← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par
arrêt n° 70.640 du 13 janvier 1998 en cause de D. Christiaens contre la Erasmushogeschool Brussel, dont
l'expédition est parvenue au greffe de la Cou « L'article 2, 28°, du décret du 13 juillet 1994 relatif
aux instituts supérieurs en Communauté fla(...)"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt n° 70.640 du 13 janvier 1998 en cause de D. Christiaens contre la Erasmushogeschool Brussel, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cou « L'article 2, 28°, du décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts supérieurs en Communauté fla(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest nr. 70.640 van 13 januari 1998 in zake D. Christiaens tegen de Erasmushogeschool Brussel, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbi « Schendt artikel 2, 28°, van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse(...) |
|---|---|
| COUR D'ARBITRAGE | ARBITRAGEHOF |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
| sur la Cour d'arbitrage | januari 1989 op het Arbitragehof |
| Par arrêt n° 70.640 du 13 janvier 1998 en cause de D. Christiaens | Bij arrest nr. 70.640 van 13 januari 1998 in zake D. Christiaens tegen |
| contre la Erasmushogeschool Brussel, dont l'expédition est parvenue au | de Erasmushogeschool Brussel, waarvan de expeditie ter griffie van het |
| greffe de la Cour d'arbitrage le 23 janvier 1998, le Conseil d'Etat a | Arbitragehof is ingekomen op 23 januari 1998, heeft de Raad van State |
| posé la question préjudicielle suivante : | de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « L'article 2, 28°, du décret du 13 juillet 1994 relatif aux instituts | « Schendt artikel 2, 28°, van het decreet van 13 juli 1994 betreffende |
| supérieurs en Communauté flamande viole-t-il l'article 24, § 5, de la | de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap artikel 24, § 5, van de |
| Constitution en ce qu'il accorde à la direction de l'institut | Grondwet doordat het het hogeschoolbestuur de bevoegdheid verleent te |
| supérieur le pouvoir de déterminer quelles activités d'enseignement | bepalen welke onderwijsactiviteiten artistiekgebonden |
| sont des activités d'enseignement artistiques ? » | onderwijsactiviteiten zijn ? » |
| Cette affaire est inscrite sous le numéro 1281 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 1281 van de rol van het Hof. |
| Le greffier, | De griffier, |
| L. Potoms. | L. Potoms. |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
| sur la Cour d'arbitrage | januari 1989 op het Arbitragehof |
| Par arrêt du 11 mars 1998 en cause de G. Delvaux contre l'a.s.b.l. | Bij arrest van 11 maart 1998 in zake G. Delvaux tegen de v.z.w. A.Z. |
| A.Z. Sint-Camillus Sint-Augustinus, dont l'expédition est parvenue au | Sint-Camillus Sint-Augustinus, waarvan de expeditie ter griffie van |
| greffe de la Cour d'arbitrage le 19 mars 1998, la Cour du travail | het Arbitragehof is ingekomen op 19 maart 1998, heeft het Arbeidshof |
| d'Anvers a posé la question préjudicielle suivante : | te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « La loi relative aux contrats de travail du 3 juillet 1978, et plus | « Is de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, en |
| particulièrement l'article 82, § 2, et § 3, juncto l'article 131 de | zijn meer in het bijzonder de artikelen 82, §§ 2 en 3, juncto 131 van |
| cette loi, qui fixent les montants de rémunération servant de critère | deze wet, die de loonbedragen bepalen die als criterium dienen voor |
| de distinction entre ' les employés inférieurs ' et ' les employés | het onderscheid tussen ' lagere bedienden ' en ' hogere bedienden ' in |
| supérieurs ' au sens de la loi et ses règles en matière de | de zin van de wet en haar regels inzake ontslag en inzake de bepaling |
| licenciement et en matière de fixation des délais de préavis à | van de door de werkgever bij ontslag na te leven opzeggingstermijnen, |
| observer par l'employeur lors du licenciement, sont-ils compatibles | verenigbaar met het gelijkheidsbeginsel en het discriminatieverbod |
| avec le principe d'égalité et avec l'interdiction de discrimination | |
| garantis par les articles 10 et 11 de la Constitution coordonnée, en | zoals gewaarborgd door de artikelen 10 en 11 van de gecoördineerde |
| tant que ledit montant de rémunération qui sert de critère de | Grondwet, in zoverre het bedoelde loonbedrag dat als criterium dient |
| distinction entre les ' employés inférieurs ' et ' les employés | voor het onderscheid tussen zogenaamde ' lagere bedienden ' en ' |
| supérieurs ' est identique, indépendamment de la question de savoir si | hogere bedienden ', identiek is, ongeacht de vraag of de bediende |
| l'employé travaille selon un horaire à temps plein ou selon un horaire | werkzaam is in een voltijds uurrooster, dan wel in een deeltijds |
| à temps partiel ? » | uurrooster ? » |
| Cette affaire est inscrite sous le numéro 1310 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 1310 van de rol van het Hof. |
| Le greffier, | De griffier, |
| Potoms. | L. Potoms. |