Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt du --
← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 6/2000 du 19 janvier 2000 Numéro du rôle : 1602 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 38 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par le Tribunal du travail de Liège. La Cour composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges P. Martens, E. Cerexhe, H. Coreman(...)"
Extrait de l'arrêt n° 6/2000 du 19 janvier 2000 Numéro du rôle : 1602 En cause : la question préjudicielle relative à l'article 38 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par le Tribunal du travail de Liège. La Cour composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges P. Martens, E. Cerexhe, H. Coreman(...) Uittreksel uit arrest nr. 6/2000 van 19 januari 2000 Rolnummer 1602 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 38 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door de Arbeidsrechtbank te Luik. Het Arbitragehof, sameng wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag Bij vonnis van 2(...)
COUR D'ARBITRAGE ARBITRAGEHOF
Extrait de l'arrêt n° 6/2000 du 19 janvier 2000 Uittreksel uit arrest nr. 6/2000 van 19 januari 2000
Numéro du rôle : 1602 Rolnummer 1602
En cause : la question préjudicielle relative à l'article 38 de la loi In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 38 van de
du 10 avril 1971 sur les accidents du travail, posée par le Tribunal arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, gesteld door de
du travail de Liège. Arbeidsrechtbank te Luik.
La Cour d'arbitrage, Het Arbitragehof,
composée des présidents M. Melchior et G. De Baets, et des juges P. samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en G. De Baets, en de
Martens, E. Cerexhe, H. Coremans, A. Arts et M. Bossuyt, assistée du rechters P. Martens, E. Cerexhe, H. Coremans, A. Arts en M. Bossuyt,
greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior,
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : wijst na beraad het volgende arrest :
I. Objet de la question préjudicielle I. Onderwerp van de prejudiciële vraag
Par jugement du 25 janvier 1999 en cause de F. Vanderheyden contre la Bij vonnis van 25 januari 1999 in zake F. Vanderheyden tegen de n.v.
s.a. A.G. 1824, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour A.G. 1824, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is
d'arbitrage le 29 janvier 1999, le Tribunal du travail de Liège a posé ingekomen op 29 januari 1999, heeft de Arbeidsrechtbank te Luik
la question préjudicielle suivante : volgende prejudiciële vraag gesteld :
« L'article 38 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du « Is artikel 38 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971, zoals
travail, tel que modifié par l'article 40 de la loi-programme du 22 gewijzigd bij artikel 40 van de programmawet van 22 december 1989,
décembre 1989, est-il contraire aux articles 10 et 11 de la strijdig met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het
Constitution, en tant qu'il stipule que lorsque pendant l'incapacité bepaalt dat wanneer de leerling of de minderjarige gedurende de
temporaire de travail, l'apprenti ou le mineur d'âge devient majeur, periode van tijdelijke arbeidsongeschiktheid meerderjarig wordt, het
la rémunération de base pour le calcul de l'indemnité journalière est basisloon voor de berekening van de dagelijkse vergoeding vanaf die
à partir de cette date fixée conformément à l'alinéa 2 de cet article datum wordt vastgesteld overeenkomstig het tweede lid van dat artikel,
alors que l'apprenti majeur au moment de l'accident ne peut bénéficier terwijl de leerling die op het ogenblik van het ongeval meerderjarig
de l'alinéa 2 de l'article 38 pendant la période d'incapacité was, gedurende de periode van tijdelijke arbeidsongeschiktheid het
temporaire ? » voordeel van het tweede lid van artikel 38 niet kan genieten ? »
(...) (...)
IV. En droit IV. In rechte
(...) (...)
B.1. L'article 38 de la loi du 10 avril 1971 sur les accidents du B.1. Artikel 38 van de arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 bepaalt
travail dispose : :
« Lorsque la victime est un apprenti ou un mineur d'âge et que « Wanneer de getroffene een leerling of minderjarige is en het ongeval
l'accident a occasionné une incapacité temporaire de travail, la een tijdelijke arbeidsongeschiktheid heeft veroorzaakt, wordt het loon
rémunération est complétée le cas échéant par une rémunération eventueel aangevuld met een hypothetisch loon of met de andere
hypothétique ou par d'autres gains comme prévu à l'article 36. verdiensten zoals bepaald bij artikel 36. Wanneer de leerling of de
Lorsque, pendant la période d'incapacité temporaire de travail, minderjarige gedurende de periode van tijdelijke arbeidsongeschiktheid
l'apprenti ou le mineur d'âge devient majeur, la rémunération de base, meerderjarig wordt, wordt het basisloon voor de berekening van de
pour le calcul de l'indemnité journalière est, à partir de cette date, dagelijkse vergoeding vanaf deze datum vastgesteld overeenkomstig het
fixée conformément à l'alinéa 2 ci-dessous. hiernavolgend tweede lid.
Lorsque l'accident a entraîné une incapacité permanente de travail ou Wanneer het ongeval een bestendige arbeidsongeschiktheid of het
le décès de la victime et que l'apprenti ou le mineur d'âge ne overlijden van de getroffene veroorzaakt en de leerling of de
bénéficiait d'aucune rémunération ou d'une rémunération inférieure à minderjarige geen loon genoot of zijn loon lager was dan het gemiddeld
la rémunération moyenne des travailleurs majeurs de la catégorie à loon van de meerderjarige werknemers in de categorie waartoe de
laquelle la victime aurait appartenu à sa majorité ou à l'expiration getroffene bij zijn meerderjarigheid of bij het beëindigen van de
du contrat d'apprentissage, la rémunération de base est calculée sur leerovereenkomst zou behoord hebben, wordt het basisloon berekend naar
cette dernière rémunération moyenne. » dit laatste gemiddeld loon. »
B.2. La deuxième phrase de l'alinéa 1er a été insérée par l'article 40 B.2. De tweede zin van het eerste lid is door artikel 40 van de wet
de la loi du 22 décembre 1989. Cette modification était justifiée par van 22 december 1989 ingevoegd. Die wijziging werd als volgt
la considération suivante : verantwoord :
« Si un mineur est victime d'un accident du travail à 17 ans par « Zo een minderjarige bijvoorbeeld op 17 jaar slachtoffer wordt van
een arbeidsongeval, worden zijn vergoedingen gedurende de periode van
exemple, ses indemnités durant la période d'incapacité temporaire tijdelijke arbeidsongeschiktheid berekend op basis van het loon
seront calculées sur base de la rémunération proméritée à 17 ans. Si verdiend op 17 jaar. Indien deze tijdelijke ongeschiktheid voortduurt
cette incapacité temporaire se prolonge au-delà de 21 ans, ses na zijn 21 jaar, worden zijn vergoedingen nog steeds berekend op basis
indemnités seront toujours calculées sur base du même salaire
promérité à 17 ans, ce qui manifestement crée une injustice. La van hetzelfde loon verdiend op 17 jaar, wat manifest onrechtvaardig
modification apportée tend à remédier à cette situation, de manière à is. De aangebrachte wijziging beoogt deze toestand te verhelpen, zodat
ce que la rémunération de base des apprentis et des mineurs d'âge, qui het basisloon van de leerlingen en minderjarigen, die gedurende de
deviennent majeurs pendant la période d'incapacité temporaire, soit periode van tijdelijke ongeschiktheid meerderjarig worden, berekend
calculée de la même manière que lorsque leur incapacité est wordt op dezelfde wijze als voor hun blijvende ongeschiktheid, dit is
permanente, c'est-à-dire, par référence à la rémunération moyenne des door verwijzing naar het gemiddeld loon van de meerderjarige
travailleurs majeurs de la catégorie à laquelle ils auraient appartenu werknemers van de categorie waartoe zij zouden behoord hebben bij hun
à leur majorité ou à l'expiration du contrat d'apprentissage. » (Doc. meerderjarigheid of op het einde van de leerovereenkomst. » (Parl.
parl., Chambre, 1989-1990, n° 975, p. 25) St., Kamer, 1989-1990, nr. 975, p. 25)
B.3. La disposition en cause établit une différence de traitement B.3. De in het geding zijnde bepaling geeft aanleiding tot een
verschil in behandeling tussen twee categorieën van leerlingen die
entre deux catégories d'apprentis victimes d'accidents du travail : getroffen zijn door een arbeidsongeval : zij die leerling zijn op het
ceux qui sont apprentis au moment de l'accident et deviennent majeurs ogenblik van het ongeval en gedurende de periode van tijdelijke
au cours de leur incapacité temporaire et ceux qui sont apprentis et arbeidsongeschiktheid meerderjarig worden en zij die op het ogenblik
déjà majeurs au moment de l'accident. La rémunération de base qui est van het ongeval als leerling reeds meerderjarig zijn. Het basisloon
prise en considération pour le calcul de l'indemnité pour incapacité dat voor de berekening van de vergoeding voor tijdelijke
temporaire est plus avantageuse pour les apprentis qui appartiennent à la première catégorie. B.4. Entre les deux catégories d'apprentis, il existe une différence objective selon qu'ils sont majeurs ou mineurs. Toutefois, le législateur ayant voulu réparer une injustice, le critère n'est pas pertinent par rapport au but poursuivi. L'injustice est la même pour un apprenti, majeur lors de l'accident du travail, dont la rémunération de base reste limitée à celle d'un apprenti. La disposition en cause crée donc, entre ces deux catégories, une différence de traitement dont on n'aperçoit pas la justification. arbeidsongeschiktheid in aanmerking wordt genomen, is voor de leerlingen van de eerste categorie voordeliger. B.4. Er bestaat een objectief verschil tussen de twee categorieën van leerlingen, naargelang zij minder- of meerderjarig zijn. Ook al heeft de wetgever een onrechtvaardigheid ongedaan willen maken, toch is het criterium niet pertinent ten opzichte van het nagestreefde doel. De onrechtvaardigheid geldt eveneens voor een leerling die meerderjarig is op het ogenblik van het arbeidsongeval en van wie het basisloon beperkt blijft tot dat van een leerling. De in het geding zijnde bepaling creëert dus een verschil in behandeling tussen die twee categorieën, dat niet verantwoord is.
B.5. Ni le principe de solidarité, ni l'impossibilité pour le B.5. Noch het solidariteitsbeginsel noch de onmogelijkheid voor de
législateur d'entrer dans le détail des situations individuelles ne wetgever om individuele situaties apart te bekijken, kunnen een
peuvent justifier une telle différence de traitement. Celle-ci est dergelijk verschil in behandeling verantwoorden. Dat verschil kan nog
d'autant moins justifiable que la loi du 19 janvier 1990 a porté l'âge minder worden verantwoord sinds de wet van 19 januari 1990 de leeftijd
de la majorité civile à 18 ans. van burgerlijke meerderjarigheid tot 18 jaar heeft verlaagd.
B.6. Si, comme le soutient le Conseil des ministres, des conventions B.6. Volgens de Ministerraad kennen collectieve arbeidsovereenkomsten
collectives accordent une rémunération entière dès l'âge de 18 ans ou een volwaardig loon toe vanaf de leeftijd van 18 jaar of pogen zij het
tendent à rapprocher la rémunération gagnée entre 18 et 21 ans, et à loon dat tussen 18 en 21 jaar wordt verdiend, gelijk te stellen met
supposer même que ces mesures s'appliquent aux apprentis, cet élément dat na 21 jaar. Zelfs in de veronderstelling dat die maatregelen op de
de fait peut atténuer les effets de la discrimination mais il ne la leerlingen van toepassing zijn, kan dit feitelijk gegeven wel de
gevolgen van de discriminatie beperken, maar heft het die
fait pas disparaître. discriminatie niet op.
B.7. Il convient de donner à la question préjudicielle une réponse B.7. De prejudiciële vraag moet positief worden beantwoord.
affirmative.
Par ces motifs, Om die redenen,
la Cour het Hof,
dit pour droit : zegt voor recht :
L'article 38, alinéa 1er, 2e phrase, de la loi du 10 avril 1971 sur Artikel 38, eerste lid, tweede zin, van de arbeidsongevallenwet van 10
les accidents du travail viole les articles 10 et 11 de la april 1971 schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, doordat het
Constitution en ce qu'il n'est pas applicable à l'incapacité niet van toepassing is op de tijdelijke arbeidsongeschiktheid van de
temporaire de l'apprenti qui est majeur au moment de l'accident. leerling die op het ogenblik van het ongeval meerderjarig is.
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 19 janvier 2000. Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 19 januari 2000.
Le greffier, De griffier,
L. Potoms. L. Potoms.
Le président, De voorzitter,
M. Melchior. M. Melchior.
^