← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 57/2000 du 17 mai 2000 Numéros du rôle : 1665 et 1704 En cause
: les questions préjudicielles concernant l'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique
des centres publics d'aide sociale, tel qu'il a été i La Cour d'arbitrage, composée
des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. Boel, L(...)"
Extrait de l'arrêt n° 57/2000 du 17 mai 2000 Numéros du rôle : 1665 et 1704 En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale, tel qu'il a été i La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. Boel, L(...) | Uittreksel uit arrest nr. 57/2000 van 17 mei 2000 Rolnummers 1665 en 1704 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals inge Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de rechters H. (...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 57/2000 du 17 mai 2000 | Uittreksel uit arrest nr. 57/2000 van 17 mei 2000 |
Numéros du rôle : 1665 et 1704 | Rolnummers 1665 en 1704 |
En cause : les questions préjudicielles concernant l'article 57, § 2, | In zake : de prejudiciële vragen over artikel 57, § 2, van de |
de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide | organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor |
sociale, tel qu'il a été inséré par la loi du 30 décembre 1992, posées | maatschappelijk welzijn, zoals ingevoegd bij de wet van 30 december |
par la Cour de cassation et le Tribunal du travail de Liège. | 1992, gesteld door het Hof van Cassatie en de Arbeidsrechtbank te Luik. |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges H. | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de |
Boel, L. François, P. Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, A. Arts, M. | rechters H. Boel, L. François, P. Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, |
Bossuyt et E. De Groot, assistée du greffier L. Potoms, présidée par | A. Arts, M. Bossuyt en E. De Groot, bijgestaan door de griffier L. |
le président M. Melchior, | Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen |
a. Par arrêt du 29 mars 1999 en cause de l'Etat belge contre S. | a. Bij arrest van 29 maart 1999 in zake de Belgische Staat tegen S. |
Gurmeet et le centre public d'aide sociale de Liège, dont l'expédition | Gurmeet en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Luik, |
waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op | |
est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 28 avril 1999, la | 28 april 1999, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële |
Cour de cassation a posé la question préjudicielle suivante : | vraag gesteld : |
« L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des centres | « Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 |
publics d'aide sociale, tel qu'il a été inséré par la loi du 30 | betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals het |
décembre 1992, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution | is ingevoegd bij de wet van 30 december 1992, de artikelen 10 en 11 |
coordonnée ? » | van de gecoördineerde Grondwet ? » |
Cette affaire est inscrite sous le numéro 1665 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder het nummer 1665 van de rol van het Hof. |
b. Par jugement du 4 juin 1999 en cause de J. Bombil Osenge contre le | b. Bij vonnis van 4 juni 1999 in zake J. Bombil Osenge tegen het |
centre public d'aide sociale de Liège, dont l'expédition est parvenue | openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Luik, waarvan de |
au greffe de la Cour d'arbitrage le 15 juin 1999, le Tribunal du | expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 15 juni |
travail de Liège a posé la question préjudicielle suivante : | 1999, heeft de Arbeidsrechtbank te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organisant les | « Schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 |
centres publics d'aide sociale, modifié par l'article 65 de la loi du | betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals |
15 juillet 1996, ne viole-t-il pas les articles 10, 11, 23 et 191 de | gewijzigd bij artikel 65 van de wet van 15 juli 1996, de artikelen 10, |
la Constitution en ce qu'il limiterait le droit à l'aide sociale pour | 11, 23 en 191 van de Grondwet niet, doordat het het recht op |
les étrangers ayant demandé à être reconnus comme réfugiés, dont la | maatschappelijke dienstverlening voor de vreemdelingen die gevraagd |
demande a été rejetée par le ministre de l'Intérieur en application | hebben om als vluchteling erkend te worden en wier aanvraag door de |
Minister van Binnenlandse Zaken werd afgewezen met toepassing van de | |
des articles 51, 5°, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au | artikelen 51, 5°, van de wet van 15 december 1980 betreffende de |
territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers | toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de |
et 8 de la Convention relative à la détermination de l'Etat | verwijdering van vreemdelingen en 8 van de Overeenkomst betreffende de |
responsable de l'examen d'une demande d'asile présentée dans un Etat | vaststelling van de Staat die verantwoordelijk is voor de behandeling |
van een asielverzoek dat bij één van de Lid-Staten van de Europese | |
membre des Communautés européennes, approuvée par la loi du 11 mai | Gemeenschappen wordt ingediend, goedgekeurd bij de wet van 11 mei 1995 |
1995 (Moniteur belge du 30 septembre 1995, p. 27902) dès l'instant où | (Belgisch Staatsblad van 30 september 1995, p. 27902), zou beperken |
le demandeur a introduit une requête en annulation et une requête en | zodra de aanvrager een verzoekschrift tot vernietiging en een |
suspension au Conseil d'Etat, de la décision ministérielle de refus et | verzoekschrift tot schorsing bij de Raad van State heeft ingediend |
tegen de ministeriële beslissing van weigering en het bevel om het | |
l'ordre de quitter le territoire ? » | grondgebied te verlaten ? » |
Cette affaire est inscrite sous le numéro 1704 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder het nummer 1704 van de rol van het Hof. |
(...) | (...) |
IV. En droit | IV. In rechte |
(...) | (...) |
Quant à la question préjudicielle posée dans l'affaire n° 1665 | Wat de prejudiciële vraag in zaak nr. 1665 betreft |
B.1.1. Le droit à l'aide sociale contesté devant la Cour de cassation | B.1.1. Het recht op maatschappelijke dienstverlening dat voor het Hof |
porte sur la période qui précède la modification de la loi organique | van Cassatie wordt betwist, heeft betrekking op de periode vóór de |
du 8 juillet 1976 par la loi du 15 juillet 1996. La Cour de cassation | wijziging van de organieke wet van 8 juli 1976 door de wet van 15 juli |
pose à la Cour une question concernant l'article 57, § 2, de la loi | 1996. Het Hof van Cassatie stelt het Hof een vraag over artikel 57, § |
précitée, tel qu'il a été inséré par la loi du 30 décembre 1992. Cette disposition énonçait : « § 2. Par dérogation au § 1er, le centre accorde uniquement l'aide strictement nécessaire pour permettre de quitter le pays : 1° à l'étranger qui s'est déclaré réfugié, a demandé à être reconnu en cette qualité, n'est pas autorisé à séjourner dans le Royaume en cette qualité et auquel un ordre définitif de quitter le pays a été signifié; 2° à l'étranger qui séjourne illégalement dans le Royaume et auquel un ordre définitif de quitter le pays a été signifié. Le centre informe sans retard le ministre qui a l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers dans ses compétences ainsi que la commune concernée de l'acceptation ou du refus de l'intéressé de bénéficier de l'aide visée à l'alinéa précédent. L'aide sociale prend fin à dater de l'exécution de l'ordre de quitter le territoire et, au plus tard, au jour de l'expiration du délai de l'ordre définitif de quitter le territoire. Il est dérogé à l'alinéa précédent, pendant le temps strictement nécessaire pour permettre effectivement à l'intéressé de quitter le territoire; ce délai ne pourra en aucun cas excéder un mois. Il y est également dérogé en cas d'aide médicale urgente. » | 2, van de voormelde wet, zoals ingevoegd bij de wet van 30 december 1992. Die bepaling luidde : « § 2. In afwijking van § 1, verleent het centrum slechts de strikt noodzakelijke dienstverlening om het verlaten van het grondgebied mogelijk te maken : 1° aan de vreemdeling die zich vluchteling heeft verklaard en heeft gevraagd als dusdanig te worden erkend doch die niet de toelating heeft om in die hoedanigheid in het Rijk te verblijven en aan wie een definitief bevel is betekend om het grondgebied te verlaten; 2° aan elke andere vreemdeling die onwettig in het Koninkrijk verblijft en aan wie een definitief bevel is betekend om het grondgebied te verlaten. Het centrum verwittigt zonder verwijl de Minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft, evenals de betrokken gemeente, van de beslissing van betrokkene om de in het vorige lid bedoelde dienstverlening te aanvaarden dan wel te weigeren. Aan de maatschappelijke dienstverlening wordt een einde gemaakt vanaf de datum van de uitvoering van het bevel om het grondgebied te verlaten, en ten laatste, vanaf de datum van het verstrijken van de termijn van het definitieve bevel om het grondgebied te verlaten. Van het bepaalde in het voorgaande lid wordt afgeweken, gedurende de strikt noodzakelijke termijn, om de betrokkene in staat te stellen het grondgebied effektief te verlaten; die termijn mag in geen geval een maand overschrijden. Er wordt eveneens afgeweken ingeval van dringende medische hulp. » |
B.1.2. Il résulte des motifs de la décision de renvoi que la Cour de | B.1.2. Uit de motieven van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het Hof |
cassation fait allusion à des arrêts dans lesquels elle a considéré | van Cassatie verwijst naar arresten waarin het ervan is uitgegaan dat |
que l'ordre de quitter le territoire est définitif au sens de | het bevel om het grondgebied te verlaten definitief is in de zin van |
l'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 lorsque cet ordre ne | artikel 57, § 2, van de wet van 8 juli 1976, wanneer daartegen geen |
peut plus faire l'objet d'un recours à effet suspensif. | opschortend beroep meer kan worden ingesteld. |
B.1.3. Pour les raisons exposées aux B.31 à B.36 de l'arrêt de la Cour | B.1.3. Om de redenen die zijn uiteengezet in de punten B.31 tot B.36 |
d'arbitrage n° 43/98 du 22 avril 1998, l'article 57, § 2, de la loi du | van het arrest van het Arbitragehof nr. 43/98 van 22 april 1998, |
8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale, tel qu'il | schendt artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 |
betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals | |
a été inséré par la loi du 30 décembre 1992, viole les articles 10 et | ingevoegd door de wet van 30 december 1992, de artikelen 10 en 11 van |
11 de la Constitution si la notion d'« ordre définitif de quitter le | de Grondwet indien het begrip « definitief bevel om het grondgebied te |
territoire » qui y est contenue est interprétée de la même manière que | verlaten » dat erin vervat is, op dezelfde wijze wordt geïnterpreteerd |
la notion d'« ordre exécutoire de quitter le territoire ». | als het begrip « uitvoerbaar bevel om het grondgebied te verlaten ». |
B.1.4. Cette disposition ne viole cependant pas les articles 10 et 11 | B.1.4. Die bepaling schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet |
de la Constitution si la notion d'« ordre définitif de quitter le | echter niet indien het begrip « definitief bevel om het grondgebied te |
territoire » contenue dans cette disposition est interprétée en ce | verlaten » vervat in die bepaling, geïnterpreteerd wordt in die zin |
sens qu'un ordre n'est définitif que lorsqu'ont été tranchés les | dat een bevel pas definitief is wanneer de beroepen zijn beslecht die |
recours introduits auprès du Conseil d'Etat contre la décision prise | bij de Raad van State zijn ingesteld tegen de beslissing die de |
par le Commissaire général aux réfugiés et aux apatrides par | Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen heeft |
application de l'article 63/3 de la loi du 15 décembre 1980 sur | genomen met toepassing van artikel 63/3 van de wet van 15 december |
l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des | 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de |
étrangers ou contre la décision de la Commission permanente de recours | vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, of tegen de beslissing |
des réfugiés. | van de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen. |
Quant à la question préjudicielle posée dans l'affaire n° 1704 | Wat de prejudiciële vraag in zaak nr. 1704 betreft |
B.2.1. Le droit à l'aide sociale contesté devant le juge a quo porte | B.2.1. Het recht op maatschappelijke dienstverlening dat voor de |
verwijzende rechter wordt betwist, heeft betrekking op de periode na | |
sur une période qui suit le remplacement de l'article 57, § 2, de la | de vervanging van artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli |
loi du 8 juillet 1976 organique des centres publics d'aide sociale par | 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bij |
l'article 65 de la loi du 15 juillet 1996 « modifiant la loi du 15 | artikel 65 van de wet van 15 juli 1996 « tot wijziging van de wet van |
décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et | 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het |
verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en van de | |
l'éloignement des étrangers et la loi du 8 juillet 1976 organique des | organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor |
centres publics d'aide sociale ». | maatschappelijk welzijn ». |
Cet article dispose : | Dat artikel bepaalt : |
« § 2. Par dérogation aux autres dispositions de la présente loi, la mission du centre public d'aide sociale se limite à l'octroi de l'aide médicale urgente, à l'égard d'un étranger qui séjourne illégalement dans le Royaume. Le Roi peut déterminer ce qu'il y a lieu d'entendre par aide médicale urgente. Un étranger qui s'est déclaré réfugié et a demandé à être reconnu comme tel, séjourne illégalement dans le Royaume lorsque la demande d'asile a été rejetée et qu'un ordre de quitter le territoire exécutoire a été notifié à l'étranger concerné. L'aide sociale accordée à un étranger qui était en fait bénéficiaire au moment où un ordre de quitter le territoire exécutoire lui a été notifié, est arrêtée, à l'exception de l'aide médicale urgente, le jour où l'étranger quitte effectivement le territoire et, au plus tard, le jour de l'expiration du délai de l'ordre de quitter le territoire. Il est dérogé aux dispositions de l'alinéa précédent pendant le délai strictement nécessaire pour permettre à l'étranger de quitter le territoire, pour autant qu'il ait signé une déclaration attestant son intention explicite de quitter le plus vite possible le territoire, sans que ce délai ne puisse en aucun cas excéder un mois. La déclaration d'intention précitée ne peut être signée qu'une seule fois. Le centre informe sans retard le Ministre qui a l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers | « § 2. In afwijking van de andere bepalingen van deze wet, is de taak van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn beperkt tot het verlenen van dringende medische hulp, wanneer het gaat om een vreemdeling die illegaal in het Rijk verblijft. De Koning kan bepalen wat onder dringende medische hulp begrepen moet worden. Een vreemdeling die zich vluchteling heeft verklaard en heeft gevraagd om als dusdanig te worden erkend, verblijft illegaal in het Rijk wanneer de asielaanvraag is geweigerd en aan de betrokken vreemdeling een uitvoerbaar bevel om het grondgebied te verlaten is betekend. De maatschappelijke dienstverlening aan een vreemdeling die werkelijk steuntrekkende was op het ogenblik dat hem een uitvoerbaar bevel om het grondgebied te verlaten werd betekend, wordt, met uitzondering van de dringende medische hulpverlening, stopgezet de dag dat de vreemdeling daadwerkelijk het grondgebied verlaat, en ten laatste de dag van het verstrijken van de termijn van het bevel om het grondgebied te verlaten. Van het bepaalde in het voorgaande lid wordt afgeweken gedurende de termijn die strikt noodzakelijk is om de vreemdeling in staat te stellen het grondgebied te verlaten, voor zover hij een verklaring heeft ondertekend die zijn uitdrukkelijke intentie het grondgebied zo snel mogelijk te willen verlaten, weergeeft; deze termijn mag in geen geval een maand overschrijden. De hierboven vermelde intentieverklaring kan slechts eenmaal worden ondertekend. Het centrum verwittigt zonder verwijl de Minister die bevoegd is voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de |
dans ses compétences, ainsi que la commune concernée, de la signature | vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, evenals de betrokken |
de la déclaration d'intention. » | gemeente, van de ondertekening van de intentieverklaring. » |
B.2.2. Par l'arrêt n° 43/98 du 22 avril 1998, la Cour a jugé que le | B.2.2. Het Hof heeft met zijn arrest nr. 43/98 van 22 april 1998 |
nouvel article 57, § 2, troisième et quatrième alinéas, de la loi | geoordeeld dat het nieuwe artikel 57, § 2, derde en vierde lid, van de |
organique des centres publics d'aide sociale violait les articles 10 | organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk |
et 11 de la Constitution en ce qu'il s'appliquait à l'étranger qui a | welzijn de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schond, in zoverre het |
demandé à être reconnu comme réfugié, dont la demande a été rejetée et | van toepassing was op de vreemdeling die gevraagd had om als |
qui a reçu un ordre de quitter le territoire, tant que n'ont pas été | vluchteling te worden erkend, wiens verzoek was verworpen en die een |
tranchés les recours qu'il a introduits devant le Conseil d'Etat | bevel had gekregen het grondgebied te verlaten, zolang de beroepen die |
contre la décision du Commissaire général aux réfugiés et aux | hij voor de Raad van State had ingesteld tegen de beslissing die de |
apatrides prise en application de l'article 63/3 de la loi précitée du | Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen met |
15 décembre 1980 ou contre la décision de la Commission permanente de recours des réfugiés. La Cour a ainsi explicitement précisé que seuls sont visés les recours pendants auprès du Conseil d'Etat contre les décisions concernant les demandes d'obtention du statut de réfugié, dès lors que l'annulation portait uniquement sur les alinéas 3 et 4 de l'article 57, § 2, de la loi organique des C.P.A.S. afférents aux étrangers ayant demandé à être reconnus comme réfugiés. La Cour a ajouté, en son arrêt n° 80/99 du 30 juin 1999, que la mesure | toepassing van artikel 63/3 van de voormelde wet van 15 december 1980 had genomen of tegen de beslissing van de Vaste Beroepscommissie voor vluchtelingen, niet waren beslecht. Aldus heeft het Hof uitdrukkelijk gepreciseerd dat enkel zijn bedoeld de bij de Raad van State openstaande beroepen tegen de beslissingen wat betreft de aanvragen om als vluchteling te worden erkend, nu de vernietiging enkel betrekking had op het derde en het vierde lid van artikel 57, § 2, van de O.C.M.W.-wet, die handelen over vreemdelingen die hebben gevraagd om als vluchteling te worden erkend. In zijn arrest nr. 80/99 van 30 juni 1999 heeft het Hof daaraan toegevoegd dat, indien de maatregel waarin artikel 57, § 2, voorziet, wordt toegepast op personen die, om medische redenen, in de absolute onmogelijkheid zijn gevolg te geven aan het bevel België te verlaten, |
prévue par l'article 57, § 2, violait également les articles 10 et 11 | die bepaling eveneens de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt. |
de la Constitution si elle s'appliquait à des personnes qui, pour des | B.3. Uit het onderzoek van de verwijzingsbeslissing blijkt dat het |
raisons médicales, se trouvent dans l'impossibilité absolue de donner | recht op maatschappelijke dienstverlening dat voor de feitenrechter |
suite à l'ordre de quitter le territoire. | wordt betwist, betrekking heeft op een vreemdeling die heeft gevraagd |
B.3. Il ressort de l'examen de la décision de renvoi que le droit à | om als vluchteling te worden erkend maar van wie de aanvraag is |
l'aide sociale qui est contesté devant le juge du fond concerne un | geweigerd door de Minister van Binnenlandse Zaken, met toepassing van |
étranger qui a demandé à être reconnu comme réfugié mais dont la | |
demande a été rejetée par le ministre de l'Intérieur, en application | artikel 51/5 van de voormelde wet van 15 december 1980 en artikel 8 |
de l'article 51/5 de la loi du 15 décembre 1980 précitée et de | van de Overeenkomst betreffende de vaststelling van de Staat die |
l'article 8 de la Convention relative à la détermination de l'Etat | verantwoordelijk is voor de behandeling van een asielverzoek dat bij |
responsable de l'examen d'une demande d'asile présentée dans un Etat | één van de Lid-Staten van de Europese Gemeenschappen wordt ingediend, |
membre des Communautés européennes, et qui a exercé un recours devant | en die bij de Raad van State een annulatieberoep tegen die |
le Conseil d'Etat contre cette décision de rejet. | weigeringsbeslissing heeft ingesteld. |
La question qui se pose est de savoir si, à l'égard de cette catégorie | De vraag die rijst is of, ten aanzien van die categorie van |
d'étrangers, l'article 57, § 2, viole les articles 10 et 11, lus en | vreemdelingen, artikel 57, § 2, de artikelen 10 en 11, gelezen in |
combinaison avec les articles 23 et 191, de la Constitution, en ce | samenhang met de artikelen 23 en 191, van de Grondwet schendt, in |
qu'il limite à l'aide médicale urgente leur droit à l'aide sociale. | zoverre het hun recht op maatschappelijke dienstverlening beperkt tot |
dringende medische hulpverlening. | |
B.4.1. L'article 51/5 de la loi précitée du 15 décembre 1980 dispose | B.4.1. Artikel 51/5 van de voormelde wet van 15 december 1980 bepaalt |
en ces termes : | : |
« § 1er. Dès que l'étranger se déclare réfugié à la frontière ou à | « § 1. Zodra de vreemdeling zich aan de grens of in het Rijk, |
l'intérieur du Royaume, conformément à l'article 50 ou 51, le Ministre ou son délégué procède à la détermination de l'Etat responsable de l'examen de la demande d'asile, en application des conventions internationales liant la Belgique. Même si, en vertu des critères de ces conventions internationales, le traitement de la demande n'incombe pas à la Belgique, le Ministre ou son délégué peut à tout moment décider d'examiner la demande, à condition que le demandeur d'asile y consente. § 2. La demande dont le traitement incombe à la Belgique, ou dont elle assume la responsabilité, est examinée conformément aux dispositions de la présente loi. § 3. Si la Belgique n'est pas responsable de l'examen de la demande, le Ministre ou son délégué saisit l'Etat responsable aux fins de prise ou de reprise en charge du demandeur d'asile dans les conditions prévues par les conventions internationales liant la Belgique. Lorsque le demandeur d'asile doit être transféré vers l'Etat responsable, le Ministre ou son délégué peut lui refuser l'entrée ou le séjour dans le Royaume et lui enjoindre de se présenter auprès des autorités compétentes de cet Etat avant une date déterminée. Si le Ministre ou son délégué l'estime nécessaire pour garantir le transfert effectif, il peut faire ramener sans délai l'étranger à la frontière. A cette fin, l'étranger peut être détenu ou maintenu dans un lieu déterminé pendant le temps strictement nécessaire à l'exécution du transfert, sans que la durée de la détention ou du maintien puisse excéder deux mois. » | overeenkomstig artikel 50 of 51, vluchteling verklaart, gaat de Minister of zijn gemachtigde, met toepassing van de internationale overeenkomsten die België binden, over tot het vaststellen van de Staat die verantwoordelijk is voor de behandeling van het asielverzoek. Zelfs wanneer krachtens de criteria van deze internationale overeenkomsten België niet verplicht is het verzoek in behandeling te nemen, kan de Minister of zijn gemachtigde op elk ogenblik beslissen het verzoek te behandelen, op voorwaarde dat de vreemdeling daarmee instemt. § 2. Het verzoek waarvan België de behandeling op zich moet nemen, of waarvoor het verantwoordelijk is, wordt behandeld overeenkomstig de bepalingen van deze wet. § 3. Wanneer België niet verantwoordelijk is voor de behandeling van het verzoek, richt de Minister of zijn gemachtigde zich onder de voorwaarden bepaald bij de internationale overeenkomsten die België binden, tot de verantwoordelijke Staat met het verzoek de asielzoeker over te nemen of opnieuw over te nemen. Wanneer de asielzoeker aan de verantwoordelijke Staat overgedragen dient te worden, kan de Minister of zijn gemachtigde hem de binnenkomst of het verblijf in het Rijk weigeren en hem gelasten zich vóór een bepaalde datum bij de bevoegde overheden van deze Staat aan te melden. Wanneer de Minister of zijn gemachtigde het voor het waarborgen van de effectieve overdracht nodig acht, kan hij de vreemdeling zonder verwijl naar de grens doen terugleiden. Te dien einde kan de vreemdeling in een welbepaalde plaats opgesloten of vastgehouden worden voor de tijd die strikt noodzakelijk is voor de uitvoering van de overdracht, zonder dat de duur van de hechtenis of van de vasthouding twee maanden te boven mag gaan. » |
B.4.2. L'article 8 de la Convention précitée du 15 juin 1990, | B.4.2. Artikel 8 van de voormelde Overeenkomst van 15 juni 1990, |
approuvée par la loi du 11 mai 1995, dispose en ces termes : | goedgekeurd bij de wet van 11 mei 1995, bepaalt : |
« Lorsque l'Etat membre responsable de l'examen de la demande d'asile | « Wanneer op basis van de overige in deze overeenkomst vastgestelde |
ne peut être désigné sur la base des autres critères énumérés dans la | criteria geen Lid-Staat kan worden aangewezen die verantwoordelijk is |
présente convention, le premier Etat membre auprès duquel la demande | voor de behandeling van het asielverzoek, is de Lid-Staat waarbij het |
d'asile a été présentée est responsable de l'examen. » | verzoek het eerst werd ingediend verantwoordelijk voor de behandeling ervan. » |
B.5. La présente affaire concerne la catégorie des étrangers pour | B.5. In de huidige zaak betreft het de categorie van vreemdelingen |
lesquels une demande d'asile doit être examinée par un autre Etat | |
membre, conformément à la Convention du 15 juin 1990. Après que l'Etat | waarvoor de asielaanvraag conform voormelde Overeenkomst van 15 juni |
membre compétent en l'espèce se fut déclaré d'accord pour reprendre le | 1990 moet worden onderzocht door een andere Lid-Staat. Nadat de |
demandeur d'asile, un ordre de quitter le territoire lui a en effet été signifié et il doit, conformément à cet ordre, se présenter auprès des autorités de cet Etat membre qui doivent le prendre en charge en exécution de la Convention susmentionnée. Aucun texte n'interdit à l'autorité compétente d'exécuter l'ordre. Seule une décision de suspension prise par le Conseil d'Etat - et qui si nécessaire peut être demandée en extrême urgence - peut empêcher l'éloignement du territoire. Contrairement au cas d'une reconduite vers le pays où le demandeur d'asile affirme courir un danger pour son existence, sa liberté ou son intégrité physique, il n'y a pas de danger, si un demandeur d'asile provenant d'un pays tiers est transféré dans un autre Etat membre de | terzake bevoegde Lid-Staat zich akkoord heeft verklaard om de asielaanvrager over te nemen, werd hem immers een bevel het grondgebied te verlaten betekend en dient hij zich, overeenkomstig dat bevel, aan te melden bij de overheden van die Lid-Staat die voor hem moet instaan ter uitvoering van voormelde Overeenkomst. Geen enkele tekst verbiedt de bevoegde overheid het bevel uit te voeren. Alleen een beslissing tot schorsing genomen door de Raad van State - en die zo nodig in geval van uiterst dringende noodzakelijkheid kan worden aangevraagd - kan de verwijdering van het grondgebied verhinderen. In tegenstelling tot wat het geval is met een terugleiding naar het land waar de asielzoeker beweert gevaar te lopen voor zijn leven, zijn vrijheid of zijn fysieke integriteit, is er, indien een asielzoeker afkomstig uit een derde land wordt overgedragen aan een andere |
l'Union européenne, qu'il y soit persécuté au sens de la Convention de | Lid-Staat van de Europese Unie, geen gevaar dat hij aldaar zou worden |
Genève du 28 juillet 1951 relative au statut des réfugiés. Son | vervolgd in de zin van het Verdrag van Genève van 28 juli 1951 |
betreffende de status van vluchtelingen. Zijn overdracht aan zulk een | |
transfert dans cet Etat membre ne porte pas davantage atteinte à son | Lid-Staat doet ook geen afbreuk aan zijn recht op een daadwerkelijk |
droit de recours juridictionnel effectif, dès lors que le Conseil | jurisdictioneel beroep, nu de Raad van State bevoegd blijft om over |
d'Etat demeure compétent pour statuer sur ses recours, même s'il doit | zijn beroepen uitspraak te doen, ook al dient hij het grondgebied te |
quitter le territoire en vue de se présenter aux autorités de l'Etat | verlaten om zich aan te melden bij de overheden van de bevoegde |
membre compétent. Pour le même motif, il ne peut prétendre | Lid-Staat. Om dezelfde reden kan hij, naast de aanspraken die hij in |
simultanément, en plus des prétentions qu'il peut faire valoir dans | die bevoegde Lid-Staat kan laten gelden, niet terzelfder tijd |
cet Etat membre compétent, à un droit à une aide sociale garanti par | aanspraak maken op een in België grondwettelijk gewaarborgd recht op |
la Constitution en Belgique. Dès lors qu'il s'agit d'Etats membres de | maatschappelijke dienstverlening. Nu het om Lid-Staten van de Europese |
l'Union européenne qui sont tous parties à la Convention européenne | Unie gaat die alle partij zijn bij het Europees Verdrag voor de |
des droits de l'homme, il peut être postulé que les droits | Rechten van de Mens, kan ervan worden uitgegaan dat de fundamentele |
fondamentaux des intéressés n'y seront pas violés, ou du moins que les | rechten van de betrokkenen er niet zullen worden geschonden, minstens |
intéressés y disposeront des possibilités de recours nécessaires, si | dat betrokkenen er over de nodige mogelijkheden van beroep beschikken |
tel devait être le cas. | mocht dat wel het geval zijn. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
1. L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des | 1. Artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende |
centres publics d'aide sociale, tel qu'il a été inséré par la loi du | de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, zoals ingevoegd bij |
30 décembre 1992, viole les articles 10 et 11 de la Constitution si la | de wet van 30 december 1992, schendt de artikelen 10 en 11 van de |
notion d'« ordre définitif de quitter le territoire » qui y est | Grondwet indien het begrip « definitief bevel om het grondgebied te |
contenue est interprétée de la même manière que la notion d'« ordre | verlaten » dat erin vervat is, op dezelfde wijze wordt geïnterpreteerd |
exécutoire de quitter le territoire ». | als het begrip « uitvoerbaar bevel om het grondgebied te verlaten ». |
2. L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des | 2. Artikel 57, § 2, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende |
de openbare centra voor maatschappelijk welzijn schendt de artikelen | |
centres publics d'aide sociale ne viole pas les articles 10 et 11 de | 10 en 11 van de Grondwet niet indien het begrip « definitief bevel om |
la Constitution si la notion d' « ordre définitif de quitter le | het grondgebied te verlaten » dat in die bepaling vervat is, |
territoire » contenue dans cette disposition est interprétée en ce | geïnterpreteerd wordt in die zin dat een bevel pas definitief is |
sens qu'un ordre n'est définitif que lorsqu'ont été tranchés les | wanneer de beroepen zijn beslecht die bij de Raad van State zijn |
recours introduits auprès du Conseil d'Etat contre la décision prise | ingesteld tegen de beslissing die door de Commissaris-generaal voor de |
par le Commissaire général aux réfugiés et aux apatrides par | vluchtelingen en de staatlozen met toepassing van artikel 63/3 van de |
application de l'article 63/3 de la loi du 15 décembre 1980 sur | wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, |
l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des | het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen is |
étrangers ou contre la décision de la Commission permanente de recours | genomen, of tegen de beslissing van de Vaste Beroepscommissie voor |
des réfugiés. | vluchtelingen. |
3. L'article 57, § 2, de la loi du 8 juillet 1976 organique des | 3. Artikel 57, § 2, van de wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare |
centres publics d'aide sociale, modifié par l'article 65 de la loi du | centra voor maatschappelijk welzijn, gewijzigd bij artikel 65 van de |
15 juillet 1996, ne viole ni les articles 10 et 11 de la Constitution, | wet van 15 juli 1996, schendt niet de artikelen 10 en 11 van de |
ni les articles 23 et 191 lus en combinaison avec les articles 10 et | Grondwet, noch de artikelen 23 en 191 gelezen in samenhang met de |
11 de la Constitution, en ce qu'il limite à l'aide médicale urgente le | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het het recht op |
droit à l'aide sociale pour les étrangers qui ont demandé d'être | maatschappelijke dienstverlening voor de vreemdelingen die gevraagd |
reconnus comme réfugiés et dont la demande a été rejetée par le | hebben om als vluchteling erkend te worden en wier aanvraag door de |
ministre de l'Intérieur par application de l'article 51/5 de la loi du | Minister van Binnenlandse Zaken werd afgewezen met toepassing van |
15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement | artikel 51/5 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang |
tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van | |
et l'éloignement des étrangers et de l'article 8 de la Convention | vreemdelingen en artikel 8 van de Overeenkomst betreffende de |
relative à la détermination de l'Etat responsable de l'examen d'une | vaststelling van de Staat die verantwoordelijk is voor de behandeling |
demande d'asile présentée dans l'un des Etats membres des Communautés | van een asielverzoek dat bij één van de Lid-Staten van de Europese |
européennes, approuvée par la loi du 11 mai 1995, même si l'intéressé | Gemeenschappen wordt ingediend, goedgekeurd bij de wet van 11 mei |
attaque cette décision par un recours en annulation et une demande de | 1995, beperkt tot de dringende medische hulpverlening, ook al |
bestrijdt de betrokkene die beslissing met een beroep tot vernietiging | |
suspension auprès du Conseil d'Etat. | en een vordering tot schorsing bij de Raad van State. |
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 17 mai 2000. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 17 mei 2000. |
Le greffier, Le président, | De griffier, De voorzitter, |
L. Potoms. M. Melchior. | L. Potoms. M. Melchior. |