← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par
arrêt n° 95.692 du 22 mai 2001 en cause de S. Isljami contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue
au greffe de la Cour d'arbitrage le 8 juin « L'article 57/12, alinéa 4, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour,
l'(...)"
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt n° 95.692 du 22 mai 2001 en cause de S. Isljami contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le 8 juin « L'article 57/12, alinéa 4, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest nr. 95.692 van 22 mei 2001 in zake S. Isljami tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingeko « Schendt artikel 57/12, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
sur la Cour d'arbitrage | januari 1989 op het Arbitragehof |
Par arrêt n° 95.692 du 22 mai 2001 en cause de S. Isljami contre | Bij arrest nr. 95.692 van 22 mei 2001 in zake S. Isljami tegen de |
l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour | Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof |
d'arbitrage le 8 juin 2001, le Conseil d'Etat a posé la question | is ingekomen op 8 juni 2001, heeft de Raad van State de volgende |
préjudicielle suivante : | prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 57/12, alinéa 4, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès | « Schendt artikel 57/12, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 |
au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des | betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging |
étrangers, modifié par la loi du 6 mai 1993, viole-t-il les articles | en de verwijdering van vreemdelingen, gewijzigd bij de wet van 6 mei |
10 et 11 de la Constitution, dans la mesure où cette disposition | 1993, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de mate dat deze |
législative implique un traitement différencié entre les candidats | wetsbepaling een verschillende behandeling impliceert tussen de |
réfugiés qui doivent comparaître directement devant une chambre à | kandidaat-vluchtelingen die onmiddellijk moeten verschijnen voor een |
trois juges, dont aucun membre n'a encore statué sur le recours, et | drieledige kamer, waarvan geen enkel lid zich reeds over het beroep |
les candidats réfugiés qui doivent comparaître devant un juge unique, | heeft uitgesproken, en de kandidaat-vluchtelingen, die moeten |
qui a estimé déjà auparavant que le recours paraît manifestement non | verschijnen voor een alleenrechtsprekend lid, dat ervoren reeds |
fondé ? » | geoordeeld heeft dat het beroep kennelijk ongegrond lijkt ? » |
Par arrêt n° 95.065 du 2 mai 2001 en cause de M. Demirhan et I. | Bij arrest nr. 95.065 van 2 mei 2001 in zake M. Demirhan en I. |
Demirhan contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe | Demirhan tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie |
de la Cour d'arbitrage le 20 septembre 2001, le Conseil d'Etat a posé | van het Arbitragehof is ingekomen op 20 september 2001, heeft de Raad |
la question préjudicielle suivante : | van State de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 57/12, alinéa 4, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès | « Schendt artikel 57/12, vierde lid, van de wet van 15 december 1980 |
au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des | betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging |
étrangers, modifié par la loi du 6 mai 1993, viole-t-il les articles | en de verwijdering van vreemdelingen, gewijzigd bij de wet van 6 mei |
10 et 11 de la Constitution, dans la mesure où cette disposition | 1993, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in de mate dat deze |
législative implique un traitement différencié entre les candidats | wetsbepaling een verschillende behandeling impliceert tussen de |
réfugiés qui doivent comparaître devant une chambre à trois juges, | kandidaat-vluchtelingen, die moeten verschijnen voor een drieledige |
kamer, waarvan geen enkel lid zich reeds over het beroep heeft | |
dont aucun membre n'a encore statué sur le recours, et les candidats | uitgesproken, en de kandidaat-vluchtelingen, die moeten verschijnen |
réfugiés qui doivent comparaître devant un juge unique, qui a estimé | voor een alleenrechtsprekend lid, dat ervoren reeds geoordeeld heeft |
déjà auparavant que le recours paraît manifestement non fondé ? » | dat het beroep kennelijk ongegrond lijkt ? » |
Ces affaires sont inscrites sous les numéros 2199 et 2241 du rôle de | Die zaken zijn ingeschreven onder de nummers 2199 en 2241 van de rol |
la Cour et ont été jointes a l'affaire portant le numéro 2161 du rôle. | van het Hof en werden samengevoegd met de zaak met rolnummer 2161. |
Le greffier, | De griffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |