Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêt De La Cour Constitutionelle du --
← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt du 20 octobre 1997 en cause du ministère public contre E. Lambert et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le « L'article 10 de la Constitution qui dispose que, sauf les exceptions légalement établies, les Bel(...)"
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour d'arbitrage Par arrêt du 20 octobre 1997 en cause du ministère public contre E. Lambert et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour d'arbitrage le « L'article 10 de la Constitution qui dispose que, sauf les exceptions légalement établies, les Bel(...) Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 20 oktober 1997 in zake het openbaar ministerie tegen E. Lambert en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof « Wordt artikel 10 van de Grondwet, dat bepaalt dat, behoudens de bij de wet vastgestelde uitzonder(...)
COUR D'ARBITRAGE ARBITRAGEHOF
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6
sur la Cour d'arbitrage januari 1989 op het Arbitragehof
Par arrêt du 20 octobre 1997 en cause du ministère public contre E. Bij arrest van 20 oktober 1997 in zake het openbaar ministerie tegen
Lambert et autres, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour E. Lambert en anderen, waarvan de expeditie ter griffie van het
d'arbitrage le 10 novembre 1997, la Cour d'appel de Mons a posé les Arbitragehof is ingekomen op 10 november 1997, heeft het Hof van
questions préjudicielles suivantes : Beroep te Bergen de volgende prejudiciële vragen gesteld :
« L'article 10 de la Constitution qui dispose que, sauf les exceptions « Wordt artikel 10 van de Grondwet, dat bepaalt dat, behoudens de bij
légalement établies, les Belges sont égaux devant la loi, n'est-il pas de wet vastgestelde uitzonderingen, de Belgen gelijk zijn voor de wet,
violé dans le cas où, dans le cadre de l'article 55, alinéa 3, de la niet geschonden in het geval dat aan de burgerlijke partij, in het
loi du 8 avril 1965, la partie civile se voit refuser l'accès aux kader van artikel 55, derde lid, van de wet van 8 april 1965, de
rapports d'expertise, médico-psychologiques et d'examen mental du toegang wordt geweigerd tot de deskundigenverslagen, de
mineur, rapports que l'avocat de celui-ci et ses père et mère, medisch-psychologische en die van het geestesonderzoek van de
civilement responsables, peuvent consulter et invoquer en termes de minderjarige, verslagen die door de advocaat van de minderjarige en
diens vader en moeder, die burgerrechtelijk aansprakelijk zijn, wel
défense ? kunnen worden geraadpleegd en ter verdediging aangevoerd ?
Les droits de défense de la partie civile, et encore en l'espèce de la Worden de rechten van verdediging van de burgerlijke partij, en voorts
te dezen van degene die door de burgerlijke partij tot gedwongen
citée en intervention forcée par cette partie civile, et le principe tussenkomst wordt gedagvaard, en het beginsel van het vrij
de la libre contradiction des débats ne sont-ils pas violés par contradictoir karakter van de debatten niet geschonden door een
pareille interdiction de consultation et de prise en compte des dergelijk verbod van raadpleging en inaanmerkingneming van de
rapports précités ? » voormelde verslagen ? »
Cette affaire est inscrite sous le numéro 1188 du rôle de la Cour. Die zaak is ingeschreven onder nummer 1188 van de rol van het Hof.
Le greffier, De griffier,
L. Potoms. L. Potoms.
Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6
sur la Cour d'arbitrage januari 1989 op het Arbitragehof
Par arrêt n° 69.200 du 28 octobre 1997 en cause de J. De Reuck contre Bij arrest nr. 69.200 van 28 oktober 1997 in zake J. De Reuck tegen de
l'Université de Gand, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Universiteit Gent, waarvan de expeditie ter griffie van het
Cour d'arbitrage le 13 novembre 1997, le Conseil d'Etat a posé les Arbitragehof is ingekomen op 13 november 1997, heeft de Raad van State
questions préjudicielles suivantes : de volgende prejudiciële vragen gesteld :
« 1. L'article 75, alinéa 2, du décret du 12 juin 1991 relatif aux « 1. Schendt artikel 75, tweede lid, van het decreet van 12 juni 1991
universités dans la Communauté flamande viole-t-il l'article 24, § 5, betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap artikel 24, §
de la Constitution, en tant que cette disposition habilite sans aucune 5, van de Grondwet in zoverre die bepaling de Vlaamse regering zonder
restriction le gouvernement flamand à établir la liste des activités enige beperking machtigt om de lijst te bepalen van bezoldigde
rémunérées réputées absorber une grande partie du temps d'un membre du activiteiten die geacht worden een groot gedeelte van de tijd van een
personnel académique et ainsi être incompatibles avec une charge à lid van het academisch personeel in beslag te nemen en aldus met een
plein temps ? voltijdse opdracht overenigbaar zijn ?
2. L'article 75, alinéa 2, du décret du 12 juin 1991 relatif aux universités dans la Communauté flamande viole-t-il l'égalité garantie par les articles 10, 11 et 24 de la Constitution ainsi que l'interdiction de discrimination, en tant que l'article précité établit une distinction entre, d'une part, un membre du personnel académique dont les autres activités rémunérées figurent sur une liste établie par le gouvernement flamand, de sorte que sa charge, quel que soit le volume de ces activités et donc même s'il n'excède pas deux demi-journées par semaine, devient d'office à temps partiel et, d'autre part, un membre du personnel académique dont les autres activités rémunérées, quelle qu'en soit la nature mais à condition qu'elles ne figurent pas sur la liste précitée, n'excèdent pas le volume de deux demi-jours par semaine, de sorte qu'il peut continuer à exercer sa charge à plein temps ? » Cette affaire est inscrite sous le numéro 1190 du rôle de la Cour. Le greffier, 2. Schendt artikel 75, tweede lid, van het decreet van 12 juni 1991 betreffende de universiteiten in de Vlaamse Gemeenschap, de door de artikelen 10, 11 en 24 van de Grondwet gewaarborgde gelijkheid en het verbod van discriminatie in zoverre in voornoemd artikel een onderscheid wordt gemaakt tussen, enerzijds, een lid van het academisch personeel wiens andere bezoldigde activiteiten voorkomen op een lijst vastgesteld door de Vlaamse regering zodat zijn opdracht, ongeacht de omvang ervan en dus ook indien die omvang twee halve dagen per week niet overschrijdt, ambtshalve deeltijds wordt en, anderzijds, een lid van het academisch personeel wiens andere bezoldigde activiteiten, ongeacht de aard ervan doch op voorwaarde dat ze niet op voormelde lijst voorkomen, de omvang van twee halve dagen per week niet overschrijdt [lees : overschrijden] zodat hij zijn opdracht voltijds kan blijven uitoefenen ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 1190 van de rol van het Hof. De griffier,
L. Potoms. L. Potoms.
^