← Retour vers "Arrêt n° 28/99 du 3 mars 1999 Numéro du rôle : 1290 En cause : le recours en annulation
de l'article 10, 2°, de la loi du 12 décembre 1997 « portant co(...)"
| Arrêt n° 28/99 du 3 mars 1999 Numéro du rôle : 1290 En cause : le recours en annulation de l'article 10, 2°, de la loi du 12 décembre 1997 « portant co(...) | Arrest nr. 28/99 van 3 maart 1999 Rolnummer 1290 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 10, 2°, van de wet van 12 december 1997 « tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 str Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de rechters P. (...) |
|---|---|
| COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
| Arrêt n° 28/99 du 3 mars 1999 | Arrest nr. 28/99 van 3 maart 1999 |
| Numéro du rôle : 1290 | Rolnummer 1290 |
| En cause : le recours en annulation de l'article 10, 2°, de la loi du | In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 10, 2°, van de wet |
| 12 décembre 1997 « portant confirmation des arrêtés royaux pris en | van 12 december 1997 « tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten |
| application de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les | genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot |
| realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan | |
| conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l'Union | de Europese Economische en Monetaire Unie, en van de wet van 26 juli |
| économique et monétaire européenne, et de la loi du 26 juillet 1996 | 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van |
| portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité | de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels », en van artikel |
| des régimes légaux des pensions » et de l'article 11 de l'arrêté royal | 11 van het door de voormelde bepaling bekrachtigde koninklijk besluit |
| du 24 juillet 1997, confirmé par cette disposition, « relatif à la | van 24 juli 1997 « betreffende het in disponibiliteit stellen van |
| mise en disponibilité de certains militaires du cadre actif des Forces | bepaalde militairen van het actief kader van de krijgsmacht, met |
| armées, en application de l'article 3, § 1er, 1°, de la loi du 26 | toepassing van artikel 3, § 1, 1°, van de wet van 26 juli 1996 |
| juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la | strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname |
| participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire | van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie », ingesteld |
| européenne », introduit par R. Van Hoof et l'a.s.b.l. Association des | door R. Van Hoof en de v.z.w. Vereniging van de Officieren uit de |
| officiers du service actif. | Actieve Dienst. |
| La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
| composée des présidents L. De Grève et M. Melchior, et des juges P. | samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de |
| Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, H. Coremans et A. Arts, assistée du | rechters P. Martens, J. Delruelle, E. Cerexhe, H. Coremans en A. Arts, |
| greffier L. Potoms, présidée par le président L. De Grève, | bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter L. De Grève, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet du recours | I. Onderwerp van het beroep |
| Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 6 | Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 6 februari |
| février 1998 et parvenue au greffe le 9 février 1998, R. Van Hoof, | 1998 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 9 |
| demeurant à 2811 Hombeek-Malines, Kapelseweg 144, et l'a.s.b.l. | februari 1998, hebben R. Van Hoof, wonende te 2811 Hombeek-Mechelen, |
| Association des officiers du service actif, dont le siège social est | Kapelseweg 144, en de v.z.w. Vereniging van de Officieren uit de |
| établi à 1030 Bruxelles, avenue Milcamps 77, ont introduit un recours | Actieve Dienst, met maatschappelijke zetel te 1030 Brussel, |
| Milcampslaan 77, beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 10, 2°, | |
| en annulation de l'article 10, 2°, de la loi du 12 décembre 1997 « | van de wet van 12 december 1997 « tot bekrachtiging van de koninklijke |
| portant confirmation des arrêtés royaux pris en application de la loi | |
| du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la | besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 |
| strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname | |
| participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire | van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, en van de |
| européenne, et de la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de | wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot |
| la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des | vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels » |
| pensions » (publiée au Moniteur belge du 18 décembre 1997), en tant | (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 18 december 1997), in |
| qu'il confirme l'article 11 de l'arrêté royal du 24 juillet 1997 « | zoverre het artikel 11 van het koninklijk besluit van 24 juli 1997 « |
| relatif à la mise en disponibilité de certains militaires du cadre | betreffende het in disponibiliteit stellen van bepaalde militairen van |
| actif des Forces armées, en application de l'article 3, § 1er, 1°, de | het actief kader van de krijgsmacht, met toepassing van artikel 3, § |
| la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires | 1, 1°, van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de |
| de la participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire | budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese |
| européenne ». | Economische en Monetaire Unie » bekrachtigt. |
| Par la même requête, les parties requérantes demandaient également la | Bij hetzelfde verzoekschrift vorderden de verzoekende partijen |
| suspension des mêmes dispositions. Par son arrêt n° 39/98 du 1er avril | eveneens de schorsing van dezelfde bepalingen. Bij arrest nr. 39/98 |
| 1998 (publié au Moniteur belge du 6 juin 1998), la Cour a rejeté la | van 1 april 1998 (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 6 juni |
| demande de suspension. | 1998) heeft het Hof de vordering tot schorsing verworpen. |
| II. La procédure | II. De rechtspleging |
| Par ordonnance du 9 février 1998, le président en exercice a désigné | Bij beschikking van 9 februari 1998 heeft de voorzitter in functie de |
| les juges du siège conformément aux articles 58 et 59 de la loi | rechters van de zetel aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en 59 |
| spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage. | van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. |
| Les juges-rapporteurs ont estimé n'y avoir lieu de faire application | De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was |
| des articles 71 ou 72 de la loi organique. | om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. |
| Le recours a été notifié conformément à l'article 76 de la loi | Van het beroep is kennisgegeven overeenkomstig artikel 76 van de |
| organique, par lettres recommandées à la poste le 26 février 1998. | organieke wet bij op 26 februari 1998 ter post aangetekende brieven. |
| L'avis prescrit par l'article 74 de la loi organique a été publié au | Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is |
| Moniteur belge du 10 mars 1998. | bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 10 maart 1998. |
| Le Conseil des ministres, rue de la Loi 16, 1000 Bruxelles, a | De Ministerraad, Wetstraat 16, 1000 Brussel, heeft een memorie |
| introduit un mémoire par lettre recommandée à la poste le 6 avril | ingediend bij op 6 april 1998 ter post aangetekende brief. |
| 1998. Ce mémoire a été notifié conformément à l'article 89 de la loi | Van die memorie is kennisgegeven overeenkomstig artikel 89 van de |
| organique, par lettre recommandée à la poste le 24 septembre 1998. | organieke wet bij op 24 september 1998 ter post aangetekende brief. |
| Le requérant R. Van Hoof s'est désisté de son recours par lettre recommandée à la poste le 18 avril 1998. | Verzoeker R. Van Hoof heeft afstand gedaan van zijn beroep bij op 18 april 1998 ter post aangetekende brief. |
| L'a.s.b.l. Association des officiers du service actif a introduit un | De v.z.w. Vereniging van de Officieren uit de Actieve Dienst heeft een |
| mémoire en réponse par lettre recommandée à la poste le 8 octobre | memorie van antwoord ingediend bij op 8 oktober 1998 ter post |
| 1998. | aangetekende brief. |
| Par ordonnances du 30 juin 1998 et du 27 janvier 1999, la Cour a | Bij beschikkingen van 30 juni 1998 en 27 januari 1999 heeft het Hof de |
| termijn waarbinnen het arrest moet worden gewezen, verlengd tot | |
| prorogé respectivement jusqu'aux 6 février 1999 et 6 août 1999 le | respectievelijk 6 februari 1999 en 6 augustus 1999. |
| délai dans lequel l'arrêt doit être rendu. | |
| Par ordonnance du 13 janvier 1999, la Cour a déclaré l'affaire en état | Bij beschikking van 13 januari 1999 heeft het Hof de zaak in |
| et fixé l'audience au 10 février 1999, uniquement en ce qui concerne | gereedheid verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 10 |
| le désistement de la première partie requérante et la recevabilité du | februari 1999, enkel wat betreft de afstand van geding van de eerste |
| recours en annulation de la deuxième partie requérante. | verzoekende partij en de ontvankelijkheid van het beroep tot |
| vernietiging ingesteld door de tweede verzoekende partij. | |
| Cette ordonnance a été notifiée aux parties ainsi qu'à leurs avocats, | Van die beschikking is kennisgegeven aan de partijen en hun advocaten |
| par lettres recommandées à la poste le 14 janvier 1999. | bij op 14 januari 1999 ter post aangetekende brieven. |
| A l'audience publique du 10 février 1999 : | Op de openbare terechtzitting van 10 februari 1999 : |
| - ont comparu : | - zijn verschenen : |
| . Me S. Huart, avocat au barreau de Bruxelles, pour la partie | . Mr. S. Huart, advocaat bij de balie te Brussel, voor de verzoekende |
| requérante a.s.b.l. Association des officiers du service actif; | partij v.z.w. Vereniging van de Officieren uit de Actieve Dienst; |
| . le major R. Gerits, pour le Conseil des ministres; | . Majoor R. Gerits, voor de Ministerraad; |
| - les juges-rapporteurs A. Arts et J. Delruelle ont fait rapport; | - hebben de rechters-verslaggevers A. Arts en J. Delruelle verslag |
| - les parties précitées ont été entendues; | uitgebracht; - zijn de voornoemde partijen gehoord; |
| - l'affaire a été mise en délibéré. | - is de zaak in beraad genomen. |
| La procédure s'est déroulée conformément aux articles 62 et suivants | De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende |
| de la loi organique, relatifs à l'emploi des langues devant la Cour. | van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de talen voor het Hof. |
| III. En droit | III. In rechte |
| - A - | - A - |
| Quant au désistement de R. Van Hoof | Ten aanzien van de afstand van geding door R. Van Hoof |
| A.1. Par lettre du 16 avril 1998, c'est-à-dire postérieurement au | A.1. Bij een schrijven van 16 april 1998, dit is na de afwijzing van |
| rejet de la demande de suspension par l'arrêt n° 39/98 du 1er avril | de vordering tot schorsing bij arrest nr. 39/98 van 1 april 1998, |
| 1998, R. Van Hoof a demandé le désistement. | vraagt R. Van Hoof de afstand van geding. |
| Quant à la recevabilité du recours introduit par l'a.s.b.l. | Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het beroep ingesteld door de |
| Association des officiers du service actif | v.z.w. Vereniging van de Officieren uit de Actieve Dienst |
| A.2. L'a.s.b.l. Association des officiers du service actif (ci-après | A.2. De v.z.w. Vereniging van de Officieren uit de Actieve Dienst |
| A.O.S.A.) déclare défendre les intérêts des officiers, conformément à | (V.O.A.D.) verklaart de belangen van de officieren te behartigen, |
| l'article 3 de ses statuts. | overeenkomstig artikel 3 van haar statuten. |
| Le conseil d'administration de l'association a décidé le 5 septembre | De raad van bestuur van de vereniging besliste op 5 september 1997 om |
| 1997 d'introduire auprès du Conseil d'Etat un recours en annulation et | bij de Raad van State een beroep tot vernietiging en een vordering tot |
| une demande de suspension de l'arrêté royal du 24 juillet 1997. Selon | schorsing in te stellen tegen het koninklijk besluit van 24 juli 1997. |
| la partie requérante, cette décision suffit pour requérir à présent | Volgens de verzoekende partij volstaat die beslissing om thans ook de |
| aussi l'annulation auprès de la Cour. | vernietiging te vorderen bij het Hof. |
| A.3. Le Conseil des ministres déclare s'en remettre à la sagesse de la | A.3. De Ministerraad verklaart zich naar de wijsheid van het Hof te |
| Cour concernant la question de savoir si la décision précitée | schikken wat betreft de vraag of die beslissing volstond om ook het |
| suffisait pour saisir également la Cour. Le Conseil des ministres fait | |
| observer que l'arrêté attaqué devant le Conseil d'Etat a reçu force de | Hof te adiëren. De Ministerraad doet opmerken dat het voor de Raad van |
| loi dans l'intervalle et que l'association sans but lucratif aurait | State bestreden besluit inmiddels kracht van wet heeft verkregen en |
| explicitement dû exprimer sa volonté d'attaquer devant la Cour les | dat de vereniging zonder winstoogmerk expliciet de wil had moeten |
| dispositions ayant force de loi. | uitdrukken om de wetskrachtige bepalingen voor het Hof te bestrijden. |
| S'il était admis que la décision de saisir le Conseil d'Etat vaut | Indien zou worden aangenomen dat de beslissing tot het adiëren van de |
| également pour la présente procédure, cela soulèverait alors, selon le | Raad van State ook zou gelden voor het huidige geding, rijst volgens |
| Conseil des ministres, la question de savoir si cette décision a été | de Ministerraad bijkomend de vraag of die beslissing werd genomen met |
| prise conformément aux statuts de l'association, en particulier en ce | inachtneming van de eigen statuten, inzonderheid wat betreft de |
| qui concerne la présence de la moitié au moins des administrateurs et | aanwezigheid van minstens de helft van de bestuurders en wat betreft |
| en ce qui concerne les procès-verbaux et la signature des pièces | de notulen en het ondertekenen van de stukken met betrekking tot de |
| relatives à la délibération. Il en va de même pour la décision | beraadslaging. Hetzelfde geldt voor de bevestigende beslissing waarvan |
| confirmative mentionnée par la partie requérante. | de verzoekende partij gewag maakt. |
| A.4. L'a.s.b.l. A.O.S.A. répète que, sur la base de la décision du | A.4. De v.z.w. V.O.A.D. herhaalt dat op grond van de beslissing van de |
| conseil d'administration du 5 septembre 1997 d'introduire un recours | raad van bestuur van 5 september 1997 tot het instellen van een beroep |
| en annulation et une demande de suspension devant le Conseil d'Etat, | tot vernietiging en een vordering tot schorsing bij de Raad van State |
| un mandat valable en droit a été donné pour introduire les mêmes | een rechtsgeldig mandaat is verleend voor het instellen van dezelfde |
| actions devant la Cour. | vorderingen bij het Hof. |
| La partie requérante fait observer que cette décision a été confirmée | De verzoekende partij doet opmerken dat die beslissing in de |
| au cours des réunions du 13 février 1998 et qu'il a été acté au | vergaderingen van 13 februari 1998 werd bevestigd en dat in het |
| procès-verbal de la réunion du 22 décembre 1997 que le Syndicat | proces-verbaal van de vergadering van 22 december 1997 is genotuleerd |
| national des militaires (S.N.M.), transformé dans l'intervalle en | dat het Nationaal Syndicaat der Militairen (N.S.M.), intussen |
| A.O.S.A., était confronté à l'importante tâche de saisir la Cour de | omgevormd tot V.O.A.D., voor de omvangrijke taak stond om alle bij de |
| tous les recours introduits devant le Conseil d'Etat. | Raad van State aangevoerde bezwaren aanhangig te maken bij het Hof. |
| - B - | - B - |
| Quant au désistement de R. Van Hoof | Ten aanzien van de afstand van geding door R. Van Hoof |
| B.1. Par lettre du 16 avril 1998, R. Van Hoof demande le désistement | B.1. Bij brief van 16 april 1998 vraagt R. Van Hoof de afstand van |
| de son recours en annulation, postérieurement au rejet par la Cour de la demande de suspension, par l'arrêt n° 39/98 du 1er avril 1998. A l'audience, le Conseil des ministres a déclaré qu'il ne s'opposait pas au désistement. Rien ne s'oppose en l'espèce à ce que la Cour décrète le désistement. Quant à la recevabilité du recours introduit par l'a.s.b.l. Association des officiers du service actif B.2. En vertu de l'article 7, alinéa 3, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, les personnes morales qui introduisent un recours en annulation doivent produire, à la première demande, la preuve de la décision d'intenter ce recours. Cette décision doit, sous peine d'irrecevabilité, avoir été prise dans le délai d'introduction du recours, même si cette preuve peut être apportée jusqu'au moment de la clôture des débats. La décision de la partie requérante de saisir le Conseil d'Etat d'une affaire ne peut constituer une preuve de la décision d'introduire un recours devant la Cour. Il ne saurait être remédié à cette lacune par le renvoi à une décision « confirmative », prise après que le greffier eut invité la partie requérante à produire la décision requise et qui étend le mandat du conseil de l'association « en vue d'attaquer les mesures de dégagement devant la Cour d'arbitrage », alors qu'il ne ressort d'aucune pièce antérieure qu'il ait valablement été décidé d'introduire devant la Cour un recours contre les dispositions ayant force de loi qui sont présentement attaquées. Par ces motifs, la Cour - décrète le désistement du recours de la première partie requérante; - rejette le recours pour le surplus. Ainsi prononcé en langue néerlandaise, en langue française et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 3 mars 1999. Le greffier, L. Potoms. Le président, | zijn beroep tot vernietiging, nadat het Hof de vordering tot schorsing bij arrest nr. 39/98 van 1 april 1998 heeft afgewezen. Ter terechtzitting heeft de Ministerraad verklaard zich niet tegen de afstand te verzetten. Niets belet te dezen dat het Hof de afstand toewijst. Ten aanzien van de ontvankelijkheid van het beroep ingesteld door de v.z.w. Vereniging van de Officieren uit de Actieve Dienst B.2. Krachtens artikel 7, derde lid, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof dienen rechtspersonen die een beroep tot vernietiging instellen op eerste verzoek het bewijs voor te leggen van de beslissing om dat beroep in te stellen. Die beslissing dient op straffe van niet-ontvankelijkheid genomen te zijn binnen de termijn waarbinnen het beroep kan worden ingesteld, al kan het bewijs ervan tot aan het sluiten van de debatten worden gegeven. De beslissing van de verzoekende partij om een zaak in te leiden bij de Raad van State kan niet gelden als bewijs van een beslissing tot het instellen van een beroep bij het Hof. Dat euvel wordt niet verholpen door de verwijzing naar een « bevestigende » beslissing, genomen nadat de griffier de verzoekende partij had uitgenodigd de voorgeschreven beslissing voor te leggen en waarbij het mandaat van de raadsman van de vereniging wordt uitgebreid « voor het betwisten van de afvloeiingsmaatregelen voor het Arbitragehof », terwijl uit geen enkel voorafgaand stuk blijkt dat rechtsgeldig werd beslist om voor het Hof een beroep in te stellen tegen de thans aangevochten wetskrachtige bepalingen. Om die redenen, het Hof - wijst de afstand van het beroep van de eerste verzoekende partij toe; - verwerpt het beroep voor het overige. Aldus uitgesproken in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 3 maart 1999. De griffier, L. Potoms. De voorzitter, |
| L. De Grève. | L. De Grève. |