← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par
arrêt du 29 septembre 1998 en cause de A. Beeckman contre D. Van Nuffel, E. Van Nuffel et L. Macken,
dont l'expédition est parvenue au greffe de la C « L'article unique, § XV, de la loi du 25
octobre 1919 modifiant temporairement l'organisation(...)"
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt du 29 septembre 1998 en cause de A. Beeckman contre D. Van Nuffel, E. Van Nuffel et L. Macken, dont l'expédition est parvenue au greffe de la C « L'article unique, § XV, de la loi du 25 octobre 1919 modifiant temporairement l'organisation(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 29 september 1998 in zake A. Beeckman tegen D. Van Nuffel, E. Van Nuffel en L. Macken, waarvan de expeditie ter griffie van het Arb « Schendt het enige artikel, § XV, van de wet van 25 oktober 1919 tot tijdelijke wijziging van(...) |
---|---|
COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
sur la Cour d'arbitrage | januari 1989 op het Arbitragehof |
Par arrêt du 29 septembre 1998 en cause de A. Beeckman contre D. Van | Bij arrest van 29 september 1998 in zake A. Beeckman tegen D. Van |
Nuffel, E. Van Nuffel et L. Macken, dont l'expédition est parvenue au | Nuffel, E. Van Nuffel en L. Macken, waarvan de expeditie ter griffie |
greffe de la Cour d'arbitrage le 20 octobre 1998, la Cour de cassation | van het Arbitragehof is ingekomen op 20 oktober 1998, heeft het Hof |
a posé la question préjudicielle suivante : | van Cassatie de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article unique, § XV, de la loi du 25 octobre 1919 modifiant | « Schendt het enige artikel, § XV, van de wet van 25 oktober 1919 tot |
temporairement l'organisation judiciaire et la procédure devant les | tijdelijke wijziging van de rechterlijke inrichting en van de |
cours et tribunaux viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution | rechtspleging voor de hoven en de rechtbanken, de artikelen 10 en 11 |
en ce qu'il dispose que les attributions de la chambre du conseil du | van de Grondwet, in zoverre het bepaalt dat de bevoegdheden van de |
tribunal de première instance en matière répressive sont dévolues à | raadkamer van de rechtbank van eerste aanleg in strafzaken, waaronder, |
une chambre d'un juge, ces attributions comprenant, en application de | met toepassing van artikel 7 van de wet van 1 juli 1964 tot |
l'article 7 de la loi du 1er juillet 1964 de défense sociale à l'égard | bescherming van de maatschappij tegen de abnormalen en de |
des anormaux et des délinquants d'habitude, celle d'ordonner | gewoontemisdadigers, de bevoegdheid om de internering te gelasten van |
l'internement du chef d'un fait qualifié crime ou délit notamment | de verdachte die een feit, misdaad of wanbedrijf genoemd, heeft |
contre l'ordre des familles ou contre la moralité publique, alors que | gepleegd, met name tegen de orde der familie of de openbare |
les chambres du tribunal correctionnel qui sont appelées à statuer sur | zedelijkheid, aan een kamer met één rechter opgedragen worden, terwijl |
des infractions contre l'ordre des familles ou contre la moralité | de kamers van de correctionele rechtbank die uitspraak moeten doen |
publique, doivent être composées de trois juges en application de | over misdrijven tegen de orde der familie of tegen de openbare |
l'article 92, § 1er, 4°, du Code judiciaire ? » | zedelijkheid, met toepassing van artikel 92, § 1, 4°, van het |
Gerechtelijk Wetboek, uit drie rechters moeten bestaan ? » | |
Cette affaire est inscrite sous le numéro 1445 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 1445 van de rol van het Hof. |
Le greffier, | De griffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
sur la Cour d'arbitrage | januari 1989 op het Arbitragehof |
Par arrêt du 15 octobre 1998 en cause du ministère public contre Y. | Bij arrest van 15 oktober 1998 in zake het openbaar ministerie tegen |
Xhauflair, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour | Y. Xhauflair, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is |
d'arbitrage le 21 octobre 1998, la Cour militaire a posé la question | ingekomen op 21 oktober 1998, heeft het Militair Gerechtshof de |
préjudicielle suivante : | volgende prejudiciële vraag gesteld : |
« L'article 2, § 1er, de l'arrêté-loi du 27 janvier 1916 réglant la | « Schendt artikel 2, § 1, van de besluitwet van 27 januari 1916 tot |
procédure d'appel des jugements rendus par les conseils de guerre, tel | regeling van de rechtspleging in hoger beroep van de door de |
que remplacé par l'article 3 de la loi du 31 mai 1955 et modifié par | krijgsraden uitgesproken vonnissen, zoals vervangen bij artikel 3 van |
l'article 4 de la loi du 15 juin 1981, viole-t-il les articles 10 et | de wet van 31 mei 1955 en gewijzigd bij artikel 4 van de wet van 15 |
11 de la Constitution en ce qu'il fait courir le délai d'appel à | juni 1981, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het de |
partir du prononcé et ne contient pas, au contraire de l'article 203, | termijn van hoger beroep doet lopen vanaf de uitspraak en, in |
§ 1er, du Code d'instruction criminelle, tel que remplacé par | tegenstelling tot artikel 203, § 1, van het Wetboek van |
l'article 2 de la loi du 31 mai 1955 et modifié par l'article 1er de | Strafvordering, zoals vervangen bij artikel 2 van de wet van 31 mei |
la loi du 15 juin 1981, de régime spécial quant au point de départ du | 1955 en gewijzigd bij artikel 1 van de wet van 15 juni 1981, geen |
bijzondere regeling bevat ten aanzien van de aanvang van de termijn | |
délai d'appel contre les jugements rendus par défaut ? » | voor hoger beroep tegen de bij verstek gewezen vonnissen ? » |
Cette affaire est inscrite sous le numéro 1446 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 1446 van de rol van het Hof. |
Le greffier, | De griffier, |
L. Potoms. | L. Potoms. |