← Retour vers "Extrait de l'arrêt n° 115/99 du 10 novembre 1999 Numéros du rôle : 1341 et 1460 En
cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 8, alinéa 1 er , de l'arrêté-loi
du 14 septembre 1918 concernant la législation pénale, l'a La Cour
d'arbitrage, composée du président M. Melchior et du juge H. Boel, faisant fonction de p(...)"
Extrait de l'arrêt n° 115/99 du 10 novembre 1999 Numéros du rôle : 1341 et 1460 En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 8, alinéa 1 er , de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 concernant la législation pénale, l'a La Cour d'arbitrage, composée du président M. Melchior et du juge H. Boel, faisant fonction de p(...) | Uittreksel uit arrest nr. 115/99 van 10 november 1999 Rolnummers 1341 en 1460 In zake : de prejudiciële vragen over artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 betreffende o.m. de wijze van stemmen in het Militair Gerechtsh Het Arbitragehof, samengesteld uit voorzitter M. Melchior en rechter H. Boel, waarnemend voorzit(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Extrait de l'arrêt n° 115/99 du 10 novembre 1999 | Uittreksel uit arrest nr. 115/99 van 10 november 1999 |
Numéros du rôle : 1341 et 1460 | Rolnummers 1341 en 1460 |
En cause : les questions préjudicielles relatives à l'article 8, | In zake : de prejudiciële vragen over artikel 8, eerste lid, van de |
alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 concernant la | besluitwet van 14 september 1918 betreffende o.m. de wijze van stemmen |
in het Militair Gerechtshof en de krijgsraden, artikel 10bis van de | |
législation pénale, l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 | wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek |
contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale et | |
l'article 19 de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre Ier du Code | van Strafvordering en artikel 19 van de wet van 15 juni 1899 houdende |
de procédure pénale militaire, posées par la Cour de cassation. | eerste titel van het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger, |
gesteld door het Hof van Cassatie. | |
La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
composée du président M. Melchior et du juge H. Boel, faisant fonction | samengesteld uit voorzitter M. Melchior en rechter H. Boel, waarnemend |
de président, et des juges L. François, J. Delruelle, A. Arts, R. | voorzitter, en de rechters L. François, J. Delruelle, A. Arts, R. |
Henneuse et M. Bossuyt, assistée du greffier L. Potoms, présidée par | Henneuse en M. Bossuyt, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder |
le président M. Melchior, | voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, |
après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
I. Objet des questions préjudicielles | I. Onderwerp van de prejudiciële vragen |
a. Par arrêt du 6 mai 1998 en cause de F. Leclercq contre l'Etat | a. Bij arrest van 6 mei 1998 in zake F. Leclercq tegen de Belgische |
belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage | Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is |
le 27 mai 1998, la Cour de cassation a posé les questions | ingekomen op 27 mei 1998, heeft het Hof van Cassatie de volgende |
préjudicielles suivantes : | prejudiciële vragen gesteld : |
1. « L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 | 1. « Schendt artikel 8, eerste lid, van de Besluitwet van 14 september |
[concernant la législation pénale] viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution en tant qu'il édicte que les décisions de la Cour militaire ' sont prises à la majorité des voix ', sans imposer qu'elles le soient à l'unanimité de ses membres lorsqu'elles réforment un acquittement ou qu'elles aggravent les peines prononcées par le conseil de guerre, alors que l'article 211bis du Code d'instruction criminelle, applicable aux juridictions d'appel ordinaires, dispose que s'il y a eu jugement d'acquittement, la juridiction d'appel ne peut prononcer la condamnation qu'à l'unanimité de ses membres et que la même unanimité est nécessaire pour que la juridiction d'appel | 1918 [betreffende o.m. de wijze van stemmen in het Militair Gerechtshof en de krijgsraden] de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het bepaalt dat de beslissingen van het Militair Gerechtshof "bij meerderheid van stemmen genomen worden", zonder te vereisen dat zij met eenparige stemmen van zijn leden genomen worden, ingeval zij een vrijspraak wijzigen of de door de krijgsraad opgelegde straffen verzwaren, terwijl artikel 211bis van het Wetboek van Strafvordering, dat toepasselijk is op gewone gerechten in hoger beroep, bepaalt dat, ingeval er een vrijsprekend vonnis is, het gerecht in hoger beroep geen veroordeling kan uitspreken dan met eenparige stemmen van zijn leden, en dat dezelfde eenstemmigheid voor het gerecht in hoger beroep vereist is om de door de eerste rechter |
puisse aggraver les peines prononcées par le premier juge ? » | uitgesproken straffen te kunnen verzwaren ? » |
2. « Les articles 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre | 2. « Schenden de artikelen 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende |
préliminaire du Code de procédure pénale et 19, alinéa 2, du Code de | de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en 19, tweede |
procédure pénale militaire violent-ils les articles 10 et 11 de la | lid, van het Wetboek van Militaire Strafvordering de artikelen 10 en |
Constitution en tant qu'ils disposent respectivement que les personnes | 11 van de Grondwet, in zoverre zij respectievelijk bepalen dat de |
attachées, à quelque titre que ce soit, à une fraction de l'armée se | personen die, in welke hoedanigheid ook, aan een legerfractie in het |
trouvant en territoire étranger ou celles qui sont autorisées à suivre | buitenland verbonden zijn, of zij die de machtiging bekwamen een |
un corps de troupe qui en fait partie, qui auront commis une | troepenkorps te volgen dat er deel van uitmaakt, en die enig misdrijf |
infraction quelconque sur le territoire d'un Etat étranger, pourront | plegen op het grondgebied van een vreemde Staat, in België vervolgd |
être poursuivies en Belgique et que, lorsqu'en dehors du temps de | kunnen worden en dat wanneer, buiten de tijd van oorlog, een |
guerre, une fraction de l'armée se trouve en territoire étranger, | legerfractie zich in een buitenlands gebied bevindt, zij geoordeeld |
elles seront jugées par les juridictions militaires pour toutes les | worden door de militaire rechtscolleges voor al de door hen in het |
infractions commises par elles sur le territoire étranger, alors que | buitenlands gebied gepleegde misdrijven, terwijl de personen die niet |
les personnes non visées par ces dispositions légales échappent à | onder die wetsbepalingen vallen, niet onderworpen zijn aan die |
cette compétence élargie des juridictions militaires ? » | uitgebreide bevoegdheid van de militaire gerechten ? » |
Cette affaire est inscrite sous le numéro 1341 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 1341 van de rol van het Hof. |
b. Par arrêt du 20 octobre 1998 en cause de D. Nassel contre le Centre | b. Bij arrest van 20 oktober 1998 in zake D. Nassel tegen het Centrum |
pour l'égalité des chances et la lutte contre le racisme, dont | voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, waarvan de |
l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 4 | expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 4 november |
novembre 1998, la Cour de cassation a posé la question préjudicielle | 1998, heeft het Hof van Cassatie de volgende prejudiciële vraag |
suivante : | gesteld : |
« L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 | « Schendt artikel 8, eerste lid, Besluitwet van 14 september 1918 |
modifiant le Code pénal, le Code pénal militaire et le Code de | betreffende onder meer de wijze van stemmen in het Militair |
procédure pénale militaire, relatif à, notamment, le mode de vote à la | Gerechtshof en de krijgsraden, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, |
cour militaire et aux conseils de guerre, viole-t-il les articles 10 | in zoverre het bepaalt dat de beslissingen van, onder meer, het |
et 11 de la Constitution, en tant qu'il dispose que les décisions de, notamment, la Cour militaire "sont prises à la majorité des voix", sans prescrire qu'elles sont prises à l'unanimité de ses membres lorsqu'elles modifient un acquittement ou qu'elles aggravent les peines infligées par le conseil de guerre, alors que l'article 211bis du Code d'instruction criminelle, applicable aux juridictions d'appel ordinaires, dispose que, s'il y a jugement d'acquittement, la juridiction d'appel ne peut prononcer la condamnation qu'à l'unanimité de ses membres, et que la même unanimité est requise pour que le juge d'appel puisse aggraver des peines prononcées contre le prévenu ? » | Militair Gerechtshof "bij meerderheid van stemmen genomen worden", zonder voor te schrijven dat zij met eenparige stemmen van zijn leden genomen worden, wanneer zij een vrijspraak wijzigen of de door de krijgsraad opgelegde straffen verzwaren, terwijl artikel 211bis Wetboek van Strafvordering, dat toepasselijk is op de gewone strafgerechten in hoger beroep, bepaalt dat, wanneer er een vrijsprekend vonnis is, het gerecht in hoger beroep geen veroordeling kan uitspreken dan met eenparige stemmen van zijn leden, en dat dezelfde eenstemmigheid voor het gerecht in hoger beroep vereist is om de door de eerste rechter uitgesproken straffen te kunnen verzwaren ? » |
Cette affaire est inscrite sous le numéro 1460 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 1460 van de rol van het Hof. |
(...) | (...) |
IV. En droit | IV. In rechte |
(...) | (...) |
Les dispositions en cause et la compétence de la Cour | De in het geding zijnde bepalingen en de bevoegdheid van het Hof |
B.1. La Cour de cassation interroge la Cour sur la compatibilité avec | B.1. Het Hof van Cassatie stelt aan het Hof de vraag naar de |
les articles 10 et 11 de la Constitution, d'une part, de l'article 8, | bestaanbaarheid met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet van, |
alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 et, d'autre part, de | enerzijds, artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september |
l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre | 1918 en, anderzijds, van artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 |
préliminaire du Code de procédure pénale et de l'article 19, alinéa 2, | houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en |
de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre Ier du Code de procédure | van artikel 19, tweede lid, van de wet van 15 juni 1899 houdende |
pénale militaire. | eerste titel van het Wetboek van Strafrechtspleging voor het leger. |
L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 | Artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 |
modifiant le Code pénal, le Code pénal militaire et le Code de | betreffende o.m. de wijze van stemmen in het Militair Gerechtshof en |
procédure pénale militaire dispose : | de krijgsraden bepaalt : |
« Les décisions de la cour militaire et des conseils de guerre sont | « De beslissingen van het krijgsgerechtshof en van de krijgsraden |
prises à la majorité des voix. » | worden bij meerderheid van stemmen genomen. » |
L'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 dispose : | Artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 bepaalt : |
« Toute personne soumise aux lois militaires qui aura commis une | « Ieder aan de militaire wetten onderworpen persoon die enig misdrijf |
infraction quelconque sur le territoire d'un Etat étranger pourra être | pleegt op het grondgebied van een vreemde Staat, kan in België worden |
poursuivie en Belgique. | vervolgd. |
Il en est de même des personnes qui sont attachées à quelque titre que | Hetzelfde geldt voor degenen die in welke hoedanigheid ook verbonden |
ce soit à une fraction de l'armée se trouvant en territoire étranger | zijn aan een onderdeel van het leger dat zich op buitenlands |
ou de celles qui sont autorisées à suivre un corps de troupe qui en | grondgebied bevindt, of voor degenen die gemachtigd zijn om een |
fait partie. » | troepenkorps dat van dit leger deel uitmaakt, te volgen. » |
L'article 19 de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre Ier du Code | Artikel 19 van de wet van 15 juli 1899 houdende eerste titel van het |
de procédure pénale militaire - dont seul l'alinéa 2 est en cause - | Wetboek van strafrechtspleging voor het leger - waarvan enkel het |
dispose : « En temps de guerre, les personnes attachées à l'armée, à quelque titre que ce soit, et celles autorisées à suivre un corps de troupes sont jugées par la juridiction militaire pour toutes les infractions qui peuvent leur être imputées, à l'exception de celles visées à l'article 23 et qui ont été commises sur le territoire belge. Lorsqu'en dehors du temps de guerre, une fraction de l'armée se trouve en territoire étranger, les personnes qui y sont attachées, à quelque titre que ce soit, et celles autorisées à suivre un corps de troupe qui en fait partie, sont jugées par les juridictions militaires pour toutes les infractions commises par elles sur le territoire étranger. » B.2. Le Conseil des ministres met en doute la compétence de la Cour | tweede lid in het geding is - bepaalt : « In tijd van oorlog worden de personen die, in welke hoedanigheid ook, aan het leger verbonden zijn, en zij die machtiging bekwamen een troepenkorps te volgen, berecht door de militaire gerechten voor al de misdrijven die hun ten laste kunnen gelegd worden, met uitzondering van die waarvan sprake in artikel 23, indien zij op het Belgisch grondgebied werden gepleegd. Wanneer, buiten de tijd van oorlog, een legerfractie zich in een buitenlands gebied bevindt, worden de personen die, in welke hoedanigheid ook, eraan verbonden zijn en zij die machtiging bekwamen om een troepenkorps te volgen dat er deel van uitmaakt, geoordeeld door de militaire rechtscolleges voor al de door hen in het buitenlands gebied gepleegde misdrijven. » B.2. De Ministerraad betwijfelt de bevoegdheid van het Hof om kennis te nemen van een besluitwet, te dezen de hiervoor vermelde besluitwet |
pour connaître d'un arrêté-loi, en l'espèce celui précité du 14 | van 14 september 1918. |
septembre 1918. S'il est vrai que les arrêtés-lois ne figurent pas expressément parmi | Hoewel de besluitwetten niet uitdrukkelijk voorkomen onder de normen |
les normes soumises au contrôle de la Cour par l'article 142 de la | die bij artikel 142 van de Grondwet en bij de artikelen 1 en 26 van de |
Constitution et par les articles 1er et 26 de la loi spéciale sur la | bijzondere wet op het Arbitragehof ter toetsing aan het Hof worden |
Cour d'arbitrage, le Constituant et le législateur spécial ne peuvent | voorgelegd, hebben de Grondwetgever en de bijzondere wetgever ze |
que les avoir implicitement visés dès lors que leur sont reconnus | impliciet beoogd, aangezien aan die besluitwetten exact dezelfde |
exactement les mêmes effets qu'aux lois proprement dites, d'autant que | gevolgen worden toegekend als aan de eigenlijke wetten, temeer daar |
leur processus exceptionnel d'élaboration n'a pu comporter les mêmes | hun uitzonderlijk proces van totstandkoming niet dezelfde waarborgen |
garanties que celui des lois. | heeft kunnen omvatten als dat van de wetten. |
La Cour est compétente pour connaître de la compatibilité avec les | Het Hof is bevoegd om kennis te nemen van de bestaanbaarheid van de |
articles 10 et 11 de la Constitution de l'arrêté-loi du 14 septembre | besluitwet van 14 september 1918 met de artikelen 10 en 11 van de |
1918; l'exception soulevée par le Conseil des ministres est rejetée. | Grondwet; de door de Ministerraad opgeworpen exceptie wordt verworpen. |
Quant au fond | Ten gronde |
B.3. Aux termes de l'article 157, alinéa 1er, de la Constitution : | B.3. Artikel 157, eerste lid, van de Grondwet bepaalt : |
« Des lois particulières règlent l'organisation des tribunaux | « De organisatie van de militaire rechtbanken, hun bevoegdheid, de |
militaires, leurs attributions, les droits et obligations des membres | rechten en verplichtingen van de leden van deze rechtbanken, alsmede |
de ces tribunaux, et la durée de leurs fonctions. » | de duur van hun ambt worden door bijzondere wetten geregeld. » |
B.4. En prévoyant ainsi que des lois particulières règlent, notamment, | B.4. Doordat de Grondwet aldus erin voorziet dat « bijzondere wetten » |
met name de organisatie van de militaire rechtbanken regelen, stelt | |
l'organisation des tribunaux militaires, la Constitution pose qu'une | zij dat een verschil in behandeling in beginsel toelaatbaar is, maar |
différence de traitement est admissible en principe, mais n'a pas | heeft zij de wetgever niet vrijgesteld van elke inachtneming van de |
dispensé le législateur de tout égard aux articles 10 et 11. | artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
En ce qui concerne l'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918 (affaire portant le numéro 1341 du rôle, première question, et affaire portant le numéro 1460 du rôle) B.5. L'article 8, alinéa 1er, précité, prévoit que les décisions de la Cour militaire sont prises à la majorité des voix, notamment en cas d'aggravation des peines prononcées en première instance, alors que, dans la même hypothèse, l'article 211bis du Code d'instruction criminelle prévoit, s'agissant des juridictions d'appel ordinaires, que les décisions doivent être prises à l'unanimité. Une différence de traitement est donc opérée entre justiciables, s'agissant de la majorité selon laquelle doit être décidée une aggravation de la peine prononcée en première instance, entre ceux relevant de la Cour militaire et ceux relevant des juridictions d'appel ordinaires. B.6. La différence de traitement entre certaines catégories de | Wat artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 betreft (zaak met rolnummer 1341, eerste vraag, en zaak met rolnummer 1460) B.5. Het voormelde artikel 8, eerste lid, bepaalt dat de beslissingen van het Militair Gerechtshof bij meerderheid van stemmen worden genomen, met name in geval van verzwaring van de in eerste aanleg uitgesproken straffen, terwijl, in hetzelfde geval, artikel 211bis van het Wetboek van Strafvordering, in verband met de gewone gerechten in hoger beroep, bepaalt dat de beslissingen moeten worden genomen met eenparigheid van stemmen. Wanneer het gaat over de meerderheid volgens welke moet worden beslist over een verzwaring van de in eerste aanleg uitgesproken straf, wordt dus onder de rechtzoekenden een verschil in behandeling gemaakt tussen diegenen die onder de bevoegdheid vallen van het Militair Gerechtshof en diegenen die onder de bevoegdheid vallen van de gewone gerechten in hoger beroep. B.6. Het verschil in behandeling tussen bepaalde categorieën van |
personnes qui résulte de l'application de procédures différentes | personen dat voortvloeit uit de toepassing van verschillende |
devant des juridictions différentes et dans des circonstances au moins | procedures voor verschillende rechtscolleges en in minstens |
partiellement différentes n'est pas discriminatoire en soi. Il ne | gedeeltelijk verschillende omstandigheden, houdt op zich geen |
pourrait y avoir de discrimination que si la différence de traitement | discriminatie in. Van discriminatie zou slechts sprake kunnen zijn, |
résultant de l'application de ces procédures allait de pair avec une | indien het verschil in behandeling dat voortvloeit uit de toepassing |
limitation disproportionnée des droits des parties concernées. | van die procedures gepaard zou gaan met een onevenredige beperking van |
de rechten van de daarbij betrokken partijen. | |
B.7. L'article 211bis du Code d'instruction criminelle, inséré par la | B.7. Artikel 211bis van het Wetboek van Strafvordering, ingevoegd bij |
loi du 10 octobre 1967 (article 3), reproduit l'article 140, alinéas 2 | de wet van 10 oktober 1967 (artikel 3), neemt artikel 140, tweede en |
et 3, de la loi du 18 juin 1869 sur l'organisation judiciaire, alinéas | derde lid, van de wet van 18 juni 1869 op de rechterlijke organisatie |
insérés par l'article 2 de la loi du 4 septembre 1891. | over, bepalingen die zijn ingevoegd bij artikel 2 van de wet van 4 |
september 1891. | |
Les travaux préparatoires de la loi du 4 septembre 1891 indiquent que | De parlementaire voorbereiding van de wet van 4 september 1891 geeft |
l'unanimité qu'elle impose désormais, pour aggraver la peine prononcée | aan dat de eenparigheid van stemmen, die ze voortaan oplegt om de in |
en première instance, visait à compenser la réduction, de cinq à | eerste aanleg uitgesproken straf te verzwaren, bedoeld is als |
trois, du nombre des conseillers composant les chambres | compensatie voor de vermindering, van vijf tot drie, van het aantal |
correctionnelles des cours d'appel; ainsi a-t-il été relevé (Doc. | raadsheren waaruit de correctionele kamers van de hoven van beroep |
parl., Sénat, 1890-1891, rapport de la Commission de la justice, n° | zijn samengesteld; aldus is opgemerkt (Parl. St., Senaat, 1890-1891, |
97, pp. 3 et 4) que : | verslag van de Commissie voor de Justitie, nr. 97, pp. 3 en 4) dat : |
« Le projet de loi fait un nouveau pas dans la même voie, en réduisant | « Le projet de loi fait un nouveau pas dans la même voie, en réduisant |
à trois le nombre des conseillers appelés à statuer en appel dans les | à trois le nombre des conseillers appelés à statuer en appel dans les |
affaires correctionnelles et à former la chambre des mises en | affaires correctionnelles et à former la chambre des mises en |
accusation. | accusation. |
Cette réduction nous semble complètement justifiée. | Cette réduction nous semble complètement justifiée. |
[...] | [...] |
Après des débats animés, la Chambre s'est prononcée en faveur de cette | Après des débats animés, la Chambre s'est prononcée en faveur de cette |
importante réforme, et elle s'est ralliée à un amendement du | importante réforme, et elle s'est ralliée à un amendement du |
Gouvernement, établissant une garantie nouvelle en faveur de la | gouvernement, établissant une garantie nouvelle en faveur de la |
défense du prévenu : | défense du prévenu : |
« S'il y a jugement d'acquittement ou ordonnance de non-lieu rendus | « S'il y a jugement d'acquittement ou ordonnance de non-lieu rendus |
par un tribunal de première instance en matière répressive, la Cour | par un tribunal de première instance en matière répressive, la cour |
saisie de l'appel ne pourra prononcer la condamnation ou le renvoi | saisie de l'appel ne pourra prononcer la condamnation ou le renvoi |
qu'à l'unanimité de ses membres. La même unanimité sera exigée pour | qu'à l'unanimité de ses membres. La même unanimité sera exigée pour |
que la Cour puisse aggraver les peines prononcées contre l'inculpé. » | que la cour puisse aggraver les peines prononcées contre l'inculpé. » |
Cette disposition répond à l'objection la plus sérieuse élevée contre | Cette disposition répond à l'objection la plus sérieuse élevée contre |
la réduction du nombre des conseillers siégeant à la chambre | la réduction du nombre des conseillers siégeant à la chambre |
correctionnelle ou à la chambre des mises en accusation. » | correctionnelle ou à la chambre des mises en accusation. » |
B.8.1. En application de l'article 105 du Code de procédure pénale | B.8.1. Met toepassing van artikel 105 van het Wetboek van |
strafrechtspleging voor het leger en van artikel 1 van het koninklijk | |
militaire et de l'article 1er de l'arrêté royal du 18 août 1914 | besluit van 18 augustus 1914 houdende samenstelling van het |
déterminant la composition de la Cour militaire en temps de guerre, | Krijgsgerechtshof in oorlogstijd, bestaat laatstgenoemd gerechtshof |
celle-ci est composée de cinq membres. | uit vijf leden. |
Les chambres correctionnelles des cours d'appel sont, pour leur part, | De correctionele kamers van de hoven van beroep zijn, hunnerzijds, |
composées de trois conseillers en application de l'article 109bis, § | samengesteld uit drie raadsheren met toepassing van artikel 109bis, § |
3, du Code judiciaire. | 3, van het Gerechtelijk Wetboek. |
Les chambres correctionnelles des tribunaux de première instance | De correctionele kamers van de rechtbanken van eerste aanleg zitting |
jugeant en appel des jugements des tribunaux de police sont composées | houdende in hoger beroep tegen vonnissen gewezen door de |
politierechtbanken zijn samengesteld uit drie rechters in toepassing | |
de trois juges en application de l'article 92, § 1er, 3°, du même | van artikel 92, § 1, 3°, van hetzelfde Wetboek. |
Code. B.8.2. En considération de la composition plus restreinte des chambres | B.8.2. Rekening houdend met de beperktere samenstelling van de |
correctionnelles d'appel par rapport à la composition de la Cour | correctionele kamers in beroep ten opzichte van de samenstelling van |
militaire, d'une part, et de l'intérêt de la bonne administration de | het Militair Gerechtshof, enerzijds, en het belang van de goede |
la justice - dès lors qu'il s'agit d'aggraver la peine prononcée en | rechtsbedeling - aangezien het erom gaat de in eerste aanleg |
première instance -, d'autre part, il n'apparaît pas déraisonnable | uitgesproken straf te verzwaren -, anderzijds, blijkt het niet |
que, pour de telles décisions, la règle de l'unanimité soit prescrite | onredelijk dat, voor dergelijke beslissingen, de regel van de |
au niveau des chambres correctionnelles des cours d'appel et non pas | eenparigheid van stemmen wordt voorgeschreven op het niveau van de |
devant la Cour militaire; la Cour observe en particulier que, vu la | correctionele kamers van de hoven van beroep en niet voor het Militair |
composition respective de ces juridictions, cette différence de traitement n'aboutit pas à ce que la décision d'aggraver une peine prononcée en première instance puisse être prise par un nombre plus réduit de membres devant la Cour militaire que devant les chambres correctionnelles : en effet, l'application de la règle de la majorité à un siège composé de cinq membres aboutit nécessairement à ce que trois membres au moins - soit à tout le moins le même nombre de conseillers dont l'unanimité est requise par l'article 211bis - soient favorables à la décision d'aggraver la peine originaire. Par ailleurs, l'exigence du vote au scrutin secret au sein de la Cour militaire est de nature à garantir l'indépendance des membres militaires de cette juridiction qui sont de grades différents. | Gerechtshof; het Hof merkt in het bijzonder op dat, gelet op de respectieve samenstelling van die rechtscolleges, dat verschil in behandeling niet ertoe leidt dat de beslissing om een in eerste aanleg uitgesproken straf te verzwaren voor het Militair Gerechtshof door een beperkter aantal leden kan worden genomen dan voor de correctionele kamers : de toepassing van de meerderheidsregel op een zetel die is samengesteld uit vijf leden leidt immers noodzakelijkerwijze ertoe dat minstens drie leden zijnde op zijn minst hetzelfde aantal raadsheren waarvoor de eenparigheid van stemmen vereist is bij artikel 211bis voorstander zouden zijn van de beslissing om de oorspronkelijke straf te verzwaren. De vereiste van een geheime stemming in het Militair Gerechtshof is overigens van die aard dat zij de onafhankelijkheid kan waarborgen van de militaire leden van dat rechtscollege die van verschillende graad zijn. B.8.3. Uit wat voorafgaat volgt dat de rechten van de rechtzoekenden |
B.8.3. Il résulte de ce qui précède que les droits des justiciables | die aan het Militair Gerechtshof worden voorgelegd, door de wijze van |
déférés devant la Cour militaire ne sont pas, du fait du mode de vote | stemming bedoeld in het in het geding zijnde artikel 8, eerste lid, |
retenu par l'article 8, alinéa 1er en cause, limités de façon | niet op onevenredige wijze worden beperkt; die bepaling schendt de |
disproportionnée; cette disposition ne viole pas les articles 10 et 11 | artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. |
de la Constitution. | |
En ce qui concerne l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 | Wat artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende de |
contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale et | voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en artikel 19, |
l'article 19, alinéa 2, de la loi du 15 juin 1899 comprenant le titre | tweede lid, van de wet van 15 juni 1899 houdende eerste titel van het |
Ier du Code de procédure pénale militaire (affaire portant le numéro | Wetboek van strafrechtspleging voor het leger betreft (zaak met |
1341 du rôle, seconde question) | rolnummer 1341, tweede vraag) |
B.9.1. En vertu des articles 3 et 4 du Code pénal, la compétence des | B.9.1. Krachtens de artikelen 3 en 4 van het Strafwetboek is de |
juridictions belges est limitée, en matière pénale, aux infractions | bevoegdheid van de Belgische rechtscolleges in strafzaken beperkt tot |
commises sur le territoire du Royaume; celles commises en dehors de ce | de misdrijven die zijn gepleegd op het grondgebied van het Rijk; die |
territoire sont toutefois punissables « dans les cas déterminés par la | welke zijn gepleegd buiten dat grondgebied zijn echter strafbaar « in |
loi », au nombre desquels figure l'hypothèse visée à l'article 10bis | de gevallen bij de wet bepaald », waaronder het in artikel 10bis van |
de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre préliminaire du Code de | de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het |
procédure pénale, relative aux infractions commises par les militaires | Wetboek van Strafvordering beoogde geval wordt vermeld in verband met |
(alinéa 1er) et les personnes attachées à ou autorisées à suivre un | de misdrijven die zijn gepleegd door militairen (eerste lid) en de |
personen die zijn verbonden aan of gemachtigd zijn om een troepenkorps | |
corps d'armée (alinéa 2). | te volgen (tweede lid). |
B.9.2. Par ailleurs, alors que l'article 21 du Code de procédure | B.9.2. Terwijl artikel 21 van het Wetboek van strafrechtspleging voor |
pénale militaire attribue aux juridictions militaires la connaissance | het leger de militaire gerechten ertoe in staat stelt kennis te nemen |
de « toutes les infractions aux lois pénales militaires ou de droit | van « al de misdrijven tegen de krijgsstrafwetten of tegen de wetten |
commun » commises par les personnes relevant de ces tribunaux, | van gemeen recht » die zijn gepleegd door personen die onder de |
l'article 23 du même Code déroge toutefois à cette compétence générale | bevoegdheid vallen van die rechtbanken, wijkt artikel 23 van hetzelfde |
Wetboek evenwel van die algemene bevoegdheid af doordat het | |
en précisant diverses matières - notamment fiscales - dans lesquelles | verscheidene aangelegenheden - met name fiscale - preciseert waarin de |
les militaires relèvent de la seule compétence des juridictions | militairen onder de enkele bevoegdheid van de gewone rechtscolleges |
ordinaires. | vallen. |
En vertu de l'article 23, alinéa 2, et de l'article 19, alinéa 1er, du | Krachtens artikel 23, tweede lid, en artikel 19, eerste lid, van het |
Wetboek van strafrechtspleging voor het leger, is die uitzondering | |
Code de procédure pénale militaire, cette exception n'est toutefois | echter niet van toepassing wanneer de misdrijven in die |
pas applicable lorsque les infractions en ces matières sont commises à | aangelegenheden in het buitenland door militairen of, in oorlogstijd, |
l'étranger par des militaires ou, en temps de guerre, par des | door personen gemachtigd om hen te volgen, zijn gepleegd; op dezelfde |
personnes autorisées à les suivre; de même l'article 19, alinéa 2, en cause défère-t-il, en dehors du temps de guerre, les personnes autorisées à suivre l'armée à la compétence des juridictions militaires pour toutes les infractions commises sur le territoire étranger, sans exclure les infractions dans les matières visées à l'article 23. Dans ces matières, les infractions restent dès lors de la compétence des juridictions militaires, lorsqu'elles sont commises sur le territoire étranger. B.9.3. S'agissant des infractions commises à l'étranger, les personnes attachées à un corps d'armée ou autorisées à le suivre, voient la compétence des juridictions belges étendue auxdites infractions, d'une part, et sont privées de la compétence des juridictions ordinaires à | wijze verwijst het in het geding zijnde artikel 19, tweede lid, buiten oorlogstijd, de personen die het leger volgen naar de militaire rechtscolleges voor alle misdrijven die zijn gepleegd in buitenlands gebied, zonder uitsluiting van de misdrijven in de in artikel 23 bedoelde aangelegenheden. In die aangelegenheden blijven de misdrijven bijgevolg tot de bevoegdheid van de militaire rechtbanken behoren, wanneer zij in buitenlands gebied zijn gepleegd. B.9.3. Wanneer het om in buitenland gepleegde misdrijven gaat, wordt, enerzijds, de bevoegdheid van de Belgische gerechten uitgebreid tot de genoemde misdrijven ten aanzien van de personen die verbonden zijn aan een troepenkorps of gemachtigd zijn om het te volgen en worden zij, anderzijds, aan de bevoegdheid van de gewone rechtscolleges onttrokken |
l'égard de celles de ces infractions visées à l'article 23 du Code de | wat diegene van die misdrijven betreft die in artikel 23 van het |
procédure pénale militaire, d'autre part. C'est cette double | Wetboek van strafrechtspleging voor het leger zijn bedoeld. Het is dat |
différence de traitement dont il est demandé à la Cour d'apprécier la | dubbele verschil in behandeling waarvoor aan het Hof wordt gevraagd te |
compatibilité avec les articles 10 et 11 de la Constitution. | oordelen of het bestaanbaar is met de artikelen 10 en 11 van de |
En ce qui concerne l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 | Grondwet. Wat artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende de |
contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale du Code | voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering betreft |
d'instruction criminelle | |
B.10.1. L'article 10bis en cause a été inséré dans la loi du 17 avril | B.10.1. Het in het geding zijnde artikel 10bis is ingevoegd in de wet |
1878 contenant le titre préliminaire du Code de procédure pénale par | van 17 april 1878 houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van |
l'article 1er de la loi du 14 juillet 1951. | Strafvordering bij artikel 1 van de wet van 14 juli 1951. |
Selon les travaux préparatoires, l'extension de compétence des | Volgens de parlementaire voorbereiding strekte het feit dat de |
juridictions belges aux infractions commises à l'étranger par les | bevoegdheid van de Belgische rechtscolleges werd uitgebreid tot de in |
militaires et les civils les accompagnant visait à éviter les | het buitenland door militairen en burgers die hen vergezellen |
impunités de droit ou de fait susceptibles de jouer en faveur des | gepleegde misdrijven ertoe de rechtelijke of feitelijke |
personnes précitées afin, d'une part, de protéger la réputation de la | straffeloosheid tegen te gaan die ten voordele van de voormelde |
personen zou kunnen spelen, teneinde, enerzijds, het aanzien van | |
Belgique et, d'autre part, d'assurer le maintien de la discipline au | België te beschermen en, anderzijds, de discipline binnen het leger te |
sein de l'armée (Doc. parl., Chambre, 1950-1951, n° 374, pp. 1 à 3). B.10.2. En étendant la compétence des juridictions belges aux infractions commises à l'étranger par les militaires et les personnes attachées à la troupe ou autorisées à la suivre, le législateur a pris une mesure pertinente au regard des objectifs poursuivis. Applicable tant aux militaires qu'à ceux qui les assistent ou les accompagnent - et évoluent dès lors dans le même milieu -, cette mesure, en garantissant la répression effective des infractions que ces personnes commettraient à l'étranger, est de nature à contribuer tant au maintien de la discipline que requiert l'efficacité des opérations | handhaven (Parl. St., Kamer, 1950-1951, nr. 374, pp. 1 tot 3). B.10.2. Doordat de wetgever de bevoegdheid van de Belgische gerechten heeft uitgebreid tot de in het buitenland gepleegde misdrijven door de militairen en de personen die aan een troepenkorps verbonden zijn of gemachtigd zijn het te volgen, heeft de wetgever een maatregel genomen die pertinent is ten aanzien van de nagestreefde doelstellingen. Die maatregel, die zowel van toepassing is op de militairen als op diegenen die hen bijstaan of begeleiden en die zich bijgevolg in hetzelfde milieu bewegen is, doordat hij de daadwerkelijke bestraffing garandeert van de misdrijven welke die personen in het buitenland zouden plegen, van dien aard dat hij zowel bijdraagt tot het behoud van de voor de doeltreffendheid van de militaire operaties vereiste |
militaires qu'à la sauvegarde du crédit de la Belgique à l'égard de | discipline als tot de vrijwaring van de geloofwaardigheid van België |
l'Etat étranger comme de sa population. | ten aanzien van de buitenlandse Staat en diens bevolking. |
La différence de traitement selon que les personnes sont ou non | Het verschil in behandeling, naargelang die personen al dan niet aan |
soumises à cette mesure, n'affecte pas de manière disproportionnée les | die maatregel zijn onderworpen, houdt geen onevenredige beperking in |
droits de ceux auxquels elle s'applique et est dès lors | van de rechten op wie het van toepassing is en is dus redelijk |
raisonnablement justifiée. | verantwoord. |
En ce qui concerne l'article 19, alinéa 2, du Code de procédure pénale | Wat artikel 19, tweede lid, van het Wetboek van strafrechtspleging |
militaire | voor het leger betreft |
B.11.1. L'article 19, alinéa 2, attribue aux juridictions militaires, | B.11.1. Artikel 19, tweede lid, kent aan de militaire gerechten, |
en dehors du temps de guerre, la compétence de juger « toutes les | buiten oorlogstijd, de bevoegdheid toe om over « al de misdrijven » te |
infractions » commises par les personnes attachées à la troupe ou | oordelen die zijn gepleegd door de personen die aan een troepenkorps |
autorisées à la suivre, dès lors que ces infractions ont été commises | zijn verbonden of die gemachtigd zijn het te volgen, wanneer het gaat |
sur le territoire étranger. | om misdrijven gepleegd in het buitenland. |
Cette disposition a été insérée dans le Code de procédure pénale | Die bepaling is in het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger |
militaire par la loi du 25 novembre 1948. Selon ses travaux | ingevoegd bij de wet van 25 november 1948. Volgens de parlementaire |
préparatoires, cette modification législative visait à maintenir, en | voorbereiding strekte die wetswijziging ertoe, in vredestijd, de |
temps de paix, la compétence des juridictions militaires pour les | bevoegdheid van de militaire rechtbanken te behouden voor de |
infractions commises à l'étranger par les personnes accompagnant | misdrijven die in het buitenland zijn gepleegd door de personen die |
het leger vergezellen, aangezien die bevoegdheid destijds enkel in | |
l'armée, cette compétence n'étant assurée à l'époque qu'en temps de | oorlogstijd gewaarborgd was (oorspronkelijk artikel 19 van de wet van |
guerre (article 19 originaire de la loi du 15 juin 1899). Ainsi a-t-il | 15 juni 1899). Aldus is uiteengezet (Parl. St., Senaat, 1947-1948, |
été exposé (Doc. parl., Sénat, 1947-1948, rapport, n° 520, 28 | verslag, nr. 520, 28 september 1948) : |
septembre 1948) : | |
« La remise de l'armée sur pied de paix aurait pour effet de mettre | « Door het leger weer op vredesvoet te brengen, zou aan deze |
fin à cette compétence puisque celle-ci, aux termes de la loi de 1899, | bevoegdheid een einde komen, vermits zij luidens de wet van 1899 |
ne vaut que pour le temps de guerre. » | slechts geldt in tijd van oorlog. » |
B.11.2. Par ailleurs, l'article 19, alinéa 1er, réglemente les mêmes | B.11.2. Bovendien reglementeert artikel 19, eerste lid, dezelfde in |
het buitenland gepleegde misdrijven door dezelfde personen, in | |
infractions commises à l'étranger par les mêmes personnes en temps de | oorlogstijd; die bepaling vloeit voort uit de wijziging van het |
guerre; cette disposition résulte de la modification de l'article 19 | oorspronkelijke artikel 19 van de wet van 15 juni 1899 bij de wet van |
originaire de la loi du 15 juin 1899 par la loi du 27 février 1958, | 27 februari 1958, die een dubbele doelstelling had. |
laquelle avait un double objet. | Enerzijds, wordt bij artikel 1 van die wet een artikel 57bis in het |
D'une part, l'article 1er de cette loi insère dans le Code pénal | Militair Strafwetboek ingevoegd dat, wat betreft de militairen of |
militaire un article 57bis, qui érige en infraction de droit belge, en | diegenen die ze begeleiden, het feit dat men in het buitenland de |
ce qui concerne les militaires ou ceux qui les accompagnent, le fait | wetgeving van die Staat overtreedt in verscheidene aangelegenheden, |
de contrevenir, à l'étranger, à la législation locale en diverses | met name fiscale en inzake wegverkeer, als een misdrijf naar Belgisch |
matières, notamment fiscales et de roulage. | recht beschouwt. |
D'autre part, les articles 3 et 5 modifient l'article 19, alinéa 1er, | Anderzijds, wijzigen de artikelen 3 en 5 artikel 19, eerste lid, en 23 |
et 23 du Code de procédure pénale militaire, cette modification étant | van het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger, waarbij die |
inspirée, selon les travaux préparatoires, par un souci de cohérence | wijziging, volgens de parlementaire voorbereiding, is ingegeven door |
een zorg voor samenhang (Parl. St., Senaat, 1956-1957, nr. 54, | |
(Doc. parl., Sénat, 1956-1957, n° 54, séance du 11 décembre 1956, avis | vergadering van 11 december 1956, advies van de Raad van State, p. 11) |
du Conseil d'Etat, p. 11) : | : |
« En ce qui concerne la compétence des juridictions militaires, la | « Wat de bevoegdheid van de militaire rechter betreft, zijn de |
situation faite aux personnes attachées à l'armée ou autorisées à | personen die aan het leger zijn verbonden of gemachtigd werden om een |
suivre un corps de troupes, dont il est question à l'article 19, n'est | troepenkorps te volgen, van wie sprake is in artikel 19, niet in |
pas la même que celle faite aux militaires, dont il est question à l'article 23. | dezelfde toestand als de militairen van wie sprake is in artikel 23. |
Il suffit de noter, à cet égard, qu'en temps de guerre, les personnes | Te dien aanzien kan men volstaan met er op te wijzen dat de in artikel |
visées à l'article 19 sont jugées par des juridictions militaires pour | 19 bedoelde personen in oorlogstijd door de militaire rechter wegens |
toutes les infractions, y compris celles prévues par l'article 23, | alle misdrijven, met inbegrip van de in artikel 23 genoemde |
alors que pour ces dernières infractions les militaires relèvent en | misdrijven, worden berecht, terwijl de militairen wegens |
principe de la juridiction ordinaire. | laatstgenoemde misdrijven in beginsel voor de gewone rechtbanken |
Le projet L.4742 entend rapprocher la situation des personnes | komen. Het ontwerp L.4742 wil de behandeling van beide categorieën |
appartenant à ces deux catégories. | gelijkvormiger maken. |
Sous l'empire des articles 19 et 23 modifiés, en temps de paix comme | In de regeling van de gewijzigde artikelen 19 en 23 worden beide |
en temps de guerre, ces deux catégories de personnes seront désormais | |
jugées par les juridictions militaires pour les infractions visées à | categorieën van personen zowel in vredestijd als in oorlogstijd |
l'article 23 commises à l'étranger et par les juridictions ordinaires pour les mêmes infractions commises en Belgique. » Conformément à ce souci de cohérence, l'article 23, alinéa 2, et l'article 19, alinéa 1er, nouveaux maintiennent - le premier en ce qui concerne les militaires et le second pour les personnes attachées à la troupe ou autorisées à la suivre en temps de guerre - la compétence des juridictions militaires pour les infractions dans les matières visées à l'article 23, dès lors qu'elles sont commises sur un territoire étranger. B.12.1. La seconde question préjudicielle posée par le juge a quo dans | voortaan door de militaire rechter berecht wegens de in artikel 23 bedoelde misdrijven die in het buitenland worden gepleegd, en door de gewone rechter wegens dezelfde misdrijven als deze in België worden gepleegd. » Overeenkomstig die zorg voor samenhang, handhaven artikel 23, tweede lid, en artikel 19, eerste lid, - het eerste wat de militairen betreft en het tweede voor de personen die aan de troep verbonden zijn of de machtiging hebben die te volgen in oorlogstijd de bevoegdheid van de militaire rechtbanken voor de misdrijven in de in artikel 23 beoogde aangelegenheden, wanneer zij in buitenlands gebied zijn gepleegd. B.12.1. In zoverre de tweede door de verwijzende rechter in de zaak |
l'affaire portant le numéro 1341 du rôle, en ce qu'elle vise l'article | met rolnummer 1341 gestelde prejudiciële vraag artikel 19, tweede lid, |
19, alinéa 2, interroge la Cour sur la compatibilité de cette | beoogt, wordt het Hof ondervraagd naar de bestaanbaarheid van die |
disposition avec le principe d'égalité en ce que les personnes | bepaling met het gelijkheidsbeginsel, in zoverre de aan de troep |
attachées à une fraction ou accompagnant la troupe, en dehors du temps | verbonden personen of die welke de troep vergezellen, buiten |
de guerre, « seront jugées par les juridictions militaires pour toutes | oorlogstijd, « geoordeeld worden door de militaire rechtscolleges voor |
les infractions commises par elles sur le territoire étranger, alors | al de door hen in het buitenlands gebied gepleegde misdrijven, terwijl |
que les personnes non visées par ces dispositions légales échappent à | de personen die niet onder die wetsbepalingen vallen, niet onderworpen |
cette compétence élargie des juridictions militaires ». | zijn aan die uitgebreide bevoegdheid van de militaire gerechten ». |
B.12.2. Il ressort des articles 19, alinéas 1er et 2, 21 et 23, | B.12.2. Uit de artikelen 19, eerste en tweede lid, 21 en 23, eerste en |
tweede lid, volgt dat, wat de in het buitenland gepleegde misdrijven | |
alinéas 1er et 2, précités que, s'agissant des infractions commises à | betreft, geen enkel verschil in behandeling wordt gemaakt ten aanzien |
l'étranger, aucune différence de traitement n'est opérée quant à | van de omvang van de bevoegdheid van de militaire rechtscolleges |
l'étendue de la compétence des juridictions militaires entre, d'une | tussen, enerzijds, de personen die verbonden zijn aan een troepenkorps |
part, les personnes attachées à la troupe ou autorisées à la suivre en | of de machtiging verkregen een troepenkorps te volgen in vredestijd |
temps de paix et, d'autre part, celles qui leur sont comparables, à | en, anderzijds, diegenen die met hen kunnen worden vergeleken, |
savoir les mêmes personnes considérées en temps de guerre et les | namelijk dezelfde personen maar in oorlogstijd beschouwd en de |
militaires : les infractions commises par ces personnes à l'étranger, | militairen : de door die personen in het buitenland gepleegde |
en ce compris dans les matières visées à l'article 23 du Code de | misdrijven, eveneens in de in artikel 23 van het Wetboek van |
procédure pénale militaire, relèvent pour l'ensemble des personnes | strafrechtspleging voor het leger bedoelde aangelegenheden, vallen |
précitées de la compétence des juridictions militaires. La Cour observe, à l'inverse, qu'il n'y a pas davantage de différence de traitement entre les personnes citées ci-dessus en ce qui concerne les infractions dans les matières visées à l'article 23, dès lors qu'elles ont été commises en Belgique : en effet, dans cette hypothèse, il ressort des dispositions précitées que seules les juridictions ordinaires sont compétentes. B.12.3. En l'absence d'infraction à la loi belge, il n'existe aucune raison de soumettre des personnes qui ne sont pas attachées à l'armée ou autorisées à suivre un corps de troupe à la compétence des juridictions militaires. | voor al de voormelde personen onder de bevoegdheid van de militaire rechtbanken. Het Hof merkt daarentegen op dat er niet meer verschil in behandeling is onder de hiervoor vermelde personen wat de misdrijven in de in artikel 23 bedoelde aangelegenheden betreft, wanneer zij in België zijn gepleegd : in dat geval volgt uit de voormelde bepalingen immers dat enkel de gewone rechtscolleges bevoegd zijn. B.12.3. In afwezigheid van inbreuken op de Belgische wetten, is er geen enkele reden om personen die niet aan het leger verbonden zijn of gemachtigd worden om een troepenkorps te volgen, aan de bevoegdheid van de militaire gerechten te onderwerpen. |
B.13. Il résulte de ce qui précède que la question préjudicielle | B.13. Uit wat voorafgaat volgt dat de prejudiciële vraag die |
portant sur l'éventuelle non-compatibilité avec le principe d'égalité | betrekking heeft op de eventuele niet-bestaanbaarheid met het |
de l'article 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre | gelijkheidsbeginsel van artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 |
préliminaire du Code de procédure pénale et de l'article 19, alinéa 2, | houdende de voorafgaande titel van het Wetboek van Strafvordering en |
du Code de procédure pénale militaire appelle une réponse négative. | van artikel 19, tweede lid, van het Wetboek van strafrechtspleging |
voor het leger, ontkennend dient te worden beantwoord. | |
B.14. L'ensemble des questions appellent en conséquence une réponse négative. | B.14. Alle vragen dienen bijgevolg ontkennend te worden beantwoord. |
Par ces motifs, | Om die redenen, |
la Cour | het Hof |
dit pour droit : | zegt voor recht : |
1. L'article 8, alinéa 1er, de l'arrêté-loi du 14 septembre 1918, en | 1. Artikel 8, eerste lid, van de besluitwet van 14 september 1918 |
schendt de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, in zoverre het | |
tant qu'il édicte que les décisions de la Cour militaire « sont prises | bepaalt dat de beslissingen van het Militair Gerechtshof « bij |
à la majorité des voix », sans imposer qu'elles le soient à | meerderheid van stemmen worden genomen », zonder dat het oplegt dat |
l'unanimité de ses membres lorsqu'elles réforment un acquittement ou | zij met eenparigheid van stemmen van de leden moeten worden genomen |
qu'elles aggravent les peines prononcées par le Conseil de guerre, ne | wanneer zij een vrijspraak wijzigen of door de Krijgsraad uitgesproken |
viole pas les articles 10 et 11 de la Constitution. | straffen verzwaren. |
2. L' article 10bis de la loi du 17 avril 1878 contenant le titre | 2. Artikel 10bis van de wet van 17 april 1878 houdende de voorafgaande |
préliminaire du Code de procédure pénale ne viole pas les articles 10 | titel van het Wetboek van Strafvordering schendt de artikelen 10 en 11 |
et 11 de la Constitution, en tant qu'il dispose que les personnes | van de Grondwet niet, in zoverre het bepaalt dat de personen die, in |
attachées, à quelque titre que ce soit, à une fraction de l'armée se | welke hoedanigheid ook, aan een legerfractie in het buitenland |
trouvant en territoire étranger ou celles qui sont autorisées à suivre | verbonden zijn of zij die de machtiging verkregen een troepenkorps te |
un corps de troupe qui en fait partie, qui auront commis une | volgen dat er deel van uitmaakt, en die enig misdrijf hebben gepleegd |
infraction quelconque sur le territoire d'un Etat étranger, pourront | op het grondgebied van een vreemde Staat, in België zullen kunnen |
être poursuivies en Belgique. | worden vervolgd. |
3. L'article 19, alinéa 2, de la loi du 15 juin 1899 comprenant le | 3. Artikel 19, tweede lid, van de wet van 15 juni 1899 houdende eerste |
titre Ier du Code de procédure pénale militaire ne viole pas les | titel van het Wetboek van strafrechtspleging voor het leger schendt de |
articles 10 et 11 de la Constitution en tant qu'il dispose que les | artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet, in zoverre het bepaalt dat de |
personnes attachées, à quelque titre que ce soit, à une fraction de | personen die, in welke hoedanigheid ook, aan een legerfractie in het |
l'armée se trouvant en territoire étranger ou celles autorisées à | buitenland verbonden zijn of zij die de machtiging verkregen een |
suivre un corps de troupe qui en fait partie seront, en dehors du | troepenkorps te volgen dat er deel van uitmaakt, buiten oorlogstijd, |
temps de guerre, jugées par les juridictions militaires pour toutes | beoordeeld worden door militaire rechtscolleges voor alle in het |
les infractions commises sur le territoire étranger. | buitenlands gebied gepleegde misdrijven. |
Ainsi prononcé en langue française et en langue néerlandaise, | Aldus uitgesproken in het Frans en het Nederlands, overeenkomstig |
conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur | artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 10 novembre 1999. | Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 10 november 1999. |
Le greffier, | De griffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
Le président, | De voorzitter, |
M. Melchior. | M. Melchior. |