← Retour vers "Arrêt n° 112/99 du 14 octobre 1999 Numéros du rôle : 1400 et 1401 En cause : les recours
en annulation de l'article 12 de la loi-programme du 10 février 1998 pour la promotion de l'entreprise
indépendante, introduits par le Gouvernement de la La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et L. De
Grève, et des juges P. Martens(...)"
| Arrêt n° 112/99 du 14 octobre 1999 Numéros du rôle : 1400 et 1401 En cause : les recours en annulation de l'article 12 de la loi-programme du 10 février 1998 pour la promotion de l'entreprise indépendante, introduits par le Gouvernement de la La Cour d'arbitrage, composée des présidents M. Melchior et L. De Grève, et des juges P. Martens(...) | Arrest nr. 112/99 van 14 oktober 1999 Rolnummers 1400 en 1401 In zake : de beroepen tot vernietiging van artikel 12 van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig ondernemerschap, ingesteld door de Brusselse Hoof Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de rechters P. (...) |
|---|---|
| COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
| Arrêt n° 112/99 du 14 octobre 1999 | Arrest nr. 112/99 van 14 oktober 1999 |
| Numéros du rôle : 1400 et 1401 | Rolnummers 1400 en 1401 |
| En cause : les recours en annulation de l'article 12 de la | In zake : de beroepen tot vernietiging van artikel 12 van de |
| loi-programme du 10 février 1998 pour la promotion de l'entreprise | programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig |
| indépendante, introduits par le Gouvernement de la Région de | ondernemerschap, ingesteld door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
| Bruxelles-Capitale et le président du Conseil de la même Région. | en door de voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad. |
| La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
| composée des présidents M. Melchior et L. De Grève, et des juges P. | samengesteld uit de voorzitters M. Melchior en L. De Grève, en de |
| Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, H. Coremans et A. Arts, assistée du | rechters P. Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, H. Coremans en A. Arts, |
| greffier L. Potoms, présidée par le président M. Melchior, | bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter M. Melchior, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet des recours | I. Onderwerp van de beroepen |
| Bij verzoekschriften die aan het Hof zijn toegezonden bij op 20 | |
| Par requêtes adressées à la Cour par lettres recommandées à la poste | augustus 1998 ter post aangetekende brieven en ter griffie zijn |
| le 20 août 1998 et parvenues au greffe le 21 août 1998, le | ingekomen op 21 augustus 1998, hebben de Brusselse Hoofdstedelijke |
| Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, rue Ducale 7-9, 1000 | Regering, Hertogsstraat 7-9, 1000 Brussel, en de voorzitter van de |
| Bruxelles, et le président du Conseil de la même Région, dont le | |
| cabinet est établi à 1000 Bruxelles, rue du Lombard 57, ont introduit | Brusselse Hoofdstedelijke Raad, wiens kabinet is gevestigd te 1000 |
| Brussel, Lombardstraat 57, beroep tot vernietiging ingesteld van | |
| un recours en annulation de l'article 12 de la loi-programme du 10 | artikel 12 van de programmawet van 10 februari 1998 tot bevordering |
| février 1998 pour la promotion de l'entreprise indépendante (publiée | van het zelfstandig ondernemerschap (bekendgemaakt in het Belgisch |
| au Moniteur belge du 21 février 1998). | Staatsblad van 21 februari 1998). |
| II. La procédure | II. De rechtspleging |
| Par ordonnances du 21 août 1998, le président en exercice a désigné | Bij beschikkingen van 21 augustus 1998 heeft de voorzitter in functie |
| les juges des sièges conformément aux articles 58 et 59 de la loi | de rechters van de zetels aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en |
| spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage. | 59 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. |
| Les juges-rapporteurs ont estimé n'y avoir lieu de faire application | De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was |
| des articles 71 ou 72 de la loi organique. | om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. |
| Par ordonnance du 16 septembre 1998, la Cour a joint les affaires. | Bij beschikking van 16 september 1998 heeft het Hof de zaken samengevoegd. |
| Les recours ont été notifiés conformément à l'article 76 de la loi | Van de beroepen is kennisgegeven overeenkomstig artikel 76 van de |
| organique, par lettres recommandées à la poste le 6 octobre 1998; | organieke wet bij op 6 oktober 1998 ter post aangetekende brieven; bij |
| l'ordonnance de jonction a été notifiée par les mêmes lettres. | dezelfde brieven is kennisgegeven van de beschikking tot samenvoeging. |
| L'avis prescrit par l'article 74 de la loi organique a été publié au | Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is |
| Moniteur belge du 9 octobre 1998. | bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 9 oktober 1998. |
| Des mémoires ont été introduits par : | Memories zijn ingediend door : |
| - la province du Brabant wallon, chaussée des Nerviens 25, 1300 Wavre, | - de provincie Waals-Brabant, chaussée des Nerviens 25, 1300 Waver, |
| par lettre recommandée à la poste le 6 novembre 1998; | bij op 6 november 1998 ter post aangetekende brief; |
| - le Conseil des ministres, rue de la Loi 16, 1000 Bruxelles, par | - de Ministerraad, Wetstraat 16, 1000 Brussel, bij op 20 november 1998 |
| lettre recommandée à la poste le 20 novembre 1998. | ter post aangetekende brief. |
| Ces mémoires ont été notifiés conformément à l'article 89 de la loi | Van die memories is kennisgegeven overeenkomstig artikel 89 van de |
| organique, par lettres recommandées à la poste le 7 décembre 1998. | organieke wet bij op 7 december 1998 ter post aangetekende brieven. |
| Des mémoires en réponse ont été introduits par : | Memories van antwoord zijn ingediend door : |
| - le Conseil des ministres, par lettre recommandée à la poste le 4 janvier 1999; | - de Ministerraad, bij op 4 januari 1999 ter post aangetekende brief; |
| - la partie requérante dans l'affaire portant le numéro 1400 du rôle, | |
| par lettre recommandée à la poste le 6 janvier 1999; | - de verzoekende partij in de zaak met rolnummer 1400, bij op 6 |
| - la partie requérante dans l'affaire portant le numéro 1401 du rôle, | januari 1999 ter post aangetekende brief; |
| par lettre recommandée à la poste le 7 janvier 1999. | - de verzoekende partij in de zaak met rolnummer 1401, bij op 7 |
| januari 1999 ter post aangetekende brief. | |
| Par ordonnances des 27 janvier 1999 et 29 juin 1999, la Cour a prorogé | Bij beschikkingen van 27 januari 1999 en 29 juni 1999 heeft het Hof de |
| termijn waarbinnen het arrest moet worden gewezen, verlengd tot | |
| respectivement jusqu'aux 20 août 1999 et 20 février 2000 le délai dans | respectievelijk 20 augustus 1999 en 20 februari 2000. |
| lequel l'arrêt doit être rendu. | |
| Par ordonnance du 31 mars 1999, la Cour a déclaré les affaires en état | Bij beschikking van 31 maart 1999 heeft het Hof de zaken in gereedheid |
| et fixé l'audience au 5 mai 1999. | verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 5 mei 1999. |
| Cette ordonnance a été notifiée aux parties ainsi qu'à leurs avocats | Van die beschikking is kennisgegeven aan de partijen en hun advocaten |
| par lettres recommandées à la poste le 1er avril 1999. | bij op 1 april 1999 ter post aangetekende brieven. |
| A l'audience publique du 5 mai 1999 : | Op de openbare terechtzitting van 5 mei 1999 : |
| - ont comparu : | - zijn verschenen : |
| . Me B. Cadranel loco Me M. Uyttendaele, avocats au barreau de | . Mr. B. Cadranel loco Mr. M. Uyttendaele, advocaten bij de balie te |
| Bruxelles, pour la partie requérante dans l'affaire portant le numéro 1400 du rôle; | Brussel, voor de verzoekende partij in de zaak met rolnummer 1400; |
| . Me J. Bourtembourg, avocat au barreau de Bruxelles, pour la partie | . Mr. J. Bourtembourg, advocaat bij de balie te Brussel, voor de |
| requérante dans l'affaire portant le numéro 1401 du rôle; | verzoekende partij in de zaak met rolnummer 1401; |
| . Me G. Van Hoorebeke loco Me D. D'Hooghe, avocats au barreau de | . Mr. G. Van Hoorebeke loco Mr. D. D'Hooghe, advocaten bij de balie te |
| Bruxelles, pour le Conseil des ministres; | Brussel, voor de Ministerraad; |
| - les juges-rapporteurs J. Delruelle et A. Arts ont fait rapport; | - hebben de rechters-verslaggevers J. Delruelle en A. Arts verslag uitgebracht; |
| - les avocats précités ont été entendus; | - zijn de voornoemde advocaten gehoord; |
| - les affaires ont été mises en délibéré. | - zijn de zaken in beraad genomen. |
| La procédure s'est déroulée conformément aux articles 62 et suivants | De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende |
| de la loi organique, relatifs à l'emploi des langues devant la Cour. | van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de talen voor het Hof. |
| III. En droit | III. In rechte |
| - A - | - A - |
| Position des requérants | Standpunt van de verzoekende partijen |
| Affaire portant le numéro 1400 du rôle | Zaak met rolnummer 1400 |
| A.1.1. Le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale demande | A.1.1. De Brusselse Hoofdstedelijke Regering vordert de vernietiging |
| l'annulation de l'article 12 de la loi-programme du 10 février 1998 | van artikel 12 van de programmawet van 10 februari 1998 tot |
| pour la promotion de l'entreprise indépendante. | bevordering van het zelfstandig ondernemerschap. |
| Le moyen unique est pris de la violation des articles 3, 5 à 7, 10, 11 | Het enige middel is afgeleid uit de schending van de artikelen 3, 5 |
| et 39 de la Constitution, de l'article 6 de la loi spéciale du 8 août | tot 7, 10, 11 en 39 van de Grondwet, van artikel 6 van de bijzondere |
| 1980 de réformes institutionnelles et de l'article 83quinquies de la | wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en van artikel |
| loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions bruxelloises. | 83quinquies van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking |
| Le requérant reproche à la loi de prévoir une chambre des métiers et | tot de Brusselse instellingen. |
| négoces par province et surtout de ne prévoir aucune chambre des | De verzoekende partij verwijt de wet dat ze voorziet in een kamer van |
| métiers et négoces dans la Région de Bruxelles-Capitale. La | ambachten en neringen per provincie en vooral dat ze niet voorziet in |
| disposition litigieuse aboutit ainsi à une double violation du | een kamer van ambachten en neringen in het Brusselse Hoofdstedelijke |
| principe d'égalité et de non-discrimination. | Gewest. Op die manier leidt de bestreden bepaling tot een dubbele |
| A.1.2. Selon la partie requérante, il y a tout d'abord une | schending van het beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie. |
| discrimination à l'égard de la Région de Bruxelles-Capitale qui, comme | A.1.2. Volgens de verzoekende partij is er in de eerste plaats sprake |
| van discriminatie ten aanzien van het Brusselse Hoofdstedelijke | |
| les autres personnes morales de droit public, bénéficie de la | Gewest, dat, net zoals de andere publiekrechtelijke rechtspersonen, de |
| protection des articles 10 et 11 de la Constitution. Les arrêts nos | bescherming van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet geniet. De |
| 13/91 et 31/91 de la Cour sont invoqués à l'appui de cette thèse. | arresten nrs. 13/91 en 31/91 van het Hof worden ter ondersteuning van |
| die stelling aangevoerd. | |
| En vertu de l'article 83quinquies de la loi spéciale du 12 janvier | Krachtens artikel 83quinquies van de bijzondere wet van 12 januari |
| 1989, le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale et le Conseil | 1989 oefenen de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en de Brusselse |
| de cette Région exercent respectivement, chacun pour ce qui le | Hoofdstedelijke Raad respectievelijk, ieder wat hem betreft en op het |
| concerne et sur le territoire de la Région de Bruxelles-Capitale, les | grondgebied van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, de bevoegdheden |
| compétences qui appartenaient aux organes de l'ancienne province du Brabant. L'ensemble des compétences provinciales ont donc été reprises par ces institutions. En ne créant pas de structure similaire aux chambres de métiers et de négoces dans la Région de Bruxelles-Capitale, alors qu'il le fait pour chaque province, le législateur traite donc différemment, d'une part, les dix provinces du Royaume et, d'autre part, l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale. Cette différence semble reposer sur un critère objectif, mais ce critère n'apparaît ni raisonnable ni pertinent. Les différences qui existent entre l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale et les provinces relèvent exclusivement de l'organisation interne du fonctionnement de chacun et n'impliquent aucune différence au niveau des administrés. En effet, quel que soit le lieu où ceux-ci sont établis, il existe une institution compétente pour régler la matière | uit die aan de instanties van de vroegere provincie Brabant toebehoorden. Het geheel van de provinciale bevoegdheden werd dus door die instellingen overgenomen. Doordat de wetgever in geen soortgelijke structuur, namelijk een kamer van ambachten en neringen, in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest voorziet terwijl hij dat wel doet voor elke provincie, behandelt hij bijgevolg op verschillende wijze de tien provincies van het Rijk, enerzijds, en het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, anderzijds. Dat verschil schijnt op een objectief criterium te berusten, maar dat criterium lijkt noch redelijk noch relevant te zijn. De verschillen die bestaan tussen het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad en de provincies zijn verschillen die uitsluitend betrekking hebben op de interne organisatie van de werking van de eerstgenoemde en de laatstgenoemde instanties. Zij leiden niet tot enig verschil op het niveau van de bestuurden. Welke immers ook de vestigingsplaats van die bestuurden is, er bestaat een instelling die bevoegd is om de aangelegenheden van het provinciale type te regelen, en die |
| de type provincial et ces institutions, quelles que soient les différences qui les caractérisent au niveau de leur appellation ou de leur mode de fonctionnement, disposent par rapport à la matière à traiter des mêmes compétences. Cela s'explique par la volonté qu'a eue le législateur spécial de veiller à ce que les habitants de la Région de Bruxelles-Capitale puissent continuer à s'adresser pour les matières provinciales à des institutions établies sur le territoire de la Région. La différence de traitement ne peut donc être justifiée, et ce d'autant moins que les travaux préparatoires sont muets à ce sujet. Il paraît raisonnable de penser que le législateur fédéral a voulu, en créant une chambre des métiers et négoces par province, que les | instellingen beschikken over dezelfde bevoegdheden ten aanzien van de aangelegenheid die moet worden behandeld, welke ook de verschillen zijn wat hun benaming of hun werkwijze betreft. Dit kan worden verklaard door de wil van de bijzondere wetgever erover te waken dat de inwoners van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zich ook in de toekomst voor de provinciale aangelegenheden zouden kunnen wenden tot instellingen die op het grondgebied van het Gewest zijn gevestigd. Het verschil in behandeling kan dus niet worden verantwoord, temeer daar de parlementaire voorbereiding hierover geen enkele aanwijzing verschaft. Het lijkt redelijk te denken dat de federale wetgever, door per provincie een kamer van ambachten en neringen in het leven te roepen, heeft gewild dat de structuren die beschikken over de bevoegdheden |
| structures ayant les compétences prévues par la loi du 10 février 1998 | waarin de wet van 10 februari 1998 tot bevordering van het zelfstandig |
| pour la promotion de l'entreprise indépendante soient proches des | ondernemerschap voorziet, zich bevinden in de nabijheid van de |
| personnes auxquelles elles s'adressent et qu'elles connaissent, en | personen tot wie zij zich richten en die zij kennen, wegens hun |
| raison de leur emplacement géographique, des spécificités liées à l'exercice d'une activité indépendante sur le territoire d'une province particulière. De tels motifs ne permettaient pas d'ignorer l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale et, par voie de conséquence, les institutions compétentes sur le territoire de celui-ci par rapport aux matières provinciales. A.1.3. Selon la partie requérante, une seconde discrimination concerne les petites et moyennes entreprises (ci-après P.M.E.) établies dans la Région de Bruxelles-Capitale. Toute P.M.E. ou candidate-P.M.E. peut s'adresser à la chambre des métiers et négoces installée dans la province concernée, ce qui tend à renforcer l'efficacité des chambres en évitant à l'administré de longs déplacements. Les chambres des métiers et négoces n'ont pas un rôle purement administratif : elles doivent parfois véritablement instruire le dossier et elles ont un rôle d'information et d'écoute. La P.M.E. qui exerce son activité sur le territoire de la Région de Bruxelles-Capitale est discriminée à cet égard. Elle devra en effet défendre sa demande devant une chambre des métiers et négoces dont l'activité est essentiellement tournée vers les entreprises qui sont établies sur un territoire provincial qui ne la concerne pas. Cette situation est d'autant plus exorbitante qu'en raison du fait que la Région de Bruxelles-Capitale comprend la capitale du pays et qu'elle est le siège d'un grand nombre d'institutions internationales, fédérales, communautaires et régionales, les P.M.E. qui sont inscrites sur son territoire sont confrontées à des situations spécifiques en raison de l'environnement particulier dans lequel elles évoluent. Cette différence de traitement n'est justifiée par aucune raison objective. | geografische ligging en wegens de specifieke kenmerken die verband houden met de uitoefening van een zelfstandige activiteit op het grondgebied van een bepaalde provincie. Op grond van zulke redenen kunnen het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad en bijgevolg de instellingen die op het grondgebied van dat arrondissement bevoegd zijn, echter niet worden genegeerd ten aanzien van de provinciale aangelegenheden. A.1.3. Volgens de verzoekende partij is er ook sprake van discriminatie ten aanzien van de kleine en middelgrote ondernemingen (hierna K.M.O.'s) die in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zijn gevestigd. Iedere K.M.O. of kandidaat-K.M.O. kan zich richten tot de kamer van ambachten en neringen die in de desbetreffende provincie is gevestigd, wat de doeltreffendheid van de kamers ten goede komt doordat de bestuurde geen lange trajecten moet afleggen. De rol van de kamers van ambachten en neringen is niet louter administratief : soms moeten zij het dossier werkelijk onderzoeken en vervullen zij een rol van informatieverstrekking en van luisterend oor. In dat opzicht wordt de K.M.O. die haar activiteit op het grondgebied van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest uitoefent, gediscrimineerd. Zij zal immers haar aanvraag moeten verdedigen voor een kamer van ambachten en neringen waarvan de activiteit in hoofdzaak gericht is op ondernemingen die gevestigd zijn op een provinciaal grondgebied dat haar niet aanbelangt. Die situatie is des te buitensporiger daar, vermits het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest de hoofdstad van het land omvat en het de zetel is van een groot aantal internationale, federale, gemeenschaps- en gewestinstellingen, de K.M.O.'s die ingeschreven zijn op het grondgebied van het Gewest geconfronteerd worden met specifieke situaties, wegens de bijzondere omgeving waarin zij zich ontwikkelen. Dat verschil in behandeling wordt door geen enkele objectieve reden verantwoord. |
| Affaire portant le numéro 1401 du rôle | Zaak met rolnummer 1401 |
| A.2. Le président du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale | A.2. De voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad vordert de |
| demande l'annulation de l'article 12, § 1er, de la loi-programme du 10 | vernietiging van artikel 12, § 1, van de programmawet van 10 februari |
| février 1998. | 1998. |
| Le moyen est pris de la violation des articles 10 et 11 de la | Het middel is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van |
| Constitution, combinés avec les articles 3, 4 et 5 de la Constitution | de Grondwet, in samenhang gelezen met de artikelen 3, 4 en 5 van de |
| et avec l'article 83quinquies de la loi spéciale du 12 janvier 1989. | Grondwet en artikel 83quinquies van de bijzondere wet van 12 januari |
| Il reproche à la disposition attaquée de remplacer la chambre des | 1989. Het verwijt de bestreden bepaling de kamer van ambachten en |
| métiers et négoces de la province du Brabant par la chambre des | neringen van de provincie Brabant te hebben vervangen door de kamer |
| métiers et négoces de la province du Brabant wallon et celle de la | van ambachten en neringen van de provincie Vlaams-Brabant en die van |
| province du Brabant flamand sans prévoir de chambre des métiers et | de provincie Waals-Brabant, zonder te voorzien in een eigen kamer van |
| négoces propre à l'arrondissement administratif de Bruxelles-Capitale. | ambachten en neringen voor het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad. |
| Le requérant estime que les règles de l'égalité et de la | De verzoekende partij is van mening dat de regels van gelijkheid en |
| non-discrimination s'appliquent à la Région de Bruxelles-Capitale. | niet-discriminatie van toepassing zijn op het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. |
| L'on n'aperçoit pas les motifs objectifs et raisonnables qui | Zij ziet de objectieve en redelijke gronden niet die het verschil in |
| justifieraient le traitement différencié. Le fait que Bruxelles soit | behandeling zouden verantwoorden. Het feit dat Brussel onttrokken is |
| soustrait à la division en provinces ne peut justifier cette | aan de indeling in provincies kan dat verschil in behandeling niet |
| différence de traitement. L'arrêt de la Cour n° 30/98 du 18 mars 1998 | verantwoorden. Het arrest van het Hof nr. 30/98 van 18 maart 1998 |
| est invoqué à l'appui de cette thèse. | wordt ter ondersteuning van die stelling aangevoerd. |
| Dit is des te meer het geval daar het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest | |
| Il en est d'autant plus ainsi que la Région de Bruxelles-Capitale | specifieke kenmerken vertoont ten opzichte van de provincies |
| présente des spécificités par rapport aux provinces du Brabant wallon | Vlaams-Brabant en Waals-Brabant en daar de zelfstandigen die er |
| et du Brabant flamand et que les indépendants qui y résident ont | verblijven er belang bij hebben dat rekening wordt gehouden met de |
| intérêt à ce qu'il soit tenu compte du contexte économique et social | economische en sociale context waarin zij hun activiteiten zouden |
| dans lequel ils auraient à exercer leurs activités et où leurs stages | moeten uitoefenen en waar hun stages zouden moeten worden ingericht en |
| devraient être organisés et contrôlés. En outre, les dossiers | gecontroleerd. Bovendien zullen de dossiers die door de Brusselaars |
| présentés par les Bruxellois seront traités de manière différente | worden ingediend, op verschillende wijze worden behandeld naargelang |
| selon qu'ils s'adressent à la chambre des métiers et négoces de la | zij zich wenden tot de kamer van ambachten en neringen van de |
| province du Brabant wallon ou à celle de la province du Brabant flamand. | provincie Waals-Brabant of tot die van de provincie Vlaams-Brabant. |
| Position de la province du Brabant wallon | Standpunt van de provincie Waals-Brabant |
| A.3. La province du Brabant wallon demande à pouvoir être reçue comme | A.3. De provincie Waals-Brabant vraagt om als tussenkomende partij op |
| partie intervenante dans les affaires jointes inscrites sous les | te treden in de samengevoegde zaken met rolnummers 1400 en 1401. Ter |
| numéros 1400 et 1401 du rôle. Elle invoque à l'appui de son intérêt à | ondersteuning van haar belang om tussen te komen, voert zij de |
| l'intervention la jurisprudence de la Cour relative à la protection | rechtspraak van het Hof aan die betrekking heeft op de bescherming van |
| des personnes morales de droit public, en particulier les provinces. | publiekrechtelijke rechtspersonen, in het bijzonder van de provincies. |
| Position du Conseil des ministres | Standpunt van de Ministerraad |
| A.4.1. Le Conseil des ministres considère que la requête du | A.4.1. De Ministerraad is van oordeel dat het verzoekschrift van de |
| Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale doit être déclarée | Brusselse Hoofdstedelijke Regering onontvankelijk moet worden |
| irrecevable parce qu'elle n'a pas été introduite en néerlandais et en | verklaard omdat het niet in het Nederlands en het Frans werd |
| français, comme le prescrirait l'article 62, alinéa 2, 2°, de la loi | ingediend, zoals zou zijn voorgeschreven bij artikel 62, tweede lid, |
| spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage et l'article 39, | 2°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof en |
| alinéa 1er, de la loi spéciale du 12 janvier 1989. | artikel 39, eerste lid, van de bijzondere wet van 12 januari 1989. |
| A.4.2. Le Conseil des ministres estime ensuite que le recours du | A.4.2. De Ministerraad is vervolgens van mening dat het beroep van de |
| Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale n'est pas recevable en | Brusselse Hoofdstedelijke Regering niet ontvankelijk is voor zover het |
| tant qu'il est dirigé contre les paragraphes 2, 3 et 4 de l'article 12 | gericht is tegen de paragrafen 2, 3 en 4 van artikel 12 van de |
| de la loi entreprise parce que le moyen invoqué ne vise que le premier | bestreden wet, omdat het aangevoerde middel alleen betrekking heeft op |
| paragraphe de l'article 12 de cette loi. | de eerste paragraaf van artikel 12 van die wet. |
| Hij is ook van mening dat de twee beroepen onontvankelijk zijn voor | |
| Il estime aussi que les deux recours sont irrecevables en tant qu'ils | zover zij betrekking hebben op de eerste paragraaf van dat artikel 12, |
| visent le premier paragraphe de cet article 12 parce que la | omdat de verdeling van de ambtsgebieden van de verschillende kamers |
| répartition des ressorts des différentes chambres des métiers et | van ambachten en neringen niet door die bepaling wordt geregeld maar |
| négoces n'est pas réglée par cette disposition mais par l'article 1er | door artikel 1 van de gecoördineerde wetten van 1979, gewijzigd bij de |
| des lois coordonnées de 1979, modifiées par la loi du 6 avril 1995. | wet van 6 april 1995. Het is dus alleen voor de duidelijkheid, in |
| C'est seulement par souci de clarté suite à l'avis du Conseil d'Etat | antwoord op het advies van de Raad van State, dat de wetgever in |
| que le législateur a repris dans l'article 12, § 1er, de la | artikel 12, § 1, van de programmawet opnieuw heeft verwezen naar de |
| loi-programme la référence à la répartition des ressorts des chambres | verdeling van de ambtsgebieden van de kamers, die reeds was vastgelegd |
| déjà contenue dans l'article 1er des lois coordonnées de 1979. Même si | in artikel 1 van de gecoördineerde wetten van 1979. Ook al hebben de |
| les recours visent formellement l'article 12 de la loi-programme, ils | beroepen formeel betrekking op artikel 12 van de programmawet, in |
| poursuivent en réalité l'annulation de cet article 1er. A l'égard de | werkelijkheid beogen zij de vernietiging van dat artikel 1. De |
| cet article, les recours sont irrecevables ratione temporis. | beroepen tegen dat artikel zijn onontvankelijk ratione temporis. |
| A.4.3. Le Conseil des ministres estime qu'en tant que les requêtes | A.4.3. De Ministerraad is van mening dat, voor zover de |
| invoquent une discrimination injustifiable vis-à-vis de la Région de | verzoekschriften gewagen van een niet te rechtvaardigen discriminatie |
| ten aanzien van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, het middel | |
| Bruxelles-Capitale, le moyen manque en fait. Il repose en effet sur | feitelijke grondslag mist. Het middel gaat immers uit van een foute |
| une hypothèse de départ erronée, à savoir que les chambres des métiers | hypothese, namelijk dat de kamers van ambachten en neringen op de ene |
| et négoces seraient d'une façon ou d'une autre institutionnellement | of de andere manier institutioneel gebonden zouden zijn aan de |
| liées aux provinces. Or, selon l'article 6, § 1er, VI, alinéa 5, 6°, | provincies. Volgens artikel 6, § 1, VI, vijfde lid, 6°, van de |
| de la loi spéciale du 8 août 1980, la compétence en matière d'accès à la profession est en principe attribuée au fédéral. Le seul fait que le législateur fédéral ait confié la tâche de délivrer les attestations requises pour l'accès à la profession à des institutions fédérales dont le ressort correspondait auparavant au territoire des provinces, n'implique aucunement que ces institutions auraient exercé des compétences provinciales ou des compétences « de type provincial ». Il est dès lors exclu que la disposition ait créé une discrimination entre les provinces et la Région de Bruxelles-Capitale. | bijzondere wet van 8 augustus 1980, is het in principe echter de federale overheid die bevoegd is voor de vestigingsvoorwaarden. Het feit op zich dat de federale wetgever de taak om de nodige getuigschriften voor de toegang tot het beroep af te geven, heeft toevertrouwd aan federale instellingen waarvan het ambtsgebied voordien samenviel met het grondgebied van de provincies, betekent helemaal niet dat die instellingen provinciale bevoegdheden of bevoegdheden « van het provinciale type » zouden hebben uitgeoefend. Het is dan ook uitgesloten dat de bepaling aanleiding heeft gegeven tot discriminatie tussen de provincies en het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. |
| Pour les mêmes raisons, la violation des articles 39 de la | Om dezelfde redenen kan de schending van de artikelen 39 van de |
| Constitution et 83quinquies de la loi spéciale du 12 janvier 1989 ne | Grondwet en 83quinquies van de bijzondere wet van 12 januari 1989 niet |
| peut être retenue. Les requérants s'abstiennent en outre de préciser | staande worden gehouden. Bovendien hebben de verzoekers in hun |
| dans leur requête en quoi ces dispositions seraient violées. | verzoekschrift niet gepreciseerd in welk opzicht die bepalingen zouden |
| A.4.4. Concernant la discrimination prétendue des P.M.E. établies sur | zijn geschonden. A.4.4. Wat de beweerde discriminatie betreft ten aanzien van K.M.O.'s |
| la Région de Bruxelles-Capitale, le Conseil des ministres fait | die in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zijn gevestigd, wijst de |
| remarquer tout d'abord que le législateur a été contraint, par la | Ministerraad in de eerste plaats erop dat de wetgever, door de |
| soustraction de la région bilingue de Bruxelles-Capitale de la | onttrekking van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad aan de |
| division du territoire en provinces, d'utiliser un autre critère que | indeling van het grondgebied in provincies, zich verplicht zag om een |
| le territoire provincial pour définir le ressort des chambres des | ander criterium dan het provinciale grondgebied te gebruiken om het |
| métiers et négoces, et ceci pour tout le territoire de l'ancienne | ambtsgebied van de kamers van ambachten en neringen te bepalen, en dit |
| province du Brabant. Les chambres des métiers et négoces ne sont en | voor heel het grondgebied van de vroegere provincie Brabant. De kamers |
| effet ni « typiquement » Brabant flamand ou Brabant wallon, ni « | van ambachten en neringen zijn immers noch « typisch » Vlaams-Brabants |
| typiquement bruxelloises ». | of Waals-Brabants, noch « typisch Brussels ». |
| Concernant le traitement prétendument différent, il faut souligner que | Wat het beweerde verschil in behandeling betreft, moet worden |
| même si l'article 12, § 1er, de la loi entreprise n'utilise plus le | onderstreept dat, ook al gebruikt artikel 12, § 1, van de bestreden |
| critère provincial pour définir le ressort des chambres, il ne résulte | wet het provinciale criterium niet meer om het ambtsgebied van de |
| de facto de cette différence de critère aucune différence de | kamers te bepalen, dat verschil in criterium de facto geenszins |
| aanleiding geeft tot een verschil in behandeling van de Brusselse | |
| traitement des P.M.E. bruxelloises. L'arrêté royal du 10 août 1998 a | K.M.O.'s. Het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 heeft immers de |
| en effet scindé les bureaux des chambres des métiers et négoces des | bureaus van de kamers van ambachten en neringen van de provincies |
| provinces du Brabant flamand et du Brabant wallon en deux sections | Vlaams-Brabant en Waals-Brabant in twee afdelingen ondergebracht die |
| revêtues des mêmes compétences que les bureaux. Dès lors, et à | dezelfde bevoegdheden hebben als de bureaus. Bijgevolg, en in de |
| supposer qu'un traitement des P.M.E. conforme au principe d'égalité | veronderstelling dat een behandeling van de K.M.O.'s die overeenstemt |
| doive imposer que les dossiers des P.M.E. bruxelloises, du Brabant | met het gelijkheidsbeginsel, noodzakelijkerwijze betekent dat de |
| flamand et du Brabant wallon soient examinés par des organismes | dossiers van de Brusselse, Vlaams-Brabantse en Waals-Brabantse |
| respectivement purement bruxellois, purement Brabant flamand et | K.M.O.'s alleen worden onderzocht door respectievelijk de Brusselse, |
| purement Brabant wallon quod non -, il échet de constater que tel est | Vlaams-Brabantse en Waals-Brabantse instellingen quod non -, moet |
| déjà le cas en l'espèce. Il résulte aussi de l'article 3 de cet arrêté | worden vastgesteld dat dit te dezen reeds het geval is. Uit artikel 3 |
| royal que les P.M.E. bruxelloises ne doivent pas effectuer les déplacements que déplorent les requérants. A.4.5. A titre subsidiaire, le Conseil des ministres estime que la discrimination repose sur une justification objective et raisonnable, à tout le moins si l'on considère les conséquences tout à fait marginales qui en résultent. L'objectif du législateur était la maîtrise des coûts non négligeables d'un dédoublement des chambres désormais actives sur le territoire de l'ancienne province du Brabant. Cet objectif constitue la justification suffisante et raisonnable requise. Les conséquences de la discrimination invoquée par les | van dat koninklijk besluit blijkt ook dat de Brusselse K.M.O.'s de trajecten die de verzoekende partijen betreuren, niet moeten afleggen. A.4.5. In ondergeschikte orde betoogt de Ministerraad dat de discriminatie op een objectieve en redelijke verantwoording berust, tenminste indien men de volstrekt marginale gevolgen ervan in aanmerking neemt. De doelstelling van de wetgever was de beheersing van de niet te verwaarlozen kosten van een splitsing van de kamers die voortaan op het grondgebied van de vroegere provincie Brabant actief zijn. Die doelstelling vormt de voldoende en redelijke verantwoording die is vereist. De gevolgen van de discriminatie die door de verzoekende partijen wordt aangevoerd, behalve dat ze volledig te |
| requérants, outre qu'elles sont tout à fait négligeables, sont | verwaarlozen zijn, worden door het reeds aangevoerde koninklijk |
| effacées par l'arrêté royal du 10 août 1998 déjà invoqué. | besluit van 10 augustus 1998 tenietgedaan. |
| A.4.6. Le Conseil des ministres estime, dans son mémoire en réponse, | A.4.6. In zijn memorie van antwoord doet de Ministerraad gelden dat de |
| que le mémoire de la province du Brabant wallon doit être rejeté comme | memorie van de provincie Waals-Brabant onontvankelijk moet worden |
| irrecevable parce que la partie intervenante n'établit pas son intérêt | verklaard omdat de tussenkomende partij haar belang om tussen te komen |
| pour intervenir. Les chambres des métiers et négoces ne sont pas des | niet aantoont. De kamers van ambachten en neringen zijn geen |
| institutions provinciales, mais bien fédérales. La seule raison qui | provinciale, maar wel federale instellingen. De enige reden waarom de |
| justifie la référence dans leur dénomination aux provinces est | benaming van de kamers naar de provincies verwijst is dat voordien het |
| qu'auparavant, le ressort de ces chambres correspondait au territoire | ambtsgebied van die kamers met het grondgebied van de provincies |
| des provinces. Cela n'implique aucunement que ces institutions | samenviel. Dat betekent in geen geval dat die instellingen provinciale |
| auraient exercé ou exercent des compétences provinciales ou même des | bevoegdheden of zelfs bevoegdheden « van het provinciale type » zouden |
| compétences « de type provincial ». La disposition attaquée | hebben uitgeoefend of zouden uitoefenen. De bestreden bepaling voert |
| n'introduit donc nullement une règle qui pourrait affecter directement | dus geenszins een regel in die de situatie van de provincies |
| ou indirectement la situation des provinces. | rechtstreeks of onrechtstreeks zou kunnen raken. |
| Réponse du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale | Antwoord van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
| A.5.1. Concernant la langue de la requête, le Gouvernement de la | A.5.1. Wat de taal van het verzoekschrift betreft, is de Brusselse |
| Région de Bruxelles-Capitale estime que l'article 39 de la loi | Hoofdstedelijke Regering van mening dat artikel 39 van de bijzondere |
| spéciale du 12 janvier 1989 est étranger à la question. L'article 62 | wet van 12 januari 1989 niets met de kwestie te maken heeft. Artikel |
| de la loi spéciale sur la Cour d'arbitrage, pour sa part, ne formule | 62 van de bijzondere wet op het Arbitragehof stelt geen bijzondere eis |
| pas d'exigence particulière à l'égard du Gouvernement de la Région de | aan de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en verwijst naar de |
| Bruxelles-Capitale et fait référence à la langue administrative du | bestuurstaal van de Regering. Voor de Brusselse Hoofdstedelijke |
| Gouvernement. Pour le Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, | Regering moet die taal dezelfde zijn als de taal die de Ministerraad |
| cette langue doit être la même que celle qui est imposée au Conseil | moet gebruiken. Er moet rekening worden gehouden met artikel 17, § 1, |
| des ministres. Il faut prendre en compte l'article 17, § 1er, des lois | van de gecoördineerde wetten op het gebruik van de talen in |
| coordonnées sur l'emploi des langues en matière administrative. Cette | bestuurszaken. Die bepaling schrijft de taal voor die de |
| disposition prescrit la langue que doivent employer les services | administratieve diensten moeten gebruiken naargelang hun activiteit |
| administratifs selon que leur activité est, soit localisée ou | hetzij in een of meer andere taalgebieden gelokaliseerd of |
| localisable sur le territoire d'une ou de plusieurs autres régions, | lokaliseerbaar is, hetzij niet gelokaliseerd of niet lokaliseerbaar |
| soit ni localisée ni localisable. Elle n'envisage pas l'hypothèse dans | is. Zij beoogt niet het geval waarbij een tweetalige entiteit zich tot |
| laquelle une entité bilingue s'adresse à une autre entité bilingue. Il | een andere tweetalige entiteit richt. Er moet dus worden verwezen naar |
| faut donc se référer au principe contenu dans l'article 30 de la | het beginsel vervat in artikel 30 van de Grondwet. Indien de keuze van |
| Constitution. Si le choix de la langue n'est pas expressément | de taal niet uitdrukkelijk wordt geregeld door een bepaalde wet, heeft |
| réglementé par une loi particulière, le principe de la liberté | het principe van vrijheid de bovenhand. Die oplossing ligt in het |
| prévaut. Cette solution s'inscrit dans l'esprit de la législation | verlengde van de wetgeving op het gebruik van de talen in |
| relative à l'emploi des langues en matière administrative ou | bestuurszaken of gerechtszaken. Wanneer een tweetalige dienst zich tot |
| judiciaire. Lorsqu'un service bilingue s'adresse à une autre autorité | een andere tweetalige overheid richt, is het bijgevolg logisch dat de |
| bilingue, il est dès lors logique que le choix de la langue employée | keuze van de taal vrij is. Het zou trouwens verwonderlijk zijn dat de |
| soit demeuré libre. Il serait d'ailleurs surprenant que cette thèse | Ministerraad die stelling betwist, aangezien hij bij het Hof enkel een |
| soit contestée par le Conseil des ministres dans la mesure où, étant | eentalige memorie heeft ingediend, terwijl ook hij onderworpen is aan |
| également soumis à l'article 17, § 1er, pour les actes de procédure qu'il dépose, il n'a néanmoins adressé à la Cour qu'un mémoire rédigé dans une seule langue. A.5.2. Le requérant estime ensuite que l'exception d'irrecevabilité quant à l'objet du recours en annulation doit être rejetée. Il invoque une jurisprudence constante de la Cour selon laquelle il importe peu que la norme entreprise se borne à reproduire une disposition antérieure : par le vote de cette disposition, le législateur s'en approprie le contenu ou manifeste sa volonté de légiférer à nouveau en la matière. L'arrêt n° 43/96 est plus particulièrement invoqué à l'appui de cette thèse. De plus, en l'espèce, la disposition | artikel 17, § 1, voor de procedurestukken die hij indient. A.5.2. De verzoekende partij is vervolgens van mening dat de exceptie van niet-ontvankelijkheid met betrekking tot het onderwerp van het beroep tot vernietiging, moet worden verworpen. Zij voert een vaste rechtspraak van het Hof aan volgens welke het van weinig belang is dat de bestreden norm een vroegere bepaling gewoon overneemt : door die bepaling goed te keuren, eigent de wetgever zich de inhoud ervan toe of geeft hij zijn wil te kennen om ter zake opnieuw wetgevend op te treden. Meer in het bijzonder wordt het arrest nr. 43/96 ter ondersteuning van die stelling aangevoerd. Te dezen is het kader |
| litigieuse s'inscrit dans un cadre différent de celui des lois | waarin de bestreden bepaling thuishoort bovendien verschillend van dat |
| coordonnées du 28 mai 1979. En effet, la loi-programme du 10 février | van de gecoördineerde wetten van 28 mei 1979. De programmawet van 10 |
| 1998 a sensiblement augmenté les compétences des chambres des métiers | februari 1998 heeft de bevoegdheden van de kamers van ambachten en |
| et négoces, ce qui renforce la discrimination encourue par la Région | neringen immers aanzienlijk uitgebreid, wat de discriminatie ten |
| aanzien van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest versterkt. | |
| de Bruxelles-Capitale. | A.5.3. Wat de discriminatie ten aanzien van het Brusselse |
| A.5.3. Quant à la discrimination à l'égard de la Région de | Hoofdstedelijke Gewest betreft, is de verzoekende partij van mening |
| Bruxelles-Capitale, le requérant estime que l'argumentation du Conseil | dat de argumentatie van de Ministerraad met betrekking tot de federale |
| des ministres quant au caractère fédéral de la matière ne peut être | aard van de aangelegenheid niet kan worden gevolgd, omdat het middel |
| suivie parce que le moyen n'est pas pris de la violation des règles | niet is afgeleid uit de schending van de bevoegdheidverdelende regels |
| répartitrices de compétences mais de celle des articles 10 et 11 de la | maar uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. Het |
| Constitution. Le moyen reproche au législateur fédéral d'avoir exercé | middel verwijt de federale wetgever dat hij zijn bevoegdheid heeft |
| sa compétence en s'inscrivant dans une logique de proximité provinciale, sauf pour l'arrondissement de Bruxelles-Capitale. A.5.4. Quant à la discrimination à l'égard des P.M.E. établies sur le territoire de la Région de Bruxelles-Capitale, le requérant réplique au Conseil des ministres qu'un arrêté royal ne présente pas les mêmes garanties qu'une loi. Vu l'incompétence de la Cour pour connaître d'un tel arrêté, il serait peu logique qu'elle admette que la discrimination établie par une loi puisse être résorbée ou même partiellement corrigée par le contenu de l'acte qui l'exécute. En outre, les mesures prévues par l'arrêté royal du 10 août 1998 ne sont pas de nature à faire cesser entièrement la différence de traitement subie par les P.M.E. bruxelloises. Le système des sections permettrait une spécialisation adéquate du travail des chambres; ces différentes sections travailleraient cependant avec le support d'un | uitgeoefend binnen een logica van provinciale nabijheid, behalve voor het arrondissement Brussel-Hoofdstad. A.5.4. Wat de discriminatie betreft ten aanzien van de K.M.O.'s die op het grondgebied van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zijn gevestigd, antwoordt de verzoekende partij de Ministerraad dat een koninklijk besluit niet dezelfde garanties biedt als een wet. Aangezien het Hof niet bevoegd is om van een dergelijk besluit kennis te nemen, zou het weinig logisch zijn dat het erkent dat de discriminatie die het gevolg is van een wet, kan worden opgevangen of zelfs gedeeltelijk gecorrigeerd door de inhoud van de akte waarbij die wet ten uitvoer wordt gelegd. Bovendien zijn de maatregelen van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 niet van die aard dat ze volledig een einde maken aan het verschil in behandeling ten aanzien van de Brusselse K.M.O.'s. Dankzij het systeem van de afdelingen zou een passende specialisatie van het werk van de kamers mogelijk zijn; die verschillende afdelingen |
| seul secrétariat, ce qui va entraver l'efficacité de leur travail et | zouden echter door een enkel secretariaat worden ondersteund, wat de |
| aboutira immanquablement à handicaper les P.M.E. bruxelloises dans | doeltreffendheid van hun werk in het gedrang zal brengen en |
| leurs démarches. En raison de la concentration particulièrement | onvermijdelijk ertoe zal leiden dat de Brusselse K.M.O.'s worden |
| importante de P.M.E. sur le territoire bruxellois, la section de la chambre du Brabant wallon compétente pour la Région de Bruxelles-Capitale sera amenée à traiter environ deux tiers des dossiers de cette chambre. Les sections des chambres du Brabant flamand et du Brabant wallon compétentes en région bruxelloise devront donc faire face à un accroissement exponentiel de leurs tâches avec des moyens réduits. La simple volonté, invoquée par le Conseil des ministres, de minimiser les coûts relatifs à la création d'une chambre spécifique pour la Région de Bruxelles-Capitale ne saurait constituer une justification raisonnable au préjudice subi par cette Région et par les P.M.E. établies sur son territoire. Réponse du président du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale A.6.1. Concernant la recevabilité du recours, le président du Conseil | benadeeld in de stappen die zij ondernemen. Wegens de bijzonder sterke concentratie van K.M.O.'s op het Brusselse grondgebied, zal de afdeling van de kamer van Waals-Brabant die bevoegd is voor het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest ongeveer twee derden van de dossiers van die kamer moeten behandelen. De afdelingen van de kamers van Vlaams-Brabant en van Waals-Brabant die voor het Brusselse Gewest bevoegd zijn, zullen dus met beperkte middelen het hoofd moeten bieden aan de exponentiële groei van hun opdrachten. De loutere wil, die de Ministerraad aanvoert, om de kosten die verbonden zijn met de oprichting van een specifieke kamer voor het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zo laag mogelijk te houden, kan geen redelijke verantwoording bieden ten aanzien van het nadeel dat dit Gewest en de K.M.O.'s die op het grondgebied ervan zijn gevestigd, hierdoor lijden. Antwoord van de voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad A.6.1. Wat de ontvankelijkheid van het beroep betreft, antwoordt de |
| de la Région de Bruxelles-Capitale réplique au Conseil des ministres | voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad de Ministerraad dat |
| que la disposition attaquée reprend la substance de l'article 1er des | de bestreden bepaling artikel 1 van de gecoördineerde wetten van 1979 |
| lois coordonnées de 1979, la confirme et la précise. Il invoque la | in hoofdzaak overneemt, het bevestigt en het verduidelijkt. Hij |
| jurisprudence de la Cour pour conclure à la recevabilité du recours. | beroept zich op de rechtspraak van het Hof om tot de ontvankelijkheid |
| van het beroep te besluiten. | |
| A.6.2. Quant au moyen, le requérant reconnaît que la disposition | A.6.2. Wat het middel betreft, erkent de verzoeker dat de bestreden |
| attaquée ne concerne pas des compétences provinciales. Il n'en demeure | bepaling geen betrekking heeft op provinciale bevoegdheden. Dit neemt |
| echter niet weg dat de federale wetgever zich moet houden aan de | |
| pas moins que les dispositions invoquées dans le moyen, en combinaison | bepalingen die in het middel worden aangevoerd, in samenhang met de |
| avec les articles 10 et 11 de la Constitution, s'imposent au | artikelen 10 en 11 van de Grondwet, ongeacht de aangelegenheid waarin |
| législateur fédéral, quelle que soit la matière dans laquelle il exerce ses compétences : il ne saurait prévoir des dispositions portant atteinte aux compétences et limites territoriales de la Région de Bruxelles-Capitale et il doit reconnaître et respecter cette dernière au même titre que les autres régions du pays. Le législateur fédéral ne saurait, sans justification objective et raisonnable, reconnaître certains droits ou imposer certaines obligations à un groupe ou aux habitants d'un groupe configuré de manière identique par rapport à la Région de Bruxelles-Capitale, sans reconnaître ou imposer à cette dernière ou à ses habitants ces mêmes droits ou obligations. | hij zijn bevoegdheden uitoefent : hij kan niet in bepalingen voorzien die afbreuk doen aan de bevoegdheden en territoriale grenzen van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en hij moet dat Gewest, net zoals de andere gewesten van het land, erkennen en respecteren. Zonder objectieve en redelijke verantwoording kan de federale wetgever niet bepaalde rechten toekennen of bepaalde verplichtingen opleggen aan een entiteit of aan de inwoners van een entiteit die op dezelfde manier is samengesteld als het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest, zonder aan dit laatste Gewest of aan de inwoners ervan dezelfde rechten toe te kennen of dezelfde verplichtingen op te leggen. Het verschil in behandeling dat te dezen wordt aangevoerd, is het |
| La différence de traitement alléguée en l'espèce résulte du fait que | gevolg van het feit dat het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en de |
| la Région de Bruxelles-Capitale et les Bruxellois visés par la | Brusselaars, die de bestreden programmawet beoogt, als politieke |
| loi-programme attaquée ne peuvent bénéficier d'une chambre des métiers | gemeenschap het voordeel van een eigen kamer van ambachten en neringen |
| et négoces propre à leur collectivité politique, tandis que les | niet kunnen genieten, terwijl de provincies Vlaams-Brabant en |
| provinces du Brabant flamand et du Brabant wallon situées en Région | Waals-Brabant, die gelegen zijn in het Vlaamse en Waalse Gewest, en de |
| flamande et en Région wallonne et les Brabançons flamands et wallons | Vlaamse en Waalse Brabanders, op wie dezelfde programmawet betrekking |
| visés par la même loi-programme bénéficient d'une chambre des métiers et négoces propre à leur région et province. Concernant l'arrêté royal du 10 août 1998, le requérant conclut d'une comparaison de l'arrêté et de la loi-programme que les compétences accessoires et d'exécution attribuées aux bureaux et aux sections des chambres des métiers et négoces ne se confondent point avec celles qui sont exercées par les chambres des métiers et négoces. De simples sections compétentes sur le territoire de la région bilingue de Bruxelles-Capitale ne sauraient remplacer une chambre des métiers et négoces propre à cette région. D'autre part, les deux sections compétentes sur le territoire bilingue de la Région de Bruxelles-Capitale n'étant point composées des mêmes personnes et leurs services étant différents selon la province et la région auxquelles elles sont rattachées, les dossiers présentés par les Bruxellois seront traités de manière différente selon qu'ils | heeft, voor hun gewest en provincie over een eigen kamer van ambachten en neringen beschikken. Wat het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 betreft, concludeert de verzoeker uit een vergelijking van het besluit met de programmawet, dat de bijkomende bevoegdheden en de uitvoeringsbevoegdheden van de bureaus en afdelingen van de kamers van ambachten en neringen helemaal niet samenvallen met die van de kamers van ambachten en neringen. Gewone afdelingen die bevoegd zijn in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad kunnen een eigen kamer van ambachten en neringen niet vervangen. Anderzijds, aangezien de twee afdelingen die bevoegd zijn op het tweetalige grondgebied van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest niet uit dezelfde personen bestaan en de diensten ervan verschillen naargelang van de provincie en het gewest waaraan ze zijn verbonden, zullen de dossiers die door de Brusselaars worden ingediend op verschillende wijze worden behandeld naargelang zij zich richten tot |
| s'adressent à la section de la chambre des métiers et négoces de la province du Brabant wallon ou à celle de la province du Brabant flamand. Enfin, un simple arrêté d'exécution ne saurait remédier à la discrimination contenue dans une loi. Le Conseil des ministres n'a pas justifié objectivement et raisonnablement la différence de traitement dénoncée par les requérants. Le fait que Bruxelles soit soustrait à la division en provinces ne peut justifier celle-ci. Il en est d'autant plus ainsi que la Région de Bruxelles-Capitale présente des spécificités par rapport aux provinces du Brabant wallon et du Brabant flamand et que les indépendants qui y résident ont intérêt à ce qu'il soit tenu compte du contexte économique et social dans lequel ils auraient à exercer leurs activités et où leurs stages devraient être organisés et contrôlés. La justification financière invoquée par le Conseil des ministres n'est pas suffisante. Elle ne semble d'ailleurs pas avoir été prise en compte lors de l'adoption de l'arrêté royal du 10 août 1998 qui risque d'entraîner un coût équivalent si pas supérieur à celui de la création d'une chambre des métiers et négoces propre à la Région de Bruxelles-Capitale. En toute hypothèse, le Conseil des ministres n'apporte pas la preuve que cette création aurait coûté plus cher que la division en quatre sections spécialisées. Le Conseil des ministres ne cite enfin aucun chiffre pour justifier le choix du législateur. En conclusion, non seulement le critère du coût du service, c'est-à-dire la charge financière du fonctionnement d'une chambre par rapport au nombre des dossiers traités, n'a pas été pris en considération par le législateur mais encore le respect du principe constitutionnel d'égalité et de non-discrimination eût imposé de le prendre en compte au regard du service à rendre. Enfin, les facilités offertes pour l'introduction de la demande ne | de afdeling van de kamer van ambachten en neringen van de provincie Waals-Brabant of tot die van de provincie Vlaams-Brabant. Ten slotte kan een gewoon uitvoeringsbesluit de discriminatie die vervat is in een wet, niet verhelpen. De Ministerraad heeft het verschil in behandeling dat door de verzoekende partijen wordt aangeklaagd, niet objectief en redelijk verantwoord. Het feit dat Brussel aan de indeling in provincies is onttrokken, kan dat verschil in behandeling niet verantwoorden. Bovendien vertoont het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest specifieke kenmerken ten opzichte van de provincies Waals-Brabant en Vlaams-Brabant en hebben de zelfstandigen die er zijn gevestigd, er belang bij dat rekening wordt gehouden met de economische en sociale context waarin zij hun activiteiten zouden moeten uitoefenen en waar hun stages zouden moeten worden ingericht en gecontroleerd. De financiële verantwoording die door de Ministerraad wordt aangevoerd, is niet voldoende. Het lijkt er trouwens op dat met die financiële verantwoording geen rekening is gehouden bij de goedkeuring van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998, dat dezelfde, zo niet hogere kosten dreigt te veroorzaken dan de kosten die verbonden zijn met de oprichting van een eigen kamer van ambachten en neringen voor het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest. Hoe dan ook, de Ministerraad levert niet het bewijs dat die oprichting duurder zou zijn geweest dan de splitsing in vier gespecialiseerde afdelingen. De Ministerraad verschaft tenslotte geen cijfermateriaal om de keuze van de wetgever te verantwoorden. Kortom, de wetgever heeft het criterium van de kostprijs van de dienst, namelijk de financiële last van de werking van een kamer ten opzichte van het aantal behandelde dossiers, niet in aanmerking genomen terwijl hij dit, wat de te verlenen dienst betreft, had moeten doen krachtens het grondwettelijke beginsel van gelijkheid en niet-discriminatie. Ten slotte verandert er niets, ondanks de faciliteiten die voor de |
| changent rien au fait que la Région de Bruxelles-Capitale et ses | indiening van de aanvraag worden geboden, aan het feit dat het |
| habitants ne jouissent pas d'une chambre des métiers et négoces propre | Brusselse Hoofdstedelijke Gewest en zijn inwoners als gemeenschap niet |
| à leur collectivité, susceptible de traiter leurs demandes et leurs | het voordeel van een eigen kamer van ambachten en neringen genieten, |
| intérêts en fonction de leurs particularités régionales. | die in staat is om hun aanvragen en belangen op grond van de |
| specifieke gewestelijke kenmerken te behandelen. | |
| B | B |
| Quant à la recevabilité du recours en annulation du Gouvernement de la | Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het beroep tot vernietiging |
| Région de Bruxelles-Capitale | van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
| B.1.1. Le Conseil des ministres considère que le recours du | |
| Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale (affaire portant le | B.1.1. De Ministerraad is van oordeel dat het beroep van de Brusselse |
| numéro 1400 du rôle) doit être déclaré irrecevable parce que la | Hoofdstedelijke Regering (zaak met rolnummer 1400) onontvankelijk moet |
| requête n'a pas été introduite en néerlandais et en français, comme le | worden verklaard omdat het verzoekschrift niet in het Nederlands en |
| prescriraient l'article 62, alinéa 2, 2°, de la loi spéciale du 6 | het Frans werd ingediend, zoals voorgeschreven bij artikel 62, tweede |
| janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage et l'article 39, alinéa 1er, de | lid, 2°, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof |
| la loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions | en artikel 39, eerste lid, van de bijzondere wet van 12 januari 1989 |
| bruxelloises. | met betrekking tot de Brusselse instellingen. |
| B.1.2. En vertu de l'article 62, alinéa 2, 2°, de la loi spéciale du 6 | B.1.2. Krachtens artikel 62, tweede lid, 2°, van de bijzondere wet van |
| janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, les gouvernements utilisent | 6 januari 1989 op het Arbitragehof gebruiken de regeringen voor het |
| devant la Cour, dans leurs actes et déclarations, « leur langue administrative ». | Hof in hun akten en verklaringen « hun bestuurstaal ». |
| B.1.3. L'article 39, alinéa 1er, de la loi spéciale du 12 janvier 1989 | B.1.3. Artikel 39, eerste lid, van de bijzondere wet van 12 januari |
| relative aux institutions bruxelloises dispose que les arrêtés du | 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen bepaalt dat de |
| Gouvernement sont rédigés et publiés au Moniteur belge, texte français | besluiten van de Regering worden opgesteld in het Nederlands en in het |
| et texte néerlandais, l'un en regard de l'autre. | Frans en bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad, de Nederlandse en |
| Franse tekst tegenover elkander. | |
| Cet article concerne les arrêtés du Gouvernement et ne s'applique pas | Dat artikel is van toepassing op de besluiten van de Regering en niet |
| aux actes de procédure devant la Cour. | op de procedurestukken voor het Hof. |
| B.1.4. Il peut être déduit du singulier utilisé à l'article 62, alinéa | B.1.4. Uit het in het voormelde artikel 62, tweede lid, 2°, gebruikte |
| 2, 2°, précité, que, devant la Cour, le Gouvernement de la Région de | enkelvoud kan worden afgeleid dat, voor het Hof, het de Brusselse |
| Bruxelles-Capitale puisse n'utiliser qu'une seule langue, ainsi qu'il | Hoofdstedelijke Regering toegestaan is slechts één taal te gebruiken, |
| est expressément prévu par le 1° du même article en ce qui concerne le | zoals, wat betreft de Ministerraad, in het 1° van hetzelfde artikel |
| Conseil des ministres, la détermination de la langue devant se faire, | uitdrukkelijk is bepaald, en dat de vaststelling van de taal, zoals |
| comme pour celui-ci, « selon les règles fixées à l'article 17, § 1er, | voor laatstgenoemde, dient te gebeuren, « naar gelang van de regels |
| des lois sur l'emploi des langues en matière administrative | bepaald in artikel 17, § 1, van de wetten op het gebruik der talen in |
| coordonnées le 18 juillet 1966 ». | bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966 ». |
| B.1.5. En l'espèce, le recours a pour objet une loi dont le champ | B.1.5. Te dezen is het beroep gericht tegen een wet waarvan het |
| d'application n'est ni localisé ni localisable. L'affaire ne peut | toepassingsgebied niet gelokaliseerd of niet lokaliseerbaar is. De |
| relever d'une des catégories visées à l'article 17, § 1er, littera b), | zaak kan in geen van de categorieën bedoeld in artikel 17, § 1, |
| des lois sur l'emploi des langues en matière administrative. | littera b), van de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken |
| worden ondergebracht. | |
| L'article 62 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour | Artikel 62 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
| d'arbitrage n'impose pas au Gouvernement de la Région de | Arbitragehof legt aan de Brusselse Hoofdstedelijke Regering niet de |
| Bruxelles-Capitale l'obligation d'utiliser simultanément le français | verplichting op zowel het Nederlands als het Frans te gebruiken om |
| et le néerlandais pour introduire un recours contre la loi fédérale | tegen de bestreden federale wet beroep in te stellen. |
| attaquée. B.1.6. L'exception d'irrecevabilité est dès lors rejetée. | B.1.6. De exceptie van niet-ontvankelijkheid wordt bijgevolg verworpen. |
| Quant à l'objet des recours en annulation et à leur recevabilité | Ten aanzien van het onderwerp van de beroepen tot vernietiging en de |
| ratione temporis | ontvankelijkheid ratione temporis ervan |
| B.2.1. Le Conseil des ministres estime que le recours du Gouvernement | B.2.1. De Ministerraad is de mening toegedaan dat het beroep van de |
| de la Région de Bruxelles-Capitale n'est pas recevable en tant qu'il | Brusselse Hoofdstedelijke Regering niet ontvankelijk is voor zover het |
| est dirigé contre les paragraphes 2, 3 et 4 de l'article 12 de la loi | gericht is tegen de paragrafen 2, 3 en 4 van artikel 12 van de |
| entreprise parce que le moyen invoqué ne vise que le premier | bestreden wet, omdat het aangevoerde middel alleen betrekking heeft op |
| paragraphe de l'article 12 de cette loi. | de eerste paragraaf van artikel 12 van die wet. |
| B.2.2. Etant donné que les griefs formulés par les parties requérantes | B.2.2. Aangezien de grieven van de verzoekende partijen enkel tegen |
| concernent exclusivement l'article 12, § 1er, de la loi entreprise, la | artikel 12, § 1, van de bestreden wet zijn gericht, beoordeelt het Hof |
| Cour examine uniquement cette disposition. | alleen die bepaling. |
| B.3.1. Le Conseil des ministres estime aussi que les deux recours sont | B.3.1. De Ministerraad oordeelt ook dat de twee beroepen |
| irrecevables en tant qu'ils visent le premier paragraphe de cet | onontvankelijk zijn voor zover zij betrekking hebben op de eerste |
| article 12 parce que la répartition des ressorts des différentes | paragraaf van dat artikel 12, omdat de verdeling van de ambtsgebieden |
| chambres des métiers et négoces n'est pas réglée par cette disposition | van de verschillende kamers van ambachten en neringen niet door die |
| mais par l'article 1er des lois coordonnées de 1979, modifiées par la | bepaling wordt geregeld maar door artikel 1 van de gecoördineerde |
| loi du 6 avril 1995. | wetten van 1979, gewijzigd bij de wet van 6 april 1995. |
| B.3.2. Les recours ont été introduits dans les six mois de la | B.3.2. De beroepen zijn ingesteld binnen zes maanden na de |
| publication des dispositions attaquées et sont dès lors recevables | bekendmaking van de bestreden bepalingen en zijn derhalve ontvankelijk |
| ratione temporis. | ratione temporis. |
| B.3.3. La question de savoir si les griefs formulés par les parties | B.3.3. De vraag of de grieven van de verzoekende partijen in |
| requérantes ne portent en réalité pas sur l'article 1er des lois | |
| relatives à l'organisation des classes moyennes coordonnées le 28 mai | werkelijkheid niet betrekking hebben op artikel 1 van de op 28 mei |
| 1979 est liée à la portée des dispositions attaquées et est traitée | 1979 gecoördineerde wetten betreffende de organisatie van de |
| middenstand, houdt verband met de draagwijdte van de aangevochten | |
| conjointement avec le fond. | bepalingen en wordt behandeld samen met de grond van de zaak. |
| Quant à l'intervention de la province du Brabant wallon | Ten aanzien van de tussenkomst van de provincie Waals-Brabant |
| B.4.1. Selon le Conseil des ministres, l'intervention de la province | B.4.1. Volgens de Ministerraad is de tussenkomst van de provincie |
| du Brabant wallon est irrecevable à défaut d'intérêt. | Waals-Brabant onontvankelijk bij gebrek aan belang. |
| B.4.2. L'article 87, § 2, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 autorise toute personne justifiant d'un intérêt à intervenir dans une procédure en annulation en adressant un mémoire à la Cour dans le délai prescrit. Elle est, de ce fait, réputée partie au litige. B.4.3. De manière générale, les personnes de droit public ne peuvent agir devant la Cour que dans le cadre des compétences qui leur ont été attribuées par la Constitution et par les lois, décrets et ordonnances. Les dispositions entreprises concernent la demande, auprès des chambres des métiers et négoces, d'une attestation relative aux conditions d'accès à la profession, matière qui relève de la compétence exclusive de l'Etat fédéral et qui ne peut être considérée comme étant d'intérêt provincial. L'intervention de la province du Brabant wallon est donc irrecevable. Quant au fond | B.4.2. Op grond van artikel 87, § 2, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 kan ieder die van een belang doet blijken, in een procedure tot vernietiging tussenkomen door binnen de voorgeschreven termijn een memorie aan het Hof te richten. Hij wordt daardoor geacht partij in het geding te zijn. B.4.3. In het algemeen kunnen publiekrechtelijke personen voor het Hof slechts optreden binnen het kader van de bevoegdheden die hun door de Grondwet en door de wetten, decreten en ordonnanties zijn toegewezen. De bestreden bepalingen hebben betrekking op het aanvragen, bij de kamers van ambachten en neringen, van een getuigschrift met betrekking tot de vestigingsvoorwaarden, een aangelegenheid die tot de uitsluitende bevoegdheid van de federale Staat behoort en die niet als zijnde van provinciaal belang kan worden beschouwd. De tussenkomst van de provincie Waals-Brabant is bijgevolg onontvankelijk. Ten gronde |
| B.5.1. Dans l'affaire portant le numéro 1400 du rôle, le moyen unique | B.5.1. In de zaak met rolnummer 1400 is het enige middel afgeleid uit |
| est pris de la violation des articles 3, 5 à 7, 10, 11 et 39 de la | de schending van de artikelen 3, 5 tot 7, 10, 11 en 39 van de |
| Constitution, de l'article 6 de la loi spéciale du 8 août 1980 de | Grondwet, van artikel 6 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot |
| réformes institutionnelles et de l'article 83quinquies de la loi | hervorming der instellingen en van artikel 83quinquies van de |
| spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions bruxelloises. | bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen. |
| Le requérant reproche aux dispositions entreprises leur caractère | De verzoeker verwijt de bestreden bepalingen discriminerend te zijn. |
| discriminatoire. Ce moyen doit donc se lire comme étant pris de la | Dat middel moet dus worden begrepen als zijnde afgeleid uit de |
| violation des articles 10 et 11 de la Constitution, éventuellement | schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, eventueel in |
| combinés avec les autres dispositions constitutionnelles et | samenhang met de andere aangevoerde grondwettelijke en wettelijke |
| législatives invoquées. | bepalingen. |
| Dans l'affaire portant le numéro 1401 du rôle, le moyen unique est | In de zaak met rolnummer 1401 is het enige middel afgeleid uit de |
| pris de la violation des articles 10 et 11 de la Constitution, | schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang |
| combinés avec les articles 3, 4 et 5 de la Constitution et avec | gelezen met de artikelen 3, 4 en 5 van de Grondwet en artikel |
| l'article 83quinquies de la loi spéciale du 12 janvier 1989. | 83quinquies van de bijzondere wet van 12 januari 1989. |
| B.5.2. L'article 12, § 1er, de la loi du 10 février 1998 dispose : | B.5.2. Artikel 12, § 1, van de wet van 10 februari 1998 bepaalt : |
| « L'attestation visée à l'article 9, § 1er est demandée soit au bureau | « Het getuigschrift bedoeld in artikel 9, § 1 wordt aangevraagd hetzij |
| de la Chambre des métiers et négoces de la province où l'activité professionnelle sera exercée pour la première fois, soit auprès d'un centre agréé d'accompagnement et de simplification administrative pour les PME établi dans cette province. Lorsque l'activité professionnelle est exercée pour la première fois dans la région bilingue de Bruxelles-Capitale, l'attestation est demandée soit au bureau de la Chambre des métiers et négoces de la province du Brabant wallon ou de la province du Brabant flamand, soit auprès d'un centre agréé d'accompagnement et de simplification administrative pour les PME établi dans cette région ou ces provinces. | bij het bureau van de Kamer van Ambachten en Neringen van de provincie waar de beroepswerkzaamheid voor het eerst zal worden uitgeoefend, hetzij bij een erkend centrum voor de begeleiding van en de administratieve vereenvoudiging voor de KMO's gevestigd in deze provincie. Wanneer de beroepswerkzaamheid voor het eerst zal worden uitgeoefend in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad, wordt het getuigschrift aangevraagd hetzij bij het bureau van de Kamer van ambachten en neringen van de provincie Vlaams-Brabant of Waals-Brabant, hetzij bij een erkend centrum voor de begeleiding van en de administratieve vereenvoudiging voor de KMO's gevestigd in dit gebied of deze provincies. |
| Jusqu'au jour de la première réunion des Chambres des métiers et | Tot de dag waarop de eerste vergadering van de Kamers van ambachten en |
| négoces aussi bien de la province du Brabant wallon que de la province | neringen zowel van de provincie Waals-Brabant als van de provincie |
| du Brabant flamand, le bureau de la Chambre des métiers et négoces de | Vlaams-Brabant heeft plaatsgevonden, blijft het bureau van de Kamer |
| la province de Brabant reste compétent pour les demandes d'attestation | van ambachten en neringen van de provincie Brabant bevoegd voor de |
| dans la province du Brabant wallon, dans la province du Brabant | vestigingsaanvragen in de provincie Vlaams-Brabant, in de provincie |
| flamand et dans la région bilingue de Bruxelles-Capitale. » | Waals-Brabant en in het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. » |
| B.5.3. Les requérants reprochent au législateur de ne pas avoir prévu | B.5.3. De verzoekers verwijten de wetgever dat niet is voorzien in een |
| de chambre des métiers et négoces dans la Région de | kamer van ambachten en neringen in het Brusselse Hoofdstedelijke |
| Bruxelles-Capitale. | Gewest. |
| B.5.4. Les dispositions attaquées ont pour seul objet de préciser où | B.5.4. De bestreden bepalingen hebben tot enig doel te preciseren waar |
| l'attestation visée à l'article 9, § 1er, de la loi est demandée. | het in artikel 9, § 1, van de wet bedoelde getuigschrift moet worden |
| Elles ne déterminent pas elles-mêmes le ressort des chambres des | aangevraagd. Zij bepalen zelf niet het ambtsgebied van de kamers van |
| métiers et négoces. | ambachten en neringen. |
| Le siège et le ressort des chambres des métiers et négoces sont fixés | Zowel de vestigingsplaats als het ambtsgebied van de kamers van |
| par l'article 1er, alinéa 1er, des lois relatives à l'organisation des | ambachten en neringen zijn bepaald in artikel 1, eerste lid, van de |
| classes moyennes, coordonnées le 28 mai 1979. Depuis l'entrée en | wetten betreffende de organisatie van de middenstand, gecoördineerd op |
| vigueur de la loi du 6 avril 1995, cette disposition est libellée | 28 mei 1979. Sinds de inwerkingtreding van de wet van 6 april 1995 |
| comme suit : « Il y a une Chambre des métiers et négoces dans chaque province. Son ressort s'étend au territoire de la province. Toutefois, le ressort des Chambres des métiers et négoces de la province du Brabant wallon et de la province du Brabant flamand comprend également la région bilingue de Bruxelles-Capitale. Chaque Chambre des métiers et négoces est dotée de la personnalité civile. » B.5.5. Les dispositions attaquées n'ont donc pas la portée normative que leur prêtent les parties requérantes. En ce qu'ils sont dirigés contre la loi du 10 février 1998, les moyens ne peuvent être admis. Par ces motifs, la Cour rejette les recours. Ainsi prononcé en langue française, en langue néerlandaise et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 14 octobre 1999. Le greffier, L. Potoms. Le président, | luidt die bepaling : « Er is een Kamer van ambachten en neringen in elke provincie. Het ambtsgebied ervan strekt zich uit over het grondgebied van de provincie. Het ambtsgebied van de Kamers van ambachten en neringen van de provincie Vlaams-Brabant en van de provincie Waals-Brabant omvat evenwel tevens het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad. Elke Kamer van ambachten en neringen heeft rechtspersoonlijkheid. » B.5.5. De aangevochten bepalingen hebben dus niet de normatieve draagwijdte die de verzoekende partijen eraan geven. In zoverre de middelen gericht zijn tegen de wet van 10 februari 1998, kunnen zij niet worden aangenomen. Om die redenen, het Hof verwerpt de beroepen. Aldus uitgesproken in het Frans, het Nederlands en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 14 oktober 1999. De griffier, L. Potoms. De voorzitter, |
| M. Melchior. | M. Melchior. |