← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt n° 220.918 du
9 octobre 2012 en cause de la SA « Vlaamse Media Maatschappij » contre le « Vlaamse Regulator voor de
Media » , dont l'exp(...) « L'article 2, 50°,
du décret du 27 mars 2009 relatif à la radiodiffusion et à la télévision viole-(...)"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt n° 220.918 du 9 octobre 2012 en cause de la SA « Vlaamse Media Maatschappij » contre le « Vlaamse Regulator voor de Media » , dont l'exp(...) « L'article 2, 50°, du décret du 27 mars 2009 relatif à la radiodiffusion et à la télévision viole-(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 220.918 van 9 oktober 2012 in zake de nv « Vlaamse Media Maatschappij » tegen de Vlaamse Regulator voor de Media, waarvan de expeditie ter griffie va « Schendt artikel 2, 50°, van het decreet van 27 maart 2009 betreffende de radio-omroep en de telev(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 |
| Par arrêt n° 220.918 du 9 octobre 2012 en cause de la SA « Vlaamse | Bij arrest nr. 220.918 van 9 oktober 2012 in zake de nv « Vlaamse |
| Media Maatschappij » contre le « Vlaamse Regulator voor de Media » | Media Maatschappij » tegen de Vlaamse Regulator voor de Media, waarvan |
| (Régulateur flamand des médias), dont l'expédition est parvenue au | |
| greffe de la Cour le 17 octobre 2012, le Conseil d'Etat a posé les | de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 oktober 2012, |
| questions préjudicielles suivantes : | heeft de Raad van State de volgende prejudiciële vragen gesteld : |
| « L'article 2, 50°, du décret du 27 mars 2009 relatif à la | « Schendt artikel 2, 50°, van het decreet van 27 maart 2009 |
| radiodiffusion et à la télévision viole-t-il l'article 127 de la | betreffende de radio-omroep en de televisie, artikel 127 van de |
| Constitution et l'article 4, 6°, de la loi spéciale du 8 août 1980 de | Grondwet en artikel 4, 6°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 |
| réformes institutionnelles, en soumettant à son application le | tot hervorming der instellingen, door teletekst niet beperkt tot zijn |
| télétexte non pas limité à sa fonction de sous-titrage mais le | ondertitelingsfunctie maar in zijn geheel aan zijn toepassing te |
| télétexte dans son ensemble, en ce compris donc le service de texte | onderwerpen, dus met inbegrip van de autonome tekstdienst die in beeld |
| autonome qui est mis en image et est envoyé avec le signal de | wordt gebracht en samen met het lineaire omroepsignaal wordt |
| radiodiffusion linéaire sous la responsabilité rédactionnelle d'un | |
| fournisseur de services de radiodiffusion - ainsi que la version | meegestuurd onder de redactionele verantwoordelijkheid van een |
| numérique de ce service - mais qui peut par ailleurs, tant du point de | aanbieder van omroepdiensten - en de digitale versie van deze dienst - |
| vue du contenu que du point de vue technique, être consulté | maar overigens zowel op inhoudelijk als op technisch vlak |
| indépendamment d'un programme télévisuel ? | onafhankelijk van een televisieprogramma kan worden geraadpleegd ? |
| Les articles 41 et 42 du décret du 27 mars 2009 relatif à la radiodiffusion et à la télévision violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le principe de proportionnalité oblige les communautés à exercer de manière raisonnable et proportionnée les compétences qui leur ont été attribuées, ce qui suppose une collaboration avec les autres entités fédérées et/ou l'Etat fédéral lorsque les matières pour lesquelles des compétences ont été partagées sont connexes, comme c'est le cas en ce qui concerne la convergence entre les différentes formes de médias, pour ce qui est du contenu diffusé, et qu'une telle coopération fait défaut à l'heure actuelle ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 5504 du rôle de la Cour. Le greffier, | Schenden de artikelen 41 en 42 van het decreet van 27 maart 2009 betreffende de radio-omroep en de televisie de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat het evenredigheidsbeginsel de gemeenschappen ertoe verplicht om de hen toegewezen bevoegdheden op redelijke en evenredige wijze uit te oefenen, wat een samenwerking met de andere deelstaten en/of federale staat impliceert wanneer de aangelegenheden waarvoor bevoegdheden verdeeld werden, elkaar raken, zoals dat het geval is inzake de convergentie in de media tussen de verschillende vormen op het vlak van de verspreide inhoud ervan, en dergelijke samenwerking vandaag ontbreekt ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 5504 van de rol van het Hof. De griffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |