← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 20 octobre
2023, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 24 octobre 2023, la Cour du travail de Gand,
division de Bruges, a posé la question préjudic « L'article 1675/9, §
3, du Code judiciaire viole-t-il le droit au respect des biens garanti p(...)"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 20 octobre 2023, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 24 octobre 2023, la Cour du travail de Gand, division de Bruges, a posé la question préjudic « L'article 1675/9, § 3, du Code judiciaire viole-t-il le droit au respect des biens garanti p(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 20 oktober 2023, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 24 oktober 2023, heeft het Arbeidshof te Gent, afdeling Brugge, de volgen « Schendt artikel 1675/9, § 3 van het Gerechtelijk Wetboek in de mate volgens dit artikel de s(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
| Par arrêt du 20 octobre 2023, dont l'expédition est parvenue au greffe | januari 1989 Bij arrest van 20 oktober 2023, waarvan de expeditie ter griffie van |
| de la Cour le 24 octobre 2023, la Cour du travail de Gand, division de | het Hof is ingekomen op 24 oktober 2023, heeft het Arbeidshof te Gent, |
| Bruges, a posé la question préjudicielle suivante : | afdeling Brugge, de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « L'article 1675/9, § 3, du Code judiciaire viole-t-il le droit au respect des biens garanti par l'article 16 de la Constitution et par l'article 1er du Premier protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme, en ce que, selon cette disposition, le créancier qui, dans le cadre du règlement collectif de dettes de son débiteur, ne déclare pas sa créance dans le délai prévu par cette disposition doit être réputé renoncer à sa créance et en ce que cette disposition ne permet pas au juge d'apprécier cette renonciation présumée et de la prononcer ou non ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 8095 du rôle de la Cour. Le greffier, | « Schendt artikel 1675/9, § 3 van het Gerechtelijk Wetboek in de mate volgens dit artikel de schuldeiser die niet binnen de in dit artikel voorziene termijn zijn schuldvordering indient in de collectieve schuldenregeling van zijn schuldenaar, geacht moet worden afstand te doen van zijn schuldvordering en dit artikel de rechter niet toelaat om deze vermoede afstand te appreciëren en al dan niet uit te spreken, het in artikel 16 van de Grondwet en artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens beschermde recht op eerbiediging van de eigendom ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 8095 van de rol van het Hof. De griffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |