← Retour vers "Arrêt n° 14/99 du 10 février 1999 Numéro du rôle : 1253 En cause : le recours en
annulation de l'article 17, 2°, de la loi du 13 juin 1997 « portant confir(...)"
| Arrêt n° 14/99 du 10 février 1999 Numéro du rôle : 1253 En cause : le recours en annulation de l'article 17, 2°, de la loi du 13 juin 1997 « portant confir(...) | Arrest nr. 14/99 van 10 februari 1999 Rolnummer 1253 In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 17, 2°, van de wet van 13 juni 1997 « tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 str Het Arbitragehof, samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de rechters L. (...) |
|---|---|
| COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
| Arrêt n° 14/99 du 10 février 1999 | Arrest nr. 14/99 van 10 februari 1999 |
| Numéro du rôle : 1253 | Rolnummer 1253 |
| En cause : le recours en annulation de l'article 17, 2°, de la loi du | In zake : het beroep tot vernietiging van artikel 17, 2°, van de wet |
| 13 juin 1997 « portant confirmation des arrêtés royaux pris en | van 13 juni 1997 « tot bekrachtiging van de koninklijke besluiten |
| application de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les | genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot |
| conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l'Union | realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan |
| économique et monétaire européenne, et [de] la loi du 26 juillet 1996 | de Europese Economische en Monetaire Unie, en [van] de wet van 26 juli |
| portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité | 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van |
| des régimes légaux des pensions », en ce qu'il confirme les articles | de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels », in zoverre het |
| 12, § 2, 13, § 1er, alinéas 2 et 3, et 13, § 2, de l'arrêté royal n° | de artikelen 12, § 2, 13, § 1, tweede en derde lid, en 13, § 2, van |
| het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 bekrachtigt, zoals | |
| 38 du 27 juillet 1967, modifiés par les articles 4 et 5 de l'arrêté | gewijzigd bij de artikelen 4 en 5 van het koninklijk besluit van 18 |
| royal du 18 novembre 1996 « portant des dispositions financières et | november 1996 « houdende financiële en diverse bepalingen met |
| diverses concernant le statut social des travailleurs indépendants, en | betrekking tot het sociaal statuut der zelfstandigen, met toepassing |
| application du titre VI de la loi du 26 juillet 1996 portant | van titel VI van de wet van 26 juli 1996 houdende modernisering van de |
| modernisation de la sécurité sociale et assurant la viabilité des | sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de |
| régimes légaux des pensions et de l'article 3 de la loi du 26 juillet | wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3 van de wet van 26 juli |
| 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la participation | 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot |
| de la Belgique à l'Union économique et monétaire européenne », | deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie », |
| introduit par L. Nussbaum et autres. | ingesteld door L. Nussbaum en anderen. |
| La Cour d'arbitrage, | Het Arbitragehof, |
| composée des présidents L. De Grève et M. Melchior, et des juges L. | samengesteld uit de voorzitters L. De Grève en M. Melchior, en de |
| François, P. Martens, J. Delruelle, H. Coremans et M. Bossuyt, | rechters L. François, P. Martens, J. Delruelle, H. Coremans en M. |
| assistée du greffier L. Potoms, présidée par le président L. De Grève, | Bossuyt, bijgestaan door de griffier L. Potoms, onder voorzitterschap van voorzitter L. De Grève, |
| après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : | wijst na beraad het volgende arrest : |
| I. Objet du recours | I. Onderwerp van het beroep |
| Par requête adressée à la Cour par lettre recommandée à la poste le 17 | Bij verzoekschrift dat aan het Hof is toegezonden bij op 17 december |
| décembre 1997 et parvenue au greffe le 18 décembre 1997, un recours en | 1997 ter post aangetekende brief en ter griffie is ingekomen op 18 |
| december 1997, is beroep tot vernietiging ingesteld van artikel 17, | |
| annulation de l'article 17, 2°, de la loi du 13 juin 1997 « portant | 2°, van de wet van 13 juni 1997 « tot bekrachtiging van de koninklijke |
| confirmation des arrêtés royaux pris en application de la loi du 26 | besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli 1996 |
| juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la | strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname |
| participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire | van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, en [van] de |
| européenne, et [de] la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de | wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot |
| la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des | vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels » |
| pensions » (publiée au Moniteur belge du 19 juin 1997), en ce qu'il | (bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 19 juni 1997), in |
| confirme les articles 12, § 2, 13, § 1er, alinéas 2 et 3, et 13, § 2, | zoverre het de artikelen 12, § 2, 13, § 1, tweede en derde lid, en 13, |
| de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967, modifiés par les articles | § 2, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 bekrachtigt, |
| zoals gewijzigd bij de artikelen 4 en 5 van het koninklijk besluit van | |
| 4 et 5 de l'arrêté royal du 18 novembre 1996 « portant des | 18 november 1996 « houdende financiële en diverse bepalingen met |
| dispositions financières et diverses concernant le statut social des | betrekking tot het sociaal statuut der zelfstandigen, met toepassing |
| travailleurs indépendants, en application du titre VI de la loi du 26 | van titel VI van de wet van 26 juli 1996 houdende modernisering van de |
| sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de | |
| wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3 van de wet van 26 juli | |
| juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant | 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot |
| la viabilité des régimes légaux des pensions et de l'article 3 de la | |
| loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de | |
| la participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire | deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie », |
| européenne », a été introduit par L. Nussbaum, demeurant à 4217 Héron, | door L. Nussbaum, wonende te 4217 Héron, rue de la Fontaine 7 A, J. |
| rue de la Fontaine 7 A, J. Michaux, demeurant à 3800 Saint-Trond, | Michaux, wonende te 3800 Sint-Truiden, Fabriekstraat 66, M. |
| Fabriekstraat 66, M. Liesenborghs, demeurant à 2845 Niel, Boomsestraat | Liesenborghs, wonende te 2845 Niel, Boomsestraat 279, M. Debie, |
| 279, M. Debie, demeurant à 8710 Wielsbeke, Abeelestraat 26B, et J. | wonende te 8710 Wielsbeke, Abeelestraat 26B, en J. Orban, wonende te |
| Orban, demeurant à 4432 Alleur, Clos de Wathy de Hombroux 1. | 4432 Alleur, Clos de Wathy de Hombroux 1. |
| II. La procédure | II. De rechtspleging |
| Par ordonnance du 18 décembre 1997, le président en exercice a désigné | Bij beschikking van 18 december 1997 heeft de voorzitter in functie de |
| les juges du siège conformément aux articles 58 et 59 de la loi | rechters van de zetel aangewezen overeenkomstig de artikelen 58 en 59 |
| spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage. | van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof. |
| Les juges-rapporteurs ont estimé n'y avoir lieu de faire application | De rechters-verslaggevers hebben geoordeeld dat er geen aanleiding was |
| des articles 71 ou 72 de la loi organique. | om artikel 71 of 72 van de organieke wet toe te passen. |
| Par ordonnance du 18 février 1998, la Cour a décidé que l'instruction | Bij beschikking van 18 februari 1998 heeft het Hof beslist dat het |
| serait faite en néerlandais. | onderzoek in het Nederlands wordt gevoerd. |
| Le recours a été notifié conformément à l'article 76 de la loi | Van het beroep is kennisgegeven overeenkomstig artikel 76 van de |
| organique, par lettres recommandées à la poste le 19 février 1998; | organieke wet bij op 19 februari 1998 ter post aangetekende brieven; |
| l'ordonnance du 18 février 1998 a été notifiée par les mêmes lettres. | bij dezelfde brieven is kennisgegeven van de beschikking van 18 februari 1998. |
| L'avis prescrit par l'article 74 de la loi organique a été publié au | Het bij artikel 74 van de organieke wet voorgeschreven bericht is |
| Moniteur belge du 20 février 1998. | bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 20 februari 1998. |
| Le Conseil des ministres, rue de la Loi 16, 1000 Bruxelles, a | De Ministerraad, Wetstraat 16, 1000 Brussel, heeft een memorie |
| introduit un mémoire, par lettre recommandée à la poste le 6 avril | ingediend bij op 6 april 1998 ter post aangetekende brief. |
| 1998. Ce mémoire a été notifié conformément à l'article 89 de la loi | Van die memorie is kennisgegeven overeenkomstig artikel 89 van de |
| organique, par lettre recommandée à la poste le 21 avril 1998. | organieke wet bij op 21 april 1998 ter post aangetekende brief. |
| Par ordonnance du 6 mai 1998, le président en exercice a prorogé de | Bij beschikking van 6 mei 1998 heeft de voorzitter in functie, op |
| quinze jours le délai pour introduire un mémoire en réponse, suite à | |
| la demande des parties requérantes du 5 mai 1998. | verzoek van de verzoekende partijen van 5 mei 1998, de termijn voor |
| het indienen van een memorie van antwoord verlengd met vijftien dagen. | |
| Cette ordonnance a été notifiée aux parties requérantes, par lettre | Van die beschikking is kennisgegeven aan de verzoekende partijen bij |
| recommandée à la poste le 8 mai 1998. | op 8 mei 1998 ter post aangetekende brief. |
| L. Nussbaum et autres ont introduit un mémoire en réponse, par lettre | L. Nussbaum en anderen hebben een memorie van antwoord ingediend bij |
| recommandée à la poste le 5 juin 1998. | op 5 juni 1998 ter post aangetekende brief. |
| Par ordonnances des 27 mai 1998 et 26 novembre 1998, la Cour a prorogé | Bij beschikkingen van 27 mei 1998 en 26 november 1998 heeft het Hof de |
| termijn waarbinnen het arrest moet worden gewezen, verlengd tot | |
| respectivement jusqu'aux 17 décembre 1998 et 17 juin 1999 le délai | respectievelijk 17 december 1998 en 17 juni 1999. |
| dans lequel l'arrêt doit être rendu. | |
| Par ordonnance du 21 octobre 1998, la Cour a déclaré l'affaire en état | Bij beschikking van 21 oktober 1998 heeft het Hof de zaak in |
| et fixé l'audience au 18 novembre 1998, après avoir invité les parties | gereedheid verklaard en de dag van de terechtzitting bepaald op 18 |
| requérantes à fournir de plus amples documents à l'appui de leur | november 1998, na de verzoekende partijen te hebben uitgenodigd nadere |
| intérêt et à démontrer pour chacune d'entre elles à laquelle des deux | stavingsstukken inzake hun belang te verstrekken en aan te tonen tot |
| catégories d'indépendants visées par les dispositions entreprises | welk van beide door de bestreden bepalingen beoogde categorieën van |
| elles appartiennent, ce dans un mémoire complémentaire à introduire le 10 novembre 1998 au plus tard. | zelfstandigen ze behoren, in een uiterlijk op 10 november 1998 in te dienen aanvullende memorie. |
| Cette ordonnance a été notifiée aux parties ainsi qu'à leurs avocats, | Van die beschikking is kennisgegeven aan de partijen en hun advocaten |
| par lettres recommandées à la poste le 22 octobre 1998. | bij op 22 oktober 1998 ter post aangetekende brieven. |
| A l'audience publique du 18 novembre 1998 : | Op de openbare terechtzitting van 18 november 1998 : |
| - ont comparu : | - zijn verschenen : |
| . Me P. Vande Casteele, avocat au barreau de Bruxelles, pour les | . Mr. P. Vande Casteele, advocaat bij de balie te Brussel, voor de |
| parties requérantes; | verzoekende partijen; |
| . Me P. Peeters, avocat au barreau de Bruxelles, pour le Conseil des | . Mr. P. Peeters, advocaat bij de balie te Brussel, voor de |
| ministres; | Ministerraad; |
| - les juges-rapporteurs H. Coremans et L. François ont fait rapport; | - hebben de rechters-verslaggevers H. Coremans en L. François verslag uitgebracht; |
| - les avocats précités ont été entendus; | - zijn de voornoemde advocaten gehoord; |
| - l'affaire a été mise en délibéré. | - is de zaak in beraad genomen. |
| La procédure s'est déroulée conformément aux articles 62 et suivants | De rechtspleging is gevoerd overeenkomstig de artikelen 62 en volgende |
| de la loi organique, relatifs à l'emploi des langues devant la Cour. | van de organieke wet, die betrekking hebben op het gebruik van de talen voor het Hof. |
| III. En droit | III. In rechte |
| - A - | - A - |
| Recevabilité | Ontvankelijkheid |
| A.1. Selon leurs dires, les parties requérantes peuvent être | A.1. Volgens hen kunnen de verzoekende partijen door de bestreden |
| directement et défavorablement affectées par les normes attaquées. Elles déclarent qu'en tant que citoyens et contribuables belges, elles ont exercé, exercent ou peuvent exercer une activité indépendante, à titre principal ou à titre accessoire. A.2. Selon le Conseil des ministre, les parties requérantes ne sauraient être directement et défavorablement affectées par les dispositions attaquées. La simple affirmation que l'on exerce une activité indépendante à titre accessoire ou en tant que retraité ne suffit pas pour démontrer l'intérêt requis en droit. A.3. Dans leur mémoire en réponse, les parties requérantes confirment qu'elles peuvent être et sont d'ailleurs des travailleurs indépendants à titre accessoire. A l'appui de cette affirmation, elles fournissent des documents dont il ressortirait que L. Nussbaum est affilié à une | normen rechtstreeks en ongunstig worden geraakt. Zij voeren aan dat zij als Belgische burgers en belastingplichtigen een zelfstandige activiteit hebben uitgeoefend, uitoefenen of kunnen uitoefenen, in hoofdberoep of in bijberoep. A.2. Volgens de Ministerraad kunnen de verzoekende partijen door de bestreden bepalingen niet rechtstreeks en ongunstig worden geraakt. De loutere bewering dat men een zelfstandige activiteit in bijberoep of als in ruste gestelde uitoefent, volstaat niet als bewijs van het rechtens vereiste belang. A.3. In hun memorie van antwoord bevestigen de verzoekende partijen dat zij zelfstandige in bijberoep kunnen zijn en het trouwens ook zijn. Zij staven dit met documenten waaruit moet blijken dat L. |
| caisse sociale pour travailleurs indépendants, que M. Debie et J. | Nussbaum bij een sociale kas voor zelfstandigen is aangesloten, dat M. |
| Michaux sont inscrits au tableau des géomètres jurés, que M. | Debie en J. Michaux op de tabellen van de beëdigde landmeters zijn |
| Liesenborghs a été autorisé par l'Office national de l'emploi à | ingeschreven, dat M. Liesenborghs door de Rijksdienst voor |
| exercer une activité complémentaire en tant qu'indépendant et que J. | Arbeidsvoorziening is toegelaten om een nevenactiviteit als |
| Orban est inscrit en tant qu'indépendant sur les listes communales des géomètres. | zelfstandige uit te oefenen en dat J. Orban als zelfstandige op de |
| Dans un mémoire complémentaire, les parties requérantes prétendent | gemeentelijke lijsten der landmeters is ingeschreven. |
| qu'elles sont toutes inscrites sur les listes communales et les | In een aanvullende memorie beweren de verzoekende partijen dat zij |
| tableaux de l'institut professionnel des géomètres et qu'elles ont | allen op de gemeentelijke lijsten en de tabellen van het |
| donc la faculté d'exercer une activité indépendante en qualité de | beroepsinstituut der landmeters zijn ingeschreven en dat zij derhalve |
| géomètre, à titre principal ou à titre accessoire. Il est produit, à | de mogelijkheid hebben om een zelfstandige activiteit als landmeter |
| titre de complément de pièces justificatives : une lettre de M. Debie | uit te oefenen, in hoofd- of in bijberoep. Als nadere stavingsstukken |
| du 18 février 1997, dans laquelle il confirme être géomètre | worden verstrekt : een brief van M. Debie van 18 februari 1997 waarin |
| indépendant à titre accessoire; le diplôme et l'acte de prestation de | hij bevestigt zelfstandig landmeter in bijberoep te zijn; het diploma |
| serment de géomètre juré de J. Orban; une lettre de L. Nussbaum du 21 | en de akte van eedaflegging als beëdigd landmeter van J. Orban; een |
| février 1997 dans laquelle il confirme être travailleur indépendant à | brief van L. Nussbaum van 21 februari 1997 waarin hij bevestigt |
| titre accessoire et à laquelle sont jointes deux attestations | zelfstandige in bijberoep te zijn alsmede twee attesten, bestemd voor |
| destinées l'une à la caisse sociale des travailleurs indépendants et | respectievelijk de sociale kas voor zelfstandigen en het |
| l'autre au bureau de la T.V.A; une lettre du 18 février 1997, une | B.T.W.-kantoor; een brief van 18 februari 1997, een getuigschrift van |
| attestation d'emploi sous le régime d'employé et une déclaration | tewerkstelling als bediende en een aangifte van nevenactiviteit van M. |
| d'activité accessoire de M. Liesenborghs. | Liesenborghs. |
| Quant au fond | Ten gronde |
| Premier moyen | Eerste middel |
| A.4. Les parties requérantes prennent un premier moyen de la violation | A.4. De verzoekende partijen leiden een eerste middel af uit de |
| des articles 10 et 11 de la Constitution. | schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. |
| Elles affirment que les articles 12 et 13 de l'arrêté royal n° 38, tel que celui-ci était applicable avant les modifications litigieuses, prévoyaient déjà des cotisations substantielles à charge des travailleurs indépendants à titre accessoire, en contrepartie desquelles ceux-ci, déjà soumis à un statut social complet dans le cadre de l'exercice, à titre principal, d'une activité non indépendante, ne recevaient rien de valable en retour. Le législateur avait toutefois pris soin de ne pas aligner le montant de leurs cotisations sur celui des travailleurs indépendants à titre principal et d'instaurer un seuil de revenus en dessous duquel les travailleurs indépendants à titre accessoire ne sont redevables d'aucune cotisation. Désormais, les travailleurs indépendants à titre principal et les travailleurs indépendants à titre accessoire sont traités quasi totalement de la même façon. En traitant de manière égale, sans justification acceptable, deux catégories différentes, les dispositions attaquées méconnaissent, | Zij voeren aan dat de artikelen 12 en 13 van het koninklijk besluit nr. 38, zoals het van toepassing was vóór de bestreden wijzigingen, reeds in aanzienlijke bijdragen ten laste van de zelfstandigen in bijberoep voorzagen, terwijl die zelfstandigen daaruit geen betekenisvol voordeel haalden, aangezien zij reeds aan een volwaardige sociale regeling waren onderworpen in het kader van een niet-zelfstandige activiteit in hoofdberoep. De wetgever had evenwel ervoor gezorgd het bedrag van hun bijdragen niet af te stemmen op dat van de zelfstandigen in hoofdberoep en een drempel in te voeren waaronder de zelfstandigen in bijberoep geen bijdragen verschuldigd zijn. Thans worden de zelfstandigen in hoofd- en in bijberoep vrijwel volledig op elkaar afgestemd. Door zonder aanvaardbare verantwoording twee verschillende categorieën gelijk te behandelen, miskennen de bestreden bepalingen naar het |
| selon les parties requérantes, les articles 10 et 11 de la Constitution. Le prétendu constat que les intéressés ont la capacité de maîtriser leurs revenus personnels et donc aussi la base de la cotisation manque en fait. Le lien avec les dépenses dans le secteur des pensions est irrelevant : les travailleurs indépendants à titre accessoire bénéficient presque exclusivement du régime social inhérent à leur activité principale. Les moyens employés ne sont pas proportionnés au but poursuivi. Il est excessif d'imposer des cotisations identiques, augmentées de surcroît de cotisations forfaitaires modulées. Lorsqu'une seule cotisation suffit à conférer des droits à un contribuable, le législateur ne peut imposer des | oordeel van de verzoekende partijen de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. De beweerde vaststelling dat de betrokkenen hun persoonlijke inkomsten en derhalve hun bijdragegrondslag kunnen beheersen, mist feitelijke grondslag. Het verband met de uitgaven in de pensioensector is irrelevant : de zelfstandigen in bijberoep genieten bijna uitsluitend de sociale regeling eigen aan hun hoofdberoep. De aangewende middelen zijn niet evenredig met het beoogde doel. Het is buitensporig identieke bijdragen op te leggen, die bovendien met een gemoduleerde forfaitaire bijdrage worden vermeerderd. Wanneer één bijdrage volstaat om aan een belastingplichtige rechten te verlenen, |
| cotisations qui feraient double emploi et qui n'apportent rien de | mag de wetgever geen overlappende bijdragen opleggen die geen |
| significatif en retour. A titre d'exemple, les parties requérantes | betekenisvolle werking hebben. Als voorbeeld verwijzen de verzoekende |
| renvoient à l'article 87 des lois coordonnées le 19 décembre 1939, | partijen naar artikel 87 van de op 19 december 1939 gecoördineerde |
| relatives aux allocations familiales pour travailleurs salariés. | wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders. |
| A.5.1. Selon le Conseil des ministres, les parties requérantes partent | A.5.1. Volgens de Ministerraad vertrekken de verzoekende partijen van |
| d'une prémisse erronée selon laquelle le paiement des cotisations de | de verkeerde veronderstelling dat de betaling van |
| sécurité sociale aurait exclusivement pour but d'assurer au redevable | socialezekerheidsbijdragen uitsluitend tot doel heeft de individuele |
| de ces cotisations le paiement en retour de prestations individuelles. | tegenprestaties ten voordele van de bijdrageplichtigen te verzekeren. |
| En effet, la sécurité sociale est un mélange de solidarité et | De sociale zekerheid is immers een mengsel van solidariteit en sociale |
| d'assurance sociale. Faisant référence à la jurisprudence et à la | verzekering. Verwijzend naar rechtspraak en rechtsleer betoogt de |
| doctrine, le Conseil des ministre affirme qu'il n'est pas contraire au | Ministerraad dat het opleggen van een bijdrageplicht in het sociaal |
| principe d'égalité d'imposer une obligation de cotisation dans le | statuut der zelfstandigen, zonder dat de betrokkene daaruit een |
| statut social des travailleurs indépendants sans que l'intéressé ne | |
| puise dans cette obligation un droit individuel à des prestations au | individueel recht op prestaties put vanwege het feit dat hij reeds |
| motif qu'il est déjà soumis à un autre régime de sécurité sociale. Par | onder een ander socialezekerheidsstelsel valt, niet in strijd is met |
| ailleurs, le régime de la sécurité sociale des travailleurs | het gelijkheidsbeginsel. Bovendien bevat het stelsel van de sociale |
| indépendants n'opère une distinction entre travailleurs indépendants à | zekerheid der zelfstandigen slechts een onderscheid tussen |
| titre accessoire et travailleurs indépendants à titre principal qu'en | zelfstandigen in bijberoep en zelfstandigen in hoofdberoep wat de |
| ce qui concerne l'obligation de cotiser antérieurement à l'âge de la | bijdrageplicht vóór de pensioenleeftijd betreft. Na de |
| pension. Au-delà de l'âge de la pension, cette distinction n'est plus | pensioenleeftijd wordt dat onderscheid niet meer gemaakt. |
| faite. A.5.2. La modification du régime des cotisations applicable avant | A.5.2. De wijziging van de bijdrageregeling vóór de pensioenleeftijd |
| l'âge de la pension n'a pas pour conséquence, selon le Conseil des | heeft naar het oordeel van de Ministerraad niet tot gevolg dat |
| ministres, que les travailleurs indépendants à titre accessoire soient | zelfstandigen in bijberoep met zelfstandigen in hoofdberoep worden |
| assimilés aux travailleurs indépendants à titre principal. Pour un | gelijkgeschakeld. Voor een zelfstandige in hoofdberoep wiens |
| travailleur indépendant à titre principal dont le revenu annuel est | jaarlijkse inkomsten minder bedragen dan het veronderstelde |
| inférieur au revenu minimum supposé (valeur réelle 1997 : 382.825 | minimuminkomen (reële waarde 1997 : 382.825 frank), zal de bijdrage |
| francs), la cotisation sera toujours calculée sur la base de ce revenu | steeds worden berekend op basis van dit veronderstelde minimuminkomen, |
| minimum supposé, tandis qu'un travailleur indépendant à titre | terwijl een zelfstandige in bijberoep ofwel geen bijdrage is |
| accessoire ne sera redevable d'aucune cotisation (revenus inférieurs à | |
| 16 342 francs, valeur réelle 1997 : 41 000 francs) ou devra payer une | verschuldigd (inkomsten lager dan 16.342 frank, reële waarde 1997 : |
| cotisation inférieure à la cotisation minimale à laquelle sont soumis | 41.000 frank) ofwel een lagere bijdrage dan de minimumbijdrage die de |
| les travailleurs indépendants à titre principal. Le revenu minimum | zelfstandige in hoofdberoep moet betalen. Het veronderstelde |
| supposé sur la base duquel la cotisation est calculée n'est en effet | minimuminkomen op basis waarvan de bijdrage wordt berekend, is immers |
| pas applicable aux travailleurs indépendants à titre accessoire. Le | niet van toepassing op zelfstandigen in bijberoep. Het bedrag van hun |
| montant de leur cotisation est calculé sur la base des revenus réels. | bijdrage wordt berekend op basis van de werkelijke inkomsten. Voor de |
| En outre, pour les années 1997, 1998 et 1999, la cotisation n'est | jaren 1997, 1998 en 1999 wordt de bijdrage bovendien slechts berekend |
| calculée que sur la base de 16 362 francs (valeur réelle 1997 : 41 000 | op basis van 16.362 frank (reële waarde 1997 : 41.000 frank) indien de |
| francs) lorsque les revenus du travailleur indépendant à titre | |
| accessoire sont supérieurs à 16 362 francs et inférieurs à 32 724 | inkomsten van de zelfstandige in bijberoep hoger zijn dan 16.362 frank |
| francs (valeur réelle 1997 : 81 506 francs). | en lager dan 32.724 frank (reële waarde 1997 : 81.506 frank). |
| Le Conseil des ministres conclut de ce qui précède que la distinction | Uit hetgeen voorafgaat leidt de Ministerraad af dat het onderscheid |
| entre indépendant à titre principal et indépendant à titre accessoire | tussen zelfstandigen in hoofdberoep en zelfstandigen in bijberoep |
| continue d'exister. La distinction a seulement été adaptée sur deux | blijft bestaan. Het onderscheid werd slechts op twee punten aangepast |
| points : d'une part le seuil des revenus en dessous duquel aucune | : enerzijds, werd het bedrag van het inkomen waaronder geen bijdrage |
| cotisation n'est due a été réduit de moitié et d'autre part le | is verschuldigd, gehalveerd en, anderzijds, werd het verlaagde |
| pourcentage réduit de cotisation pour les revenus se situant entre le | bijdragepercentage voor het inkomen dat was gesitueerd tussen de |
| seuil en dessous duquel aucune cotisation n'était due et les revenus | drempel waaronder geen bijdrage verschuldigd was en het inkomen dat |
| correspondant à la cotisation minimale due par les travailleurs | |
| indépendants à titre principal a été supprimé. Par ailleurs, une | overeenstemde met de minimumbijdrage verschuldigd door zelfstandigen |
| cotisation de solidarité forfaitaire a été instaurée dont le montant | in hoofdberoep, afgeschaft. Bovendien werd een forfaitaire |
| est identique pour les travailleurs indépendants à titre principal et | solidariteitsbijdrage ingevoerd waarvan het bedrag hetzelfde is voor |
| pour les travailleurs indépendants à titre accessoire (1 200 francs ou | zelfstandigen in bijberoep en voor zelfstandigen in hoofdberoep (1.200 |
| 2 400 francs en fonction de la hauteur des revenus). | frank of 2.400 frank naar gelang van de hoogte van het inkomen). |
| Faisant abondamment référence aux travaux préparatoires des lois | Uitgebreid refererend aan de parlementaire voorbereiding van de |
| d'habilitation du 26 juillet 1996 et au rapport au Roi relatif à | machtigingswetten van 26 juli 1996 en aan het verslag aan de Koning |
| l'arrêté royal du 18 novembre 1996, le Conseil des ministres affirme | bij het koninklijk besluit van 18 november 1996, betoogt de |
| que les modifications précitées peuvent raisonnablement être | Ministerraad dat de vermelde wijzigingen redelijkerwijze kunnen worden |
| justifiées en se fondant sur la considération qu'il convient de | verantwoord op grond van de overweging dat het groeiend oneigenlijk |
| combattre l'abus croissant qui est fait du statut social des | gebruik van het sociaal statuut der zelfstandigen moet worden |
| travailleurs indépendants, en vue de rétablir l'équilibre financier de | tegengegaan met het oog op het herstel van het financieel evenwicht in |
| la sécurité sociale. Un objectif essentiel de la loi du 26 juillet | de sociale zekerheid. Een essentiële doelstelling van de wet van 26 |
| 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant la | juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring |
| viabilité des régimes légaux des pensions est l'assainissement des | van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels is de |
| finances publiques, qui a un impact direct sur la possibilité de | gezondmaking van de overheidsfinanciën, hetgeen een rechtstreekse |
| participer à l'Union économique et monétaire européenne. En ce qui | impact heeft op de mogelijkheid om tot de Europese Economische en |
| concerne la modeste cotisation forfaitaire de solidarité, le Conseil des ministres fait par ailleurs observer que les travailleurs indépendants à titre accessoire et les indépendants à titre principal ne se trouvent pas dans des situations fondamentalement différentes au regard du principe de la solidarité. A.5.3. Le régime des cotisations applicable après l'âge de la pension n'a jamais connu la distinction entre travailleurs indépendants à titre accessoire et à titre principal. En effet, les travailleurs indépendants qui souhaitent bénéficier d'une pension ne peuvent plus, en principe, exercer d'activité professionnelle. Comme les travailleurs salariés pensionnés, ils peuvent seulement retirer un revenu d'une activité professionnelle dans une mesure limitée. Etant donné que les travailleurs indépendants qui bénéficient d'une pension ne peuvent retirer qu'un revenu limité d'une activité professionnelle, la distinction entre les travailleurs indépendants à titre principal et les travailleurs indépendants à titre accessoire devient, selon le Conseil des ministres, à ce point floue qu'on ne peut plus parler de catégories essentiellement différentes. Il considère, par ailleurs, que, pour des raisons d'efficacité et de coûts, le droit de la sécurité sociale ne doit pas tenir compte de la situation exceptionnelle que constitue l'exercice d'une activités professionnelle indépendante à titre accessoire après l'âge de la pension. A.6. Dans leur mémoire en réponse, les parties requérantes rappellent que la différence essentielle entre les travailleurs indépendants à titre principal et les travailleurs indépendants à titre accessoire réside dans le fait que ces derniers exercent une autre activité professionnelle leur conférant déjà le droit aux prestations sociales. Ni dans l'ancien, ni dans le nouveau régime, les deux catégories de travailleurs indépendants ne sont traitées de manière suffisamment différente. Les parties requérantes soutiennent également que l'usage impropre du statut des travailleurs indépendants ne constitue pas en soi un argument acceptable pour intensifier les mesures concernant les travailleurs indépendants à titre accessoire. Deuxième moyen | Monetaire Unie toe te treden. Wat de bescheiden forfaitaire solidariteitsbijdrage betreft, merkt de Ministerraad bovendien op dat de zelfstandigen in bijberoep en in hoofdberoep zich ten aanzien van de solidariteitsgedachte niet in wezenlijk verschillende situaties bevinden. A.5.3. De bijdrageregeling na de pensioenleeftijd heeft nooit een onderscheid gemaakt tussen zelfstandigen in bijberoep en zelfstandigen in hoofdberoep. Zelfstandigen die een pensioen wensen te genieten, mogen immers in beginsel geen beroepsbezigheid meer uitoefenen. Zoals gepensioneerde werknemers kunnen zij slechts in beperkte mate inkomsten uit een beroepsactiviteit verwerven. Aangezien de zelfstandigen die een pensioen genieten slechts in beperkte mate inkomsten uit een beroepsactiviteit kunnen verwerven, vervaagt naar het oordeel van de Ministerraad het onderscheid tussen zelfstandigen in hoofdberoep en zelfstandigen in bijberoep dermate, dat niet langer sprake kan zijn van wezenlijk verschillende categorieën. Hij meent overigens dat het socialezekerheidsrecht om redenen van doeltreffendheid en kosten geen rekening dient te houden met de uitzonderlijke situatie van de uitoefening van de zelfstandige beroepsactiviteit in bijberoep na de pensioenleeftijd. A.6. In hun memorie van antwoord herhalen de verzoekende partijen dat het wezenlijke verschil tussen zelfstandigen in hoofdberoep en zelfstandigen in bijberoep erin bestaat dat de laatstgenoemden een andere beroepsactiviteit uitoefenen waardoor zij reeds een recht op socialezekerheidsuitkeringen genieten. In de oude noch in de nieuwe regeling worden de twee categorieën van zelfstandigen op een voldoende verschillende wijze behandeld. De verzoekende partijen voeren tevens aan dat het oneigenlijke gebruik van het statuut van zelfstandige op zich geen aanvaardbaar argument is om de maatregelen op de zelfstandigen in bijberoep toe te spitsen. Tweede middel |
| A.7. Les parties requérantes prennent un second moyen de la violation | A.7. De verzoekende partijen leiden een tweede middel af uit de |
| des articles 10 et 11 de la Constitution, pris isolément et | schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, afzonderlijk |
| conjointement avec les articles 23, 170, 172 et 173 de la | beschouwd en in samenhang gelezen met de artikelen 23, 170, 172 en 173 |
| Constitution, qui réservent aux législateurs la compétence en matière | van de Grondwet, die de bevoegdheid op het vlak van de economische en |
| de droits économiques et sociaux et en matière de finances. Le | sociale rechten en inzake financiën aan de wetgevers voorbehouden. Het |
| principe de légalité est également garanti par l'article 105 de la | legaliteitsbeginsel wordt eveneens gewaarborgd door artikel 105 van de |
| Constitution, qui ne permet pas qu'une loi d'habilitation accorde au | Grondwet, dat niet toestaat dat een machtigingswet aan de Koning de |
| Roi le pouvoir de régler des matières que la Constitution réserve au | bevoegdheid zou verlenen aangelegenheden te regelen die de Grondwet |
| législateur. | aan de wetgever heeft voorbehouden. |
| Les lois d'habilitation du 26 juillet 1996 règlent, selon les parties | De machtigingswetten van 26 juli 1996 regelen volgens de verzoekende |
| requérantes, des matières visées aux articles 23, 170, 172 et 173 de | partijen aangelegenheden bedoeld in de artikelen 23, 170, 172 en 173 |
| la Constitution. Dans ces matières, les citoyens ne peuvent être | van de Grondwet. De burgers kunnen in die aangelegenheden niet aan |
| soumis à des obligations sans que celles-ci aient été décidées par une | verplichtingen worden onderworpen zonder dat een democratisch verkozen |
| assemblée délibérante démocratiquement élue. L'habilitation emporte | beraadslagende vergadering daartoe heeft beslist. De machtiging houdt |
| une discrimination, en ce que les droits et obligations d'une | een discriminatie in doordat de rechten en verplichtingen van een |
| catégorie de travailleurs indépendants sont fixés par le Roi. Sans | categorie van zelfstandigen door de Koning worden bepaald. Weliswaar |
| doute, le Constituant n'a pas entendu interdire toute délégation que | heeft de Grondwetgever niet de bedoeling gehad iedere machtiging te |
| le législateur accorderait au Roi, le cas échéant, mais une telle délégation ne saurait toutefois être à ce point étendue qu'elle laisserait au Roi le soin de prendre toutes les mesures utiles et d'harmoniser les règles relatives à l'assujettissement et à l'obligation de cotiser. A cet égard, les parties requérantes constatent que le législateur se contente de disposer que les arrêtés continueront de produire leurs effets après une date déterminée et que cette confirmation aura un effet rétroactif, ce qui soustrait les arrêtés confirmés au contrôle des cours et tribunaux et du Conseil d'Etat. A.8. Le Conseil des ministres répond que la Cour a déjà dû se prononcer sur ce moyen dans le cadre d'un recours en annulation de | verbieden die de wetgever in voorkomend geval aan de Koning zou verlenen, maar een dergelijke machtiging kan niet dermate uitgebreid zijn dat zij aan de Koning de zorg zou overlaten alle nuttige maatregelen te nemen en de regels betreffende de verschuldigdheid en de bijdrageplicht eenvormig te maken. De verzoekende partijen stellen dienaangaande vast dat de wetgever slechts bepaalt dat de besluiten hun rechtsgevolgen zullen blijven teweegbrengen na een bepaalde datum en dat de bekrachtiging terugwerkende kracht zal hebben, hetgeen de bekrachtigde besluiten onttrekt aan de toetsing door de hoven en rechtbanken en door de Raad van State. A.8. De Ministerraad antwoordt dat het Hof zich reeds over het middel diende uit te spreken naar aanleiding van een beroep tot vernietiging |
| certains articles des lois d'habilitation du 26 juillet 1996. Dans | van bepaalde artikelen van de machtigingswetten van 26 juli 1996. In |
| l'arrêt n° 18/98, la Cour a considéré qu'il n'y violation du principe | het arrest nr. 18/98 oordeelde het Hof dat er slechts sprake is van |
| d'égalité que dans la mesure où des arrêtés royaux non confirmés | een schending van het gelijkheidsbeginsel in zoverre niet-bekrachtigde |
| continuent de sortir leurs effets pour la période séparant leur entrée | koninklijke besluiten hun uitwerking behouden voor de periode tussen |
| en vigueur de la date ultime à laquelle ils auraient dû être | hun inwerkingtreding en de uiterste data waarop zij dienden te worden |
| confirmés. Etant donné qu'en l'espèce, la confirmation a eu lieu avant | bekrachtigd. Aangezien de bekrachtiging te dezen vóór de uiterste |
| la date ultime prévue pour celle-ci, il ne saurait y avoir de | bekrachtigingsdatum geschiedde, kan er geen sprake zijn van een |
| violation du principe d'égalité. | schending van het gelijkheidsbeginsel. |
| A.9. Dans leur mémoire en réponse, les parties requérantes répètent | A.9. In hun memorie van antwoord herhalen de verzoekende partijen dat |
| que seul le législateur pouvait modifier régulièrement l'arrêté royal | enkel de wetgever het koninklijk besluit nr. 38 regelmatig vermag te |
| n° 38. Elles estiment que la non-confirmation des mesures attaquées | wijzigen. Naar hun oordeel zou de niet-bekrachtiging van de bestreden |
| n'aurait pas mis en péril la participation de la Belgique à l'Union | maatregelen de toetreding tot de Europese Economische en Monetaire |
| économique et monétaire européenne, puisque ces mesures n'ont pas de | Unie niet in gevaar hebben gebracht omdat die maatregelen gedurende de |
| conséquences financières durant le régime transitoire (1997-1999). | overgangsregeling (1997-1999) zonder financiële gevolgen blijven. |
| Troisième moyen | Derde middel |
| A.10. Les parties requérantes invoquent un troisième moyen pris de la | A.10. De verzoekende partijen leiden een derde middel af uit de |
| violation des articles 10 et 11 de la Constitution, lus isolément et | schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, afzonderlijk |
| combinés avec les principes généraux de l'interdiction de la | beschouwd en in samenhang gelezen met de algemene beginselen van het |
| rétroactivité et de la sécurité juridique. Les lois d'habilitation du | verbod van terugwerkende kracht en van de rechtszekerheid. De |
| 26 juillet 1996 auraient prévu une confirmation ex nunc, permettant | machtigingswetten van 26 juli 1996 zouden hebben voorzien in een |
| aux arrêtés royaux de continuer à déployer leurs effets après une date | bekrachtiging ex nunc, waardoor de koninklijke besluiten hun |
| rechtsgevolgen na een bepaalde datum blijven teweegbrengen. In | |
| déterminée. Aucun effet rétroactif n'était prévu ni même nécessaire. | terugwerkende kracht was niet voorzien, noch was zij noodzakelijk. |
| La partie requérante Orban a saisi le Conseil d'Etat, avant la | De verzoekende partij J. Orban heeft, vóór de bekendmaking van de |
| bekrachtigingswet, bij de Raad van State een beroep tot vernietiging | |
| publication de la loi de confirmation, d'une requête en annulation des | van de bestreden bepalingen van de thans bekrachtigde koninklijke |
| dispositions litigieuses des arrêtés royaux actuellement confirmés. Le | besluiten ingediend. De terugwerkende kracht van de bekrachtigingswet |
| caractère rétroactif de la loi de confirmation entraîne l'incompétence | heeft de onbevoegdheid van de Raad van State tot gevolg en doet naar |
| du Conseil d'Etat et porte, de l'avis des requérants, une atteinte | het oordeel van de verzoekende partijen op onverantwoorde wijze |
| injustifiée à la sécurité juridique et au principe de la séparation | afbreuk aan de rechtszekerheid en aan het beginsel van de scheiding |
| des pouvoirs et de l'indépendance du juge dans l'exercice de sa | der machten en de onafhankelijkheid van de rechter in de uitoefening |
| fonction. | van zijn ambt. |
| A.11. Le Conseil des ministres considère que le simple fait que la | A.11. De Ministerraad meent dat het enkele feit dat de wettelijke |
| confirmation législative d'un arrêté royal ait des implications sur un | bekrachtiging van een koninklijk besluit implicaties heeft voor het |
| recours en annulation devant le Conseil d'Etat ne signifie pas que le | annulatieberoep bij de Raad van State, niet betekent dat het |
| principe constitutionnel d'égalité soit violé en tant qu'il serait | grondwettelijke gelijkheidsbeginsel zou zijn geschonden doordat |
| porté atteinte aux garanties juridictionnelles offertes à tous les | afbreuk zou worden gedaan aan de jurisdictionele waarborgen die aan |
| citoyens. L'article attaqué de la loi du 13 juin 1997, qui a confirmé | alle burgers worden geboden. Het bestreden artikel van de wet van 13 |
| l'arrêté royal du 18 novembre 1996, n'a pas pour objet unique ou | juni 1997 dat het koninklijk besluit van 18 november 1996 heeft |
| principal d'empêcher ou d'entraver le contrôle juridictionnel de | bekrachtigd, heeft niet als enig of hoofdzakelijk doel de rechterlijke |
| légalité par le Conseil d'Etat ou par les tribunaux civils. Du reste, | wettigheidstoetsing door de Raad van State of de burgerlijke rechtbank |
| une disposition législative adoptée en application d'une disposition | onmogelijk te maken of te verlammen. Overigens kan een wetsbepaling |
| die is aangenomen met toepassing van een bepaling van een | |
| d'une loi de pouvoirs spéciaux qui prévoit expressément la | bijzonderemachtenwet die uitdrukkelijk in de bekrachtiging van de |
| confirmation des arrêtés d'exécution ne peut être réputée avoir pour | uitvoeringsbesluiten voorziet, niet worden geacht tot doel te hebben |
| objectif de faire obstacle au contrôle juridictionnel de légalité. | de rechterlijke wettigheidstoetsing onmogelijk te maken. |
| Dans le cadre du recours en annulation de certains articles des lois | In het kader van het beroep tot vernietiging van bepaalde artikelen |
| d'habilitation du 26 juillet 1996, la Cour a déjà dit qu'il ne saurait | van de machtigingswetten van 26 juli 1996 heeft het Hof reeds beslist |
| être question d'une violation du principe d'égalité que dans la mesure | dat er slechts sprake kan zijn van een schending van het |
| où des arrêtés qui ne sont pas confirmés continuent de sortir leurs | gelijkheidsbeginsel in zoverre niet-bekrachtigde koninklijke besluiten |
| effets pour la période séparant leur entrée en vigueur de la date | hun uitwerking behouden voor de periode tussen hun inwerkingtreding en |
| ultime à laquelle ils auraient dû être confirmés. Le Conseil des | de uiterste data waarop zij dienden te worden bekrachtigd. De |
| ministres en conclut que la Cour admet la confirmation rétroactive des | Ministerraad leidt hieruit af dat het Hof de retroactieve |
| arrêtés royaux jusqu'à la date de leur entrée en vigueur, à la | bekrachtiging van de koninklijke besluiten tot op de datum van de |
| condition que la confirmation ait lieu dans le délai prévu par les | inwerkingtreding ervan aanvaardt op voorwaarde dat de bekrachtiging |
| lois d'habilitation. | gebeurt binnen de termijn waarin de machtigingswetten voorzien. |
| A.12. Dans leur mémoire en réponse, les parties requérantes affirment | A.12. In hun memorie van antwoord betogen de verzoekende partijen dat |
| que l'intention réelle du législateur est difficilement décelable, | de werkelijke bedoeling van de wetgever, zeker in het geval van een |
| spécialement dans le cas d'une loi de confirmation pour laquelle la | bekrachtigingswet waarbij de parlementaire procedure tot een minimum |
| procédure parlementaire est réduite au minimum. Faisant référence au | wordt beperkt, moeilijk te achterhalen is. Verwijzend naar overweging |
| considérant B.5 de l'arrêt n° 64/97, elles estiment dès lors qu'il | B.5 van het arrest nr. 64/97 menen zij derhalve dat men veeleer de |
| convient plutôt de tenir compte des effets juridiques en vue | rechtsgevolgen in aanmerking dient te nemen om te beoordelen of de |
| d'apprécier si la rétroactivité est licite. | retroactiviteit geoorloofd is. |
| - B - | - B - |
| Quant à l'objet du recours | Ten aanzien van het onderwerp van het beroep |
| B.1. Les parties requérantes demandent l'annulation : | B.1. De verzoekende partijen vorderen de vernietiging van : |
| - de l'article 17, 2°, de la loi du 13 juin 1997 « portant | - artikel 17, 2°, van de wet van 13 juni 1997 « tot bekrachtiging van |
| confirmation des arrêtés royaux pris en application de la loi du 26 | de koninklijke besluiten genomen met toepassing van de wet van 26 juli |
| juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la | 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot |
| participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire | deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie, en |
| européenne, et [de] la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de | [van] de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale |
| la sécurité sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des | zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke |
| pensions », en ce qu'il confirme les articles 12, § 2, et 13, § 1er, | pensioenstelsels », in zoverre het de artikelen 12, § 2, en 13, § 1, |
| alinéas 2 et 3, et § 2, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967, | tweede en derde lid, en § 2, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 |
| modifiés par les articles 4 et 5 de l'arrêté royal du 18 novembre 1996 | juli 1967 bekrachtigt, zoals gewijzigd bij de artikelen 4 en 5 van het |
| « portant des dispositions financières et diverses concernant le | koninklijk besluit van 18 november 1996 « houdende financiële en |
| statut social des travailleurs indépendants, en application du titre | diverse bepalingen met betrekking tot het sociaal statuut der |
| VI de la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité | zelfstandigen, met toepassing van titel VI van de wet van 26 juli 1996 |
| sociale et assurant la viabilité des régimes légaux des pensions et de | houdende modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van |
| l'article 3 de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les | de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en van artikel 3 |
| conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l'Union | van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de |
| budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese | |
| économique et monétaire européenne »; | Economische en Monetaire Unie »; |
| - des articles 4 et 5 de l'arrêté royal précité du 18 novembre 1996, | - de artikelen 4 en 5 van het voormelde koninklijk besluit van 18 |
| tels qu'ils ont été confirmés par l'article 17, 2°, de la loi précitée | november 1996, zoals bekrachtigd door artikel 17, 2°, van voormelde |
| du 13 juin 1997. | wet van 13 juni 1997. |
| Etant donné que les griefs des parties requérantes concernent | Aangezien de grieven van de verzoekende partijen enkel slaan op de |
| exclusivement les articles 12, § 2, alinéas 1er et 2, et 13, § 1er, | artikelen 12, § 2, eerste en tweede lid, en 13, § 1, tweede lid, van |
| alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967, tels qu'ils ont | het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967, zoals gewijzigd door |
| été modifiés par les articles 4 et 5 de l'arrêté royal du 18 novembre | de artikelen 4 en 5 van het koninklijk besluit van 18 november 1996 en |
| 1996 et confirmés par l'article 17, 2°, de la loi du 13 juin 1997, la | zoals bekrachtigd door artikel 17, 2°, van de wet van 13 juni 1997, |
| Cour limite son examen à ces dispositions. | beperkt het Hof zijn onderzoek tot die bepalingen. |
| B.2.1. L'article 12, § 2, de l'arrêté royal n° 38 contient le régime | B.2.1. Artikel 12, § 2, van het koninklijk besluit nr. 38 bevat de |
| des cotisations dont sont redevables les personnes ayant un revenu | bijdrageregeling voor personen met een bedrijfsinkomen als |
| professionnel en qualité de travailleur indépendant qui, en dehors de | |
| cette activité d'indépendant (profession accessoire), exercent | zelfstandige die, naast die zelfstandige bezigheid (bijberoep), |
| habituellement et en ordre principal une autre activité | gewoonlijk en hoofdzakelijk een andere beroepsbezigheid (hoofdberoep) |
| professionnelle (profession principale). | uitoefenen. |
| B.2.2. Avant sa modification par l'article 4 de l'arrêté royal du 18 | B.2.2. Vóór de wijziging door artikel 4 van het koninklijk besluit van |
| novembre 1996, l'article 12, § 2, alinéas 1er et 2, de l'arrêté royal | 18 november 1996 bepaalde artikel 12, § 2, eerste en tweede lid, van |
| n° 38 était libellé comme suit : | het koninklijk besluit nr. 38 : |
| « L'assujetti qui, en dehors de l'activité donnant lieu à | « De onderworpene die, naast de bezigheid die aanleiding geeft tot |
| l'assujettissement au présent arrêté, exerce habituellement et en | onderwerping aan dit besluit, gewoonlijk en hoofdzakelijk een andere |
| ordre principal une autre activité professionnelle, n'est redevable | beroepsbezigheid uitoefent, is geen bijdrage verschuldigd indien zijn |
| d'aucune cotisation si ses revenus professionnels en qualité de | |
| travailleur indépendant, acquis au cours de l'année de référence visée | bedrijfsinkomsten als zelfstandige, voor het refertejaar bedoeld in |
| à l'article 11, § 2, et réévalués conformément à l'article 11, § 3, | artikel 11, § 2, en geherwaardeerd overeenkomstig artikel 11, § 3, |
| n'atteignent pas 32.724 F au moins. | niet ten minste 32.724 frank bedragen. |
| Lorsque lesdits revenus atteignent au moins 32.724 F, l'assujetti est | Wanneer gezegde inkomsten minstens 32 724 frank bedragen, is de |
| redevable, suivant le cas : | onderworpene verschuldigd, naar gelang van het geval : |
| 1° des cotisations visées au § 1er, si lesdits revenus atteignent au | 1° de bijdragen bedoeld in § 1, indien genoemde inkomsten ten minste |
| moins 150.311 F; | 150.311 frank bedragen; |
| 2° dans la négative, d'une cotisation annuelle de 3,84 p.c. pour le | 2° zoniet, een jaarlijkse bijdrage van 3,84 pct. voor het stelsel der |
| régime de l'assurance contre la maladie et l'invalidité, secteur des | ziekte- en invaliditeitsverzekering, sector der gezondheidszorgen, en |
| soins de santé, et de 9,15 p.c. pour les autres régimes. » | 9,15 pct. voor de andere stelsels. » |
| B.2.3. Depuis sa modification par l'article 4 de l'arrêté royal du 18 | B.2.3. Sedert de wijziging door artikel 4 van het koninklijk besluit |
| novembre 1996, l'article 12, § 2, alinéas 1er et 2, de l'arrêté royal | van 18 november 1996 bepaalt artikel 12, § 2, eerste en tweede lid, |
| n° 38 dispose : | van het koninklijk besluit nr. 38 : |
| « L'assujetti qui, en dehors de l'activité donnant lieu à | « De onderworpene die, naast de bezigheid die aanleiding geeft tot |
| l'assujettissement au présent arrêté, exerce habituellement et en | onderwerping aan dit besluit, gewoonlijk en hoofdzakelijk een andere |
| ordre principal une autre activité professionnelle, n'est redevable | beroepsbezigheid uitoefent, is geen bijdrage verschuldigd indien zijn |
| d'aucune cotisation si ses revenus professionnels en qualité de | |
| travailleur indépendant, acquis au cours de l'année de référence visée | beroepsinkomsten als zelfstandige, voor het refertejaar bedoeld in |
| à l'article 11, § 2, et réévalués conformément à l'article 11, § 3, | artikel 11, § 2, en geherwaardeerd overeenkomstig artikel 11, § 3, |
| n'atteignent pas F 16 362. | minder dan F 16 362 bedragen. |
| Lorsque lesdits revenus atteignent au moins F 16 362, l'assujetti est | Wanneer gezegde inkomsten minstens 16.362 F bedragen, is de |
| redevable des cotisations annuelles suivantes : | onderworpene de volgende jaarlijkse bijdragen verschuldigd : |
| 1° 16,70 p.c. sur la partie des revenus professionnels qui n'excède | 1° 16,70 pct. op het gedeelte der beroepsinkomsten dat F 741 099 niet |
| pas F 741 099; | te boven gaat; |
| 2° 12,27 p.c. sur la partie des revenus professionnels qui dépasse F | 2° 12,27 pct. op het gedeelte der beroepsinkomsten dat F 741 099 te |
| 741 099 mais n'excède pas F 1 084 036; | boven gaat maar F 1 084 036 niet overtreft; |
| 3° un montant forfaitaire de : | 3° een forfaitair bedrag van : |
| a) F 1 200, lorsque les revenus professionnels de l'assujetti | a) F 1 200, wanneer de beroepsinkomsten van de onderworpene het bedrag |
| dépassent le montant repris au § 1er, alinéa 2, mais n'excèdent pas F | opgenomen in het tweede lid van § 1 overschrijden maar F 741 099 niet |
| 741 099; | te boven gaan; |
| b) F 2 400 lorsque les revenus professionnels de l'assujetti excèdent | b) F 2 400, wanneer de beroepsinkomsten van de onderworpene F 741 099 |
| F 741 099. » | overschrijden. » |
| B.2.4. Le montant du revenu en dessous duquel les travailleurs | B.2.4. Het bedrag van het inkomen waaronder de zelfstandigen in |
| exerçant à titre accessoire une activité d'indépendant ne sont | bijberoep geen bijdragen zijn verschuldigd, is derhalve gehalveerd. |
| redevables d'aucune cotisation a donc été réduit de moitié. En outre, | Ook genieten zij niet langer een verlaagd bijdragepercentage. |
| ces travailleurs ne bénéficient plus d'un taux de cotisation réduit. | Bovendien zijn zij voortaan, zoals de andere zelfstandigen, aan een |
| Enfin, ils sont désormais tenus au paiement d'une cotisation annuelle | |
| forfaitaire comme les autres travailleurs indépendants. | jaarlijkse forfaitaire bijdrage onderworpen. |
| B.3.1. L'article 13 de l'arrêté royal n° 38 contient le régime de | B.3.1. Artikel 13 van het koninklijk besluit nr. 38 bevat de |
| cotisation applicable aux personnes qui ont atteint l'âge de 65 ans ou | bijdrageregeling voor personen die de leeftijd van 65 of 60 jaar - |
| de 60 ans - selon qu'il s'agit d'un homme ou d'une femme - ou | naargelang het een man of een vrouw betreft - hebben bereikt of een |
| bénéficient d'une pension de retraite anticipée en qualité de | vervroegd rustpensioen als zelfstandige of als werknemer genieten en |
| travailleur indépendant ou de travailleur salarié et qui acquièrent | nog bedrijfsinkomsten als zelfstandige verwerven. Wanneer die |
| encore un revenu professionnel en qualité de travailleur indépendant. | |
| Lorsque ces revenus professionnels sont inférieurs à F 32 724, aucune | bedrijfsinkomsten minder dan 32.724 frank bedragen, zijn zij geen |
| cotisation n'est due. | bijdragen verschuldigd. |
| B.3.2. Avant sa modification par l'article 5 de l'arrêté royal du 18 | B.3.2. Vóór de wijziging door artikel 5 van het koninklijk besluit van |
| novembre 1996, l'article 13, § 1er, alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38 était libellé comme suit : | 18 november 1996 bepaalde artikel 13, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38 : |
| « Lorsque les revenus en question atteignent au moins F 32 724 , | « Wanneer bedoelde inkomsten minstens 32 724 frank belopen, is de |
| l'assujetti est redevable des cotisations annuelles suivantes établies | onderworpene volgende jaarlijkse bijdragen verschuldigd vastgesteld op |
| sur les revenus professionnels visés à l'article 11, §§ 2 et 3 : | de bedrijfsinkomsten bedoeld in artikel 11, § 2 en 3 : |
| 1° pour le régime de l'assurance contre la maladie et l'invalidité, | 1° voor het stelsel van de ziekte- en invaliditeitsverzekering, sector |
| secteur des soins de santé : 3,84 p.c. de la partie des revenus | der gezondheidszorgen : 3,84 pct. van het gedeelte der |
| professionnels qui n'excède pas F 1 084 036; | bedrijfsinkomsten dat 1 084 036 frank niet te boven gaat; |
| 2° pour les autres régimes : | 2° voor de andere stelsels : |
| a) sur la partie des revenus professionnels qui n'excède pas F 741 099 | a) op het gedeelte der bedrijfsinkomsten dat 741 099 frank niet te |
| : 9,15 p.c.; | boven gaat : 9,15 pct.; |
| b) sur la partie des revenus professionnels qui dépasse F 741 099 mais | b) op het gedeelte der bedrijfsinkomsten dat 741 099 frank te boven |
| n'excède pas F 1 084 036 F : 8,43 p.c. » | gaat maar 1 084 036 frank niet overschrijdt : 8,43 pct. » |
| B.3.3. Depuis sa modification par l'article 5 de l'arrêté royal du 18 | B.3.3. Sedert de wijziging door artikel 5 van het koninklijk besluit |
| novembre 1996, l'article 13, § 1er, alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38 dispose : | van 18 november 1996 bepaalt artikel 13, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38 : |
| « Lorsque les revenus en question atteignent au moins F 32 724 F, | « Wanneer bedoelde inkomsten minstens 32 724 frank belopen, is de |
| l'assujetti est redevable des cotisations annuelles suivantes établies | onderworpene volgende jaarlijkse bijdragen verschuldigd, vastgesteld |
| sur les revenus professionnels visés à l'article 11, §§ 2 et 3 : | op de beroepsinkomsten bedoeld in artikel 11, §§ 2 en 3 : |
| 1° 16,70 p.c. sur la partie des revenus professionnels qui n'excède | 1° 16,70 pct. op het gedeelte der beroepsinkomsten dat F 741 099 niet |
| pas F 741 099; | te boven gaat; |
| 2° 12,27 p.c. sur la partie des revenus professionnels qui dépasse F | 2° 12,27 pct. op het gedeelte der beroepsinkomsten dat F 741 099 te |
| 741 099 mais n'excède pas F 1 084 036; | boven gaat maar F 1 084 036 niet overschrijdt; |
| 3° un montant forfaitaire de : | 3° een forfaitair bedrag van : |
| a) F 1 200 , lorsque les revenus professionnels de l'assujetti | a) F 1 200, wanneer de beroepsinkomsten van de onderworpene het bedrag |
| dépassent le montant repris à l'article 12, § 1er, alinéa 2, mais | opgenomen in artikel 12, § 1, tweede lid overschrijden maar F 741 099 |
| n'excèdent pas F 741 099; | niet te boven gaan; |
| b) F 2 400 lorsque les revenus professionnels de l'assujetti excèdent | b) F 2 400, wanneer de beroepsinkomsten van de onderworpene F 741 099 |
| F 741 099. » | overschrijden. » |
| B.3.4. Le montant du revenu en dessous duquel les travailleurs | B.3.4. Het bedrag van het inkomen waaronder de zelfstandigen die een |
| indépendants bénéficiant d'une pension de retraite ne sont redevables | rustpensioen genieten geen bijdragen zijn verschuldigd, is derhalve |
| d'aucune cotisation est par conséquent maintenu. Ces travailleurs | behouden. Zij kunnen evenwel niet langer aanspraak maken op een |
| indépendants ne peuvent toutefois plus prétendre à un taux de | verlaagd bijdragepercentage. Bovendien zijn zij voortaan, zoals de |
| cotisation réduit. Ils sont en outre soumis désormais à une cotisation | |
| annuelle forfaitaire comme les autres travailleurs indépendants. | andere zelfstandigen, aan een jaarlijkse forfaitaire bijdrage onderworpen. |
| Quant à la recevabilité | Ten aanzien van de ontvankelijkheid |
| B.4.1. Le Conseil des ministres conteste l'intérêt des parties | B.4.1. De Ministerraad betwist het belang van de verzoekende partijen |
| requérantes à l'annulation des dispositions attaquées. | bij de vernietiging van de bestreden bepalingen. |
| B.4.2. La Constitution et la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la | B.4.2. De Grondwet en de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het |
| Cour d'arbitrage imposent à toute personne physique ou morale qui | Arbitragehof vereisen dat elke natuurlijke persoon of rechtspersoon |
| introduit un recours en annulation de justifier d'un intérêt. Ne | die een beroep tot vernietiging instelt doet blijken van een belang. |
| justifient de l'intérêt requis que les personnes dont la situation | Van het vereiste belang doen slechts blijken de personen wier situatie |
| pourrait être affectée directement et défavorablement par la norme | door de bestreden norm rechtstreeks en ongunstig zou kunnen worden |
| entreprise. | geraakt. |
| B.4.3. Excepté pour ce qui concerne L. Nussbaum, les documents soumis à la Cour ne permettent pas de conclure que les parties requérantes retirent ou peuvent retirer un revenu professionnel d'une activité en qualité de travailleur indépendant à côté de l'activité professionnelle qu'elles exercent dans les liens d'un contrat de travail ou sous le régime statutaire ou encore sans préjudice de leur droit à une pension de retraite. B.4.4. Le recours est recevable seulement en tant qu'il émane de la première partie requérante. Quant au fond | B.4.3. Behalve wat L. Nussbaum betreft, kan uit de aan het Hof voorgelegde documenten niet worden afgeleid dat de verzoekende partijen, naast hun beroepsbezigheid uit hoofde van een arbeidsovereenkomst of statuut of onverminderd hun recht op een rustpensioen, een beroepsinkomen uit een activiteit als zelfstandige verwerven of kunnen verwerven. B.4.4. Het beroep is enkel ontvankelijk wat de eerste verzoekende partij betreft. Ten gronde B.5.1. Het eerste middel is afgeleid uit de schending van de artikelen |
| B.5.1. Le premier moyen est pris de la violation des articles 10 et 11 | 10 en 11 van de Grondwet, doordat artikel 12, § 2, eerste en tweede |
| de la Constitution, en ce que l'article 12, § 2, alinéas 1er et 2, et l'article 13, § 1er, alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38 soumettraient à un même régime de cotisations, sans aucune justification admissible, les travailleurs exerçant à titre accessoire une activité d'indépendant et les travailleurs l'exerçant à titre principal. La partie requérante déclare à cet égard que les cotisations dont est redevable un travailleur exerçant à titre accessoire une activité d'indépendant ne peuvent donner lieu au paiement d'allocations sociales, puisque celles-ci sont dues au travailleur salarié ou au fonctionnaire exerçant son activité à titre principal en vertu d'un autre régime ou d'une autre réglementation. B.5.2. En vertu de l'article 12, § 2, alinéas 1er et 2, de l'arrêté royal n° 38, tel qu'il était en vigueur avant sa modification par | lid, en artikel 13, § 1, tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38 de zelfstandigen in bijberoep en de zelfstandigen in hoofdberoep zonder aanvaardbare verantwoording aan dezelfde bijdrageregeling zou onderwerpen. De verzoekende partij betoogt dienomtrent dat de bijdragen die een zelfstandige in bijberoep verschuldigd is geen aanleiding kan geven tot sociale uitkeringen aangezien die aan de loontrekkende of ambtenaar in hoofdberoep krachtens een ander stelsel of een andere regeling toekomen. B.5.2. Krachtens artikel 12, § 2, eerste en tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38, zoals geldend vóór de wijziging door |
| l'article 4 de l'arrêté royal du 18 novembre 1996, les travailleurs | artikel 4 van het koninklijk besluit van 18 november 1996, waren de |
| zelfstandigen in bijberoep, anders dan de zelfstandigen in | |
| exerçant à titre accessoire une activité d'indépendant, contrairement | hoofdberoep, geen bijdrage verschuldigd indien de inkomsten lager |
| waren dan 32.724 frank, vóór indexering, en waren zij een verlaagde | |
| à ceux qui le faisaient à titre principal, n'étaient redevables | bijdrage van 12,99 pct. op hun werkelijke inkomsten verschuldigd |
| d'aucune cotisation si leurs revenus étaient inférieurs à 32 724 | indien hun inkomsten meer bedroegen dan 32 724 frank maar minder dan |
| francs, avant indexation, et un taux de cotisation réduit de 12,99 | |
| p.c. était applicable à leurs revenus réels si ceux-ci étaient | |
| supérieurs à 32 724 francs mais inférieurs à 150 311 francs avant | 150 311 frank, vóór indexering. |
| indexation. L'article 4 précité a réduit de moitié le montant du revenu en dessous | Door voornoemd artikel 4 is het bedrag van het inkomen waaronder de |
| duquel les travailleurs exerçant à titre accessoire une activité | zelfstandigen in bijberoep geen bijdragen zijn verschuldigd, |
| d'indépendant ne sont redevables d'aucune cotisation et a supprimé le | gehalveerd en is het verlaagde bijdragepercentage afgeschaft. Een |
| taux de cotisation réduit. Un tel travailleur dont les revenus annuels | zelfstandige in bijberoep wiens jaarlijkse inkomsten minder bedragen |
| sont inférieurs à 152 777 francs avant indexation n'est par conséquent | dan 152.777 frank, vóór indexering, is derhalve geen bijdrage |
| redevable d'aucune cotisation si ses revenus sont inférieurs à 16 342 | verschuldigd indien zijn inkomsten lager zijn dan 16 342 frank, vóór |
| francs avant indexation et est redevable d'une cotisation égale à | indexering, en is een bijdrage van 16,70 pct. van zijn werkelijke |
| 16,70 p.c. de ses revenus réels si ceux-ci sont supérieurs à 16 342 | inkomsten verschuldigd indien zijn inkomsten meer bedragen dan 16 342 |
| francs. Un travailleur exerçant son activité indépendante à titre | frank. Een zelfstandige in hoofdberoep wiens jaarlijkse inkomsten |
| principal dont les revenus annuels sont inférieurs à 152 777 francs | minder bedragen dan 152.777 frank is daarentegen steeds een bijdrage |
| van 16,70 pct. van dat bedrag verschuldigd. | |
| est par contre toujours redevable d'une cotisation de 16,70 p.c. de ce montant. | In tegenstelling tot wat de verzoekende partij beweert, onderwerpt |
| Contrairement à ce que prétend la partie requérante, l'article 12, § | artikel 12, § 2, eerste en tweede lid, van het koninklijk besluit nr. |
| 2, alinéas 1er et 2, de l'arrêté royal n° 38 ne soumet pas les | 38 de zelfstandigen in bijberoep niet aan dezelfde bijdrageregeling |
| travailleurs exerçant leur activité d'indépendant à titre accessoire | |
| au même régime de cotisation que celui auquel sont soumis les | als de zelfstandigen in hoofdberoep. |
| travailleurs qui l'exercent à titre principal. | B.5.3. Het eerste middel is tevens gericht tegen artikel 13, § 1, |
| B.5.3. Le premier moyen est également dirigé contre l'article 13, § 1er, | tweede lid, van het koninklijk besluit nr. 38. Die bepaling voorziet |
| alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38. Cette disposition, tant avant | in dezelfde bijdrageregeling, zowel vóór als na de wijziging door |
| qu'après sa modification par l'article 5 de l'arrêté royal du 18 novembre 1996, soumet au même régime de cotisation les personnes qui ont atteint l'âge de la retraite ou qui bénéficient d'une pension de retraite anticipée en tant que travailleurs indépendants ou en tant que travailleurs salariés et qui acquièrent encore un revenu professionnel en qualité de travailleur indépendant, sans égard au fait qu'elles acquièrent ce revenu du fait d'une activité exercée à titre principal ou à titre accessoire. B.5.4. Les règles constitutionnelles de l'égalité et de la non-discrimination n'excluent pas qu'une différence de traitement soit établie entre des catégories de personnes, pour autant qu'elle repose sur un critère objectif et qu'elle soit raisonnablement justifiée. Les mêmes règles s'opposent, par ailleurs, à ce que soient traitées de manière identique, sans qu'apparaisse une justification raisonnable, des catégories de personnes se trouvant dans des situations qui, au regard de la mesure considérée, sont essentiellement différentes. L'existence d'une telle justification doit s'apprécier en tenant compte du but et des effets de la mesure critiquée ainsi que de la nature des principes en cause; le principe d'égalité est violé lorsqu'il est établi qu'il n'existe pas de rapport raisonnable de proportionnalité entre les moyens employés et le but visé. B.5.5. Contrairement aux personnes visées à l'article 12, les | artikel 5 van het koninklijk besluit van 18 november 1996, voor de personen die de pensioenleeftijd hebben bereikt of een vervroegd rustpensioen als zelfstandige of als werknemer genieten en nog bedrijfsinkomsten als zelfstandige verwerven, ongeacht of zij die inkomsten als zelfstandige in hoofdberoep dan wel in bijberoep verwerven. B.5.4. De grondwettelijke regels van de gelijkheid en de niet-discriminatie sluiten niet uit dat een verschil in behandeling tussen bepaalde categorieën van personen wordt ingesteld, voor zover dat verschil op een objectief criterium berust en het redelijk verantwoord is. Dezelfde regels verzetten er zich overigens tegen dat categorieën van personen, die zich ten aanzien van de aangevochten maatregel in wezenlijk verschillende situaties bevinden, op identieke wijze worden behandeld, zonder dat daarvoor een redelijke verantwoording bestaat. Het bestaan van een dergelijke verantwoording moet worden beoordeeld rekening houdend met het doel en de gevolgen van de betwiste maatregel en met de aard van de ter zake geldende beginselen; het gelijkheidsbeginsel is geschonden wanneer vaststaat dat geen redelijk verband van evenredigheid bestaat tussen de aangewende middelen en het beoogde doel. B.5.5. In tegenstelling met de personen bedoeld in artikel 12, |
| personnes visées à l'article 13 ne se trouvent pas dans des situations | bevinden de in artikel 13 bedoelde personen zich ten aanzien van het |
| fondamentalement différentes en ce qui concerne le bénéfice des | voordeel van sociale uitkeringen niet in wezenlijk verschillende |
| allocations sociales, puisque les cotisations dont elles sont | |
| redevables en vertu de l'article 13, sur la base de leur activité de | situaties vermits de bijdragen die zij krachtens artikel 13 op grond |
| travailleur indépendant, ne peuvent donner lieu à l'octroi d'une | van hun zelfstandige beroepsactiviteit moeten betalen geen aanleiding |
| allocation sociale, qu'elles aient la qualité de travailleur | kunnen geven tot een sociale uitkering, ongeacht of zij zelfstandige |
| indépendant à titre principal ou à titre accessoire. | in hoofdberoep dan wel in bijberoep zijn. |
| B.5.6. Le premier moyen ne peut être admis. | B.5.6. Het eerste middel kan niet worden aangenomen. |
| B.6.1. Le deuxième moyen est pris de la violation des articles 10 et | B.6.1. Het tweede middel is afgeleid uit de schending van de artikelen |
| 11 de la Constitution, lus isolément ou conjointement avec les | 10 en 11 van de Grondwet, afzonderlijk beschouwd of in samenhang |
| articles 23, 170, 172 et 173 de la Constitution, en ce que les | gelezen met de artikelen 23, 170, 172 en 173 van de Grondwet, doordat |
| dispositions litigieuses soumettent à des obligations certaines | de bestreden bepalingen bepaalde categorieën van zelfstandigen aan |
| catégories de travailleurs indépendants sans qu'une assemblée | verplichtingen onderwerpen zonder dat een democratisch verkozen |
| délibérante démocratiquement élue en ait décidé. | beraadslagende vergadering daartoe heeft beslist. |
| B.6.2. Contrairement à ce que soutient la partie requérante, la | B.6.2. In tegenstelling met wat de verzoekende partij beweert, behoort |
| matière sur laquelle porte la disposition attaquée n'est pas de celles | de aangelegenheid die in de aangevochten bepaling aan de orde is, niet |
| que la Constitution a réservées au législateur. | tot die welke door de Grondwet aan de wetgever zijn voorbehouden. |
| Sans doute l'article 23 de la Constitution dispose-t-il que « la loi, | Artikel 23 van de Grondwet bepaalt weliswaar dat « de wet, het decreet |
| le décret ou la règle visée à l'article 134 garantissent, en tenant | of de in artikel 134 bedoelde regel, rekening houdend met de |
| compte des obligations correspondantes, les droits économiques, | overeenkomstige plichten, de economische, sociale en culturele rechten |
| sociaux et culturels, et déterminent les conditions de leur exercice » | [waarborgen], waarvan ze de voorwaarden voor de uitoefening bepalen » |
| et que ces droits comprennent « le droit à la sécurité sociale ». Mais | en dat die rechten « het recht op sociale zekerheid » omvatten. Uit |
| il ne saurait être déduit de ces dispositions que le législateur ne | die bepalingen kan echter niet worden afgeleid dat de wetgever aan de |
| peut attribuer certains pouvoirs au Roi en vue de modifier le régime | Koning niet de bevoegdheid kan opdragen om wijzigingen aan te brengen |
| des cotisations des travailleurs qui exercent une activité | in de bijdrageregeling van de zelfstandigen. |
| d'indépendant. | |
| Les articles 170, 172 et 173 de la Constitution contiennent le | De artikelen 170, 172 en 173 van de Grondwet bevatten het |
| principe de légalité en matière d'impôts et de rétributions. Ils ne | legaliteitsbeginsel inzake belastingen en retributies. Zij zijn niet |
| sont pas applicables aux cotisations à la sécurité sociale. Bien que | van toepassing op socialezekerheidsbijdragen. Hoewel belastingen en |
| les impôts et les cotisations à la sécurité sociale puissent avoir des | socialezekerheidsbijdragen door hun verplichtend karakter |
| caractéristiques communes du fait de leur caractère obligatoire, ils | gemeenschappelijke kenmerken kunnen hebben, zijn zij fundamenteel |
| diffèrent cependant fondamentalement : les impôts servent à couvrir | verschillend : de belastingen dienen om de algemene uitgaven van |
| les dépenses générales d'intérêt public tandis que les cotisations à | openbaar nut te dekken, terwijl de socialezekerheidsbijdragen bij |
| la sécurité sociale sont exclusivement affectées au financement de | uitsluiting bestemd zijn voor de financiering van stelsels van |
| régimes d'allocations de remplacement ou de complément des revenus du | tegemoetkomingen ter vervanging of aanvulling van het inkomen uit |
| travail. | arbeid. |
| B.6.3. Le deuxième moyen ne peut être admis. | B.6.3. Het tweede middel kan niet worden aangenomen. |
| B.7.1. Le troisième moyen est pris de la violation des articles 10 et | B.7.1. Het derde middel is afgeleid uit de schending van de artikelen |
| 11 de la Constitution, lus isolément ou conjointement avec les | 10 en 11 van de Grondwet, afzonderlijk beschouwd of in samenhang |
| gelezen met de algemene beginselen van het verbod van terugwerkende | |
| principes généraux de l'interdiction de l'effet rétroactif et de la | kracht en van de rechtszekerheid, doordat de wijziging van de |
| sécurité juridique, en ce que la modification des articles 12, § 2, | artikelen 12, § 2, eerste en tweede lid, en 13, § 1, tweede lid, van |
| alinéas 1er et 2, et 13, § 1er, alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38 a été confirmée avec effet rétroactif. | het koninklijk besluit nr. 38 met terugwerkende kracht is bekrachtigd. |
| B.7.2. Les dispositions attaquées de l'arrêté royal du 18 novembre | B.7.2. De bestreden bepalingen van het koninklijk besluit van 18 |
| 1996 trouvent leur fondement légal dans le titre VI de la loi du 26 | |
| juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale et assurant | november 1996 vinden hun wettelijke grondslag in titel VI van de wet |
| la viabilité des régimes légaux des pensions et dans l'article 3 de la loi du 26 juillet 1996 visant à réaliser les conditions budgétaires de la participation de la Belgique à l'Union économique et monétaire européenne. La confirmation de ces dispositions, qui est conforme à l'article 51, § 1er, alinéa 1er, et à l'article 6, § 2, alinéa 2, de ces lois respectives, n'a pas pour objet ni pour effet de valider un arrêté royal dépourvu de base légale. Cette confirmation explicitement prévue ayant eu lieu dans le délai légal, elle ne saurait être considérée | van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels en in artikel 3 van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie. De bekrachtiging van die bepalingen, die in overeenstemming is met artikel 51, § 1, eerste lid, en met artikel 6, § 2, tweede lid, van die respectieve wetten, heeft niet tot doel, noch tot gevolg een koninklijk besluit zonder wettelijke basis geldig te verklaren. Aangezien de bekrachtiging, die uitdrukkelijk is voorgeschreven, binnen de wettelijke termijn is gebeurd, kan zij niet worden geacht de |
| comme contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution, même si elle a un effet rétroactif et même si elle a rendu le Conseil d'Etat incompétent pour connaître d'un recours contre l'arrêté royal du 18 novembre 1996 dont il a été saisi. B.7.3. Le troisième moyen ne peut être admis. Par ces motifs, la Cour rejette le recours. Ainsi prononcé en langue néerlandaise, en langue française et en langue allemande, conformément à l'article 65 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage, à l'audience publique du 10 février 1999. Le greffier, L. Potoms. Le président, | artikelen 10 en 11 van de Grondwet te schenden, zelfs al heeft zij een terugwerkend effect en zelfs al heeft zij de Raad van State, waarbij een beroep tegen het koninklijk besluit van 18 november 1996 aanhangig is gemaakt, onbevoegd gemaakt. B.7.3. Het derde middel kan niet worden aangenomen. Om die redenen, het Hof verwerpt het beroep. Aldus uitgesproken in het Nederlands, het Frans en het Duits, overeenkomstig artikel 65 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof, op de openbare terechtzitting van 10 februari 1999. De griffier, L. Potoms. De voorzitter, |
| L. De Grève. | L. De Grève. |