Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 94/2000 du 13 juillet 2000 Numéros du rôle : 1740 à 1745 En cause : les questions préjudicielles concernant les articles 7 et 8 de la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d'extrême urgence en matière d'expropri La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. Boel, E(...)"
Extrait de l'arrêt n° 94/2000 du 13 juillet 2000 Numéros du rôle : 1740 à 1745 En cause : les questions préjudicielles concernant les articles 7 et 8 de la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d'extrême urgence en matière d'expropri La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. Boel, E(...) Uittreksel uit arrest nr. 94/2000 van 13 juli 2000 Rolnummers 1740 tot 1745 In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 7 en 8 van de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende omstandigheden inzake de onteigen Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de rechters H. (...)
COUR D'ARBITRAGE ARBITRAGEHOF
Extrait de l'arrêt n° 94/2000 du 13 juillet 2000 Uittreksel uit arrest nr. 94/2000 van 13 juli 2000
Numéros du rôle : 1740 à 1745 Rolnummers 1740 tot 1745
En cause : les questions préjudicielles concernant les articles 7 et 8 In zake : de prejudiciële vragen over de artikelen 7 en 8 van de wet
de la loi du 26 juillet 1962 relative à la procédure d'extrême urgence van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij hoogdringende
en matière d'expropriation pour cause d'utilité publique, posées par omstandigheden inzake de onteigeningen ten algemenen nutte, gesteld
le Tribunal de première instance de Charleroi. door de Rechtbank van eerste aanleg te Charleroi.
La Cour d'arbitrage, Het Arbitragehof,
composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de
Boel, E. Cerexhe, A. Arts, R. Henneuse et E. De Groot, assistée du rechters H. Boel, E. Cerexhe, A. Arts, R. Henneuse en E. De Groot,
greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet des questions préjudicielles I. Onderwerp van de prejudiciële vragen
Par six jugements du 15 juillet 1999 en cause de la Région wallonne Bij zes vonnissen van 15 juli 1999 in zake het Waalse Gewest tegen N.
contre N. Vandenhemel, R. Denutte, la s.a. Agro-Ecologique de Vandenhemel, R. Denutte, de n.v. Agro-Ecologique de Buvrinnes, A.
Buvrinnes, A. Herbage, L. Vandenhemel, B. de Looz Corswarem et le Herbage, L. Vandenhemel, B. de Looz Corswarem en het openbaar centrum
centre public d'aide sociale d'Anderlues, et en présence de M. voor maatschappelijk welzijn van Anderlues, en in aanwezigheid van M.
Vandenhemel et de B. de Looz Corswarem, dont les expéditions sont Vandenhemel en B. de Looz Corswarem, waarvan de expedities ter griffie
parvenues au greffe de la Cour d'arbitrage le 28 juillet 1999, le van het Arbitragehof zijn ingekomen op 28 juli 1999, heeft de
Tribunal de première instance de Charleroi a posé la question Rechtbank van eerste aanleg te Charleroi de volgende prejudiciële
préjudicielle suivante : vraag gesteld :
« Les articles 7 et 8 de la loi du 26 juillet 1962 dans la mesure où « Zijn de artikelen 7 en 8 van de wet van 26 juli 1962 bestaanbaar met
ils doivent s'interpréter comme emportant interdiction à l'exproprié de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre zij in die zin dienen
te worden geïnterpreteerd dat zij voor de onteigende het verbod
de former appel incident d'un jugement déboutant l'expropriant de son inhouden incidenteel beroep in te stellen tegen een vonnis waarbij de
action et contre lequel ce dernier a interjeté appel, sont-ils vordering van de onteigenaar wordt afgewezen en waartegen de
compatibles avec les articles 10 et 11 de la Constitution ? » laatstgenoemde hoger beroep heeft ingesteld ? »
(...) (...)
IV. En droit IV. In rechte
(...) (...)
B.1. Lorsque le Tribunal de première instance de Charleroi a interrogé B.1. Toen het Hof door de Rechtbank van eerste aanleg te Charleroi
la Cour, il n'avait pas encore été saisi des demandes de désistement werd ondervraagd, waren de verzoeken tot afstand nog niet aanhangig,
introduites, les 21 décembre 1999 et 5 janvier 2000, dans les six die op 21 december 1999 en 5 januari 2000 voor haar werden ingediend
affaires qui ont donné lieu aux décisions saisissant la Cour de la in de zes zaken die aanleiding hebben gegeven tot de beslissingen om
question préjudicielle concernant les articles 7 et 8 de la loi du 26 aan het Hof de prejudiciële vraag te stellen over de artikelen 7 en 8
juillet 1962 relative à la procédure d'extrême urgence en matière van de wet van 26 juli 1962 betreffende de rechtspleging bij
d'expropriation pour cause d'utilité publique. hoogdringende omstandigheden inzake de onteigeningen ten algemenen
B.2. Compte tenu de cet élément nouveau et des faits de l'espèce tels nutte. B.2. Gelet op dat nieuwe element en gelet op de feiten van de zaak
qu'ils ressortent du dossier soumis au Tribunal de première instance zoals zij blijken uit het dossier voorgelegd aan de Rechtbank van
de Charleroi, la Cour estime nécessaire de demander à ce Tribunal de eerste aanleg te Charleroi, acht het Hof het noodzakelijk die
décider, après avoir entendu les parties, si la réponse à la question Rechtbank te verzoeken te beslissen, na de partijen te hebben gehoord,
est toujours indispensable pour rendre ses jugements. of het antwoord op de vraag nog steeds onontbeerlijk is om haar
vonnissen te wijzen.
Par ces motifs, Om die redenen,
la Cour het Hof
demande au Tribunal de première instance de Charleroi de décider, verzoekt de Rechtbank van eerste aanleg te Charleroi te beslissen, na
après avoir entendu les parties, si la réponse à la question de partijen te hebben gehoord, of het antwoord op de prejudiciële
préjudicielle est toujours indispensable pour rendre ses jugements. vraag nog steeds onontbeerlijk is om haar vonnissen te wijzen.
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 13 juillet 2000. Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 13 juli 2000.
Le greffier, Le président, De griffier, De voorzitter,
L. Potoms M. Melchior L. Potoms M. Melchior
^