Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 29 november 2017
gepubliceerd op 04 januari 2018

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2017, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het tijdskrediet, ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 103bis van 27 april 2015 en nr. 103ter van 20 december 2016

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2017205795
pub.
04/01/2018
prom.
29/11/2017
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

29 NOVEMBER 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2017, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het tijdskrediet, ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 103bis van 27 april 2015 en nr. 103ter van 20 december 2016 (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2017, gesloten in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap, betreffende het tijdskrediet, ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 103bis van 27 april 2015 en nr. 103ter van 20 december 2016.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 29 november 2017.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 26 juni 2017 Tijdskrediet, ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 103bis van 27 april 2015 en nr. 103ter van 20 december 2016 (Overeenkomst geregistreerd op 4 augustus 2017 onder het nummer 140844/CO/318.01)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en werkgevers van de diensten die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk arbeiders- en bediendepersoneel.

Art. 2.Met toepassing van artikel 4, § 1 van de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, hebben de werknemers bedoeld in artikel 1 recht op een voltijds tijdskrediet of op een halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering tot maximaal 51 maanden : a) om zorg te dragen voor hun kind tot de leeftijd van 8 jaar;in geval van adoptie kan de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties aanvangen vanaf de inschrijving in het bevolkings- of vreemdelingenregister van de gemeente waar de werknemer gedomicilieerd is.

Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van drie maanden wanneer het gaat om voltijds tijdskrediet of om een halftijdse loopbaanvermindering en per minimumperiode van zes maanden wanneer het gaat om een loopbaanvermindering van 1/5de.

De periode voor dewelke de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of de periode voor dewelke de verlenging werd aangevraagd, moet aanvangen voordat het kind de leeftijd van acht jaar bereikt.

De werknemer verstrekt aan de werkgever, uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties aanvangt, het of de documenten die als bewijs dienen van de gebeurtenis die het recht opent dat bepaald is in artikel 2, a); b) voor het verstrekken van palliatieve zorgen, zoals bepaald in artikel 100bis, § 2 van de herstel wet van 22 januari 1985Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/01/1985 pub. 12/08/2013 numac 2013000511 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Herstelwet houdende sociale bepalingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten. Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van één maand en kan, per patiënt, worden verlengd met een maand.

De werknemer verstrekt aan de werkgever, uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties aanvangt, een attest van de behandelende geneesheer van de persoon die palliatieve zorgen nodig heeft, waaruit blijkt dat de werknemer heeft verklaard bereid te zijn deze palliatieve zorgen te verstrekken, zonder dat de identiteit van de patiënt erin wordt vermeld. Als de werknemer gebruik wenst te maken van de verlenging van de periode met één maand, moet hij opnieuw hetzelfde attest aan de werkgever bezorgen; c) voor het verlenen van bijstand of verzorging aan een zwaar ziek gezins- of familielid zoals gedefinieerd in de artikelen 3 en 4 van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/08/1998 pub. 08/09/1998 numac 1998012671 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid sluiten tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid. Deze periode kan enkel worden genomen per minimumperiode van één maand en per maximumperiode van drie maanden.

De werknemer verstrekt aan de werkgever, uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties aanvangt, een attest van de behandelende geneesheer van het gezinslid of van het familielid dat ernstig ziek is, waaruit blijkt dat de werknemer heeft verklaard bereid te zijn om de ernstig zieke persoon bij te staan of te verzorgen en waarop de behandelende geneesheer aangeeft of de behoeften inzake verzorging effectief een onderbreking of een halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering vereisen, naast de eventuele professionele bijstand waarop het gezins- of familielid recht heeft; d) om zorg te dragen voor hun gehandicapt kind tot de leeftijd van 21 jaar. Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van drie maanden wanneer het gaat om voltijds tijdskrediet of om een halftijdse loopbaanvermindering en per minimumperiode van zes maanden wanneer het gaat om een loopbaanvermindering van 1/5de.

De periode voor dewelke de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of de periode voor dewelke de verlenging werd gevraagd, moet aanvangen vóór het ogenblik waarop het kind de leeftijd van 21 jaar bereikt.

De werknemer verstrekt aan de werkgever, uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties aanvangt, een attest van de fysieke of mentale ongeschiktheid van ten minste 66 pct. of van de aandoening die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten worden erkend in de pijler 1 van de medisch-sociale schaal in de zin van de reglementering betreffende de kinderbijslag; e) voor het verlenen van bijstand of verzorging aan hun minderjarig zwaar ziek kind of aan een minderjarig zwaar ziek kind dat gezinslid is zoals gedefinieerd in artikel 4 van het koninklijk besluit van 10 augustus 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/08/1998 pub. 08/09/1998 numac 1998012671 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid sluiten tot invoering van een recht op loopbaanonderbreking voor bijstand of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid. Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van één maand en per maximumperiode van drie maanden.

De periode voor dewelke de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties werd gevraagd of de periode voor dewelke de verlenging werd gevraagd, moet aanvangen vóór het ogenblik waarop het kind meerderjarig wordt.

De werknemer verstrekt aan de werkgever, uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties aanvangt, een attest van de behandelende geneesheer van zijn minderjarig kind waaruit blijkt dat de werknemer heeft verklaard bereid te zijn om de ernstig zieke persoon bij te staan of te verzorgen.

Art. 3.Met toepassing van artikel 4, § 2 van de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, hebben de werknemers bedoeld in artikel 1 recht op een voltijds tijdskrediet of op een halftijdse of 1/5de loopbaanvermindering tot maximaal 36 maanden om een opleiding te volgen.

Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van drie maanden wanneer het gaat om voltijds tijdskrediet of om een halftijdse loopbaanvermindering en per minimumperiode van zes maanden wanneer het gaat om een loopbaanvermindering van 1/5de.

De werknemer verstrekt aan de werkgever, uiterlijk op het ogenblik waarop de schorsing of de vermindering van de arbeidsprestaties aanvangt, het bewijs dat hij zijn arbeidsprestaties schorst of vermindert : - om een opleiding te volgen die erkend is door de gemeenschappen of door de sector, die ten minste 360 uren of 27 kredieten per jaar telt, of 120 uren of 9 kredieten per schooltrimester of per ononderbroken periode van drie maanden; - om onderwijs te volgen dat wordt gegeven in een centrum voor basiseducatie of een opleiding gericht op het behalen van een diploma of van een getuigschrift van het secundair onderwijs, waarvoor de limiet is vastgesteld op 300 uren per jaar of 100 uren per schooltrimester of per ononderbroken periode van drie maanden.

De gemeenschap of de opleidingsinstelling verklaart op het bewijs dat de werknemer geldig is ingeschreven voor een opleiding van deze duur of van deze omvang. De werknemer moet bij de werkgever, binnen 20 kalenderdagen na elk trimester, een attest indienen dat het bewijs verstrekt van een regelmatige aanwezigheid bij de opleiding in de loop van het trimester. De dagen van schoolvakantie tijdens de opleidingsperiode of die volgen op deze periode, worden gelijkgesteld met dagen van regelmatige aanwezigheid bij een opleiding. De regelmatige aanwezigheid betekent dat de werknemer niet onregelmatig mag afwezig zijn tijdens meer dan één tiende van de duur van de opleiding in de loop van het trimester.

Art. 4.Met toepassing van artikel 8, § 3 van de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, komen de partijen bovendien overeen dat elke werknemer van 50 jaar en ouder, die 28 loopbaanjaren telt volgens de modaliteiten bepaald in de overeenkomst en die beantwoordt aan de andere voorwaarden waarin voorzien is, een loopbaanvermindering van 1/5de kan genieten. s.

Art. 4bis.Met toepassing van artikel 8, § 1 van de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, hebben de werknemers die 55 jaar en ouder zijn en die beantwoorden aan de andere voorwaarden waarin voorzien is door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 zonder maximumduur recht op : 1) een loopbaanvermindering van 1/5de ten belope van één dag per week of twee halve dagen die dezelfde duur omvatten, voor zover zij tewerkgesteld zijn in een arbeidsregeling verdeeld over vijf dagen of meer.Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van zes maanden; 2) een loopbaanvermindering in de vorm van een vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking.Deze periode moet worden genomen per minimumperiode van drie maanden.

Art. 5.Met toepassing van artikel 16, § 8 van de voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103, wordt de drempel van het totaal aantal werknemers in de onderneming die tegelijkertijd het recht genieten dat voortvloeit uit deze collectieve arbeidsovereenkomst van 5 pct. op 10 pct. van het totaal aantal werknemers gebracht dat voltijds of deeltijdse tewerkgesteld is in de instelling op datum van 30 juni van het jaar dat voorafgaat aan de aanvraag, rekening houdend met de noodwendigheden van de dienst.

Boven de drempel van 5 pct. vastgesteld in artikel 16 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 is het akkoord van de werkgever evenwel vereist in functie van objectieve criteria waarover onderhandeld werd met de vakbondsafvaardiging, de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk daar waar deze bestaan.

Art. 6.De voornoemde referentieovereenkomst nr. 103 is van toepassing voor alles wat niet geregeld is door deze overeenkomst voor de werknemers die een tijdskrediet genieten op basis van deze overeenkomst.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst werd gesloten voor onbepaalde duur en treedt in werking op 1 juli 2017.

Zij heft de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2013 betreffende het tijdskrediet op die gesloten is in het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap en vervangt deze overeenkomst (registratienummer 115708).

Ze kan opgezegd worden door elke partij met een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per aangetekend schrijven bij de post aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 november 2017.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^