← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 19 avril 2012
en cause de Rita Steegen contre l'Office national de l'emploi, dont l'expédition est parvenue au greffe
de la Cour le 23 avril 2012, la Cour du travai « L'article 7, § 13, alinéas
2 et 5, de l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurit(...)"
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 19 avril 2012 en cause de Rita Steegen contre l'Office national de l'emploi, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 23 avril 2012, la Cour du travai « L'article 7, § 13, alinéas 2 et 5, de l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurit(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 19 april 2012 in zake Rita Steegen tegen de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 23 april « Schendt artikel 7, § 13, tweede en vijfde lid, van de besluitwet van 28 december 1944 betref(...) |
---|---|
COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
Par arrêt du 19 avril 2012 en cause de Rita Steegen contre l'Office | januari 1989 Bij arrest van 19 april 2012 in zake Rita Steegen tegen de Rijksdienst |
national de l'emploi, dont l'expédition est parvenue au greffe de la | voor Arbeidsvoorziening, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof |
Cour le 23 avril 2012, la Cour du travail d'Anvers a posé une question | is ingekomen op 23 april 2012, heeft het Arbeidshof te Antwerpen een |
préjudicielle qui, par ordonnance de la Cour du 10 mai 2012, a été | prejudiciële vraag gesteld die bij beschikking van het Hof van 10 mei |
reformulée comme suit : | 2012 als volgt werd geherfomuleerd : |
« L'article 7, § 13, alinéas 2 et 5, de l'arrêté-loi du 28 décembre | « Schendt artikel 7, § 13, tweede en vijfde lid, van de besluitwet van |
1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs viole-t-il les | 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid voor |
articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il n'est prévu, pour les | arbeiders de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het voor de |
actions en répétition des allocations d'interruption de carrière | rechtsvorderingen tot terugvordering van de onverschuldigd betaalde |
indûment payées, qu'un délai de prescription de trois ans et, en cas | loopbaanonderbrekingsuitkeringen slechts voorziet in een |
de fraude ou de dol, de cinq ans, mais pas de délai de prescription de | verjaringstermijn van drie jaar en ingeval van bedrog of arglist van |
six mois dans le cas où le paiement indu est uniquement la conséquence | vijf jaar, doch niet in een verjaringstermijn van zes maanden ingeval |
d'une erreur de l'organisme ou du service, dont l'intéressé ne pouvait | de onverschuldigde betaling enkel het gevolg is van een vergissing van |
normalement pas se rendre compte, alors que ce dernier délai de | de instelling of dienst waarvan de betrokkene zich normaal geen |
prescription existe pour certaines autres branches de la sécurité | rekenschap kon geven, daar waar deze laatste verjaringstermijn wel |
sociale ? ». | bestaat in bepaalde andere sociale zekerheidstakken ? ». |
Cette affaire est inscrite sous le numéro 5387 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 5387 van de rol van het Hof. |
Le greffier, | De griffier, |
F. Meersschaut | F. Meersschaut |