er, 4°, du même arrêté -, en ce que "cette condition peut s'avérer par la suite remplie dans les faits sans que le nouveau débitant n'ait cependant produit l'attestation précitée à défaut d'avoir pu retrouver l'ancien débitant et que la réduction de taxe lui soit, pour cette seule raison, refusée". B.3.1. La Cour, statuant sur question préjudicielle, doit s'exprimer au sujet d'une norme générale et non pas sur le cas particulier dont est saisi le juge a quo qui formule la question préjudicielle. | van een schriftelijke verklaring van de laatste exploitant waarbij hij eraan verzaakt zich te beroepen op de toepassing van artikel 20, § 1, 4°, van hetzelfde besluit -, in zoverre "die voorwaarde nadien feitelijk vervuld kan blijken hoewel de nieuwe slijter de voormelde verklaring niet heeft voorgelegd vanwege het feit dat hij de vroegere slijter niet heeft kunnen terugvinden, zodat de vermindering van de belasting hem enkel om die reden zou worden geweigerd". B.3.1. Wanneer het Hof uitspraak doet op prejudiciële vraag, moet het zich uitspreken over een algemene norm en niet over het bijzondere geval dat aanhangig is bij de verwijzende rechter die de prejudiciële vraag formuleert. |
Par ailleurs, le contrôle des normes législatives au regard des | De aan het Hof toevertrouwde toetsing van de wetskrachtige normen aan |
articles 10 et 11 de la Constitution qui est confié à la Cour exige | de artikelen 10 en 11 van de Grondwet vereist overigens dat de |
que la catégorie de personnes dont la discrimination éventuelle est | categorie van personen ten aanzien van wie een mogelijke discriminatie |
alléguée fasse l'objet d'une comparaison pertinente avec une autre | wordt aangevoerd, het voorwerp uitmaakt van een pertinente |
catégorie. | vergelijking met een andere categorie. |
B.3.2. La question préjudicielle ne permet pas à la Cour de délimiter | B.3.2. De prejudiciële vraag maakt het het Hof niet mogelijk op |
de manière suffisamment précise la catégorie de cas à l'égard de | voldoende duidelijke wijze de categorie van gevallen af te bakenen ten |
laquelle la disposition en cause violerait la Constitution. En outre, | aanzien waarvan de in het geding zijnde bepaling de Grondwet zou |
ni la question préjudicielle, ni la motivation de la décision de | schenden. Bovendien geven de prejudiciële vraag, noch de motivering |
renvoi n'indiquent à quelle catégorie de personnes doivent être | van de verwijzingsbeslissing aan met welke categorie van personen de |
comparées les personnes que vise la question préjudicielle. | in de prejudiciële vraag bedoelde personen moeten worden vergeleken. |
B.4. La question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | B.4. De prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
La question préjudicielle n'appelle pas de réponse. | De prejudiciële vraag behoeft geen antwoord. |
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 12 juillet 2001. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 12 juli 2001. |
Le greffier, Le président, | De griffier, De voorzitter, |
L. Potoms M. Melchior | L. Potoms. M. Melchior. |