gepubliceerd op 29 maart 2023
Wet houdende hervorming van de fiscaliteit
19 MAART 2023. - Wet houdende hervorming van de fiscaliteit (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : TITEL 1. - ALGEMENE BEPALING
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
TITEL 2. - HERVORMING VAN DE BTW OP ELEKTRICITEIT, AARDGAS GEBRUIKT ALS VERWARMINGSBRANDSTOF EN WARMTE VIA WARMTENETTEN
Art. 2.In artikel 81, § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit nr. 4 van 29 december 1969 met betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde waarde, vervangen bij het koninklijk besluit van 14 april 1993 en laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 oktober 2022, wordt de bepaling onder 6° vervangen als volgt: "6° het bedrag dat verschuldigd is door de Staat na het indienen van de in artikel 53, § 1, eerste lid, 2°, van het Wetboek bedoelde maandaangifte wanneer het 50 euro bereikt en wanneer de economische activiteit van deze belastingplichtige bestaat uit de levering van elektriciteit, aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof of warmte via warmtenetten, waarvoor het verlaagd btw-tarief van toepassing is overeenkomstig de artikelen 1bis en 1bis/1 van het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven en de rubriek XIV van tabel A van de bijlage bij hetzelfde besluit.".
Art. 3.De Koning kan artikel 81, § 2, eerste lid, 6°, van het koninklijk besluit nr. 4 van 29 december 1969 met betrekking tot de teruggaven inzake belasting over de toegevoegde waarde, gewijzigd bij deze wet, wijzigen, opheffen of vervangen.
Art. 4.Rubriek XIV van tabel A van de bijlage bij het koninklijk besluit nr. 20 van 20 juli 1970 tot vaststelling van de tarieven van de belasting over de toegevoegde waarde en tot indeling van de goederen en de diensten bij die tarieven, opgeheven bij het koninklijk besluit van 17 maart 1992, wordt hersteld als volgt: "XIV. De levering van elektriciteit, aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof en warmte via warmtenetten. § 1. Vanaf 1 april 2023 tot en met 30 juni 2023 is het verlaagd tarief van toepassing op de levering van elektriciteit in het kader van het contract waarvoor, met het oog op de afsluiting ervan, door de afnemer natuurlijke persoon geen ondernemingsnummer is meegedeeld.
Vanaf 1 juli 2023 is het verlaagd tarief van toepassing op de levering van elektriciteit in het kader van het contract van niet-zakelijk gebruik in de zin van en volgens de modaliteiten bedoeld in artikel 420, §§ 5 en 5/1, van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten.
Voor de definitieve heffing van de btw op de eindafrekening die betrekking heeft op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 maart 2022 dan wel op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 juli 2023, wordt de maatstaf van heffing met betrekking tot het volledige daadwerkelijke verbruik tijdens die periode per btw-tarief omgeslagen en dit rekening houdend met dat verbruik vóór en na het tijdstip van de betrokken tariefwijziging.
De berekening van het verbruik met het oog op de in het derde lid bedoelde omslag per btw-tarief, wordt, indien de gegevens omtrent het daadwerkelijke verbruik niet beschikbaar zijn vóór de opmaak van de eindafrekening door de leverancier, uitgevoerd aan de hand van het in de elektriciteitsmarkt vastgelegde verbruiksprofiel dat per kwartier van een volledig jaar het relatieve gebruik weergeeft van het bepaalde type van betrokken afnemers. § 2. Vanaf 1 april 2023 tot en met 30 juni 2023 is het verlaagd tarief van toepassing op de levering van aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof en van warmte via warmtenetten.
Vanaf 1 juli 2023 is het verlaagd tarief van toepassing op de levering van aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof in het kader van het contract van niet-zakelijk gebruik in de zin van en volgens de modaliteiten bedoeld in artikel 420, §§ 5 en 5/1, van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten en van warmte via warmtenetten in het kader van het contract waarvoor, met het oog op de afsluiting ervan, door de afnemer-natuurlijke persoon geen ondernemingsnummer is meegedeeld.
Voor de definitieve heffing van de btw op de eindafrekening die betrekking heeft op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 april 2022, dan wel op de periode die aanvangt vóór en eindigt na het tijdstip van de tariefwijziging op 1 juli 2023, wordt de maatstaf van heffing met betrekking tot het volledige daadwerkelijke verbruik tijdens die periode per btw-tarief omgeslagen en dit rekening houdend met dat verbruik vóór en na het tijdstip van de betrokken tariefwijziging.
De berekening van het verbruik met het oog op de in het derde lid bedoelde omslag per btw-tarief, wordt, indien de gegevens omtrent het daadwerkelijke verbruik niet beschikbaar zijn vóór de opmaak van de eindafrekening door de leverancier, uitgevoerd aan de hand van het in de aardgasmarkt vastgelegde verbruiksprofiel dat per uur van een volledig jaar het relatieve verbruik weergeeft van het bepaalde type van betrokken afnemers.".
TITEL 3. - HERVORMING VAN DE ACCIJNZEN OP ELEKTRICITEIT EN AARDGAS GEBRUIKT ALS VERWARMINGSBRANDSTOF HOOFDSTUK 1. - Maatregelen inzake aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof
Art. 5.In artikel 419 van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 26 december 2022, wordt de bepaling onder i), iii), 2, vervangen als volgt: "2. niet-zakelijk gebruik: a. beschermde residentiële afnemer, in de zin van artikel 15/10, § 2/2, van de wet van 12 april 1965Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/04/1965 pub. 08/03/2007 numac 2007000126 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de bescherming van het loon der werknemers sluiten betreffende het vervoer van gasachtige producten en andere door middel van leidingen; - accijns: 0 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); - bijzondere accijns: 2,77 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); - bijdrage op de energie: 0 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); b. andere: i.voor de schijf van 0 tot 12 MWh: - accijns: 0 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); - bijzondere accijns: 8,23 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); - bijdrage op de energie: 0,9978 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); ii. voor de schijf vanaf 12 MWh: - accijns: 0 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); - bijzondere accijns: 8,23 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde); - bijdrage op de energie: 0,9978 euro per MWh (bovenste verbrandingswaarde).".
Art. 6.In artikel 420 van dezelfde programmawet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2022 pub. 29/12/2022 numac 2022043130 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse fiscale bepalingen sluiten, wordt een paragraaf 3/1 ingevoegd, luidende: " § 3/1. 1° Het tarief van de bijzondere accijns vastgesteld bij artikel 419, i), iii), 2), b), i), wijzigt overeenkomstig de procedure zoals hierna bepaald: i) de bijzondere accijns zal worden verlaagd indien de gemiddelde prijs van de energiekost voor aardgas berekend per kwartaal hoger is dan de bovenwaarde van 100 euro per MWh; ii) voor deze paragraaf wordt de gemiddelde prijs van de energiekosten per kwartaal vastgesteld op basis van het gemiddelde van de maandelijkse noteringen van de index TTF101 voor het begreffende kwartaal, zoals gepubliceerd op de website van de CREG, of bij gebrek aan publicatie, zoals meegedeeld door de CREG aan de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen ten laatste op de vijfde dag van de maand volgend op het betreffende kwartaal.
De Koning kan beslissen een andere index met maandelijkse noteringen te gebruiken.
De Koning zal bij de Kamer van volksvertegenwoordigers, onmiddellijk indien ze in zitting is, zo niet bij de opening van de eerstvolgende zitting, een wetsontwerp indienen tot bekrachtiging van de in uitvoering van het tweede lid genomen besluiten. Die besluiten worden geacht nooit uitwerking te hebben gehad indien ze niet bij wet zijn bekrachtigd binnen een termijn van twaalf maanden na de datum van hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad; iii) de bijzondere accijns wordt verlaagd met zes procent van het verschil tussen de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal en de bovenwaarde zoals opgenomen in punt i), met dien verstande dat de verlaging van de bijzondere accijns nooit kan leiden tot een tarief van de bijzondere accijns lager dan 0,0822 euro per MWh.
De verlaging van de bijzondere accijns wordt steeds toegepast op een tarief van de bijzondere accijns van 8,23 euro per MWh; iv) het tarief van de bijzondere accijns wordt aangepast op basis van de berekening zoals voorzien in punt 1°, iii) van dit lid en treedt in werking de eerste dag van het kwartaal volgend op de publicatie voorzien in punt 6°. 2° Het tarief van de bijzondere accijns vastgesteld bij artikel 419, i), iii), 2), b), ii), wijzigt overeenkomstig de procedure zoals hierna bepaald: i) de bijzondere accijns zal worden verhoogd indien de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal lager is dan de onderwaarde van 45 euro per MWh; ii) de gemiddelde prijs van de energiekost per kwartaal wordt vastgesteld op basis van het gemiddelde van de maandelijkse noteringen van de index TTF101 voor het betrokken kwartaal zoals gepubliceerd op de website van de CREG, of bij gebrek aan publicatie, zoals meegedeeld door de CREG aan de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen ten laatste op de vijfde dag van de maand volgend op het betreffende kwartaal; iii) de verhoging van de bijzondere accijns komt overeen met zes procent van het verschil tussen de onderwaarde zoals opgenomen in punt i) en de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal. De verhoging van de bijzondere accijns wordt steeds toegepast op een tarief van de bijzondere accijns van 8,23 euro per MWh; iv) het tarief van de bijzondere accijns wordt aangepast op basis van de berekening zoals voorzien in punt 2°, iii) van dit lid en treedt in werking de eerste dag van het kwartaal volgend op de publicatie voorzien in punt 6°. 3° Het tarief van de bijzondere accijns vastgesteld bij artikel 419, i), iii), 2), b), i), zal hernemen op 8,23 euro per MWh indien de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal zoals voorzien in 1°, ii), gelijk is aan of lager is dan de bovenwaarde, vastgesteld in 1°, i).Dit tarief treedt in werking de eerste dag van het kwartaal volgend op de publicatie voorzien in punt 6°. 4° Het tarief van de bijzondere accijns vastgesteld bij artikel 419, i), iii), 2), b), ii), zal hernemen op 8,23 euro per MWh indien de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal zoals voorzien in 2°, ii), gelijk is aan of hoger is dan de onderwaarde vastgesteld in 2°, i).Dit tarief treedt in werking de eerste dag van het kwartaal volgend op de publicatie voorzien in punt 6°. 5° De bovenwaarde bedoeld in punt 1°, i), en de onderwaarde bedoeld in punt 2°, i), worden jaarlijks geïndexeerd. Het indexpercentage dat wordt toegepast op 1 januari bedraagt het verschil tussen de index van de consumptieprijzen van juni van de 2 voorgaande jaren. 6° Naar aanleiding van elke wijziging van de bijzondere accijns overeenkomstig de bepalingen onder 1° tot 4°, publiceert de minister bevoegd voor Financiën ten laatste de twintigste dag van de maand volgend op het kwartaal dat aanleiding geeft tot een wijziging overeenkomstig de bepalingen onder 1° tot 4°, een officieel bericht in het Belgisch Staatsblad dat het nieuwe tarief van de bijzondere accijns en de datum van inwerkingtreding vermeldt.".
Art. 7.In artikel 420 van dezelfde programmawet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2022 pub. 29/12/2022 numac 2022043130 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse fiscale bepalingen sluiten, wordt een paragraaf 5/1 ingevoegd, luidende: " § 5/1. Voor de levering van elektriciteit en aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof in het kader van een contract waarvoor, met het oog op de afsluiting ervan, door de afnemer-natuurlijke persoon geen ondernemingsnummer is meegedeeld, geldt een weerlegbaar vermoeden in hoofde van de distributeur dat het gaat om een levering voor niet-zakelijk gebruik in de zin van paragraaf 5.
Voor de levering van elektriciteit en aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof in het kader van een contract waarvoor, met het oog op de afsluiting ervan, door de afnemer een ondernemingsnummer is meegedeeld, geldt een weerlegbaar vermoeden in hoofde van de distributeur dat het gaat om een levering voor zakelijk gebruik in de zin van paragraaf 5, tenzij de verbruiker de distributeur uitdrukkelijk heeft gemeld dat het gaat om een contract voor een levering voor overwegend niet-zakelijk gebruik in de zin van paragraaf 5, door middel van de volgende verklaring: "Dit contract is afgesloten met het oog op een levering van aardgas gebruikt als verwarmingsbrandstof/elektriciteit voor overwegend niet-zakelijk gebruik in de zin van artikel 420, § 5, van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten.".
Wanneer de verbruiker meldt dat het gaat om een overwegend niet-zakelijk verbruik overeenkomstig het tweede lid, past de distributeur de accijnzen met betrekking tot een niet-zakelijk gebruik slechts toe vanaf de eerste dag van de maand volgend op die melding door de verbruiker, en ten vroegste vanaf 1 juli 2023.
Behoudens samenspanning tussen de partijen, ontslaat de niet-mededeling van zijn ondernemingsnummer of de melding van het overwegend niet-zakelijk gebruik door de verbruiker overeenkomstig het eerste of tweede lid, de distributeur van zijn aansprakelijkheid ten aanzien van de bepaling van de toepasselijke tarieven van de accijnzen.".
Art. 8.Artikel 429, § 2, p), van dezelfde programmawet, ingevoegd bij de wet van 5 februari 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/02/2007 pub. 27/04/2007 numac 2007014022 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Wet betreffende de maritieme beveiliging sluiten en gewijzigd bij de wet van 8 juni 2008, wordt opgeheven. HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen van de accijnstarieven inzake elektriciteit en invoering van een prijsbeschermingsmechanisme
Art. 9.In artikel 419 van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 26 december 2022 wordt de bepaling onder k), 2), vervangen als volgt: "2. niet-zakelijk gebruik: a. beschermde residentiële afnemer in de zin van artikel 20, § 2/1, van de wet van 29 april 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/04/1999 pub. 24/06/2016 numac 2016000390 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt type wet prom. 29/04/1999 pub. 08/03/2018 numac 2018011073 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 29/04/1999 pub. 11/02/2014 numac 2014000038 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt: - accijns: 0 euro per MWh; - bijzondere accijns: 23,62 euro per MWh; - bijdrage op de energie: 0 euro per MWh; b. andere: i.voor de schijf van 0 tot 3 MWh: - accijns: 0 euro per MWh; - bijzondere accijns: 47,48 euro per MWh; - bijdrage op de energie: 1,9261 euro per MWh; ii. voor de schijf van 3 tot 20 MWh: - accijns: 0 euro per MWh; - bijzondere accijns: 47,48 euro per MWh; - bijdrage op de energie: 1,9261 euro per MWh; iii. voor de schijf van 20 tot 50 MWh: - accijns: 0 euro per MWh; - bijzondere accijns: 45,46 euro per MWh; - bijdrage op de energie: 1,9261 euro per MWh; iv. voor de schijf van 50 tot 1000 MWh: - accijns: 0 euro per MWh; - bijzondere accijns: 44,78 euro per MWh; - bijdrage op de energie: 1,9261 euro per MWh; v. voor de schijf van 1000 tot 25.000 MWh: - accijns: 0 euro per MWh; - bijzondere accijns: 44,11 euro per MWh; - bijdrage op de energie: 1,9261 euro per MWh; vi. voor de schijf vanaf 25.000 MWh: - accijns: 0 euro per MWh; - bijzondere accijns: 36,28 euro per MWh; - bijdrage op de energie: 1,9261 euro per MWh."
Art. 10.In artikel 420 van dezelfde programmawet, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 21 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2022 pub. 29/12/2022 numac 2022043130 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse fiscale bepalingen sluiten, wordt een paragraaf 3/2 ingevoegd, luidende: " § 3/2. 1° Het tarief van de bijzondere accijns vastgesteld bij artikel 419, k), 2), b), i), wijzigt overeenkomstig de procedure zoals hierna bepaald: i) de bijzondere accijns zal worden verlaagd indien de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal hoger is dan de bovenwaarde van 250 euro per MWh; ii) de gemiddelde prijs van de energiekost per kwartaal wordt vastgesteld op basis van het gemiddelde van de maandelijkse noteringen van de index ENDEX101 zoals gepubliceerd op de website van de CREG, of bij gebrek aan publicatie, zoals meegedeeld door de CREG aan de Algemene Administratie van de Douane en Accijnzen, ten laatste op de vijfde dag van de maand volgend op het betreffende kwartaal.
De Koning kan beslissen een andere index met maandelijkse noteringen te gebruiken.
De Koning zal bij de Kamer van volksvertegenwoordigers, onmiddellijk indien ze in zitting is, zo niet bij de opening van de eerst-volgende zitting, een wetsontwerp indienen tot bekrachtiging van de in uitvoering van het tweede lid genomen besluiten. Die besluiten worden geacht nooit uitwerking te hebben gehad indien ze niet bij wet zijn bekrachtigd binnen een termijn van twaalf maanden na de datum van hun bekendmaking in het Belgisch Staatsblad; iii) de verlaging van de bijzondere accijns komt overeen met zes procent van het verschil tussen de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal en de bovenwaarde zoals opgenomen in punt i), met dien verstande dat de verlaging van de bijzondere accijns nooit kan leiden tot een tarief van de bijzondere accijns lager dan 0 euro per MWh.
De verlaging van de bijzondere accijns wordt steeds toegepast op een tarief van de bijzondere accijns van 47,48 euro per MWh; iv) het tarief van de bijzondere accijns wordt aangepast op basis van de berekening zoals voorzien in punt 1°, iii) van dit lid en treedt in werking de eerste dag van het kwartaal volgend op de publicatie voorzien in punt 4°. 2° Het tarief van de bijzondere accijns vastgesteld bij artikel 419, k), 2), b), i), zal hernemen op 47,48 euro per MWh indien de gemiddelde prijs van de energiekost berekend per kwartaal zoals voorzien in 1°, ii), kleiner is dan of gelijk is aan de bovenwaarde vastgesteld in punt 1°, i).Dit tarief treedt in werking de eerste dag van het kwartaal volgend op de publicatie voorzien in punt 4°. 3° De bovenwaarde bedoeld in punt 1°, i), wordt jaarlijks geïndexeerd. Het indexpercentage dat wordt toegepast op 1 januari bedraagt het verschil tussen de index van de consumptieprijzen van juni van de 2 voorgaande jaren. 4° Naar aanleiding van elke wijziging van de bijzondere accijns overeenkomstig de bepalingen onder 1° en 2°, publiceert de minister bevoegd voor Financiën ten laatste de twintigste dag van de maand volgend op het kwartaal dat aanleiding geeft tot een wijziging overeenkomstig de bepalingen onder 1° of 2° een officieel bericht in het Belgisch Staatsblad dat het nieuwe tarief van de bijzondere accijns en de datum van inwerkingtreding vermeldt.".
Art. 11.Artikel 429, § 2, o), van dezelfde programmawet, ingevoegd bij de wet van 25 februari 2007Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/02/2007 pub. 05/03/2007 numac 2007003101 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse wijzigingen inzake accijnzen type wet prom. 25/02/2007 pub. 13/03/2007 numac 2007003128 bron federale overheidsdienst financien Wet houdende diverse wijzigingen inzake accijnzen sluiten, wordt opgeheven. HOOFDSTUK 3. - Overgangsbepalingen
Art. 12.Het tarief van de bijzondere accijns, voorzien in artikel 419, i), iii), 2), a), van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, bedraagt in de periode van 1 april 2023 tot en met 30 juni 2023, 0 euro/MWh.
Art. 13.Het tarief van de bijzondere accijns, voorzien in artikel 419, i), iii), 2), b), i), van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten en aan-gepast in overeenstemming met artikel 420, § 3/1, 1° of 3°, van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, bedraagt in de periode van 1 april 2023 tot en met 30 juni 2023, 5,0591 euro/MWh.
Art. 14.Het tarief van de bijzondere accijns, voorzien in artikel 419, k), 2), a), van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, bedraagt in de periode van 1 april 2023 tot en met 30 juni 2023, 0 euro/MWh.
Art. 15.Het tarief van de bijzondere accijns, voorzien in artikel 419, k), 2), b), i), van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, en aange-past in overeenstemming met artikel 420, § 3/2, 1° of 2°, van de programmawet van 27 december 2004Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 27/12/2004 pub. 31/12/2004 numac 2004021170 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Programmawet sluiten, bedraagt in de periode van 1 april 2023 tot en met 30 juni 2023, 42,5755 euro/MWh.
TITEL 4. - INWERKINGTREDING
Art. 16.Deze wet treedt in werking op 1 april 2023.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 19 maart 2023.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, V. VAN PETEGHEM Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken : K55-3151 Integraal verslag: 16 maart 2023.