← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 5 mai 2009
en cause de Giuseppina Liotta contre l'Office national de l'emploi et l'organisme de paiement de la Confédération
des syndicats chrétiens, service chôma « L'article 18bis
de la loi du 11 avril 1995 visant à instituer la Charte de l'assuré social, inte(...)"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt du 5 mai 2009 en cause de Giuseppina Liotta contre l'Office national de l'emploi et l'organisme de paiement de la Confédération des syndicats chrétiens, service chôma « L'article 18bis de la loi du 11 avril 1995 visant à instituer la Charte de l'assuré social, inte(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 5 mei 2009 in zake Giuseppina Liotta tegen de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening en de uitbetalingsinstelling van het Algemeen Christelijk Vakverbond « Voert artikel 18bis van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het ' handvest ' van de socia(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
| Par arrêt du 5 mai 2009 en cause de Giuseppina Liotta contre l'Office | januari 1989 Bij arrest van 5 mei 2009 in zake Giuseppina Liotta tegen de |
| national de l'emploi et l'organisme de paiement de la Confédération | Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening en de uitbetalingsinstelling van |
| des syndicats chrétiens, service chômage, dont l'expédition est | het Algemeen Christelijk Vakverbond, dienst werkloosheid, waarvan de |
| parvenue au greffe de la Cour le 8 mai 2009, la Cour du travail de | expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 8 mei 2009, heeft |
| Liège a posé la question préjudicielle suivante : | het Arbeidshof te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « L'article 18bis de la loi du 11 avril 1995 visant à instituer la | « Voert artikel 18bis van de wet van 11 april 1995 tot invoering van |
| Charte de l'assuré social, interprété en ce sens que la décision prise | het ' handvest ' van de sociaal verzekerde, in die zin geïnterpreteerd |
| à l'égard d'un chômeur à la suite d'un rejet de dépenses émanant de | dat de beslissing die ten aanzien van een werkloze wordt genomen |
| aansluitend op een weigering van uitgaven uitgaande van de RVA, geen | |
| l'O.N.Em. n'est pas une décision de révision au sens de l'article 17 | beslissing tot herziening is in de zin van artikel 17 van dezelfde wet |
| de la même loi et donc que la décision peut rétroagir entraînant par | en dus dat de beslissing terugwerkende kracht kan hebben, met een |
| terugvordering van het onverschuldigde bedrag tot gevolg, zelfs indien | |
| là une récupération de l'indu même si la décision d'octroi initiale | de oorspronkelijke beslissing tot toekenning voortvloeit uit een |
| provient d'une erreur de l'institution coopérante de sécurité sociale, | vergissing van de meewerkende instelling van sociale zekerheid, geen |
| n'établit-il pas une discrimination contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution coordonnée entre les assurés sociaux selon le type de prestations dont ils demandent le bénéfice alors que dans tous les secteurs, hormis en matière de chômage et d'assurance obligatoire soins de santé et indemnités, les assurés sociaux ne peuvent voir la décision de révision rétroagir lorsque le droit à la prestation est inférieur à celui reconnu initialement faisant ainsi échapper les assurés sociaux à la récupération de l'indu lorsque l'erreur émane de l'institution de sécurité sociale ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 4699 du rôle de la Cour. Le greffier, | met de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde Grondwet strijdige discriminatie in onder de sociaal verzekerden naar gelang van het type prestatie waarop zij aanspraak maken, terwijl in alle sectoren, behalve inzake werkloosheid en de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, de beslissing tot herziening ten aanzien van de sociaal verzekerden geen terugwerkende kracht kan hebben wanneer het recht op de prestatie kleiner is dan het aanvankelijk toegekende recht, waardoor de sociaal verzekerden ontsnappen aan de terugvordering van het onverschuldigde bedrag wanneer de vergissing uitgaat van de instelling van sociale zekerheid ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 4699 van de rol van het Hof. De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |