Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt De La Cour Constitutionelle du --
← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt n° 192.198 du 2 avril 2009 en cause de Christian Simons contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 7 avril 2009, le Conseil d'Etat a « L'article 11, §§ 2 et 3, alinéa 2, de la loi du 20 mai 1994 relative aux droits pécunia(...)"
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par arrêt n° 192.198 du 2 avril 2009 en cause de Christian Simons contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 7 avril 2009, le Conseil d'Etat a « L'article 11, §§ 2 et 3, alinéa 2, de la loi du 20 mai 1994 relative aux droits pécunia(...) Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest nr. 192.198 van 2 april 2009 in zake Christian Simons tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 7 april 2009, « Schendt artikel 11, §§ 2 en 3, tweede lid, van de wet van 20 mei 1994 houdende de gelde(...)
COUR CONSTITUTIONNELLE GRONDWETTELIJK HOF
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6
Par arrêt n° 192.198 du 2 avril 2009 en cause de Christian Simons januari 1989 Bij arrest nr. 192.198 van 2 april 2009 in zake Christian Simons tegen
contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is
Cour le 7 avril 2009, le Conseil d'Etat a posé la question ingekomen op 7 april 2009, heeft de Raad van State de volgende
préjudicielle suivante : prejudiciële vraag gesteld :
« L'article 11, §§ 2 et 3, alinéa 2, de la loi du 20 mai 1994 relative « Schendt artikel 11, §§ 2 en 3, tweede lid, van de wet van 20 mei
aux droits pécuniaires des militaires, avant sa modification par la 1994 houdende de geldelijke rechten van de militairen, vóór de
loi du 27 mars 2003, viole-t-il les articles 10 et 11 de la wijziging ervan bij de wet van 27 maart 2003, de artikelen 10 en 11
Constitution, en ce qu'il confie au Roi le pouvoir de créer des van de Grondwet, in zoverre het aan de Koning de bevoegdheid
allocations, des indemnités et d'autres avantages pécuniaires ou en toevertrouwt om ten gunste van de militairen toelagen, vergoedingen en
andere geldelijke voordelen of voordelen in natura in het leven te
nature en faveur des militaires et de charger le Ministre de la roepen en, in de gevallen die Hij bepaalt, de minister van
Défense nationale d'en fixer le taux et les règles d'octroi, dans les Landsverdediging ermee te belasten de tarieven en de regels van de
cas qu'Il détermine, avec cette conséquence que les droits de certains toekenning ervan te bepalen, met als gevolg dat de rechten van sommige
militaires sont entièrement déterminés par la loi et que ceux d'autres militairen volledig worden bepaald door de wet en dat die van andere
militaires le sont en partie par le Roi ou le Roi et le Ministre, militairen gedeeltelijk door de Koning of door de Koning en de
alors que l'article 182 de la Constitution réserve au législateur le minister worden bepaald, terwijl artikel 182 van de Grondwet aan de
pouvoir de régler les droits et les obligations des militaires ? ». wetgever de bevoegdheid voorbehoudt om de rechten en de verplichtingen van de militairen te regelen ? ».
Cette affaire est inscrite sous le numéro 4681 du rôle de la Cour. Die zaak is ingeschreven onder nummer 4681 van de rol van het Hof.
Le greffier, De griffier,
P.-Y. Dutilleux. P.-Y. Dutilleux.
^